Dagblad voor Schiedam en
Een ËectiTBiesieiÉs.
28ste Jaargang
Dinsdag 30 Mei 1905
No. 8218.
Is de Twenth'sche Weefindus
trie ontstaan en groot ge
worden door den vrijhandel?
F EülLLET ON.
Algemeen Overzicht.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden 1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland ƒ2.'per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Boter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regels 0.77 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 12i/a cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
BureauBOTERSTRAAT 50.
bet
n de Uiitgalvten der Tajriefvereeniging lezen
volgende
Wanneer men den voorstanders van den Een-
ZlJdigen vrijen invoer de vraag stelt welke bewij-
2en z'.i ten onzent kunnen leveren voor de voor-
^«felijfcheid hunner leer, dan wijzen zij op den
gnroten. uitvoer der koek- en gecondenseerde melk-
bricage, op de belangrijke inrichtingen waarin
°nzent groenten in blik en .andere conserven
Worden gemaakt, op den bloei onzer bierbrouwe-
flfin, op onzen enormen export, van gedistilleerd.
Ook vestigen zij de aandacht op de fabrieken
an weefgoederen, van meubelpapier, van fles-
schen, Van porcdein, van kaarsen, van glaswerk
van bordpapier. x)
publiek, dat gewoonlijk weinig van han-
olspolitiok weet en, voorzoover het er wel eens
iets vain gelezen heeft, grootendeels eenzijdig is
voorgelicht, is aanstonds geneigd die voorbeelden
bewijzen, alls. geldig te erkennen:
D'. omdat zij aangevoerd worden door mannen
vain gezag en positie;
2e. omdat dat publiek niet weet, dat al die
duikelen beschermd zijn.
Wij willen daar laten in hoever het uit pen
Wetenschappelijk en ook uit een moreel oogpunt
Verdedigbaar is den bloei der beschermde in
dustrieën te gebruiken als argument voor den
vrijhandel; wij wenschen slechts te eonstateeren,
dat. de door de Voorstanders van den Eenzijdigen
vrijen invoer .aangehaalde bewijzen ontleend zijn
aau het stelsel hunner tegenstanders en hun eigen
^01' omver werpen.
'te industrieën, die beschermd zijn, moeten
Volgens hun leer, kwijnen, verslappen, uitdroegen,
k' duur produceeren; en het zijn juist de door
h«n. opgenoemde, hij ons bij invoer belaste, ar-
bkelen, waarvan ten onzent zooveel en zoo goed
koop wordt voortgebracht, dat wij' die artike-
lon schier naar alle deelen der wereld kunnen
oxporteeren.
Nog nooit, zoover ons bekend is, hebben de
z g- vrijhandelaren eene industrie kunnen noemen,
die in Nederiand isl gaan kwijnen, omdat men
kob onzent een invoerrecht ging heffen van het
Artikel, dat dlie industrie voortbracht.
Hun verslappingstheorie berust dan ook in-
dordiaad op niets.
Niettemin is die theorie nog steeds het stok
paardje van onze vrijhandelaren, ja zelfs van vele
onzer professoren en leeraren in de staathuishoud
kunde. Natuurlijk alleen in theorie, want in de
Practijk is het met mogelijk eene dergelijke on
gerijmdheid staande te houden. Niets belet den
'Professor te beweren, dat bescherming verslapt,
Vergelijk o. a. de in 1904 voor de Vereeni-
E'ng voor de Staathuishoudkunde en de Statis-
Dek uitgebrachte prae-adviezen.
15)
lk behoefde geen antwoord te geven; op dat,
oogemblik vernam ik het wel bekende sein van
mijn collega buiten en tegelijk met dit bemoe
digend geluid, 'hoorde ik den nachtsleutel in
de deur steken, waaruit bleek dat de heer Sut
ton terugkwam.
„Daar zijn ze", riep ik, „en daar ik zeker
weet, dat zij u iets zullen hebben mede te doe
len, waarbij zij de tegenwoordigheid van een
Vreemde hinderlijk zouden vinden, zal ik voor
bet oogenlblik buiten bet geizicht gaan staan.'
En naar de portiere loopende1, trok ik die pp
^ijde en begaf mij in de daarachter heerschen-
de duisternis.
i Mijnheer Winchester deed niet de minste po
ging om mij tegen te houden, hij was veel te
verbaasd op het gezicht van zijn stiefzoon, die
gearmd met Hullppa binnenkwam. En ik, die
'zonder tijd tot nadenken naar de eerste de
beste schuilplaats gevlucht was, was even ver
wonderd, niet door hetgeen ik zag, maar door
de geijeigemtbeid, waar ik mij bevond; wanl de
pertière stoot geen kamer ai,, doch «en kast
de geestkracht doodt, de industrie achterlijk maakt
en te duur doet. produceerendoch wanneer die
zelfde professor beweerde, dat de Duitsche, hoog
beschermde, industrie buitengewoon achterlijk is
en niet kan mededingen op de wereldmarkt en
dat de Amerikanen produceeren met verouderde
machines in achterlijke werkplaatsen, dan zou hij
vermoedelijk niet lang meer professor zijn, want er
zou gegronde twijfel bestaan aan de deugdelijkheid
z ijner geestvermogens
Heeft men duis; eenerzijds nooit kunnen wij
zen op Nederlandsche industrieën, die te niet
gingen doordat men van haar1 fabrikaten ten on
zent invoerrechten ging beffen, en heeft men
anderzijds steeds zijn toevlucht moeten nemen
tot beschermde industrieën om althans iets [zij
het dam ook iets foutiefs] van belang van expoit-
indusitrie te kunnen noemen tot steun Van zijn
leer, er is één tak van nijverheid, die in de
laiatste vijf en twintig jaren telkens en telkens
van vrijhandefezijdi© als voorbeeld is gesteld en
die, tot op zekere hoogte, beschouwd mag wor
den ,ate de hoeksteen waarop het Verzet, tegen
bescherming ten ontzeilt, wat de praktijk aan
gaat, berust, het is de Katoenweverij.
Laat ons dien tak vhn nijverheid in het kort
nagaan, het zal ons blijken, dat, tot opbouwing
Varn het luchtkasteel der vrijhandels grootheid,
die hoeksteen al; even weinig deugdelijk is als het
overig materiaal, dat' onze vrijhandelaren gewoon
zijn te ontkenenaan het stelsel van hun
tegenstanders.
Iedereen die wel eens iets aan handelspolitiek
heeft gedaan, weet hoe, volgens de z.g. vrij-
haindelaren, het, schier als axioma geldt, dat de
Twenth'sche industrie haar ontwikkeling dankt
aan den vrijhandel.
In No. 6 der uitgaven van de Tariefvereeni-
ginig nu, werd aangetoond', dat de Twenth'sche
industrie, voor zoover zij; onbeschermd is, niet
groot, geworden is. [de spinnerij]; en voor zoo
ver zij groot geworden is, beschermd wordt [de
weverij].
Toch is de bewering, chad, de Twenth'sche ka
toenweverij groot geworden i;s door den vrijhandel,
algemeen verbreid.
Nu moet men weten, dat er geen industrie
in Nederland is, die zóó beschermd is gewor
den als juist de Twenth'sche katoenweverij. Het
woord beschermen is hier te zwak, juister is
het te spreken yandoor het uitsluiten van vreem
de mededinging en tal Van andere middelen kunst
matig forceeren.
De bekende vrijlhjandelaar Hendrik Muller Szn.
stehreef op blz. 212 van zijn boekje over de
Twenth'sche katoenindustrie„Men vergete niet,
„dat onze katoenindustrie als 't ware het kind
„Van de rrigeering zelve is, dat zij als door
„den bepaalden wil der laatste en door de veel
soortige middelen van deze uitgaande, in het
„leVen geroepen is, wait met geen anderen tak
„vlan ons volksbestaan zoo bepaald het geval is."
De woorden „walt met geen anderen tak van
en ik had moeite tu.sschen allerlei rommel,
snuisterijen en oude platen een plaatsje te vin
den om te kunnen hooren en zien, wat er zou
Voorvallen.
„Vader" het; was de heer Sutton die pprak
„wilt u mama beneden roepen? lk moet
haar noodzakelijk iets mededee'len, Voor ik ver
der een stap in dit huis doe."
„Laat je moeder er nu maar buiten", zei
mijnheer Winchester snel en zeer zenuwachtig,
„als gij de diamanten hebt, geef ze mij dan, en
doe het onmiddellijk, dan zal ik de zaak vér
der laten rusten. Ik gebruik met jonge men-
schen steeds toegevendheid en
„De diamanten? ik weet niets van de dia
manten af", viel de ander in op ongeduldigen
toon, hetgeen eigenlijk vreemder was, dan wan
neer hij kwaad geworden was. „Wat ik te' peg
gen heb is Van geheel anderen aard." En jk
vermoed, dat hij hieribij Philippa aankeek, want
de stem Van den ouden man werd schel, ,toen
hij uitriep
„Wat hieibt gij te zeggen? dat gij en Philippa
goede vrienden zijt? Dat zij je niet uit je moe
ders kamer heeft zien komen twee minuten
voordat de diamanten vermist werden? Dat
gij, zooals iedereen weet, een brave kerel zijt
en zij
„Niet verder 1"
Was dat de stem van een man, bezoedeld
floor een der laagste misdrijven? lk duwde de
portiere op zijde en keek toe. Vol gramschap
,oms volksbestaan zoo bepaald het geval is" zijn
zeer welsprekend.-
Even onbewezen schijnt de bewering der z.g.
v|rijlhaJndelaren, dat. de Twenth'sche industrie is
gaan bloeien door' de afschaffing der differentieele
rechten.
Het gevolg van dien maatregel, is, althans in den
aanvang, zeer ongunstig geweest.
In het Augusitus-nummer v|an het Tijdschrift
Van Nijverheid, jaargang 1898, lezen wij in de
op de Algemeen© Vergadering der Maatschappij
Van Nijverheid door een Twenth'sche groot-in
dustrieel uitgesproken redevoering het volgende:
„De schok; waarvoor men vreesde bij. een zoo
„plotselinge verandering, is niet achterwege ge-
„ibleven en de eerste jagen na; de invoering der
„wet op 1 Januari 1874 waren door de groote
„uitzendingen van Engeland naar Java (het na
tuurlijk gevolg eener z,oo belangrijke tariefver-
laging) Verre van gunstig voor Twenthes indu-
„slrieelen."
en verder:
„Wij allen indusitirieelen Van dien tijd, weten
„helaas door ondervinding hoe geducht, in de
„eerste jaren althans, die schok zich voelen
„deed'. Nu ik tot mijn spijt geen vergelijking kan
„leveren van de beteekenjis onzer nijverheid vóór
„en na 1872, om de, reeds door mij genoemde
„redenen wil ik U althans de cijfers van heden
„mededee'len, 2)
(Slot volgt.)
2) Wij wenschen er op jte wijzen, dat, waar
In 1898 geen gegevens verkrijgbaar waren, omdat
de fabrikanten die gegevens geheim wenschten te
houden, men zich slechts kan verbazen over de
beslistheid waarmede men thans verklaart, dat
Twenthe's weefnijverheid is gaan bloeien zoodra
en doordat de differentieele rechten zijn atgeschalt.
30 Mei.
De eerste telegrammen, welke gewag maakten
van Rozjestwensky's nederlaag, waren tegenstrijdig,
niaar de bizonderheden die sinds gister-middag
zijn bekend geworden, hebben alle twijfel weg
genomen en men kan nu gerust aannemen dat de
Russische armada een verpletterende nederlaag
heeft geleden.
Het noodlot achtervolgt de Russen nog steeds
in al hunne ondernemingen.
Het succes der Japanners doet de Engelsche
bladen jubelen van vreugde. De meeste nemen
aan, dat Togo een besliste overwinning heeft be
haald, slechts enkele onderstellen de mogelijkheid,
dat de meeste Russische schepen er in geslaagd
zijn zich naar Wladiwostok door te slaan.
De correspondent van de Daily Telegraph te
Tokio seint het gerucht over, dat er twee zeesla
gen zijn geleverd, waarvan een op de Chineesche
kust hij YY'oesoeng. De Japanners zouden daar de
Russische kruisers en transportschepen aangeval
len hebben, toen deze het bevel van de Chinee-
stoind hij daar, als ©en standbeeld tusschen mijn
teer Winchester en de gloeiend roode, geheel
Veranderde Philippa.
„Wanneer u over haar spreekt", riep hij, zijn
fhiaind vbl trots op haar arm leggende„spreekt
u ovter mijn vrouw."
Mijnteer Winchester ginlg langzaam achteruit,
iets zóó verrassends was misschien het eeni-
ge, dat zijn gedachten van de diamanten kon
aifteideln.
„Je Vitouw", herhaalde hij en zijn oogen dwaal
den langzaam naar Plhilippa's gelaat, alsof die
onverwachte mededeeling met moeite tot hem
doordrong.
De beer Sutton maakte gebruik van dat oogen
blik, om nalar dien trap te loopen.
„Mama", riep hij, „wilt u, hier bomen?"
Zij wals al op hiet portaal ©n nauwelijks had
hij dat gezien, of hij ijlde terug, nam Philippa
bij1 de hand en stond in die houding, toen de
staltige Vrouw den drempel overschreed in al
de pracht vOp. hare rijke kleed ij, die ik hier
voor getracht heb te beschrijven.
„Laiwrence!" was haar eerste verbaasde uit
roep, spoedig geVólgd door een onbeschrijflijk
gemompel, toen zij zajg, wie hij bij de hand hield
en opmerkte het vuur van dien handgreep en
die uitdrukking, waarmede hij haar aanzag.
„Wat 'beteekemt dit", Vroeg zij ten laatste, strij
dende tegen haar toom, die aan liet opkomen
was en Verschrikkelijk beloofde te zullen
worden. li
sche Regeering om uiterlijk Zaterdag-avond te
vertrekken, niet opvolgden,
De Westminster Gazette zegt, dat, om de be-
teekenis van het bericht aangaande de vernietiging
van Rozjestwenski's vloot te begrijpen, eerst moet
vaststaan of de Russische admiraal in de Straat
van Tsjoesima over zijn gelieele vloot beschikte.
En er bestaat grond daaraan te twijfelen, want,
volgens een bericht, heeft hij een deel van zijn
vloot om Japan heen gezonden. Er wordt zelfs
reeds gemeld, dat Russische oorlogsschepen Noord-
Japan zijn voorbijgevaren.
Te Petersburg zijn de kantoren van de Regee
ring en van de dagbladen gesloten. Aan het Mi
nisterie van Marine geeft men niet de minste in
lichtingen. Admiraal Avellane verklaarde aan den
correspondent van de Times, dat hij nog geen
bericht had ontvangen van Rozjestwensky noch
van de divisie van Jessen.
Vóór den zeeslag beschikte Rozjestwensky over
8 linieschepen, 3 kust-pantserschepen, 3 gepant
serde kruisers en 6 pantserdekkruisers onge
rekend de 43 torpedojagers, 6 hulpkruisers, en de
verdere schepen aan de vloot verbonden, maakt
dat 20 groote oorlogsschepen. Volgens de thans
ontvangen telegrammen zouden er daarvan nog 6
over zijn twee linieschepen, de Osljabja en de
Nawarin, en vier pantserdekkruisers, de Aurora,
Oleg, Izoemroed en Almaz. Alle vier splinter
nieuwe groote slagschepen en nog twee oudere
alle drie kust-pantsersctiepen, alle drie gepantser
de kruisers zijn vernield ot in handen der Japan
ners gevallen. Van groot belang is, dat een der
nieuwste slagschepen en een ouüer, henevens twee
kust-pantserschepen, naar t schijnt met zwaar
beschadigd, in handen der Japanners gevallen zijn.
Het is nog met verklaarbaar noe uat mogelijk is
geweest, misschien zyn Ueze sctiepen op 't strand
gezet moeten worden ot aan hun stuurtoestel
beschadigd. Daarentegen zou aan de Japansche
zijde geen enkel schip, althans geen groot schip,
verloren of zwaar beschadigd zijn.
Men schat het materieel verlies op ongeveer
honderd millioen gulden, terwyl het verlies aan
menschenlevens ontzettend groot is. Het totaal
der in dezen eenen zeeslag omgekomen of krijgs
gevangen gemaakte Russen wordt op 8100 man
begroot.
Heden-nacht zijn over den zeeslag nog de
volgende telegrammen ontvangen
TOKIO, 29 Mei. De volgende Russische oor
logsschepen zijn gezonken in den zeeslag bij Tsoe-
sjimaLinieschepenBorodino en Imperator
Alexander 111gepantserde kruisersAdmiral
Nachimof, Dmitri Donskoj, Wladimir Monomach
het kust-pantserschip Admiral Üesjakofpantser-
dek- kruisers Swjetlana, Zjemtsjoegtransport
schepen Kamtsjatka (drijvende werkplaats), en
Irtessim.
De Japanners vermeesterden de linieschepen
Orel en Imperator Nikolaj de kusi-puntser-
schepen Admiral Senjawin en General-Admiral
Apraxin.
Tezaam: tien schepen gezonken, vier vermees-
terd.
„Geluk, maag ik hoop", was het vaste ant
woord, ©n zoo dat ai niet, dan toch. een beter
leven van mijn kant en minder onderdanigheid
cn afhankelijkheid van de hare. Wij zijn ge
trouwd, mama en het is mijn wensch
Hij kon niet eindigen; bij dat woord ge-
t roiiwd wankelde de hooghartige vrouw, ge
troffen in haar trots, hare verwachtingen en
eerzuchtige plannen en vóór iemand haar hel
pen kon, viel zij op den grond met het vorste
lijk hoofd aan de vtoeten van haar, die zij een
uur geleden niet hooiger had gesteld dan de
leVcnl'OOize voorwerpen, die haar omgaven en
tot haar gemak strekten.
(Het was een gevlieg naar haar toe, 'een haas
tig en verward gepraat en toen plotseling een
kreet zoo vol verbazing, maar waaruit tevens
zóó'n triomf sprak, da,t ik nauwelijks gelooven
bon, dat hij geuit was door mijnheer Winches
ter, doch juist tóén maakte Philippa, die er in
gebogen houding hij stond, een zijwaartsche be
weging en zag ik mevrouw Winchester liggen;
men had haar japon van boven los gemaakt en
nu spreidde zich op den blooten hals een fon
kelende rij juweelen tentoon, die te oordeeten
naar het geschitter en de grootte, geen andere
konden zijn, dan de schoone en kostbare dia
manten, waarnaar wij zochten.
Wordt vervolgd
wij.