Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
aYiInaüj! lTtTêT
Haar vriend.
28ste Jaargang
Vrijdag 23 Juni 1905.
No. 8236.
Officieele Berichten.
;s».«ï„-elfoor-
F E UIL L ET O N.
Kennisgeving.
Kennisgeving.
Algemeen Overzicht.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dage.ijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.35, per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland ƒ2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Boter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 1—6 regels ƒ0.77 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 12'/3 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaalde!ij k adverteeren worden uiterst b i 1 -
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
Herhalingsoefeningen in 1905.
E Burgemeester van Schiedam;
beVae,,et °P z>jne kennisgeving van 16 Maart 1905,
milif en<ie eene opgave van verlofgangers bij de
de le te land die in dit jaar tot opkomst onder
zijn ^Penen krachtens art. 111 der Militiewet 1901
*akk^e met vennnelding tevens van de tijd-
gesl v°or hun verblijf onder de wapenen vast-
eetiz lt^houdens de miliciens behoorende tot
Anin onderdeel van de Korpsen der bereden-
de v e.f16' verl°fgangers der Cavalerie, alsmede
bejj ei'°fgangers der lichtingen van 1901 en 1903,
°ok°^ren 6 tot ^et K°rPs Torpedisten en voorts
«chili 6 m''iciens Vesting-Telegrafisten, die op ver
en Kn^e dagen onder de wapenen moeten komen
nin„V00r wie op grond daarvan een nadere oproe-
Pllj8 aangekondigd.
ger °ept deze na te noemen milicien-verlofgan-
°P, om zich aan te melden bij zijn korps
op 21 Augustus 1905,
b, HUIG MORAAL,
°orende tot deze gemeente van de lichting 1902,
en wel bij het 2e Regiment Veld-Artillerie,
garnizoensplaats 's-Gravenhage.
las^e betrokken verlofganger wordt mitsdiend ge-
tinif ZlC^ °P ^en voor 'iem aangegeven dag, in
'Zal?rm gekleed en voorzien van zijn verlofpas
or Doekje); alsmede van al de bjj zijn vertrek met
üt verlof medegenomen voorwerpen van kleeding
u'trusting, bij zijn korps aan te melden, en
1 des namiddags vóór vier uur, of, indien dit
jse bet oog op den duur der reis niet mogelijk
hét sPoe<hg doenlijk daarna. Hij, die binnen
e U*- woonplaats heeft, behoeft zijn reis niet
noi aan te vangen dan op den dag voor de
°Pkomst bepaald.
tr ZJ zal zich echter 4 werkdagen voor zijn ver-
-jq naar het korps, des voormiddags tusschen
teeld" UUr' t8r Gemeentesecretarie moeten aan-
Zo0
(Ig y O
desrr jZen en PaSSaDe^iUelteri en t0t ^iet
eetSeWenscht in ontvangst nemen van daggeld,
en (en ant^er voor zooveel hij daarop recht heeft
°To loudens dat hij voor de laatste maal met
voorzien van zijn zakboekje, ten einde
noodig in het bezit te worden gesteld van
aHeen
,-a Z!
arukt
neze
*nac ht
oproeping, wordt, na daartoe
j tlging van den Minister van Oorlog
afgevoerd.
het t' e zon(^er geldige reden, zich te laat bij
korps aamn^ldt.fnaakt zich strafschuldig
12)
Doch, als schadeloosstelling, waren idf: yen-
J. rs o>p het zuiden, het zonlicht stroomde bin-
en men had het prachtige uitzicht op de
a ®i de blauwgrijze heuvelen, de be sneeuw-
toppen, (j(, bebloemde vlakte en het sche
rmende opaal in de verte, dat men wist. het
zijn.
2-. m twaalf uur, vereonigden zich de past.oo'r,
i,vU "tehtje Aniiuinzata en zijn gast om den
'^f't.ijd te gebruiken.
D® pastoor was een korte, zware, zwart-»
•iige jonge man, als vijf-en-veertig nog jong
miemd' kan worden, met een, gebogen neus,
°elst uiterlijk, geweldige kaken en dunne üp-
rfn> die hij nooit opende om te spreken als hij
eenig!szins buiten kon. Nooit
y ---"gasius ou:i ten Kon. ivooh behalve des
o:ndagKj dan besteeg hij den kansel ein opende
v waarlijk, en zijn lang weerhouden spraak-
efmogen brak dan losi in een preek, een ware
boom van woorden zoo luid mogelijk uitge-
hreeuwd, met een pauze van twee of drie
'mttein om op adem te komen en dan weer
^tomvoeid voortgaande. Maar door de week,
verlot is vertrokken na 15 Maart 1904, en
per spoor- of tramweg moet reizen en in
je aanwezig is een op wit papier ge-
j) ei met rooden inkt ingevuld vervoerbewijs.
a behoeft hij zich niet ter Gemeentesecretarie
n melden, doch begeeft zich rechtstreeks
z«kK b®*- station van vertrek en stelt aldaar zijn
(je ?ekje ter hand aan den stationsbeambte, met
da- Up?b'te van plaatsbewijzen belast. Hij behoort
boel 6r °P 'ndachtig te zijn, dat hem het zak-
Va If W01'dt teruggegeven, alsmede de strook
Se t vervoerbewijs, aangezien deze strook hem
urende de reis moet dienen als plaatsbewijs.
verb^eva' z'e^te °f gebreken die opkomst mocht
ov b'nderen, moet hiervan zoodra doenlijk door
Ven1* van eene °P gezege'd papier geschre-
q en gelegaliseerd geneeskundige verklaring ter
v0 imeent-esecretarie blijken. Na zijn herstel ver
st hij zich onverwijld bij zijn korps.
- lJ' die zonder geldige reden niet voldoet aan
verstrekte
als de-
Het niet-ontvangen eener bijzondere oproeping
ontheft een verlofgangev geenszins van zijne ver
plichting tot opkomst in werkelijken dienst, daar
de openbare kennisgeving EENIG en ALLEEN
als BEWIJS geldt, dat hij behoorlijk is opgeroepen.
Schiedam, den 23sten Juni 1905.
De Burgemeester voornoemd,
VERSTEEG.
Beproeving van verlichtings- en seimniddelen.
De Burgemeester van Schiedam
vestigt, op verzoek van den heer Commissaris der
Koningin in de provincie Zuid-IIolland, de aandacht
van belanghebbenden bij de scheepvaart op de
hieronder volgende berichten aan zeevarenden
Beproeving van seinmiddelen bij
Steenen Baaköp Voorne 4e District.
Volgens mededeeüng van den Minister van Staat,
Minister van Oorlog zullen bij Steenen Baak op
Voorne proeven worden genomen met lichtseinen
op 3, 4 en 5 Juli 1905 met acetylesnlicht en
gekleurde lichten tusschen 8 uur 's avonds en
zonsopgang van den volgenden dag.
Beproeving van verlich tings- en
seinmiddelen Hoek van Holland
Vierde District.
Volgens mededeeüng als voren zullen op 4 en
5 Juli 1905 op een stoomboot in den Nieuwen
Rotterdamschen Waterweg proeven worden geno
men met electrisch zoeklicht en op 28 en 30 Juni,
3, 4 en 5 Juli op het Fort aan den Hoek van
Holland met well's licht, acetyleenlicht, lichtfak-
kels en gekleurde lichten tusschen 8 uur des
avonds en zonsopgang van den volgenden dag.
S c h i e d a m, 23 Juni 1905.
üe Burgemeester van Schiedam,
VERSTEEG.
Inrichtingen welke gevaar, schade of
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
Gelet op de bepalingen der Hinderwet,
Geven kennis aan de ingezetenen dat op heden
op het verzoek van M. Akkerman, om vergun
ning tot oprichting van een bewaarplaats van
lompen, in een loods staande achter het pand aan
de Groenelaan no. 18. kadaster sectie L no. 1295,
uithoofde van gevaar, afwijzend is beschikt.
Schiedam, den 22sten April 1905.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
V. SICKENGA.
23 Juni.
In Mantsjoerije.
Omtrent de laatste bewegingen van beide legers
meldt de correspondent van de Daily Telegraph
te Modzji, dat generaal Linjewitsj, toen hij ge
waar werd dat de Japansche linies zich ongewoon
ver langs zijn linker-en rechtervleugel uitstrekten,
Misjtsjenko op verkenning hebben gezonden. De
volhardde hij in een wonderbaar stilzwijgen
en daar hij er wel wild uitzag, maar zeer zacht
moedig was, had John er een ondeugend!
plöizier in hem tot spareken te dwingen. Daarbij1
had John er vandaag goede rede voor.
Dttp toen het gebed gesproken was, zeide
hij melt een ernstig weetgierig gezicht: „u, hebt
mij nooit verteld, dat bef in het kasteel spookte.''
Hij kqek naar het Napoleon-profiel van Don
Amlbrogio maar van terzijde lette hij ook op
Annuuziata, etn zag dat dit kleine wijze meisje
opmerkzaam werd
„Neen", zeide Don Amlbiragio, tusschen twee
lepels soep.
„Dan zu|l-t u ook mijne verbazing kunnen be
grijpen, toen ik bemerkte, dat dit inderdaad
zoo is" ging John zeer kalm v'oort.
„Het is niet. zo,ö," zeide Don Amhrogio. Hij
wijdde zich geheel aa,n zijn momenteelen be
zigheid, zijn lepel vloog onophoudelijk op en
neer. Zijn servet, in zijn boordje gestoken be
schutte hem als een wit kuras.
„O, niet?" yroeg John. „Niet het kasteel?
Alleen de tuin en het Olijvenjboisch. Bij nader
inzien heb ik het ook alleen daar gezien."
„Het spookt hier nergens" zeide de pastoor.
Hij gaf een teeken aan Annunziata, die op
stond om de borden weg te nemen- Haar groote
o,ogen glinsterden, haar ernstig gezichtje was
vo.l leven, maar zij zou, er nooit aan denken
in tegenwoordigheid van liaax oom te spreken).
Mareedla de keukenmeid, bracht het onvermij-
Russeri verrichtten allerlei demonstraties om de
Japanners den indruk te geven dat zij een aan
vallende beweging begonnen, maar de Japanners
liepen niet in de val en lieten niet blijken, waar
zij in stelling lagen. Na herhaaldelijk klop te heb
ben gehad, trok Misjtjenko, zonder zich om de
onzijdige zone te bekommeren, Mongolië in, waar
hij zich nieuwe voorraden verschafte en Chineezen
huurde om de vijandelijke linies te bespieden.
Toen Misjtsjenko inlichtingen had die hem vol
doende leken, trek hij om de linkerflank van de Ja
panners heen en bedreigde hun verbindingslijnen de
hoop een gedeelte hunner naar het Zuiden te lokken.
Maar al deze bewegingen brachten geen verande
ring in het krijgsplan van Ojarna, integendeel zij
hielpen de Japanners om op de hoogte te komen
van de stellingen der Russen. En dientengevolge
nadert nu de groote slag.
Blijkens ambtelijke rapporten, hebben de Japan
ners aan het front reeds belangrijke stellingen
bezet, die noodig zijn voor den goeden afloop van
een algemeen gevecht. De Russen kwaaien, na
een dag veebtens, in slechte positie. Linjewitsj
toestand zou op dit oogenbük gevaarlijker zijn
dan die van Ivoeropatkin na den slag van Moek-
den. Hij is geheel in de war gebracht door zijn
machteloosheid, om de bewegingen van het Japan
sche leger te ontmaskeren, en als man een ge
vangene mag gelooven, zou Linjewitsj zeer ongerust
ten aanzien van den spoorweg in zijn rug zijn.
Hij meent dat het doel van den eerstvolgenden
slag is, om Wladiwostok voorgoed at te snijden.
Daarom wil hij Charbin tot eiken prijs verdedigen.
Midderwijl zou Linjewitsj uit Petersburg bevel
hebben gekregen, om uit alle macht te verhinde
ren dat de Japanners het Russische gebied binnen
vallen. Eenige dagen geleden is er een langdurige
krijgsraad gehouden. Daarop volgde een galamaal
tijd. Sedertdien zijn er voortdurend versterkingen
te Charbin, te Tsjang-tsjoeng en Girin aangeko
men. Nacht en dag werpen de Russen schansen
op, de grond is overal doorgraven met mijngangen.
Een medewerker van de Nowoje Vremja publi
ceert eenige brieven van Russische olficieren, die
zich bezig houden met de oorzaken van de neder
laag der Russen in Mantsjoerije. De veertigjarige
gebaarde »ooms," die zijn opgeroepen", wordt in
een der brieven gezegd, shebben elke militaire
houding verloren. Men telt bij hen vele zieken
maar nog meer lieden, die hun onder-de-wapenen
roeping voor onrechtvaardig houden, dus ontevre
den zijn en pruttelen, lil onze gelederen telt men
2030 procent van deze personen. En dit element
oefent ontegenzeggelijk een nadeeügen invloed uit
op de jongere krachten in het leger. Bij de bivou-
acvuren hoor ik gedurig hoe deze »oom$" redeneeren
over de nutteloosheid van den oorlog, verder over
hunne armoede en hunne onverzorgde kinderen,
die zij in het vaderland achterlieten. Dat is zeer
treurig."
Deze verklaringen bewijzen ten duidelijkst de
waarheid van de reeds uitgesproken bewering
over de gebreken van groote legercorpsen. De
kwaliteit wordt door de kwantiteit op den ach
tergrond gedrukt. Ook ziet men hieruit, dat het
delijke kalifsvleesch.
„O, ik vraag u, excuus", zeide John beleefd
maar beslist. „Ik zelif heb het twee maal ge
zien en opdat u, niet zoudt denken, dat het.
een persoonlijke illusie is. kan ik u zeggen;,
dat ook een ander persoon het zag."
„Het, het, wat is het?" vroeg de pastoor,
zijn scherp gezicht nog woester kijkend, nu
(het met een tamelijk bot mes op het kalfsvleesch
aanviel.
„Ah", zeide John, „nu doet. ge het mij (be
treuren, dat ik niet met woorden schilderen'
kan. Het is de gestalte eener vrouw, eener
jong© Vrouw, lang, slank, in een doorschijnend
licht gewaad, die dan hiér, dan daar zichtbaar
is', eenige minuten blijft en dam weer Verdwijnt.
Neen het is geen Verbeelding. En het is even
min'", voegde bet gewetenlo.oze schepsel er aan
toe, met veel nadruk zijn stem verheffend, „het
as evenmin, als sommige menschen met veel
fantasie zou kunnen denken, een geestverschij
ning, een visioen, een luchtbeeld." Hiér be
trok Annunziata'S gezicht. „Het is een wezen
lijke, levende gestalte, die ademt en zich be
weegt en ook spreekt, aJs zij daartoe gedwongen
wordt.
„Ep is iets bovennatuurlijks in o£ wij moeten
van het standpunt uitgaan, dal de natuur ^elf
(bovennatuurlijk is. Ik vraag mij af, Don Am-
briiogo, of gij, zonder iemands vertrouwen te
schenden, mij zoudt kunnen zeggen wier ge
stalte het is."
nutteloos is oude gedienden op te,,roepen. Want
alleen krachtige jonge mannen zijn bestand tegen
de vermoeienissen van den modernen oorlog. Bo
vendien heeft de practijk van den Mantsjoerij-
schen veldtocht de oude waarheid ten stelligste
bewezen, dat met ontevreden soldaten geen over
winning kan worden behaald. De ontevredenheid
behoeft daarom nog niet zoo groot te zijn, dat zij
weerspannigheid tengevolge heeft, doch slechts
van dien aard, zooals ze in Rusland dagelijks
voorkomt.
De Japansche troepen bestaan daarentegen uit
onvermoeibare, strijdvaardige mannen. Hun suc
ces blijkt iederen dag toe te nemen. Zoo bezetten
zij den 19en Juni Lioehwastsch zonder strijd.
Eveneens zijn zij meester van het 20 mijlen ten
noordwesten van Weinanpoemen gelegen Yang-
milintzoe. üp den weg naar Khirin hebben zij de
Russen uit verscheidene stellingen verdreven.
Yangtzoeüng hebben zij van Russen gezuiverd.
Ten noord-westen van Sbilioeinatzoe bezetten zij
eene heuvelenketen. En ten noorden van Yang
tzoeüng hebben ze den Russen eene groote neder
laag toegebracht.
RUSLAND,
In de straten van Lodz had Woensdag-middag
een groote betooging plaats, waaraan omstreeks
70,000 personen deelnamen. De menigte trok met
25 roode vlaggen door de straten. Er werden op
ruiende redevoeringen geüoulen. De gewapende
macht was eerst niet te zien, maar kwam later
tusschen beide. De soldaten maakten gebruik van
hun wapens waarbij 18 personen gedood en onge
veer 100 verwond werden.
Vandaag begint de mobilisatie in het dis
trict Moskou. De gouverneur heett de bevolking
uitgenoodigd zich rustig te houden.
Volgens de Roeskoje Wjedomosti hebben in het
district Sjaroechari in het gouvernement Eriwan
de oproerlingen, ten getale Van 37.000, vier Ar
menische dorpen verwoest. Zij: werden daarna,
ibij een aanval op het versterkte Oeüanorasjan
met verlies van honderd gesneuvelden terugge
slagen. Het dorp Sjoeloedian werd drie dagen
door de soldaten verdedigd. Na aankomst van
een sotnia, ter versterking sloeg de bevelhebber
der troepen een rec,hts treekschen aanval der re
bellen af en brac,ht hen groote verliezen toe.
Een aanvoerder met een groene turban is gedood,
'is Nac,hts gingen de kozakken over tot den aan
val; zij namen 870 man gevangen en maakten
een zwarte vlag, met de hand van den Profeet
er op afgebeeld, buit, voorts een menigte wa
penen. Er werden verder Mofaammedaanscjie pro
clamaties gevonden, waarin de Sjoeten en Sun-
nieten worden opgeroepen tot den gemeenscjiap-
pelijken krijg.
In een kerk te Stawropol, in Kaukazië, is
een hevige twist ontstaan tusschen oud-ge loovi-
gen en orthodoxen, zoo hevig, dat de laatstgenoem
den wegens het rumoer dat zij maakten, door de
politie uit de kerk gezet werden. Daarop verza
melden de orthodoxen zich op straat in zoo groo-
„Neen signore1", zeide Don Amlbrogio, zijn
adem sparende.
„Ach", zuchtte John gelaten, „dat dacht ik
wel. Vermoedende, dat ik nasporingen zou doen
is zij mij vóór geweest en heeft u geheimhou
ding gevraagd."
„Neen signore," ontkende Don Amlbrogio met
zulke oprechte oogen, dat er niet te twijfelen
viel. John's gelaat kreeg een uitdrukking van
'bedroefde verbazing.
„Maar waarom wilt u het miji dan niet
zeggen?"
„Ik kan het u niet zeggen, omdat ik het
niet weet", zeide Don Amlbrogio.
„O", zeide John. „Maar toch", voegde hij er
nadenkend bij „is het moedelijk om aan te pe
nen. Ik zeg niet, dat ik het in twijfel trek,
naar het is even moeielijk aan te nemen pis
ommige wetenschappelijke en geloovige vraag-
Iukken. Er kunnen toch niet een menigte van
zulke slanke, tengere gestalten in doorschijnen
de kleederen 'in uw parochie ronddwalen. Ein
gij kent toch iedereen?"
„Een boerin, een dorpelinge?" zeide Doo Am-
briogo.
„Ik vraag u als een kenner van het leven,
dragen boerinnen en dorpelingen doorschijnen
de kleederen?"
Wordt vervolgd