Staten-Generaal.
Binnenland.
hebben aanschouwd, toen de jonge reservisten
naar hunne garnizoenen vertrokken en tot opstand
tegen hun chefs werden aangezet en ten slotte
zal deze beurs dan ophouden het toevluchtsoord
der leiders van werkstakingen en andere revolu-
tionnaire bewegingen te zijn. (Bravo's in het
centrum en rechts.
De volbloed socialist Marcel Sembat, den vorigen
spreker beantwoordende, zeide, dat het anti
patriotisme een pretext is. Wat men aan de
Werkbeurs verwijt is, dat zij het proletariaat
organiseert en de algemeene werkstaking voorbe
reidt. De anti-militaristische affiches kwamen niet
van de Algemeene Confederatie van den Arbeid,
(protesten rechts) doch van eenvoudige burgers.
Toen de regeering echter tegen de nationalisten te
strijden had, was zij zeer gelukkig de hulp der
syndicaten van de Werkbeurs te hebben en bjj
het feest van den »Triomphe de la Republique"
waren zjj bij een ofïicieelen brief uitgenoodigd en
daarbjj was door den prefect van politie Lepine
toegestaan, dat de syndicaten met hunne roode
vlaggen mochten optreden, Waldeck Rousseau
gaf daartoe eveneens zjjn goedkeuring. (Spottende
bravo's rechts.)
Ruim drie uren bleef deze hevige socialist-
revolutionair aan het woord en geeselde de repu
blikeinen van alle kleuren door hen te verwijten
alles wat de socialisten thans doorvoeren vroeger,
aan hun kiezers zelf beloofd te hebben en dikwerf
in praktjjk te hebben gebracht. Je vredesmannen,
zoo roept hij, willen de ontwapening en de legers
afschaffen. Wij gebruiken daartoe het eenige practi-
sche middel door de werklieden aan te raden overal
den militairenjdienstte weigeren. In de zaak-Dreyfus
heeft deze regeering zelf medegeholpen om het leger te
bezwalken en toen was de hulp onzer socialistische
syndicaats ook zeer welkom aan de republikeinen.
En wat was de 4de September (toen Gambetta
de republiek deed uitroepen) iets anders dan een
anti-militaristische omwenteling (Hevige protesten
links). Met de Republiek te vestigen hebt ge U
zelf als vredesmannen aangediend. Zij die sterk
willen zjjn en vechten zijn geen republikeinen.
(Nieuwe protesten). Indien Frankrijk oorlogzuchtige
gevoelens koestert, dan had het de Republiek niet
moeten aannemen. (Rumoer)En zoo gaat Sembat
voort zijn collega's te beschuldigen dat zij in hun
daden als republikeinen niet logisch handelen,
alles verkeerd besturen en voortdurend huichelen.
De werkman, die zjjn levenlang zwoegen moet,
heeft geen idee van een Vaderland, wat volgens
Maurice Barres uit een vorm van den geest
bestaat. Les malhcureux n'ont pas de patrie,
zooals Saint-Just terecht gezegd heeft.
Dezen en nog een lange reeks van aan- en
uitvallen maakte de stemming der Kamerleden
steeds onrustiger. De verwarring bereikte echter
haar toppunt toen de socialisten en revolutionnairen,
Sembat steunende, zich met de Russische opstande
lingen solidair verklaarden en die verheerlijkten, den
Tsaar beleedigden en alle vormen te buiten gingen.
De rechterzijde eischte van den president dat de
regeering deze beleedigingen niet onbeantwoord
zoude laten en dat een der aanwezige ministers
moest optreden. De heer Doumer zeide hierop
dat de regeering op haar tijd zal antwoorden en
hierna ging de Kamer onder hevig protest uiteen.
Deze rede van Sembat klonk als een brutale en
soms logische uitdaging aan de maatschappelijke
orde gericht, als een oproeping ten strijde tegen
de bestaande en hoogere beginselen tegen hetgeen
men tot nu toe als de basis aannam waarop een
ordelijke staat gebouwd is en dat de waarborgen
de zekerheid voor alle burgers uitmaakt. Wij weten
wel dat wat Sembat verkondigt, hoe brutaal hij
het ook deed, niet veel meer bevatte dan wat wij
gewoon zijn van deze sophisten, utopisten te hooren,
doch wat hierbij bijzonder trof, waren de dikwerf
zeer juiste en gegronde beschuldigingen welke hij
zjjn repubhkeinsche confraters van links naar 't
hoofd slingerde; met hen zeer logisch de inconsé
kwentiën van hun leer onder de oogen te brengen.
De republiek welke van af 1871 voortdurend
meer naar links draaide, bewijst wel ten duide
lijkst, dat deze regeeringsvorm in Frankrijk tot
een noolottig uiterste moet voeren, waarvan de
juiste vorm, hetzij een| nieuwe) omwenteling of
een proef met het collectivisme nog moeieljjk te
voorspellen is. Maatschappelijke orde, zedelijke
orde, vaderlandsch ideaal, en godsdienst zijn hier
woorden geworden, welke met de republikeinsche
leer en overlevering niet overeen te brengen zijn.
Sembat heeft deze woorden afgetakeld en de wer
kelijkheid verscheen voor een oogenblik en deed
nog vele schrikkenanderen deden zelfs alsof zij
verontwaardigd waren.; |de huichelaars bedekten
zich het) gelaat van verontwaardigingalleen de
dwazen waren woedend.
Een paar dagen later kwam de minister-presi
dent Rouvier eindelijk, uit vrees van geïnterpel
leerd te worden, verklaren, dat de regeering de
leer en de proganda der antimilitaristen verwerpt.
De taal hier in de Kamer gevoerd, zoude onze
nationale onafhankelijkheid kunnen schaden, zeide
hij. Doch er is nog meer. »Er zijn ook woor
den gesproken welke onze internationale relatiën
betreffen, welke ik moet releveeren". Hier schreeuw
den de revolutionairen dat zjj met de Russische
opstandelingen solidair z\jn. Weg,met de Kozakken
Wie durft de woorden van Odessa goed te keuren,
roept Sembat.
Rouvier besloot met te verklaren, dat de regee
ring overtuigd is de tolk van de overgroote meer
derheid van het land te zijn, die trouw bljjlft
aan de bevriende natie en bondgenoot in al de
omstandigheden van haar nationaal leven, in de
gebeurtenissen van haar binnenlandsche verschil
len hebben wij niet te treden. (Zeer goed
werd geroepen en men ging over tot orde van
den dag.
In den Senaat werd intusschen met een daar
engekenden ijver of beter gezegd, gejaagdheid, de
scheiding tusschen Kerk en Staat geënregistreerd-
Geen woord werd er in die wet, welke vol rechte
lijke dubbelzinnigheden en onmogelijkheden uit
de Kamer werd ingezonden, veranderd, geen enkele
correctie of verbetering is er in aangebracht.
Niettegenstaande de krachtige verdediging der rech
ten en vrijheden der Katholieken, door de aan
voerders der rechterzijde en der liberale republi
keinen op kranige wijze gevoerd, werd zij Woens
dag den 6de dezer met 181 stemmen tegen 102
aangenomen en kan men er de afkondiging iede-
ren dag van verwachten. De heer Loubet kan nu
alvorens zijn welverdiende rust te gaan genieten
en als bekroning van zijn zevenjarig bestuur, ook
deze door niets gewettigde maatregelen tegen den
godsdienst der Franschen met zijn hand bekrach
tigen, zooals hij alles geteekend heeft, doch laat
hij niet vergeten hij, dan het onomstootelijk bewijs
zal leveren niet het hoofd van Frankrijk, doch
slechts dat eener politieke partij te zijn geweest.
Fidelius.
TURKIJë.
Men seint uf t jWberuen aan de Daily Telegraph
dat d© Sultan .beeft toegegeven omdat hij wist
dat, indien hij kippig bleef, de mogendheden een
christen-gouvërneur over Macedonië zouden aan
stellen.
De internationale vloot blijft voorloopig te Mi-
tylene.
AMERIKA.
De boycot van Amerikaansche goederen in Chi
na schijnt eer erger dan minder të worden, maar
do Amerikanen ts|chijnen vastbesloten hun wet
ten tot .wering der Chiinoezen stipt te handha
ven. Dit is opk op te maken uit een rapport
van den Amerikaanschen minister van Koophan
del, waarin deze zegt dat pfsehoon de handha
ving en uitbreiding van den Amerikaanschen han
del in China van belang i®, deze al te duur
gekocht zo,u, .worden, mot afschaffing dor anti-
Cihineesch© wetten.
EERSTE KAMER.
Zitting van Vrijdag 8 December.
Aan rar. Romeyn wordt eervol ontslag verleend
als commies-griffier, onder dankbetuiging. De
nieuwe commies-griffier zal in een der vergade
ringen tusschen Kerstmis en Nieuwjaar worden
benoemd. Hierna worden verschillende wetsont
werpen z. h. s. aangenomen.
De minister van Buiten 1. Zaken
antwoordt op een vraag van den heer Water
schoot v. d. Gracht, dat men af te wachten
heeft, welke uitvoering de regeeringen van
Duitschland en Zwitserland, aan de besluiten van
de hier gehouden conferentie nopens het zalmtrak
taat, zullen geven.
De minister van Landbouw antwoordt,
dat hij voornemens is een commissie te doen
benoemen tot onderzoek van de middelen tot
bevordering van den zalmrijkdom op onze rivieren,
en of het gewenscbt is weer zalmen op de
benedenrivieren uit te zetten.
De conclusie der betreftende commissie wordt
daarop z. h. s. aangenomen.
Woensdag 27 December om 2 uur komt de
Kamer weer bijeen.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Vrijdag 8 December.
Staatsbegrooting.
De minister van Financiën gaat niet
in op de wijze, waarop bij de stembus gestreden
is, al keurt hij het gebruik van onwaardige mid
delen af, en betreurt hij overmatige uitingen van
vreugde over den uitslag. De beteekenis van den
uitslag wenscht de Regeering echter niet onbe
sproken te laten. De minister betoogt, dat omtrent
de voorgeschiedenis van de vorming van dit Ka
binet, als geheel behoorende tot het gebied van
de Kroon, geen volledige meedeelingen kunnen
gegeven worden.
Spr. zet uiteen, dat de uitslag der verkiezingen
het resultaat is geweest van het werken in gelijke
richting van onderscheidene krachten, zonder eenige
coalitie dan tusschen de vrijzinnig-democraten en
de liberale unionisten, en betoogt dat de geschie
denis geleerd heeft, dat een Kabinet, zonder dat
de formateur daarin plaats neemt, 's lands belan
gen even goed kan behartigen als wanneer de
formeerder daarin wel zitting heeft. Spr. verdedigt
daarna het zitting nemen van uitsluitend mannen
van links in het Kabinet, en doet uitkomen dat
geen agressieve politiek zal gevoerd worden. Er
zal rekening worden gehouden met de rechten en
vrijheden van anderen en het Kabinet zal wars
zijn van alle uitsluitingen. Spr. hoopt, dat het dan
deze Regeering zal gelukken, een meerderheid te
vinden voor haar voorstellen. Zekerheid bestaat
daaromtrent natuurlek bij dit Kabinet niet. Maar
mochten de verwachtingen beschaamd worden, dan
zal het Kabinet zich echter bewust z(jn, z'n plicht
te hebben gedaan.
De minister verdedigt voorts het intrekken van
verschillende ontwerpen der vorige regeering, wat
ook geschiedde bij de vroegere Kabinetswisseling.
B(j benoemingen wordt niet op politieke richting,
doch allereerst op geschiktheid en bekwaamheid
gelet. Afschaffing der Staatsloterij is niet urgent,
en deze loterij is buitendien een geheel andere,
dan vele instellingen, die de volksspeelzucht op
wekken. De gemeentelijke financiën zullen steeds
op de warme belangstelling van deze Regeering
kunnen rekenen. De daarvoor bestaande commissie
zal spoedig worden aangevuld.
Op bezuiniging heeft de Regeering het oog ge
richt. In verband met de belangruke wenken van
den heer Patijn omtrent commercieele boekhouding,
heeft de minister reeds een bescheiden stap in die
richting gedaan, door een speciaal ambtenaar van
zjjn departement een onderzoek op te dragen bij
de posterijen en telegrafie, waar reeds voor de
telefoon zulk een boekhouding bestaat.
Uitvoerig bestrijdt de minister de meening, dat
de toestand van 's lands financiën op dit oogenblik
nog geen versterking der geldmiddelen noodig
maakt.
Spr. verdedigt het Kabinet, dat het de ouder-
doms- en invaliditeitsverzekering slepende houdt.
Hij vraagt met aandrang hetzelfde vertrouwen op
dit punt, als de Kamer eertijds den minister Pier-
son schonk. Algemeene tariefsverhooging is van
dezen minister niet te wachten, omdat zij altijd
protectionistisch werkt.
De minister deelt verder mee, dat met kracht
wordt, gewerkt aan een voorstel om tegen te gaan
het toenemend gebruik en den invoer van saccha
rine. Spr. betoogt nog, dat geen verband moet
gelegd worden tusschen het voorstel tot heffing
van opcenten op de Bedrijfs- en Vermogensbelas
tingen, en 's ministers latere duurzame plannen
tot belastinghervorming. Uitstel van dien tijdelij-
ken maatregel is niet mogelijk. Met klem komt
hij er tegen op, dat dit voorstel een partij-voor
stel zou zijn.
De minister van Landbouw zal voort
gaan, de voetstappen van den minister Kuyper op
sociaal gebied te drukken, ten-aanzien van het
toezicht op het havenbedrijf te Rotterdam. Den
overigen socialen arbeid van minister Kuyper noemt
spr. minder gelukkig.
Beantwoordende verschillende vragen omtrent
arbeidstoestanden, kritiseert hij het rapport der
sociaal-demokratische studie-club, dat aan eenzij
digheid lijdt. De minister is overtuigd, dat de ar
beidsduur voor volwassenen veel te lang is. Voor
Regeeringstusschenkomst in dezen, ook ten-aan
zien van nachtarbeid, is alle redenbetere be
scherming van den kinderarbeid heeft 's ministers
groote sympathie; ook de Zondagsrust zal niet
uit zijn oog worden verloren.
Zoodra de middelen beschikbaar zijn zal de
ouderdom?- en invaliditeitsverzekering worden
ingediendzij zullen tijdig worden ingediend, niet
op het einde van de 4-jarige periode, zoodat de
Kamer er tijdig over zal kunnen oordeelen. En
zijn voorstellen zullen niet onvoldragen zijn. Bij
de bewerking van de verplichte ziekte verzekering
beweegt de minister zich in decentraliseerende
richting.
De minister zal bevorderen het verleenen van
subsidiën aan ambachts-en nijverheidstentoonstel
lingen. Hij zal het werkplan van de enquête
commissie voor den handeldrij venden middenstand
vaststellen, en daarna tot de enquête doen over
gaan.
De minister van Justitie betoogt,
dat de door eenige sprekers gewraakte intrekking
van de Strafwetnovelle geschied is uitsluitend wijl
de deskundigen het tijdstip voor wijziging van ons
strafrecht nog niet aangebroken achtten. Voorts
komt de minister op tegen het verwijt van partij
dige samenstelling der voogdijraden.
De minister van Binnenlandsche
Zaken betoogt, dat de rechtmatigheid, om het
blanco-artikel op het Regeeringsprogramma te
brengen, vrij algemeen erkend wordt, en hij be
strijdt, dat de kiesrecht-grondslagen in de Grond
wet geregeld moeten zijn. De stap, die nu voor
gesteld wordt, is minder groot dan die in 1887
werd gedaan. Voorts verdedigt spr. de opdracht aan
de Staatscommissie voor Grondwetsherziening
gegeven. Wat 't blanco-artikel daarbij betreft,
daaromtrent is de bedoeling en de door de Regee
ring gewilde redactie voldoende bekend, zoodat de
Regeering daaromtrent geen voorlichting behoeft.
Maar dat sluit beslist geen beperking van het
mandaat der commissie in. Bij de samenstelling
van de commissie stond, zonder natuurlijk de
politiek buiten te sluiten, op den voorgrond de
deskundige geschiktheid van de leden. Als alle
partijen er in vertegenwoordigd hadden moeten
zijn, zou de commissie te uitgebreid geworden zijn
en zou aan het kalm overleg afbreuk zijn gedaan.
De minister van Oorlog verdedigt o. a.
het cijfer van het oorlogsbudget. Of hij goedkoop
zal zijn, weet hij nietmaar zuinigheid beloott
hij. De stelling van Amsterdam moet ten spoe
digste worden afgewerkt. De minister stuurt naar
volksweerbaarheid, maar een volksleger zou thans
niets dan een volksmassa zijn.
Na een kort woord van den minister van
Waterstaat omtrent het subsidieeren van
openbare werken, vangen
de replieken
aan, waarbij de voorzitter dringend tot beperking
aanmaant.
De heer Kolkman houdt vol, dat de heer
Borgesius, niet steunende op een meerderheid, geen
Kabinetsformateur had mogen zijn.
De heer Heemskerk bespreekt nog de kwes
tie van den Utrechtschen burgemeester en hand-*
haaft zjjne bezwaren omtrent de Kabinetsformatie
waartegen geen deugdelijke argumenten zijn aan
gevoerd.
Maandag, Woensdag en Vrijdag van de volgende
week wordt avondzitting gehouden.
Avondzitting van Vrijdag 8 December.
De replieken over de algemeene beschouwingen
worden voortgezet in de eerste plaats door den
heer Roessingh, die verklaarde door de verze
keringen der regeering hoop te hebben op de toe
komst in tegenstelling van den heer Kolkman,
die zonder reden somber gestemd is.
De heer Pastoors verheugt er zich over dat
minister Veegens geen eenzijdig standpunt inneemt
tenaanzien der sociale wetgeving. Hij vraagt of
de burgerministers de zienswijze van den minister
van oorlog omtrent de militaire uitgaven deelen,
dit in verband met de bezuinigingsparagraaf in de
troonrede.
De heer T y d e m a n wenscht vrij te blijven
in de waardeering die hij voor dr. Kuyper als staats
man koestert; hij handhaaft de meening dat dr.
Kuyper de antithese invoerde, toen hij sprak van
de beide antithesische helften van het volk en keurde
af dit scheidingmaken en het onderzoek naar de
gevoelens van sollicitanten voor betrekkingen.
Verder de Kabinetsformatie besprekend, zeide hjj,
dat zijn partjjgenooten zich zeer welgemoed maar
onafhankelijk gevoelen en zich niet eerst geroepen
achten dit Kabinet omver te werpen.
De heer Van den Berch van Heem
stede bleef zich verzetten tegen de opcenten-
heffing, waarvan de Regeering niet kon bewijzen
zij tijdelijk zou zijn.
De heer Troelstra besprak de verkiezings-
praktjjken. Hij hield staande dat de heer Van den
Bergh te Rotterdam opkomt tegen de organisatie
zijner werklieden en handhaafde tegenover den
heer Reyne het cijfer van 640.000 bedeelden.
Zwijgen de democratische elementen ter rechterzijde
niet, dan verwacht hij wel sociale vruchten aan
den dorren boom dezer regeering. De sociaal
democraten zijn niet verantwoordelijk voor deze
regeering; hun stem zal afhangen van de daden
van het Kabinet. Verder critiseerde hij de houding
inzake de kiesrechtregeling, de samenstelling der
Grondwetscommissie en verzocht staatspensionee-
ting althans voor een deel der arbeiders in den
geest van het Deensche stelsel te overwegen.
Neemt het geheele Kabinet voor zijn rekening
wat minister Staal over bezuiniging heeft gezegd
De heer D r u c k e r concludeerde, dat het ver
trouwen in minister De Meester door diens rede
is versterkt. De verwachting is door hem en door
den heer Veegens ten aanzien van de algemeene
politiek van het Kabinet stellig niet verminderd.
De spreker hoopte op het klinken van een anderen
toon dan heden gevoerd in het antwoord op het
voorloopig verslag der oorlogsbegrooting.
Nadat de heer Schokking had vastgesteld,
dat thans uiteraard de zelfstandigheid der rechtsche
groepen grooter is, maar dat de innerlijke gemeen
schap niet is verbroken, constateerde de heer
T a 1 m a dat hij het eens was met den heer Loh-
man, dat er in het systeem van minister Kuyper,
ten aanzien van burgemeesterbenoemingen, wel
iets verkeerds was. Op een vraag van den heer
Tydeman, waarom hij det vroeger nooit had ge
zegd, antwoordde spreker, dat het er niets toe
deed, omdat dit stelsel niet bij andere benoemin
gen werd toegepast. Hij ontkende voorts, dat de
christen-democraten zich zouden hebbenjgeeffaceerd
Zij wisten, dat dr. Kuyper met hun denkbeelden
rekening hield. Spreker wilde de regeering steu
nen tegenover den aandrang der sociaal-democra
ten, met wie de linkerzijde in 's lands belang
den band moet doorsnijden.
De minister van Financiën bleef de
oplosssing der crisis ais logisch gevolg van den
uitslag der verkiezingen juist achten. De opcenten
vraagt de minister voor één, hoogstens voor twee
jaren, de Kamer blijft telken jare vrij.
De minister van Oorlog zal de bezuini-
gings-commissie uitstellen, doch voorzoover hij
reeds zelf oordeelen kan, oordeelt hij zelf.
Nadat ook nog de ministers van Justitie, Bin
nenlandsche Zaken en Landbouw enkele opmer
kingen hadden beantwoord, werd de algemeene
beraadslaging en daarna de vergadering gesloten.
De Koninklijke familie.
H. M. de Koningin en Z. K. H. de Prins der
Nederlanden stellen zich voor Maandagochtend,
18 dezer van 't Loo naar de residentie terug te
keeren.
Schout-bij-nacht Snetlage.
Den schout-bij-nacht Snetlage werd gister te
's-Gravenhage bij zijn vertrek als commandant der
zeemacht in Ned.-Indië tot aan den trein uitge
leide gedaan door den minister van Marine en
ongeveer een 50-tal vlag-, hoofd- en andere
officieren der Marine te 's-Gravenhage aanwezig.
Hembrug.
De minister van oorlog toont na zijn jongste
bezoek aan de Hembrug veel belangstelling in den
toestand der werklieden aan de artillerie-inrich
tingen aldaar. Heeft Z.E. onlangs een onderzoek
doen instellen naar de bestaande regeling en naar
den arbeidstijd, thans worden van hoogerhand
inlichtingen bij de burgemesters van Zaandam en
omliggende gemeenten ingewonnen ten opzichte
van de loonen der vaste gemeentewerklieden, ook
van dezulken die geen eigenlijk ambacht verstaan,
tevens aangaande hunne aanspraken op eigen
pensioen en voor weduwen en weezen, op vrije ge
neeskundige behandeling en op verlof. Een en
ander geschiedt om tot eene vergelijking te kunnen
geraking tusschen de verdiensten dezer werklieden
en die, verbonden aan de munitiefabriek en verdere
rijksinrichtingen aan de Hembrug.
Ambtenaren aan de ministeries.
Een der Haagsclie medewerkers van de Tel.
meldt
Sinds een tiental dagen loopt hier het gerucht
onder de ambtenaren van de verschillende depar
tementen, dat in een der jongste zittingen van
den Ministerraad gesproken moet z(jn over het
vervroegen van het beginuur van de werkzaam
heden aan de ministeries.
Het Kamerlid Bogaardt.
De nieuwe afgevaardigde voor Breda vertrekt
eenige dagen voor Kerstmis uit Ned.-Indië, en
hoopt te Amsterdam bij zijn familie 20 Januari
a. s. aan te komen.
Het Kamerlid Van Heeckereu.
Zooals bekend, heeft .de heer mr. J. D. C.
baron van Heeckeren van Keil, verleden jaar bij
de vernieuwing der Eerste Kamer, door de Zuid-
Hollandsche Staten daarheen afgevaardigd, eerst
deze week zitting genomen.
Onder dagteekening van 6 Dec. 1905 was, zegt
de Stand., door den heer Van Heeckeren bij den
voorzitter der Kamer een schrijven gezonden, van
den volgenden inhoud
»Het zij mij vergund aan de Eerste Kamer der
Staten-Generaal mjjne verontschuldigingen aan te
bieden wegens de afwachtende houding, die ik
tot dusverre gemeend heb ten aanzien van het
mij toevertrouwde, hoogst vereerende mandaat
der Provinciale Staten van Zuid-Holland te moeten
aannemen.
»Er zijn, tot mijn leedwezen, tusschen de
Regeering en mij moeilijkheden gerezen van dien
aard, dat ik gemeend heb mija eed niet te mogen
afleggen en geen zitting in Uwe hooge Vergade
ring te mogen nemen alvorens aan die moeilijk
heden eene oplossing zou zijn gegeven.
Hoewel die moeilijkheden nog niet uit den
weg geruimd zjjn, wil ik, daar de gewenschte
i
i i
