Binnenland. Stads- en Gewestelijk Nieuws. is. Hjj moet vrjj zijn of onvrjj. Men mag niet zeggen dat hjj later, handelend gelijk hij doet, heett gehandeld tegen zijn belofte. Hjj acht zich daarom dus ontslagen. De heer Reekers meent, dat hier misverstand heerscht. Er wordt hier veel van een Regeerings- belofte gesproken. Spr. weet alleen dat de Minis ter Financiën op 16 Maart in de Tweede Kamer zjjn voornemen heeft te kennen gegeven om bij afzonderlijk ontwerp de Kamer in de gelegenheid te stellen over het bljjvend gedeelte te oordeelen. Maar nu i s d e R eg ee r i n g a f ge we k e n van haar eenmaal aangekondigd voornemen. De aanschrijving van 42 Juli was, om het zacht uit te drukken, een misgreep. De verantwoor delijkheid van den Minister over te nemen, gaat te ver. Spr. geeft den Minister geen enkele permissie, ontslaat hem van niets, omdat hjj hem van niets te ontslaan heett. De Minister zegt dat, waar vaststaat dat hjj gehandeld heeft te goeder trouw, en hjj ook vrjj is om de milliciens naar huis te zenden, nu blijkt dat hjj zich heeft vergist. De heer 't Hooft stelt een motie voor om thans elke bespreking van het bljjvend gedeelte en elke beoordeeling van 's minister's handelin gen uit te sluiten onbevoegd als de Kamer is, maatregelen aan te geven ter afwending der be staande moeilijkheden, waarvan de volle verant woordelijkheid aan den minister behoort. Een voorstel van den heer Van Nierop tot verdediging der discussie tot den volgenden dag wordt verworpen met 27 tegen 10 stem men. De heer Van Weideren Rengers vreest, dat de miliciens het onder al deze debatten zullen ontgelden, en had het beter gevonden, als de mi nister zich bjj de verklaring van den heer Have- 1 a a r eenvoudig had neergelegd. De vergadering wordt daarop voor een half uur geschorst onder veel rumoer en beweging. Na heropening der vergadering verklaart de Minister genoegen te nemen met verklaring van den heer Havelaaar, doch te verzoeken dat thans geen motiën meer in behandeling zullen worden genomen, welke aanleiding zouden geven tot uitvoerige besprekingen, waarvoor de tjjd thans niet gekomen is. De heer 't Hooft trekt na deze verklaring zjjn motie, welke volkomen hetzelfde inhield als de verklaring van den heer Havelaar, in (rumoer.) De heer Van den Biesen constateert al leen dat de verklaring van den het-r Havelaar geen verklaring was van dezen alleen, doch van de ge- beele rechterzijde. De interpellatie is hiermede geëindigd. De vergadering wordt verdaagd, waarschijnlijk tot Maandag 23 December. TWEEDE KAMER. Zitting van Donderdag 28 Nov. Justitie. De heer Van den Heuvel opent den dag met een dringend verzoek om onbezoldigde rijks veldwachters aan te stellen voor het toezicht bjj de meestal afgelegen vischvijvers, die van wege de Heidemaatschappij worden aangelegd. Vooral Zondags wordt daar door Belgen gestroopt. De minister zal dit overwegen en voert daarna met den heer Hugenholtz nog een debat over de rumoerige handelingen der Duitsche on derkruipers, waarvan hem niets is bekend en over bet stuk van den rechter Van Rappard, dat zoo min als eenig ander particulier opstel van regee- ringswege behoort te worden gecritiseerd. De heer Helsdingen mengt zich daarin en zegt heftig, dat arme bliksems wel zouden zijn gestraft, maar deze onderkruipers niet. Maar spreker gelooft dan ook niet, dat de justitie niet anders kon, maar dat ze niet anders wou. De minister houdt staande, dat de justitie zich er niet om bekommert, of ze Duitschers, of onderkruipers voor zich heeft. Bjj het verder debat wjjst de heer T y d e m a n er op, dat aanrandingen, diefstallen enz. vooral op het platteland hoe langer hoe meer schering en inslag zjjn geworden. Daarom acht hjj een goede organisatie van het politietoezicht zeer gewenscht. Spreker, er op wjjzende, dat de rijkspolitie steeds met meer speciale diensten als toezicht op de groote rivieren wordt belast, keurt dit niet goed, omdat die rijksveldwachters daardoor onttrokken worden aan het platteland. Voor dat politietoe- zicnt op de rivieren behoorde, naar spr. meent, een speciaal korps te worden opgericht. De heer S m e e n g e spreekt over de woningen der rijksveldwachters in de steden. Moet de ge meente, waar men ze heen zendt, zorgen voor hunne huisvesting En dan wjjdt spreker nog cenige opmerkingen aan de innerlijke organisatie van het korps en aan de marechaussees. De minister erkent het groote belang der veiligheid te platten lande en zal de zaak nader onderzoeken. De motorbooten der rivierpolitie zjjn zoo goed als klaar en het zoeklicht zal daarbjj niet ontbreken. Die zullen worden bediend door speciaal aangewezen veldwachters. Dat bezwaar van onttrekking der politie aan het platteland zal dus worden ondervangen. Ook de wenschen van den heer Smeenee hoopt de regeering te kunnen vervullen. Onderzocht wordt door een commissie van Oorlog en Justitie samen in hoeverre men het marechausseekorps zal maken tot een dienst, die niet langer voor oorlog alleen komt. Bjj de 7e afdeeling (kosten van gevangenissen en rijkswerkinrichtingen) spreekt de heer D e Ridder een woord van hulde voor het werk van de commissie voor de landlooperjj en bede larij en bespreekt uitvoerig die rapporten. De heer Roodhuyzen vervolgt deze bespre king en is verheugd, dat men voor de gebreken van Veenhuizen een open oog heeft. De heer Hugenholtz bespreekt het vak onderwijs in de gevangenissen en uit zjjne vrees, dat hier de oude vooroordeelen nog kwaad zul len aanrichten. Daarna bepleit spreker nog eens het Elmira-stelsel. De heer Regout, die lid van de staatscom missie voor de landlooperjj is geweest, verzet zich er tegen, dat men uit haar rapport conclusies trekt. De minister heeft van het rapport slechts een zeer vluchtigen indruk nog, maar hij acht de hulde aan de staatscommissie gebracht, over ver diend. Daarna komt da zaak der woonwagens aan de orde, waarin hjj de wenschen hier geuit, hoopt te kunnen vervullen. Ten aanzien der Veenhuizensche toestanden is gedaan, wat in die richting voor verbetering vatbaar was. De heer Roodhuyzen repliceert. De heer Ter Laan bepleit salaris verbete ring der gevangenis-onderwjjzers. De heer Ketelaar sluit zich hierbjj aan. De minister verzoekt de maatregelen af te wachten, welke we in deze materie kunnen tege moet zien. Bjj subsidiën voor opheffing van bedelaars en ontslagen gevangenen, f7500, verklaart de heer Hugenholtz zich er over te verheugen, dat een onderzoek wordt ingesteld naar de wjjze, waar op het subsidiegeld wordt besteed, doch dit is niet voldoende. Naast steun aan het particulier initiatief trede de Regeering zelf op. De m i n i s t e r antwoordt dat deze zaak zjjn aandacht heeft. De heer R u y s dringt aan op anti-alcoholisch onderwjjs in de Rijksopvoedingsgestichten. De heer Hugenholtz vraagt den minister verandering te willen brengen in het verbod van spreken van kinderen met elkaar in de tucht scholen. De m i n is t e r antwoordt de heer Ruys, dat hij op het oogenblik omtrent het anti-alcoholisch onderwjjs geen inlichtingen heelt, maar een onder zoek zal instellen. De heer Hugenholtz verzekert spr. dat het noodzakelijk is in de 2e klasse den kinderen het spreken met elkaar te verbieden. In de 3e klasse mogen zjj het weer wel. De heer Regout zegt, dat de subsidien aan vereenigingen enz., die zich met de zorg van kinderen belasten, die ter beschikking van de Regeering worden gesteld, te klein zjjn. De heer De Steurs en vjjf medeleden stellen voor den post voor het gerechtsgebouw te Utrecht met 500 te verminderen, welk amendement door den heer S m i d t wordt bestreden. De minister verdedigt het oorspronkelijk plan. Na nog eenig debat verklaart de Minister de zaak nog eens te zullen doen onderzoeken doer -bouwkundigen en den post voorloopig terug te nemen. Daarmee is dus het amendement vanzelf ver vallen. De heer Van Wjjnbergen bespreekt, bjj den post voor een bjjzondere strafgevangenis voor mannen, het psychiatrisch toegezicht op veroor deelde gevangenen, waarna de heer de Ridder verklaart het met dezen spr. volkomen eens te zjjn. De heer Jansen (Maastricht) meent, dat ket toch overdrijving is, wanneer men klaagt over ziekeljjk-humanitaire denkbeelden bjj het bouwen van deze inrichtingen. De maatschappij hebbe te zorgen, dat de straf den gestrafte niet doe ten ondergaan. De heer Duynstee acht op grond van den toestand van de gevangenis te 's-Hertogenboscb, bouw van een nieuwe inrichting dringend noodig. De heer Limburg komt op tegen de vrees voor ziekeljjk humanitaire gevoelens. Zelfs iemand als de heer Verkouteren, is het in beginsel eens met de nieuwe richting in het strafstelsel. (Men roeptWelk stelsel is dat De redenaar meent, dat men dat wel weet en bestrjjdt de opvatting, dat het door ons strafrecht zou worden verboden. De m i n i s t e r, kort zjjnde met het oog op den weinigen tjjd, zegt, dat de gevangenis te 's-Hertogenbosch, voor hen, die niet tegen het gewone cellulaire stelsel bestand zjjn, geheel in overeenstemming is met het reglement en de wetten. De post wordt in stemming gebracht en goed gekeurd met 22 tegen 26 stemmen. Heden voortzetting. II. M. de Koningin. H. M. de Koningin is sedert den terugkeer in de hofstad reeds herhaaldelijk te Scheveningen geweest. H. M. maakt dan langdurige wandelingen zoowel in de omgeving als langs het strand, ge volgd door haar rjjtuig. Prins Hendrik in de residentie. Men meldt uit 's Gravenhage Z. K. H, de Prins, in de stad aangekomen, is gister-ochtend ter jacht gegaan op de Koninklijke landgoederen onder Wassenaar. Oe Justns van Mau rik-bank. De monumentale bank, door het toedoen eener commissie, geplaatst in het Oosterpark, te Amster dam ter nagedachtenis aan Justus van Maurik» zal Zaterdag a.s., des namiddags om twee uur, worden onthuld en tevens overgedragen aan de gemeente Amsterdam. De telefoonverbinding met Antwerpen. Volgens bericht van de Belgische telegraaf-admi- nistratie zal met ingang van 1 December a. s. de telefoongemeenschap te Antwerpen hersteld zjjn Derhalve zullen alsdan de geabonneerden van het locale telefoonnet aldaar weder in hun perceelen per telefoon kunnen'' worden opgeroepen. De Ned. Ver. t. bev. van Zondagsrust. De Nederlandsche Vereeniging ter bevordering van Zondagsrust, die haar 25-jarig bestaan her denkt, vergaderde gister te Utrecht, onder voor zitterschap van prof. dr. S. D. van Veen, uit Utrecht. Vertegenwoordigd waren 11 afdeelingen en 2 correspondentschappen. Bjj de opening her innerde de voorzitter aan het 25-jarig bestaan, prof. Hofstee de Groot noemende als stichter van de vereeniging en een terugblik werpende op het afgesloten tjjdsbestek. Aan de Koningin-Moeder werd het volgende telegram gerichtDe Nederl. Vereeniging ter be vordering van Zondagsrust, te Utrecht bjjeen in jaarvergadering, brengt aan Uwe Majesteit, Hare Hooge Beschermvrouwe, hare eerbiedige hulde. Ook werd een telegram gericht aan den wegens ziekte niet aanwezig zjjnden penningmeester van de vereeniging, den heer Meyboom, te Amsterdam, waarin hem een spoedig herstel werd toege- wenscht. Uit het jrarverslag van den secretaris bleek dat het ledental stationnair is gebleven. Het voor- deelig saldo bedraagt f 545-72. Tot bestuursieden werden gekozen de heeren mr. R. van Veen, te 's-Gravenhage, en prof. dr. P. H. Ritter, te Utrecht. In de plaats van prof- Van Veen, die zich niet herkiesbaar stelde, en J. W. Chevalier, die niet herkiesbaar was. Beursbelasting. Bij de behandeling van de begrooting voor 1908 zeggen B. en W. in een missive aan den Raad uitgenoodigd met voorstellen te komen tot heffing eener Beursbelasting. Ter voldoening daaraan is door ons een ontwerp in gereedheid gebracht, waarop wij de adviezen van de Commissie van de Belastingen en van de Kamer van Koophandel en Fabrieken heb ben ingewonnen, die wij hierbij overleggen. Wij hebben thans de eer Uwen Raad voorteleggen het ontwerp dat definitief door ons is opge maakt na kennisneming der bedoelde adviezen? Door de Commissie voor de Belastingen wordt in overweging gogeven de ingezetenen op gun stiger voet te behandelen dan de niet-ingezete- nen. Zij wil abonnement alleen voor de ingeze tenen verkrijgbaar stellen. De Kamer van Koophandel neemt dit denkbeeld over, doch wenscht ook degenen die hier hun hoofdbedrijf uitoefenen onder de begunstigden te zien opge nomen. De belastingcommissie wenscht bjj toe passing van haar denkbeeid te behouden het bedrag van f0.25 per keer. Doch de Kamer van Koophandel wijst er op, dat dit voor de niet- begunstigden die dagelijks onze Beurs bezoeken en die zijn er ee.i jaarlijksch bedrag van f76.-- zou beteekenen, hetgeen haar ve'el te hoog voorkomt, zoodat zij voorstelt het bedrag per keer te bepalen op f 0.10 zoodat het jaarlijksch bedrag voor de da- gelijksche niet-begunstigde bezoekers f30.— zou bedragen, tegen flO.— voor de begunstigden- Wij kunnen echter het beginsel om in dezen onderscheid te maken, terwijl toch het genot hetzelfde is, niet tot het onze maken. Wij achten het moeilijk te rijmen met art. 175 der Grond wet, dat het verleenen van privilege in het stuk van belastingen verbiedt. En al ware er een exceptie te vinden, dan nog zou het o. i. niet getnigen van ruimen geest, de vreemde lingen of hen die elders hun bedrijf uitoefenen, en die het toch ook geenszins de bedoeling kan zijn te weren, op minder gunstigen voet te be handelen. Bovendien zou de meerdere opbrengst nog zeer gering zijn. Voor het geval Uw Raad ons inzicht niet mocht deelen, en mochtwenschen onderscheid te maken, dan zouden wij met de Kamer van Koophandel ook degenen die hier hun hoofdbedrijf uitoefenen in het voorrecht wil len zien deelen, terwijl wij alsdan met die Kam et- het bedrag van f 0.25 per keer beslist veel te hoog achten. Behalve wijziging van het bedrag per keet- zouden wij dan de in te voegen bepaling willen doen luiden„Zij, die te Schiedam wonen of „er hun hoofdbédrijf uitoefenen, een en ander „ter beoordeeling van Burgemeester en Wet houders, kunnen zich echter abonneeren." De opbrengst der belasting volgens ons voor stel ramen wij op f 1600. per Jaar. Het aantal dagelij ksche bezoekers wordt als volgt geschat 125 patroons, ingezetenen a flO.— f1250.— 10 patroons niet ingezetenen a f 10. 1100.— 30 bedienden f5.— f150.— f1500.— Opbrengst van de bestaande belasting f 100. Totaal geraamde opbrengst f1600.— Het is dui delijk dat deze opbrengst op verre na niet voldoen de is om rendement te geven, zelfs maar aan h et kapitaal alleen, betrokken bij de oprichting van een gebouw als dat van onze Beurs, zoodat de bepa ling van art. 254 der Gemeentewet die zegt, dat dergelijke rechten tot geen hooger bedrag worden goedgekeurd dan vereischt wordt tot dekking van de tpn laste van de Gemeente komende kosten der inrichtingen, voor de voor gestelde belasting geen beletsel is. Verder zijn de bestaande heffingen in de voorgestelde verordening opgenomen, behalve die voor het gebruik van de staande kast, daar daarvan geen gebruik meer wordt gemaakt en zij kan worden weggenomen. Gevaarlijk reizen. Men meldt ons uit Den Haag Toen de sneltrein, die 9.09 uit Rotterdam ver trekt, Woensdag-avond de gemeente Kethel pas seerde, werd door meerdere baanwachters gezien, dat een man met jockey-pet op en diep in de kraag van zjjn jas gedoken, langs de treeplanken liep en in de dames-coupé's gluurde. Van blok tot blok telefoneerde men naar Den Haag, waar bjj aankomst van den trein een on derzoek werd ingesteld, maar natuurlijk niets verdachts kon worden ontdekt. Als van zelf zocht de openbare meening ver band tusschen deze verschoning en den dood van' het jonge meisje, dat eenigen tjjd geleden' s avonds op raadselachtige wjjze uit den sneltrein Den HaagRotterdam is geraakt, en wier ljjk langs den spoorweg werd gevonden. Alleenreizende dames mogen wèl op hun hoede zjjn Concert—Polyhymnia De zang vereeniging «Polyhymnia", directeur de heer B. Jurgens, gaf gisteren-avond het aange kondigde concert in de zaal der Officieren-Veree- niging, die door een vrjj verscheiden publiek geheel bezet was. Het program voor deze uitvoering mocht zeker bjjzonder gelukkig gekozen worden geacht. Na een tweetal koornummers Morgen", van George Bajjerle, en «Motet Fragment uit Psalm 8 vers 2", van Georg Rjjken, waarvan vooral de heerljjke, stichtende muziek van het laatste, door de bjjzondere toewjjding van Polyhymnia's zangers geheel tot haar recht gebracht, ons 't meest mocht voldoen, kwamen de solisten, voor deze gelegenheid met blijkbare zorg gekozen, aan het woord. Allereerst kregen we te hooren de sopraan, mej. J. B. van Kasteele, Haar glashelder, rein, goed geschoold orgaan deel zich reeds aanstonds kennen in «Widmung" van R. Schumann, maar kwam nog te sterker uit in »Jonge liefde" van G. Mann, dat met veel gevoel en gratie door haar gezongen werd; bljjkbaar beschikte zjj geheel over hare omvangrijke stem en was zjj de liefljjke mu ziek volkomen meester. Na het krachtvol applaus, dat haar ten deel viel, verving haar de tenor, de heer H. R. van As, die, sedert enkele dagen ongesteld, aanvankelijk geaarzeld had de hem aangewezen taak te ver vullen, maar ze ten slotte toch op zich nam. In bet eerste lied F. Schubert's- »Am Meer" was dan ook wel te bemerken, dat hjj minder gedisposeerd was, maar allengs werd 't beter«Hemelsche liefde" van Emiel Hullebroeck mocht ons reeds meer voldoen, maar vooral in het guitige Marleentje" van denzelfden componist beviel hjj ons 't best. Dit vrooljjk, opgewekt nummertje viel bjj het talrijk publiek zoozeer in den smaak, dat 't hem niet zonder een bis liet gaan, zoodat hjj de laat ste coupletten moest biseeren, waarvoor de op getogen menigte hem met een dankbaar applaus loonde. Nu betrad de heer Jan van Rjjselberg het po dium en werd met een sympathiek applaus be groet. In afwjjking van het program zong hjj het eerst het toonwerk van zjjn hooggeachten leermeester Arnold Spoel. «Die Glocke lautet." De gevierde bariton handhaafde ook nu weer zjjne gevestigde reputatie. Wat een ontzagljjk ge luid Te sterk zouden we haast zeggen zelfs voor de groote ruimte der Officieren-zaal. Maar te bemerken is 't, dat dit geweldig orgaan, die ruwe, torsche diamant, steeds meer geslepen tot het doel komt. Beter dan in het lied van Spoel be viel hjj ons in het werk van Heyblom «Matrozen lied", dat hjj op zoo guitige wjjze zong en, bjj daverend asplaus herhaaldelijk teruggeroepen, met een bisnummèr moest aanvullen, waarvoor hjj het «Haarlemsch Liedeke" van Andriesse koos, dat een uitbundig succes had. Minder beviel ons het daarna uitgevoerde toon werk sHarpzangh" van Ph. Loots. Dit eigenaar dig werk loonde merkbaar niet de vele studie die er aan besteed was. Het zware nummer, in bjj - zonderen stjjl, mocht geenszins dankbaar heeten. En teu slotte ging na de pauze «Die Kreuzfahrer" van Niels W. Gade, een toonwerk waarin de com ponist ons aan de hand van Tasso's «Jerusalem befreit" de gemoedsstemming der vrome kruis vaarders en hun fiere leiders bjj den zoo avontuur lijken tocht beschrjjft, maar ons ook op gevoelvolle wjjze den strjjd schetst, dien zjj niet alleen tegen de ruwe Saracenen, maar ook tegen de booze hartstochten hadden te strjjden. Heerljjk wordt ons dien strjjd, waarin ten slotte hun krachtig geloof de overwinning behaalt, afgemaald. Koren en solisten, bljjkbaar door tekst en muziek bezield, jjverden bjj de uitvoering van dit prach tig toonwerk om het tot zjjn recht te brengen. Zoowel dames- als heerenkoren waren in dit num mer vrjj goed, vooral de eerste, o. a. in den ver- lokkenden sirenenzang. Maar ook de solisten de bariton, Peter de kluizenaar, de tenor Rinaldo, en de sopraan, Armida, de vorstin der duisternis, die den triomf der kruisridders belaagt, hebben, in dit werk bjjzonder goed, veel tot het uitbundig succes, bljjkend uit het herhaald applaus, bjjge- dragen. Tot het welslagen zoowel der kleinere nummers als van dit groote toonwerk heeft ook vooral de uitstekende begeleiding van de pianiste, mej. N. Feltzer, die lang geen genukkeljjke taak had, alleszins medegewerkt. «Polyhymnia" heeft ons bjj dezen avond weder vele heerljjke zangen doen hooren. Zjj heeft ge toond over wat uitmuntende krachten zij in hare talrjjke koren te beschikken heeft. Steeds hooger stjjgt zjj bljjkbaar op het steile pad der kunst. Moge zjj ons nog tallooze malen zulk een heer- ljjken avond bereiden als zjj ons gisteren te ge nieten gaf! Gister-avond omtreeks 10 ure vie<1 de werkman J. de Raaf, wonende Stationstraat, nabjj de chemische fabriek te water, doordat hjj uitgleed aan de Noordvestgracht. Eenige werklieden hielpen hem met een bootje, dat in de nabjjheid lag spoedig op het droge, zoo dat het ongeval nog goed afliep. Giter-avond ongeveer half zes ia de 13-jarige G. Krabbendam, wonende Korte Haven, bjj het helpen verladen van een motorboot, wegens de duisternis mis gestapt en in de Noord vestgracht geraakt. De knaap werd onmiddelljjk gered door den schippersknecht Marrevee, die zich daartoe niet te water behoefde te begeven. UIT OVERSCHIE. f Uitvaart—Deken Mobron. De parochiekerk van St. Petrus-Banden te Overschie bood hedenochtend een schouwspel»

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1907 | | pagina 2