Dagblad voor Schiedam en Omstreken. Ket Kiesrechtvraagstuk. 30ste Jaargang. Maandag 16 December 1907. No. 8987. Alio meert ep ie Hiewe ScMeiaiscle Con! gratis G-eïllnstreerd Zondagsblad grijs 10 c. p. toI, 0.4j {.ui, fl.3in.3ri. Offlcieele berichten. Stads-Ziekenhuis. FEUILLETON, Gelouterd. ABONNEMENTSPRIJSj Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en kost voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.35, per maand 45 cent en per week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland ƒ2.per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter- straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. BureauBOTERSTRAAT 50. PRIJS DER ADVERTENTISNi Van 1 6 regels ƒ0.92 met inbegrip van bewijsnummer. Like regel daarboven 15 cent. Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel. Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst lyke overeenkomsten aangegaan. bil- Telefoonnummer 85. Postbus no. Aanbesteding. De Commissie van Administratie voor het Stads- Ziekenhuis te Schiedam, zal op Vrydag 20 De cember 1907, aanbesteden de levering gedurende het jaar 1908 van Vleescli, vet, brood, melk en kruideniers- grutters en koloniale waren, alles ten dienste van het gesticht. De inschrjjvingsbiljetten, zooveel mogelijk ver gezeld van monsters, moeten op den dag der aan besteding voor 's middags 12 uur aan het Zieken huis bezorgd zjjn De voorwaarden van aanbesteding liggen aldaar ter lezing alle werkdagen des morgens van 9 tot 12 uren. De Commissie voornoemd. M. A. BRANTS, Voorzitter. W. A. v. DOLDER Dz, Secr.-Penm. Verschenen is het rapport over het. kiesrecht- vraagstuk uitgebracht aan den Algem. Bond van R. K. Kiesvereenigingen in Nederland door de commissie daartoe benoemd, bestaande uit de hee- ren jhr. mr. L. E. M. von Fisenne, jhr. J. \V. van Nispen tot Sevenaer, mr. dr. Cb. Raaijma- kers S. mr. J. R. H. v. Schaik en H. W. J. Stins. i- i Het „Centrum" deelt uit dit rapport het een en ander mede, waaraan wij het volgende ont- leenen. I Wat bet, kiesrecht ten onzent betreft, komt de commissie tot de volgende slotsom „Men staat dus feitelijk in Nederland voor drie stelsels: le. het huismanskiesrecht met aanvul lingen; 2e. 'het thans geldende vestigings-kiesrecht, aangevuld door het capaciteitenstelsel; Be. het algemeen stemrecht met persoonlijke uitsluitin gen". I j j Voorts zegt het rapport het volgende: „De Commissie veroordeelt in princiep eenpa rig een regeling, die feitelijk in hoofdzaak rust op den census. En daarmee de bestaande regeling bij; ons te lande. „Hetgeen volgens eene minderheid niet pre- judicieert op een opvatting, die census als een bijkomend kenteeken van geschiktheid voor het kiezerschap voorstaat. „Tegen den census als bescheiden onderdeel ©ener kiesrecht-regeling heeft als gezegd een min derheid geen bezwaar, integendeel deze lacht haar V'el toe om straks nader te omschrijven redenen. Zoodat het kenteeken, zooals dat wordt uitge werkt bij art. la en b van de kieswet, als by- komstig kenteeken, door dat deel der Commissie wordt aanvaard." De materieel-rechtelijke regeling in de kieswet is „voor de groote meerderheid der commissie in alle opzichten slecht". De formeel-rechtelijke bezwaren tegen de bestaande regelingen van het kiesrecht voor Tweede Kamer, Prov. Staten en gemeenteraden worden als volgt onderscheiden: a. bezwaren tegen de wijze, waarop men het kiesrecht verkrijgt; b. bezwaren tegen de poli tieke waarde van elke stem, en in verband hier mede: e. bezwaren tegen die stemverbinding en stemverdeeling. Een en ander wordt in het rapport toegelicht. Wat de gewenschte regeling voor de Tweede Kamer betreft, bleken op het stuk der hoofd beginselen drie meeningen in de commissie t© bestaan: I. Een van de leden der commissie verklaart zich voorstander van gezinshoofden-kiesrecht, om dat dit een eerste stap is in de richting van het organisch kiesrecht. De groote fout der tegenwoordige regeling is volgens hem deze, dat zij het organisch karakter van den staat geheel miskent, dat zij niet de minste rekening houdt met het feit, dat van natuurswege de leden der volksgemeenschap op verschillende wijze zijn gegroepeerd; en dat zij niet den minsten waarborg biedt, dat de gemeen schappelijke belangen der natuurlijke groepee ringen in de volksvertegenwoordiging tot hun recht komen. j II. Twee andere leden der commissie, welk© teil deele tot dezelfde gevolgtrekking kwamen als het hierboven aan het woord zijnde lid, plaatsten zich daarbij echter op een ander standpunt. Zij zijn van oordeel, dat de regeling van het kiesrecht in Nederl. minder met theoretische ei- schen dan met praktische maatregelen moet re kening houden en dat uitbreiding der kiesbevoegd heid min. of meer een kwestie van opportuniteit mag genoemd worden. Zij stellen daarbij met nadruk op den voorgrond de elders in dit rap port gehuldigde zienswijze, dat het kiesrecht een functie is, uit te oefenen in het belang van den staat door hen, die daarvoor geschikt geacht wor den. III. Er bestaat in de commissie een derde minderheid, welke hieronder hare overtuiging moge weergeven. In de dan volgende uiteenzetting wordt een krachtig beroep gedaan op de staatsleer van den H. Thomas van Aquino en betoogd, dat het onop geloste kiesrechtvraagstuk altijd door een al te rijke bron zal zjjn van twist en tweedracht. „Dit zou op zich zelf genomen geen genoegzame reden zijn om het algemeen kiesrecht in te voe ren. Maar die twist en tweedracht in de staats partijen is slechts een weerklank van hetgeen er in den boezem van ons volk omgaat; en daarom achten wij thans voor ons land het woord van den H. Thomas beslissend: '„Allen moeten op Naar het Hoogduitsch van KARL, ED. KLOPFER. 11) Elli zou zich later geen harer woorden meer hebben kunnen herinneren zq wist alleen, dat verbazend warm was en dat Ludeskoy haar 'bet eigenaardige flikkerende oogen aankeek. Toch jenden zq eindeljjk den hoepel, grepen er gelqk- 'lïdig naar, en. daar lag de man plotseling aan hare voeten, drukte een kus op hare hand, fb wier vingers de hoepel zich bevond en daar zq lb 't eerste oorenblik zich niet dadel jjk tegen z1ne vermetelheid verzetten kon, had hij de onbe- Schaamdheid zjjnen arm om haar middel te slaan haar naar zich toe te trekken. Zij hoorde niet, y'at hq daarbjj zeide. Zq voelde slechts, dat zq fonkelde, zoowel door zijnen vluggen aanval, als °or den schrik, dien zq ondervond. Hare tong j^e'gerde den zienst; zq kon geen geluid voort ongen. Daar verscheen voor haren blik, die als .b* hulpe zoekend in het ronde zweefde, eens- elaPs eene vrouwelijke gestalte; dat wil zeggen, was een geruimen tqd noodig, voordat zq ge baar vverd, dat zq met een vrouwelijk wezen te J?en had, want in het eerste oogenblik geloofde eer een duivelsch gezicht dan een vrouwelijk gelaat te zien. Het was een zwart, mager gezicht, vol rimpels en plooien, bedekt met litteekens, de leelqke sporen der pokken. De donkerzwarte oogen, die uit dit afzichteiqk misvormde gezicht te voor schijn kwamen, zouden op zich zelf misschien mooi te noemen zjjn, maar hier schenen ze de leelqkheid nog grooter te maken. Het was dui delijk eene vrouw uit de menigte der toeschouwers zq was, nieuwsgieriger dan alle anderen, tot in de nabijheid van de spelenden doorgedrongen en kwam juist van pas, om getuige van Ludeskoy's driest heid te zjjn, doch ook om hem vrees aan tejagen. Zq wierp den man werkelijk zulk eenen doordrin genden, van toorn vlatnmenden blik toe, dat hjj Elli onwillekeurig losliet. Hjj sprong op en wendde zich in het Fransch tot Elli, die nog altjji door het onverwachte gezicht van deze onbehagelijk uitziende vrouw een weinig ontroerd scheen. Het vreemde van deze zoo plotseling verschijnende, afschuwelijke gestalte gaf hem gelegeaheid het pijnlijke van het gestoorde voorval te doen ver dwijnen. «God helpe injj", riep hq met een gemaakt la chen. »Wat is dat toch voor een spook Dat ziet er uit als een i zigeunerin, als eene heks of als een waarzegster. Men zou er bjjna bang voor worden". De oule begon toen waarlijk afschu welijk te lacheo. Elli rilde over haar geheele lichaam. Bovendien zeide zjj tot zich zelve, dat de vrouw zeer goed de opmerking van den graat kon verstaan hebben. Naar haar uiterlijk te oerdeelen, zou men echter eenigerlei wijze deel hebben aan de regeering dooi' algemeene verkiesbaarheid en algemeen kies recht, hierdoor toch woidt de vrede onder het volk bewaard." Deze minderheid acht dan. ook algemeen kies recht de eenige bevredigende oplossing van ons kiesrechtvraagstuk, in zooverre zij thans het kies recht wil schenken aan alle mannelijke ingezeten Nederlandsche staatsburgers, mits den 23-jarigen leeftijd bereikt hebbende en niet om persoonlijke redenen uitgesloten. Wat het vrouwenkiesrecht aangaat: de meerderheid der commissie oordeelt den eisch daarvan een, die niet is gerijpt bij de kern der vrouwen zelf, maar die, geplukt aan den boom van het beginsel van aller menschen, mannen en vrouwen, staatkundige gelijkheid, aan de vrouw wordt opgedrongen. Eén lid verklaarde zich voor geleidelijke invoe ring van het kiesrecht voor vrouwen. Meervoudig kiesrecht acht de commis sie zeer bezwaarlijk practisch te regelen en zij meent het dus „bij een platonische liefde of vriend schap voor deze instelling te kunnen laten." Wat de uitsluitingen betreft., is de com missie het er over eens, dat die behooren te wor den opgenomen in de Grondwet. „Evengoed als de kiesrechtregeling zelve daar past, evenzeer de be perkingen van dat recht. 'i Invoering van o p k o m s t p 1 i c h t wordt een nuttige maatregel geacht. En de invoering van evenredige vertegenwoordiging oor deelt de commissie van zooveel belang, „dat een oplossing van het kiesrechtvraagstuk zonder haar onbevredigend dient te heeten." Wat de Eers te Kamer betreft., verwerpt de commissie eenstemmig het denkbeeld om aan dit staatslichaam het recht van amendement toe te kennen. ,Ten slotte is de commissie van oordeel, dat er geen reden bestaat om het recht tot ontbinding dei Eerste Kamer, en de periodieke aftreding van 8/s der Kamerleden om de 3 jaar te laten vallen. Beroep op de kiescolleges of kiezers en conti nuïteit van dit gezaghebbend lichaam zal moeten worden bestendigd. Vernieuwing op korteren ter mijn of aftreding ineens, zooals bij de Tweede Kamer, zou aan die continuïteit schaden. Daar entegen zou uitsluiting van beroep op de kiezers gevaar kunnen opleveren voor enkylose of ver steening." Over het referendum komt. de commissie tot deze conclusie „De Commissie zou niet- enkel de beslissing om een referendum uit te lokken willen leggen bij de Kroon, maar ook bij een minderheid in het parlement. Immers men zal aan de Kroon het recht van beroep op bet volk slechts kunnen geven, mits onder contraseign van den minister. Daar evenwel een minister gewoonlijk behoort tot een der fracties van hen, die een voorgestelde wet aannamen, worden de waarborgen minder, niet gezegd hebben, dat zq eenige kennis van de Fransche taal had. Zq maakte in het meer dan eenvoudige zwarte wollen kleed, dat hare groote magere gestalte omsloot, den indruk van een ar moedig burgervrouwtje. Bij nadere beschouwing evenwel meende Elli ook verstand en bovenal énergie in hare flikkerende oogen te ontdokken en werd tevens gewaar, dat zq kort afgesneden haar droeg, zooals de vrouwelijke studenten, dia van de Zwitsersche universiteiten in haar Russisch vader- land terugkeerön. Höt was dik, vol? koolzwart haar, evenwel niet gekruld, maar stijf, bijna over eind staande, zoodat het eveneens slechts dien ie om de leelqkheid van die vrouw te vermeerderen. Daar stond echter tegenover dat deze vrouw voor eene vrouwelijke studente niet jeng genoeg was. Nu verhief zij hare stem, eens harde als metaal klinkende stem, die E li evenwel niet onwellui dend vond. «Naar uw gelaat te oordeelen, lief meisje, zqt gq' met boos op mg, dat ik u gestoord heb en dus is het niet noodig mij te veroatschuliigen..." «Integendeel", zeide Elli, nu volkomen gerust gesteld en toonde de gfaaf hare volk men min achting. «Ik dank u, dat gij mij de mortte ontneemt dezen heer op zeer duidelijke wijze te doen be grijpen, dat ik niet van plan ben zjjne vrijheden jegens mij te dulden". Ludeskoy stond verpletterd, boog het goed gefriseerde hooti en wilde epn vu rige verontschuldiging voor den dag brengen. EUt werd ongeduldig; zij begreep, dat men daar ginds dat zoodanig minister aan dat uitlokken van het referendum zal willen medewerken, en daarom moet een parlementaire minderheid hetzelfde kun nen doen. Deze minderheid mag niet le gering zijn en inoet spoedig na aanneming der wet door de Eerste Kamer haar besluit nemen. „Voorgesteld wordt dus: „le. De koning heeft het recht een volksre- forendum uit te lokken over alle ontwerpen van wet, door beide Kamers der S ta ten-Generaal aan- genomen. „2e. Gelijk referendum wordt gehouden, indien dit wordt aangevraagd door minstens a/5 der le den van de Eerste of Tweede Kanner, en dit besluit valle binnen acht dagen na de eindstemming in de Eerste Kamer. „Dit laatste zou eigenlijk geen koninklijk re ferendum maar Parleméntairreferendum dienen te heeten." YV at het kiesrecht voor de Provinciale Sta ten en Gemeenteraden aangaat, is de Com missie van oordeel „dat er geen termen zjjn ons het kiesrecht voor die lichamen anders te rege len, dan hierboven door ieder der fracties voor de Tweede Kamer werd aangegeven. Wat de gemeenten betreft, is do Commissie niet tot dit besluit gekomen, dan na eenige be denking. In het laatste hoofdstuk (Kiesrecht en Grond wet) wordt allereerst verklaard: „dat een kies rechtregeling, voor zoover hare hoofdbestan .Jee- len betreft, in de Grondwet behoort lo werd. n geschreven, lijdt bij de Commissie in haar geh.V, geen twijfel.f Dan wordt de vraag behandeld, of de cploss'n; van het. kiesrechtvraagstuk thans een Grunnwrts* herziening waard is. Ook in dit opzicht gaan de drie minderheden uiteen. De voorstanders van het kenteekenkiesrecht zijn het er over eens, dat de voordeelen eener kies- rechthervorming op het oogenblik niet kunnen opwegen tegen de nadeden eener Grondwetsher ziening. Het lid der Commissie, hetwelk zich voor het organisch" kiesrecht uitsprak, kan met vele der hiei boven neergeschreven bedenkingen meegaan. Aan den anderen kant is hij van ourdeel, dat een definitieve oplossing van het kiesrechtvraagstuk in de naaste toekomst moet geschieden. Eu "aan gezien naar zijn overtuiging zulks niet kan plaats hebben zonder herziening der Grondwet, is daar mede de wenschelijkheid dier herziening aange toond. i Nochtans bestaat er voor genoemd lid geen aanleiding om die herziening urgent te achten. De minderheid der. Commissie, die piei.te voor het algemeen stemrecht, staat op ©enigszins ander standpunt; zij zou zelfs om de kiesrechtkwestie alleen de Grondwet willen gewijzigd zien. bij de spelenden op haar en den graaf opmerkz^i werd en blJ de dringende begeerte om onaange name zinspelingen te vermjjden, besloot zij eenen zachter en toon aan te slaan, om den man maar weg te krqgen. radar «Ik bezweer u", vroe^da zii i SFri?l W1 spra"k' >VeNaat mö oogea-' bhkkelyk! Spreek niet verder, ga slechts mi slechts op eene gelegenheid loeren mij tot doelwit van hunne spotternij te maken »Nu goed, ik zal gehoorzamenfluisterde Lu deskoy eveneens in 't Engelsch. «Doch ik hoop op. uwe vergiffenis, wanneer gjj erkennen wilt dat mq'ne hartstochtelijke liefde voor u Hjj drukte de hand op het hart en brak' mat een zucit af, on eindelijk aan deuj gebiedenden wenk gevolg te geven, waarmede hem haar voor- uitgasteken rapier de richting van den weg aanwees. Toen wilde ook Elli naar hare plaats terar- keeren. Zq nam haar kleed op en buste' zich om naar den hoepel te grjjpen die haar we Ier ont/allen was. Daarby kwam de ttatelijke vroaw naar ecater met eene snelle beweging v>or co reikte haar het ding over. «Ik dank u", ze.de lli en wilde den hoepel aannamen, maar de vrouw .iet hein niet dadeiqk los; het wis, aisot zu uh jonge meisje dairaan vasthield. Hare oog fl kerden weder met eene onaangename leveu ngn-nd. slacht» rÉ ^i61 "lenscben daar gin

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1907 | | pagina 1