Binnenland. Ingezonden. Stads- en Gewestelijk Nieuws. zeer twijfelachtig nut oordeelde hij een uniforme regeling Hij achtte de bestaande bepalingen vol doende, doch meende, dat het'toezicht wellicht verscherpt kon worden. Daarbij komt, dat het ontwerp veel overlaat aan den algemeenen be stuursmaatregel Spreker hoopt dat deze niet al te strenge voorschriften zal bevatten, aangezien anders vele personen, die thans een eerlijk stuk brood verdienen, benadeeld zullen worden. Daarom dient die bestuursmaatregel eenige ruimte en uit zondering toe te laten. Spreker gaf in overweging- het advies van de Kamers van Koophandel in te winnen. Spreker wees er op, dat 't hier geldt een zaak van groot belang. De heer Duymaer van Twist sloot zich bij dit betoog aan en adviseerde den Minister, ook geen te krasse maatregelen te nemen en voorzichtig te wezen met deze materie, waarbij vooral het belang van velen ten plattelande ge moeid is Behalve het verlof voor tien houder van een hondenkar om op de kar plaats te nemen, zooals de heer Smidt wenschte, vroeg spr. tevens vrijheid in het gebruik der Rijkswegen voor hon denkarren en vrijheid om de kar met een, twee of meer honden te bespannen. De heer Rink juichte het stellen van algemeen geldende regelen toedit zal misbruik tegengaan. Spreker oordeelde 't van de Regeering goed ge zien geen algeheel verbod van het gebruik van trekhonden uit te vaardigen echter oordeelde hij, dat gemeenten, waar thans dergelijk verbod be staat. zooals Amsterdam, Haarlem, Zutphen en Arnhem, dit verbod kunnen handhaven en ge meenten, die daartoe alsnog willen overgaan, daartoe volkomen bevoegd zijn. Immers dergelijke gemeentelijke verordeningen hebben niet, zooals het aanhangig wetsontwerp, bescherming van den trekhond tegen verkeerd gebruik op het oog, maar wel de vrijheid en veiligheid van het verkeer op de wegen. Spreker ziet met vertrouwen van den Minister den bestuursmaatregel tegemoet, maar hij adviseerde, alvorens tot het vaststellen van dien maatregel over te gaan, overleg te plegen met het alleszins deskundig hoofdbestuur van de Dierenbeschermingvereeniging. De heer Van ldsinga sloot zich bij dit laatste denkbeeld aan hij oordeelde echter, dat indien liet ontwerp, zooals 't daar ligt, wet wordt, een einde wordt gemaakt aan de bevoegdheid van plaatselijke besturen om verordeningen in het leven te roepen met het oog op de veiligheid en vrij heid van het verkeer, zooals de Minister meent. Spreker meende, dat door beperking van de strekking van het ontwerp deze kwestie is op te lossen. De heer Schap er, overtrekhondensprekende, greep de gelegenheid aan, om in t e t re k k e n eenige onlangs door hem gebezigde uitdrukkingen, welke niet in de Kamer te pas kwamen. Vol gaarne neemt hij die uitdrukkingen terug, hoewel tiem dit niet gemakkelijk is gemaakt door het geen in en buiten de Kamer daarover is gezegd. Spreker voegde er echter nadrukkelijk aan toe, dat hij niet tot intrekking overgaat, zwichtende voor het belachelijke dreigement van een lid, dat hij hem (spreker; voortaan het epitheton (»geachte' zal onthouden. De Voorzitter oordeelde, dat de geheele Kamer met genoegen akte zal nemen van de houding van den heer Schaper. De heer Schaper verklaarde zich vóór het ontwerpechter aandringende, dat bij den uit te vaardigen maatregel van bestuur rekening zal worden gehouden met de belangen van de trek- hóndenhouders. De heer L 1 e f t i n c k betoogde met het ont werp te zullen medegaan, maar critiseerde dat gaandeweg alles aan bestuursmaatregelen wordt overgelaten, zoodat men eigenlijk niet weet, welke bepalingen uit een wetsontwerp zullen voortvloeien. Met klem drong spreker er dan ook op aan, met dat verkeerde stelsel te ein- Vervolgens werd. na eenige discussie goedge keurd het wetsontwerp tot overbrenging bij de provincie Groningen van het beheer en de ex ploitatie van de haven en de havenwerken en van het onderhoud van het haven-emplacement te Delfzijl voorts het ontwerp tot onteigening van de gemeente Dreumelen de conclusie van het verslag der commissie omtrent het verdrag op '23 Juli 1908 te Berlijn tusschen Nederlanden Duitschland gesloten betreffende den aanleg van een spoorweg CoevordenNeuenhuis. Heden (Donderdag) voortzetting. Eerste Kamer. IDe leden van de Eerste Kamer der Sta ten- Generaal zijn ter openbare vergadering bijeen geroepen tegen Woensdag den 18 Mei, des na middags te 2 uur. digen. Minister Heemskerk betoogde, dat een uniforme regeling veel wenschelijker is dan de bestaande toestand met zijn zeer verschillende plaatselijke verordeningen. Wordt het ontwerp wet, dan zal de minister zoo spoedig mogelijk een bestuursmaatregel invoeren, doch niet dan na nauwkeurig onderzoek. Door ziekelijke zorg voor het dier mag de broodwinning van een mensch niet worden bedreigd. Het algemeen verbod van het plaatsnemen op een kar wordt niet door de praktijk aangewezen. Feitelijk komt't hierbij aan op de kwestie van het gewicht. Is niet de be doeling een overdreven gewichtsgrens voor de karbevachting voor te schrijven. (Jok is niet de strekking van het ontwerp, alle Rijkswegen voor hondenkarren te verbieden. 't Kan echter gewenscht zijn, hier en daarge- bruik van Rijkswegen te verbieden. Wat de be voegdheid van gemeentebesturen aangaat, merkte de Minister op, dat de plaatselijke verordeningen niet mogen strekken tot ontduiking van deze wet. Gemeentebesturen zullen dus volkomen bevoegd zijn, maatregelen te nemen in het belang van de veiligheid en het verkeer, maar zij zulllen niet bevoegd zijn, het gebruik van trekhonden te verbieden, indien dit niet door de veiligheid of het verkeer wordt gevorderd. Na replieken is het algemeen debat gesloten. Na de pauze werd in stemming gebracht het wetsontwerp tot aankoop van den spoorweg Ba tavia—Buitenzorg, waarover voor het laatste re- cès de stemmen staakten. Het ontwerp werd nu verworpen met 44 tegen 47 stemmen. Tegen stemden de heeren Nolens, Roodhuyzen, Teen stra, Eland, Ketelaar, Schaper, Drucker, Rink, Hugenholz, Vliegen, Marchant, Roessingh, Dolk, Van Doorn, Ter Laan, Van Nispen (Rheden), Treub, Bos, Duijs, Lieftinck, De Kanter, Aalberse, Helsdingen, Borgesius, Van Karnebeek, De Klerk, De Meester, Van Hamel, Hubrecht, Smeenge, Limburg, liogaardt, Arts, Janninck, Van Foreest Passtours, Beckers, Bolsius, Jansen (Maastricht), Vorsterman van Oyen, Verhey, Troelstra, Patijn en Smidt. Daarna werd de discussie over het ontwerp op het gebruik van trekhonden voort gezet. Na korte disscussie over eenige, meerendeels technische amendementen van de commissie van rapporteurs, was de beraadslaging over het ont werp tot regeling van het gebruik van trekhonden geëindigd. De eindstemming zal later worden gehouden. Vervolgens werden goedgekeurd eenige wets ontwerpenvan geringer omvang o.a. tot wering; van den Amerikaanschen kruisbessen-meel dauw de verhooging van hoofdstuk I der Staatsbegroo- ting voor 1909 (stallen op het Loo.) Grondbedrijf. Wij vernemen, dat de gemeente 's-Gravenhage bij koninklijk besluit in het gelijk is gesteld te genover de beslissing van Gedeputeerde Staten inzake de instelling van het grondbedrijf. Huwelijken van officieren. Naar het „Vaderland" verneemt, is aan de departementen van Oorlog en Marine eene regei- ling in bewerking, waardoor voor officieren wordt afgeschaft de verplichting om voor het aangaan van een huwelijk verlof te vragen aan den be trokken minister. Zooals men zich mogelijk herinneren zal, heeft de minister Sabron op 15 December 1908 in de lweede Kamer reeds de verzekering gegeven, dat de regeering zich onledig hield met het ontwer pen eener herziening van de op dit punt be staande bepalingen. Komt deze wijziging tot stand, dan vervalt van rechtwege de motie, door de heeren Lely, De Beaufort, Thomson, Ruys de Beerenbrouck en De Savornin Lohrnan in de vergadering van 20 December 1907 ingediend, die strekte tot intrek king van bedoelde bepaling in het Kon. Besluit van 14 Febr. 1872 (no. 19). Belasting-ambtenaren. Naar wij vernemen, zijn bij Kon. besluit nieuwe bepalingen vastgesteld, betreffende het ambt van surnumerair bij de administratie der directe belas tingen, invoerrechten en accijnzen. De veranderingen komen in hoofdzaak hierop neer, dat diegenen, die daarvoor in aanmerking wenschen te komen, vooraf het examen moeten afleggen hetwelk tot dusver alleen voor de be noembaarheid tot inspecteur werd vereischt. (Exa men in privaat- en strafrecht.). 'Daarentegen zal de voorbereiding tot het eigen lijke vak-examen in den dienst plaats vinden. De bedoeling is, dat de toekomstige surnu merairs hoofdzakelijk zullen zijn bestemd voor het ambt van inspecteur, voor zoover zij niet de voorkeur geven aan de vervulling van be langrijke ontvangkantoren, terwijl later zal wor den ingesteld een speciaal examen, dat aan andere ambtenaren den toegang opent tot de kleine kan toren. De riviortol. 'Prof. Hans Reichel uit Jena schrijft in de laatste aflevering van het halfmaandelijksche tijdschrift „Der Staatsbürger" over het vraagstuk van den riviertel. De bij wijze van proef gehouden stem ming in den Bondsraad beeft 46 stemmen voor en 12 stemmen (van Saksen, Baden en Hessen en de twee Reussen) tegen het ontwerp opge leverd. In deze stemmenverhouding ziet de pro fessor een vingerwijzing voor den toekomstigen. loop van zaken. „Want voor de totstandkoming van een rijkswet is, gelijk bekend is, naast het besluit van den Bondsraad ook een dienovereen komstig besluit van den Rijksdag noodig, en hoe deze stemmen zal, is op het oogenblik niet te voorzien. (Toch is het, dunkt ons, zeer waar schijnlijk, dat de conservatieven, vrije conserva tieven en het centrum, dat de ontwerper van het plan van een riviertol is geweest, voor het ontwerp zullen stemmen, en die drie partijen te zamen vormen een sterke meerderheid.) Maar men moet met .nog iets anders rekening houden. Oostenrijk en Nederland staan buiten het rijk, hun kan een rijkswet natuurlijk niets voorschrijven en even min door de Rijn- en ElbescheepvaarLakten ge waarborgde rechten ontnemen. Een opheffing van deze rechten zou alleen langs den weg van een volkenrechtelijk verdrag door vrijwillig prijsgeven van die rechten te bereiken zijn. Het is niet aan te nemen, dat zulk een verdrag in de toekomst tot stand zal komen, nadat Oostenrijk en Neder land ondubbelzinnig verklaard hebben, dat zij er niet aan denken, den tolvrijtdom prijs te geven. In deze omstandigheden schijnt de Pruisische re geering in den allerlaatsten tijd ook het voorne men, om een rijkswet tot herziening van de grond wet door te zetten, opgegeven of ten minste uit gesteld 'te hebben. Dit is vermoedelijk ook geschied op grond van de overweging, dat het toch zeer bedenkelijk is, in. een aangelegenheid, die voor Duitsohe bondsstaten van uitnemend belang is, de kwestie van de tollen is voor groote tak ken van nijverheid een levensvraag het min of meer gewelddadige beginsel van de meerder heid te laten beslissen. Daarom hebben de be langhebbende regeeringen nu nieuwe onderhande lingen begonnen, om een afdoening van de aan gelegenheid langs den weg van minnelijke schik king te verkrijgen. Deze weg lijkt ons alleen juist te zijn." Rijkssubsidie Arbeidsbeurzen. De minister van Landbouw, Nijverheid en Han del brengt ter kennis van gemeenten en als rechts persoon erkende vereeniginjgen, door welke eene niet bij da Vereeniging van Nederlandsche Ar beidsbeurzen aangesloten arbeidsbeurs wordt be heerd, dat zij ten einde in aanmerking te kunnen komen voor toekenning van een Rijkssub sidie wegens het houden in 1910 van 'intercom munale telefoongesprekken door hunne arbeids beurs zich vóór 1 November e.k. schriftelijk bij zijn departement bohooren aan te melden. De aandacht wordt er op gevestigd, dat een sub sidie ,als bovenbedoeld in geen geval kan worden toegekend, indien eene arbeidsbeurs niet bij een locaal telefoonnet js aangesloten en evenmin, indien eene beurs het karakter van eene finan- cieele onderneming draagt. O., beiden schippers. De een sloeg den ander met een flesch in het gelaat tengevolge waarvan een bloedende wonde ontstond. Congres Gemeentebedry ven. Tot het nationaal Congres ter bespreking van Gemeentebedrijven, uitgaande van do Vereeniging voor Handel, Nijverheid en Gemeentebelangen te 's-Gravenhage, zijn tot dusver toegetreden .36 Ge meentebesturen, Vereenigingen en 171 leden. Het aantal inschrijvers voor het waarborgfonds bedraagt 58. Rondgedeeld zijn de praeadviezen ter behan deling in het 6, 7 en 9 Juni a.s, te houden Con gres te Schieveningen t. w. van: 'lo. mr. J. Patijn en W„ H. Vliegen, betreffende de vraag door welke beginselen het uitoefenen van bedrijven door de gemeente behoort te wor den bcbeersdht; '2.O. van eene commissie bestaande uit mr. S. J. Blaupot ten Cate, directeur van het bureau voor staats- en administratief rechterlijke adviezen te 's-Gravenhage, mr. J. L. C. van Esson, secretaris der gemeente Arnhem en A. de Vulder van Noor den lid van het bestuur der Vereeniging voor Gemeentebelangen over de vraag': wefke behoort de verhouding te zijn tusschen de financiën d'er bedrijven en die der gemeente en op welke wijze behoort zich deze verhouding in de gemeente rekening af te spiegelen. Deze commissie geeft als hare meening' te ken nen, dat de afscheiding tusschen de financiën der gemeente en die barer bedrijven, niet te scherp kan zjjn. Weerbericht. Telegrafisch bericht naar waarnemingen,verricht in den morgen van 12 Mei 1910, medegedeeld door het Kon. Ned Met. Instituut te de Bildt. Hoogste barometerstand 781.1 te Hernosand. Laagste barometerstand 748.1 te Parijs Verwachting tot den volgenden dagmeest matige winden uit oostelijke richtingen, toene mende bewolking, mogelijk onweersverschijnselen, zachter. Burgemeester en Wethouders naar het buitenland vertrokken. Blijkens vorenstaande kennisgeving treedt de heer C. Klein, oudste lid in jaren van den gemeenteraad, op als waarnemend burgemeester. Naar wij vernemen, zijn de Burgemeester en Wethouders voor een tweetal dagen naar het buitenland vertrokken, ten einde zich persoonlijk te kunnen overtuigen van de inrichting en wer king eener fabriek, die men ook voornemens is hier op te richten. Men seint ons uit Keulen De burgemeester van Schiedam en drie wet houders zijn hedenmiddag hier aangekomen. Uitbreiding Telefoonverkeer. Het telefoonverkeer aan het telegraafkantoor alhier is sedert het begin van het jaar zoo toe genomen, dat van '1 Januari tot 1 Mei 6000 gesprekken zijn gevoerd. Het spannen van een nieuwe draad tusschen Rotterdam en Schiedam, dat men eerst wenschte uit te stellen tot het nieuwe telegraafkantoor, in December, zou gereed zijn, kon dientengevolge niet langer wachten. Methet aanbrengen van den nieuwen draad wordt alle spoed betracht. Schiedam 12 Mei 1910. Mijnheer de Redacteur, Met verwondering en spijt heb ik het bericht in Uw blad van gister over niet-bakken op Tweeden Pinksterdag gelezen. Met verwondering, omdat de zaak nog in volle actie is. Door de arbeiders worden de verschillende patroons be zocht en tot dusverre niet zonder succes. Daarbij komt dat bijna alle patroons op de laatste ver gadering, zij het dan ook voorwaardelijk, vóór niet-bakken gestemd hebben. Uw bericht is dus minst genomen voorbarig of U zijt verkeerd inge licht. Ook druk ik mijn spijt uit over Uw be richt. Immers door dit bericht worden al reeds de twijfelaars weer meer teruggetrokken. Ik had integendeel gedacht, dat U in deze zaak eens flink voor de arbeiders in het bakkersbedrijf in de bres had gesprongen en hun streven in be scherming genomen. Ik hoop dat U met mij zult instemmen en Uw wel versneden pen nog eens zult gebruiken om de burgerij onder het oog te brengen dat zij met het kleine offer wat hun gevraagd wordt een bij uitstek sociaal werk verrichten, door dat zy op Tweeden Pinksterdag geen brood willen bezorgd hebben. De arbeiders in ons bedrijf zullen hun altijd dankbaar zijn en schoon zij op den vooraf- gaanden Zaterdag een langen arbeidsdag zullen hebben, willen zij gaarne zich wat inspannen om evenals andere arbeiders die twee dagen rust en ontspanning te kunnen genieten. Ik verklaar hierbij op '1 weeden Pinksterdag niet te zullen bakken of brood te doen bezorgen, en verzoek mijn klanten beleefd zich daarnaar te schikken. Aan den winkel zal steeds brood ver krijgbaar zijn. F. J. SMIT, Het bericht door den geachten inzender be- doeld, werd ons ter plaatsing toegezonden van wege het bestuur der Bakkers-Patroonsvereeni- ging. De plaatsing van dat bericht sluit echter volstrekt niet in, dat wy met de daarin vervatte mededeeljng instemmen. Integendeel, wij be- tieuren t ten zeerste, dat alsnog jde meeste patroons" geen weg weten te vinden, om op Tweeden Pinksterdag niet te bakken of brood te doen bezorgen. Dat dit toch niet onmogelijk is, bewijst de geachte inzender en met hem meer dere bakkers-patroons zoowel hier als elders, die wél aan het verlangen der bakkersgezellen zullen voldoen. Zeker moet al 't mogelijke worden ge daan om te voldoen aan den billijken wensch dat toch ook de bakkersknecht, die een zoo slafe- lijken arbeid veelal op den meest onaangenamen tijd verricht, een weinig van de rust der Pinkster- dagen geniete. Laten dus de broodverbruikers den patroons doen weten, dat zij geen brood op Tweeden Pinksterdag wenschen te ontvangen en dat allerminst d i e patroons schade zullen lij den, die hun knechts de rust der Pinksterdagen toestaan. Red. Gister-namiddag 3 ure is de 50- jarige A. Zijderveld, timmermansknecht bij den heer J. Bijl alhier, in een pakhuis (vroeger bran- derij) aan de Noordvest over den vroegeren stoomkorenmolen »De Draak", door den zolder waarop hij werkzaam was, gezakt. De man heeft bij dit ongeval den linkerpols gebroken en een wonde aan het achterhoofd bekomen. De heer Bijl trachtte nog zijn knecht te vangen, doch kon niet verhoeden dat hij op den vloer in het be nedengedeelte neerstortte. Dr. de Bruiu verleende den verwonde de noo- dige hulp. Op de Hoogstraat heeft giste r- avond de politie een 40-jarig man gevonden, die bewusteloos was. De man, die M., heette en te Arnhem woonde, werd naar het Ziekenhuis ge bracht, waar hij weder is bijgekomen. Heden morgen is hij uit Ziekenhuis ontslagen. II e d e n-ra orgen ontstond op den Buitenhavenweg een twist tusschen de gebroeders Vergadering run den Raad der gemeente Schiedam op Dinsdag 10 Mei 1910, des namiddags 2 uur. (Slot). Leeft ij d Schooltoelating. Bij het voorstel tot bepaling van den leeftijd waarop kinderen tot de openbare lagere school kunnen worden toegelaten, werd de volgende discussie gevoerd. De heer De Bruin verklaart zich tegen dat voorstel Hij wenscht voor de scholen wel te veel ruimte, niet te weinig. Waar de gemeente niet aan bewaarschool-onderwijs doet, kunnen een aantal kinderen niet op de scholen geborgen wor den en moeten schaloos loopen. Spr. moet be slist vragenZijn B. en W. van oordeel dat het bewaarschool-onderwijs moet ter hand genomen worden Dan kan wellicht de zaak onder een ander licht worden beschouwd, maar zonder meer moet hij tegenstemmen. De wethouder van Onderwijs, de heerH onner- lage G r e t e, zegt, dat het College er natuurlijk niet aan denkt van gemeentewege bewaarschool- onderwijs te geven, maar wijst op art. 19 der Onderwijswet, dat aan de gemeenten de taak oplegt den leeftijd vast te stellen waarop de kinderen tot de lngere scholen kunnen toegelaten worden onder goedkeuring van Ged. Staten Op grond ook van het betrokken kon. besluit, acht spr. thans het oogenblik gekomen om den leeftijd vast te stellen door een Raadsbesluit. Vroeger gold hier de bepaling dat de kinderen op den leef tijd van 6 jaar tot de lagere school werden toe gelaten, dat dateert van 1870; maar allengs is men begonnen kinderen beneden den zesjarigen leeftijd toe te laten. Hoewel spr. daar persoon lijk niet voor is, meent hij toch, dat de zesjarige leeftijd buiten werking moet worden gesteld en dat door een Raadsbesluit inde verordening moet worden opgenomen, op welken leeftijd de kinde ren op de lagere scholen worden toegelaten. Veel beter dan alle jaren voor hetzelfde vraagstuk te staan en het College hier te laten beslissen, is 't, de Raad hier uitspraak te laten doen en de leeftijdgrens in een besluit neer te leggen. De heer Koopmans zou gaarne vernemen of ook bij het bijzonder onderwijs een leeftijdgrens wordt bepaald en de hier voorgestelde grens daar mee in overeenstemming is. De heer De Bruin zegt, dat de verdedi ging van den wethouder van Onderwijs hem niet van inzicht heeft doen veranderen. Tal van jonge kinderen, vooral uit de arbeiders kringen, hebben behoefte eraan, vroeg naar school te gaanspr. vindt 't dan ook niet natuurlijk, maar achterlijk dat het bewaarschoolonderwys niet van gemeentewege ter hand wordt genomen. De aandacht van het College had hierop al lang gevestigd moeten zijn. Bij de vorige bespreking van het betrokken onderwerp is door de heeren mr. Jansen en Goslinga verklaard, dat de leeftijd grens wel degelijk aan de bijzondere scholen be staat; maar t schijnt, dat zij wel regel is, maar de uitzonderingen toch vrij talrijk zijn; dat be wijst, ook daar de behoefte bestaat, jongere kin deren aan de school toe te vertrouwen. Wijl daarin niet voorzien wordt door het bewaar- (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). Van ingezonden stukken ook al worden ze niet geplaatst wordt de kopy niet teruggegeven.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1910 | | pagina 2