Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Gemengd Nieuws.
Privaat» of gemeenschappelijk bedt.
Men meldt uit Leiden:
In een door christen-socialisten belegde ver
gadering deelde de spreekster, mej. A. van der
Vlies (Enka) gisteravond mede, dat op nader
te bepalen avond tnsschen dr. R. J. W. Rudolph
en haar een openbaar debat zal plaats hebben
over: privaat- of gemeen schappelijk bezit.
Weerbericht.
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
'n den morgen van 11 Januari 1911, medegedeeld
door het Kon. Ned. Met. Instituut te de Rildt.
Hoogste barometerstand 774.7 te Ilorta.
Laagste barometerstand 742.4 te Bodo.
Verwachting tot den volgenden dagstorm
achtige tot krachtigen zuidelijken, tot zuidweste
lijken wind, betrokken tot zwaarbewolkt, regen;
zachter.
Kegelwedstrijd.
In de S O.V. had gister avond de uitdeeling
der prijzen plaats aan de winners op den aldaar
gehouden kegelwedstrijd.
De heer J. Jonker Roelants, voorzitter van de
kegelclub sAnti-poedel", sprak de prijswinners toe.
Hij zeide, dat het concours in alle opzichten goed
geslaagd mag heeten. Dank bracht spr aan
allen, die het concours zoo krachtig hebben ge
steund. De 1500 kaarten, welke men aanvanke
lijk niet dacht te zullen verkoopen, zijn als het
ware weggevlogen. Tot welslagen van het con
cours heeft niet weinig bijgedragen de groote ge
zelligheid en vriendschappelijkheid welke steeds
op de baan hebben geheerscht.
Een woord van hulde bracht de heer Roelants
vervolgens aan de heeren, die zich belast hadden
met hel kiezen der prijzen voor het concours,
hetgeen geen gemakkelijke taak is geweest.
Aan de leden van sHoudt plank," die zoo wel
willend zijn geweest de baan des Woendagsavonds
voor het concours beschikbaar te stellen en aan
de redacties der verschillende bladen, welke be
langloos de plannen en daden hebben wereldkun
dig gemaakt, bracht spreker eveneens een woord
van dank.
Alsnu deed voorz. mededeeling van de gewon
nen prijzen.
Was aanvankelijk beweerd, aldus zeide de heer
Roelants, dat men te voren wel kon zeggen wie
bij een concours te dezer stede de prijzen zou
den winnen, thans is gebleken, dat de uitslag
geheel anders is geweest, dan men had gedacht.
Spr. wenschte de prijswinners geluk met het
behaalde succes en hoopte, dat de prijzen naar
aller genoegen zouden zijn en men bij voortdu"
ring de edele kegelsport zou blijven beoefenen.
Uit naam van den heer Pont, pachter der
S.O.V., en de kegelclub »Anti-poedel" noodigde
hij alsnu de aanwezigen uit. om een glas te
drinken öp den goeden afloop van het kegel-
co ucours.
Hierna werd de eerewijn rondgediend en begaf
men zich naar de shet steenen hui^" waar de
prijzen in ontvangst werden genomen.
Uitslag Prijsvraag.
Zooals uit de geplaatste advertentie reeds bleek,
zijn door de jury voor de prijsvraag van »The
Prince of Wales" de prijzen als volgt toegekend
le prijsde heer C. Plooy
2e P. Duk
3e L. Schaatsma.
Bovendien werd nog een extraprijs toegekend
aan mej. Goslinga voor het beste gedicht en wer
den onder een -25-tal van de beste oplossers nog
de volgende prijzen voor kinderen toegekend
Post, Fabristraat, teekening, Ie prijs: een boek-
Jonge dames v. d. Zee, Markt, gedicht, 2e prijs.
Van morgen 6y4 uur kwam de 17-
jarige Slieker, bij het passeeren van de Koemarkt-
brug, doordat hij met zijn rijwiel in een geul
naast het» voetpad geraakte, te vallen, waardoor
hij onder het paard en het rijwiel onder de kar
geraakte.
De fietser bekwam geen letsel, daar de voer
man stopte maar het achterwiel van de fiets werd
geheel vernield.
UIT DELFT.
Men meldt ons uit Delft
Eindelijk is de politie te Delft er in geslaagd
een rijwieldief te pakken te krijgen. Aan een der
gebouwen der Technische Hoogeschool reeds vele
fietsen gestolen waren; heeft zich gister-middag
een rechercheur opgesteld, die er eindelijk in
slaagde een man, die reeds verscheidene malen
had heen en weer gedrenteld, op het oogenblik
dat hij zich wilde verwijderen met een rijwiel,
met behulp van een politiehond te arresteeren.
De man bleek uit Leiden afkomstig en moet rij
wieldief van beroep zijn.
UIT ROTTERDAM.
In de Maashaven heeft gisternamiddag een
aanvaring plaats gehad tusschen de sleepboot
»Friso" en een onbekend gebleven Rijnschip.
Tengevolge van de aanvaring raakte de machinist
M. W, beklemd tusschen beide schepen De man
is ernstig gekwetst naar het Ziekenhuis gebracht
AGENDA \AN VERGADERINGEN ENZ.
Schiedam.
yrijdag 13 Jan). 8 u. S. O. 'V. Concert „Orpheus".
Rotterdam.
Woensdag 11 Jan. 8 u. Dooie. Concertgebouw-
orkest.
Donderdag 12 Jan. 8 u. Doele. Eruditio Musicia.
3e Avondconcert.
Vrijdag 13 Jan. 81/2 u. Rem. Kerk. Orgelconcert
Oer. Bunk.
Vergadering van den Raad der gemeente
Schiedam op Dinsdag 10 Januari 1911,
des namiddags 2 uur.
(Slot)
Benoeming.
3. Voorstel van B. en W., betreffende ver
lenging van de benoeming van den heer S. Hout
man tot tijdelijk leeraar in de Engelsche taal
aan de II. B. S., tot aan hot einde van den loo-
penden cursus.
De heer De Bruin kan niet nalaten op te
merken, dat deze voordracht op hem een vreem
den indruk maakt. Hij vraagt of 't wel aangaat,
dat de gemeente een leeraar benoemt zonder hem
te beloonen. Hij vindt dat een ongehoorden toe
stand. Voor bepaalde diensten moet ook zeker
loon gegeven worden. Spr. meent, dat het voorstel
strijdt tegen de betrokken verordening.
De wethouder van Onderwijs, de heer Gos
linga, geeft in antwoord op de bemerking van
den heer De Bruin eenige nadere verklaring van
het oogenschijnlijk vreemde geval. Iemand die
aan de H.B.S. les in de Engelsche taal wil geven,
moet in het bezit zijn van de akte B de heer
Houtman heeft de akte A maar onder de taal-
leeraren is er niet altijd een te vinden die in het
bezit is van de akte B. In dat geval wendt men
zich tot de hooge autoriteiten en vraagt of zij
genoegen willen nemen met het bezit der akte V.
Daartoe zijn die autoriteiten altijd bereid als 't
geldt het geven van enkele lessen in de lagere
klassen. Voor die klassen is de akte B, die eenige
kennis van de letterkunde der bedoelde taal ver
onderstelt, niet noodzakelijk, wijl die kennis in
die klassen niet te pas komt.
VS at nu betreft het betalen der leeraren voor
de diensten die zij bewijzen, merkt weth. op. dat
aan bedoelden tijdelijken leeraar meer betaald
wordt, dan waarop bijvolgens de verordening
regelende de jaarwedde van de leeraren aan de
H.B.S. recht heeft. De toestand, zooals die
thans bestaat, dateert vanaf Mei 11. Toen werd
bedoelden tijdelijken leeraar verlof gegeven als
onderwijzer aan school G. en hij als leeraar in de
Engelsche taal aan de H.B.S. aangesteld. Het
gevolg was dat hij buiten zijn salaris als onder
wijzer als leeraar aan de H B S. voor enkele lessen
nog een jaarwedde van f400 genoot.
De bedoelde onderwijzer werd ten slotte voor
het dilemma gesteld op zekeren termijn aan school
G. terug te keeren of ontslag te nemen.
Op de vraag wat hij wilde antwoordde hij toen
dat hij na ernstig nadenken tot het besluit was
gekomen, dat, nam hij ontslag aan school G, hij
den band kwijt raakte voor zijn pensioen, terwijl
toch de benoeming aan de H.B.S. slechts tijdelijk
was. Hij stelde toen voor, hem aan school G,
verlof te geven en hem dan zonder salaris als
onderwijzer aan die school te handhaven. In
den tijd van zijne tijdelijke werkzaamheid aan
de H. B. S. zou hij zich dan bekwamen vóór het
bekomen van de akte B. Maar dit bleek in strijd
te zijn met de betrokken verordening. Toen werd
voorgesteld, overeenkomstig de verordening, hem
aan school G. verlof te geven met aanstelling van
een plaatsvervanger, terwijl hij dan de lessen aan
de H.B.S. gratis zou geven. Aan school G. zou
dan uit zijn salaris moeten bestreden worden de
kosten van het aanstellen van een plaatsvervan
ger hij zou aldus in het resteerend bedrag
van zijn salaris nog f250 meer ontvangen dan
hij alleen als tijdelijk leeraar aan de H.B.S voor
enkele lessen zou bekomen. Weth. meende dat
deze meerdere uitgave te billijken was, daar men
voor studie ter bekoming eener akte iets over
moet hebben en merkte ten slotte nog op, dat
deze regeling zeer in het voordeel van den heer
Houtman was en hij vertrouwde deze de goed
keuring zou verkrijgen van den Raad.
Den heer De Bruin komt 't voor, dat men
met deze regeling verstoppertje speelthij acht 't
eene krorhme regeling voor hem is 't hoofdzaak
dat eene regeling overeenkomstig de betrokken
verordening worde getroffen.
De wethouder, de heer Goslinga, nog kor-
telijk repliceerend, zegt, dat de toestand gedureijde
acht maanden nu zoo is geweest, dat de heer
Houtman aan de H.B.S. les gaf, terwijl hem fei
telijk verlof aan school G. was gegeven maar die
toestand kon zoo niet voortdurendaarom werd
hem gezegdneem uw ontslag aan school G
anders benoemen wij u niet aan de IJoogereBui-
gerschool. Dat ontslagnemen was voor hem ech
ter zeer bezwarend met 't oog op zijn pensioen,
waarvoor hij toch 20 jaar had gestort en dat hij
ook, lettend op zijn gezin, niet gaarne zou missen.
Toen aldus dit zeer groot bezwaar bleek, werd
gezocht naar ean iriddel waarbij hy zijn pen
sioen zou behouden en toch bereid zou zijn
om de bedoelde lessen aan de H.B.S. te
geven en kwam men tot het bekende resultaat
In de geheele verordening is daartegen geen be
zwaar 't is geheel op den leest der bestaande
verordening geschoeid, waarvan bij Raadsbesluit
kan worden afgeweken. Dat een leeraar zonder
salaris aan de H.B.S. werkzaam was, is meer ge
beurd, o.a. met eene leerares in de Duitsehe taal
Er is hier dan ook volstrekt geen strijd met de
verordening.
De heer De Bruin zegt, dat, wanneer hij
voor de derde maal het woord voert, hij in 't
kort wil zeggen, hij het kromme van de regeling
niet ziet in de afwijking van de bestaande ver
ordening aan de H.B.S., maar in de regeling voor
school G, waar geen diensten gepresteerd worden
en toch salaris wordt betaald.
De Voorzitter merkt op, dat wanneer
den bedoelden onderwijzer aan school G verlof
wordt verleendjen van zijn salarislij v. van f 1000 een
plaatsvervanger van f600 wordt betaald, hij ten
slotte f400 krijgt uit de gemeentekas, terwijl hij
dan zijne lessen aan de H.B.S. gratis moet geven.
Dat is zoo recht mogelijk en er is hier geen strijd
met de verordening.
De heer De Bruin zegt, dat wanneer dan
hier geen sprake is van eene kromme regeling,
dan toch een halt jaar die kromme regeling van
het salaris aan de H.B.S. is bestendigd.
Het voorstel wordt daarna anngenomen met'
171 stem, de heer De Bruin. De heer S. Hout
man wordt dus tot leeraar aan de H B S tot het
einde van den loopenden cursus benoemd.
Comptabiliteit.
4. 'Onfcwerp-heisluit (model C) tot wijziging, der
Gemeenjte-begrooting, dienst 1910.
Wordt aldus zonder hoofdelijke stemming vast
gesteld-
Inkomstenbelasting.
5. Bezwaarschriften tegen den aanslag in de
plaatselijke directe belasting naar het inkomen,
dienst 1910/11.
Overeenkomstig het advies van de commissie
tot onderzoek der bezwaarschriften, wordt op een
15-tal adressen gunstig en op 22 afwijzend beschikt.
Beursbel as ting.
6. Voorstel van B. en W. om de heffing van
IkuirsbelaSting, welke tót. 1 April A.s. is goed
gekeurd, te bestendigen en daartoe de verordenin
gen op de heffing en invordering,onder nieuwen
datum, met een geringe wijziging, opnieuw vast
te stellen.
De Voorzitter wijst er op, dat de toelich
ting staat op bladz. 437 der bijlagen.
De heer Wittkampf merkt op, dat de
wijziging hierin bestaat, dat in plaats van maan
delijks wekelijks wordt gelezen en in eene
kleine redactiewijziging.
De heer m r. Jansen wijst nog op den da
tum van in werking treden der verordening.
De Voorzitter bevestigt nog, dat nu we
kelijks in plaats van maandelijks wordt gelezen.
De geheele gewijzigde verordening wordt, bij
acclamatie, met algemeene stemmen aangenomen.
Ongevallenverzekering.
7. Voorstel van B. en W. om de gemeen te-
tui.nliedrcn op den voet van de Ongevallenwet
1901 tegen de geldelijke gevolgen van ongevallen
te verzekeren bij de Hollandsche Alg. Verz. Bank
altiier.
De heer mr. von Briel Sasse verwijdert zich.
De heer De Bruin heeft over het voorstel
zelf niets te zeggen, maar meent een algemeene
opmerking ten goede te mogen maken, om nl. in
de plaats in de eigen omgeving rond te zien,
hier een voorbeeld te geven en niet te beginnen
met naar den vreemde te gaan, waar 't toch
blijkt, dat men bij stadgnooten heelemaal niet
schadelijker of nadeeliger dan bij vreemden terecht
komt. Spr. meende deze opmerking te moeten
maken misschien wil men er in de commissiën,
waar zijn invloed niet zoo groot is (gelachj, reke
ning mede houden.
De wethouder, de heer Van Westendorp,
wijst op de algemeene concurrentiemen ziet 't
meer dat een profeet niet in 't eigen land geëerd
wordt.
De wethouder van Financien, de heer Lager-
w e y, merkt op, dat wij met deze verzekering
bij eene particuliere maatschappij een anderen
weg opgaan dan bij de Ongevallenverzekering.
Zooals bekend is, geschiedt die bij de Onderlinge
risico-maatschappij voor gemeente-verzekeringen.
Deze categorie van gemeente-werkl eden wilde
men eerst ook weer bij de onderlinge bekende
maatschappij geven. Onmiddellijk echter nadat
bleek, dat hetgeen de Holl. Alg. Verz. Bank aan
bood, minstens even voordeelig was dan het aan
bod van anderen, heeft men niet geaarzeld het
voorstel terug te nemen en de verzekering die
men eerst buiten de gemeente wilde geven, daarna
hier te houden.
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
Gasfabriek en Drinkwaterleiding,
8. Voorstel van B. en W. tot het regulariseeren
van uitgaven ten behoeve van de Gasfabriek en
Drinkwaterleiding.
B. en W. stellen voor, de begrooting voor de
Gasfabriek voor 491U te verhoogen met totaal
f'12.529.31 en die der Drinkwaterleiding met
f 4222.40.
De Voorzitter merkt op, dat in den brief
van de Financieele Commissie van advies niets is
gevonden.
De heer mr. Jansen zegt, dat de commis-
missie eene kleine bemerking heeft wat den vorm
der regeling betreftzij meent, dat althans voor
den tweeden cokesbreker de kosten uit het ver
nieuwingsfonds moeten gevonden worden.
De Voorzitter stemt met die opmerking
in en meent ook, het voorstel zoo moet luiden,
dat althans d i e kosten uit den post voor ver
nieuwingen bestreden worden.
Het voorstel wordt zonoer hoofdelijke stemming
aangenomen.
Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voor
zitter de openbare vergadering, maar verzoekt den
leden nog eenige oogenblikken te blijven.
Ongelukken. De arbeider K., Maandagmor-
geil het Uithuizer Wad opgegaan om mosselen
të visschen, is slinds niet teruggekeerd. Algemeen
wordt vermoed, dat hij; door mist Overvallen,
verdwaald is geraakt en omgekomen Is. Er wordt
'jver'g gezocht.
Een kindje van H. v. E., te Vuren, is Don
derdag in een teil met kokend chloorwater geval
len ein Zaterdag aan de bekomen brandwonden
overleden.
De gr o o t e watersn 0 o d van 1861. Maan
dag was het 50 jaren geleden, dat een tijdperk
van watersnood voor Tielerwaard, Bóinmeler-
waard emj Maas en Waal aanbrak, dat met de
ramipVolliei doorbraak te Leeuwen in Februari
1861 eindigde.
Voor ue stad bereikte het wiater 9 Januari,
volgons de „Tielsche Ct." van die dagen, de
ongekende hoogte van 8 M., een stand, waar
hij het water te Varik en te Hasselt 3 voet
hoven den kruin van den dijk stond. Te Brakel
spoielden 16 huizen weg en werden er 4 op
den dijk geschoven. In tien nacht van 3 op 4
Januari wjaren er aldus reeds 23 verzonken. De
predikant aldaar beschrijft den toestand aldus:
„Vap mhne gemeente, welke uit rujm 1100
zielen 'bestaat, zijn er 1000 bij anderen gebor
gen. Op een zolder alleen zitten er 70 hij
elkander. Ten minste 900 moeten wij onder
steunen. Het getal te l'oesteroyen en te Aalst
is nagenoeg even groot. Er zijn dus omstreeks
1800 monden, die ons eten, brand, dekking en
Weeding vragen. Is het hij deze opgave nog
noodig te zeggen, dat wij, hoe liefderijk men
ons reeds hielp, nog altoos om ruime giften moe
ten blijven vragen?"
Schitterende blijken van moed gaf op genoem
den dag de ingenieur van den waterstaat J. van
den Toorn.
Te twee uur op dien dag liep de Waaldijk
te Heesselt, over een lengte van 400 meter, met
10 tot 20 duim over.
De inood-heemraad van den Tielerwaard, de
heer Vers legen, pn een tiental arbeiders, bevon
den zich toen bij. den heer Van der Toorn. Mest
was er niet, en al het materiaal, tof verdere
bekisting aangevoerd, werd een kwartier hoo-
ger hij het dorp Heesselt opgehouden, waar men
toit beveiliging van dat punt er gebruik van maak
te. Langzamerhand werd de overloop sterker en
kwam tot 40 duim, waardoor de rivier zich met
die hoogte over dit gedeelte van ifen dijk naar
binnen stortte. Weldra sloegen er stukken uit
de binnengl'ooiing pn school een groote gedeelte
daarvan, op twee plaatsen tegelijk weg.
Hoogst gevaarlijk was op dat oogenblik de toe
stand; een doorbraak was bijna onvermijdelijk;
het volk trok af en de heeren Verstegen en Van
der Toom bevonden zich alleen op het zóó fel
bedreigde punt; al heviger en heviger stroomde
tiet water over den dijk, en zijn kruin nam in
breedte aanhoudend af. De noodheemraad en de
ingenieur stampten hossen stroo tegen de kruin
der buitenglooëjng en de losse tuinen der kisting
aan, die door den feilen stroom geheel was uit-
geloopien.
Zij bezwoeren het aftrekkende volk te blij
ven, doch die lieden gingen hun have en vee
redden. Aan. dé strenge vorst was het te dan
ken, dat bet stroo en de voortgesleepte tak-
kebosschen de verlangde uitwerking hadden, en
den overloop deden verminderen. Ijzingwekkend
was de toestand, waarin de ingenieur zich lan
ger dan een uur moet bevonden hebben. Later,
toieih hij en de heer Verstegen weder een weinig
op het water begonnen te winnen, vervoegden
zich wieder eenige personen bij hen; en toen
da nood geweken was, begon men mest aan te
voeren. j
In de hofstede, achter dit dijkvak gelegen, was
alles op redding bedacht, en werd het vee met
geweld, door het over den dijk stortende water
gedreven. Drie der zoons uit de hofstede zijn
de eienige trouwe helpers geweest. De moeder,
eene weduwe M. genaamd trok, toen de heer
Van der Toorn daar aankwam, na het behoud van
dein dijk, hare kousen uit om ze dien ambtenaar
te geven. De laarzen waren hem volgelooj^en,
zoodat, toen hij even op een paar hóssen stróö
stond, alles bevroor, laars, kous en vóet aan
elkander. Aandoenlijk was het tooneel, toen de
zootn des huizes, van den heer Van der Toorn
de blijde mare vernomen hebbende, dat de dijk
voorlaopig behóuden was, hem in verrukking öm-
helsdie, om zijne erkentelijkheid te betuigen. Drie
dagen en drie nachten was hij onafgebroken aan
den arbeid.
Landverhuizers. Men meldt nader uit Ol-
denzaal1
In den toestand van de hier nog aanwezige
164 landverhuizers, alle Russische onderdanen,
is tot heden nog geen verbetering gekomen.
Diverse autoriteiten zijn hier al geweest, om
oeiri onderzoek in te stellen, zelfs de Russische
vice-ooinsul uit Rotterdam was Zaterdagavond op
telegrafisch verzoek der betreffende stoomvaart
maatschappij, persoonlijk overgekomen, om zóó
noodig de belangen der emigranten te behartigen,
doch kon, nadat hij per draadbericht het mini
sterie van Buitenlandschle Zaken te St. Petersburg
met het tot der landverhuizers in kennis gesteld
had, onverrichter zake huiswaarts keeren. Tevens
had hij die Russische regeering verzocht, zoo
noodig voor doorvoer in Duitschland te garan
deeren.
Over het algemeen schijnen de landverhuizers
nu in hun lot te berusten, Wel bemerkende, dat
al bet mogelijke in het werk gesteld wordt, om
ben het verder reizen te verzekeren. Op kosten
van de Uranium Steamship cy. worden de men-
schiein van warme spijzen voorzien. Het leeuwen
aandeel concentreert zich tusschen de beide wacht
kamers en de zich aan 't station bevindende
laridverhuizersbarakeen klein gedeelte heeft zich
zoo goed en zoó kwaad als het ging geïnstalleerd
in een logement. Naar wij vernemen, zijn inmid
dels alle rechtstreeksche biljetten tot plaatsen
in Rusland aangekomen, doch met de uitgifte
daarvan kan nog niet begonnen worden, daar
men eerst toestemming van Duitschland moet
hebben, dat het verder vervoer via genoemd land
kan plaats hebben.
Van dat bericht hangt nu het lot van die 164
arme ïuidjes of.
Dat een dergelijk oponthoud de belangstelling1
en het medelijden opwekt, getuigt, dat dóór een
ingezetene alle emigranten van sigaren werden
voorzien, die natuurlijk in dankbaarheid werden
aangenomen.