nationale militie.
-r i„8 ïres-inw
iSSS^ve*
Zatcrd agl8 Febr.1911
Telefoon no. 85.
Officieel© berichten.
Kennisgeving.
Oud-Schiedam
vat hef w rS 6en °fflCieel Stuk' udgftande
TWEEDE BLAD.
Uit de Pers.
Gemengd Nieuws.
Aanvragen om onthefling van den werke-
'yken dienst der Militie of om
vergoeding.
llr^"UGEMEESTKR EN Wethouders van Schiedam,
in di>e?fio^er ^ennis van de militieplichtigen die
winner 0nmkheten W,orden irlgelÜfd> zich als kost-
zij behoorpn acllte" voor het gezin waartoe
termen ti n" °P gl',° daarvan meenen in de
BeteekpnH u u oenh«indig moeten worden
a aan ÏT* bet°°.ren te worde« gericht:
heffing rL J0Steit de Koningin' 'ndien ont-
h' oTrlofffi?061161?^ den heer Minister van
wordt ea vergoeding gevraagd
epBtaw£eenbbednadtenz^0Hden w V°°rtS nad™kkelijk
wegmoeten tÏÏJ? hiervoren aa"gewezen
wijze Tedaan aanvragen °P andere
tengevolee k,innp a yer'rag.ng in de afdoening
belang dat di« ^bben. Vei'der is het van
de opkomst worden06 aften eenige weken voor
spoedige afdoenino- )jerzonden> om zoodoende eene
zeer if hetilT8 daafvan te bevorderen, wat
belang van de adressanten is te achten.
am. den 18den Februari 1911.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
M. L. HONNERLAGE GRETE.
Be Secretaris,
V. S1CKENGA.
door N. J. M. D.
XXIII.
öe geschiedenis van het Weeshuis
aan den Langen Achterweg.
Naar authentieke bescheiden/.
De toestand van het Weeshuis
in den Franschen tijd.
scheen>HtanVan h6t Weeshuis in den Fran-
der volld T' Men weei'gegeven in het hieron-
maire I schrijven van de regenten aan den
ezer stad, dd. 28 December 1811. Voor
!w T'Sprake van het Gerefor-
°Pgesor d! !6 U1S: In h°everre de in d't stuk
liilfT v CljferS JU1St z«n' valt natuurlijk moei-
delüL-6 eoordee}en- Wij geven het stuk woor-
Ja, zooals wij het hebben gevonden.
»De regenten van het Gereformeerd Weeshuis
aan den Heer Maire.
elEd. Gestrenge Heer.
gIT v°ldoeninS aan den inhoud van UwelEd.
str Missive, de dato den 23 dezer, hebben
niceJen b« te -m,
hu?0,0' eerst dat het Gereformeerd Wees-
de navo l "°g v-d^n heeft
lgende achterstallige praetentien, als
van dezer stads Armen-Kamer per
esto, voor derzelver Rekening bestede
inderen, ene somma van ƒ10.000
^an de Gereformeerde Diaconie
Armekamer alhier, ter zake als boven,
ene somme van
degens restitutie van betaalde Im-
P°st, ene somma van qqq
En voorts kinderwinsten ene
somma van 70O
Axr 7Ï2M52^X
vv aartegen het meergemelde Gereformeerde
'•eeshuis schuldig is, als
Aan de stad Schiedam voor van
dezelve stad genegotieerde penningen
ene somma Van ƒ13.000.
Aan verschuldigde Interessen sedert
drie jaren, calcuieere ene somma van -
Aan diverse Ambagtslieden en Le
veranciers, ene somma van
Aan legaten volgens testamentaire dis-
Positien, ene somma van
Aan verpondingen van Landerijen, ene
somma van
Ten t w e e d e n, dat het beloop d^aaribïT
che renten, ten behoeve van het Gereformeerde
weeshuis, voormaals bedragen hebbende ene
'0ttUDa van f5676.2.-, thans slechts renderen
"e somma van f 1892.1, spruitende ;dezelve jaar-
yksche renten uit een capitaal van f227044.5
'Jkens daar van voorhanden zijnde Twee en
wmtig stuks inschryvingsbillieten op het Groot
boek der publieke schuld, staande alle dezelfde
®n name van het Gereformeerde Weeshuis
eergetneld.
T*
en Derden, dat in het Gereformeerd Wees-
edls aanwezig zijn, acht-en-zestig kwekelingen
tot h'er Binnen-Regenten' waarvan de onkosten
zo d UnBeder onderhoud, als van kleding (uitge-
in°be.rd V°0r de vier Binnen"Regenten) voedsel
Voo t'00d' vleesch' groentens> geneesmiddelen en
Voor S 0116 ^ewone Ultgaven daaronder begrepen,
8tuiv 'edeie z'eb daags worden berekend op zes
No. 9947.
sonen geslagen ja:
520.—
966.—
380.—
550.—
hetgeen
over twee-en zeventig per-
bedraagt ene sornma van
f 7862. 8
1 e n vier d e n dat voorsz. weeshuis
wegen traetementen, onderhoud van
het gebouw etc. jaarlijksche uitgaven
heeft, te weten
Aan tractementen van de vier Binnen
Regenten, ene somma van - 600.
Aan de doctoren ene somma van - 100.
heelmeesters ene somma van- 100.
Aan verponding ene somma van - 559.
Aan jaarlijksche legaten - 504. 2
Aan Interessen van f13000.— - 260.-.-
Aan boeken en papieren tot onderwijs
van de kinderen 130.—.
En eindelijk wegens onderhoud van
het gebouw bij gissing ene somma
van
- 400.—
ƒ10515.10-
T e n v ij f d e n dat de totale Inkomsten van het
Gereformeerde Weeshuis voor den Jare 1812 zal
bedragen na calculatie ene somma van f9438.9
en zulks als volgd
Wegens Rente op den Staat, ene
somma van ƒ1892.1
Bestedelingen der Diaconie en stads-
Armekamer na gissing, ene somma
van - 2246. 8
Land Pachten na gissing ene somma
van - 5000.—
Kinderwinsten na gissing ene somma
van - 300.—
9438.9.—
En eindelijk ten zesden, dat er voor zoo verre
het ons thans blijkt, gene buitengewone uitgaven
in den Jare 1812 zullen benodigd zijn.
Hier mede aan UwelEdGestr. verlangen ver-
menende voldaan to hebben, tekenen wij ons met
betuiging van respect en achting
WelEdele Gestrenge Heer
UwelEd. Gestr. Dr. Dienaren
Pieter Post Gzn.
II. van Bolles."
De Chris tel ij k-H istorisc hen
e n de C o a 1 i t i e.
»De Tijd" schrijft
In haar nummer van Zaterdag- en Maandag
avond 1.1. geeft «De Nederlander" een uitvoerig
verslag van de buitengewone algemeene vergade-
ling, welke door de Christelijk-Historische Unie
lijdag 1.1, in Den Haag werd gehouden. De
«buitengewone" bijeenroeping van de leden der
Unie vond haar oorzaak in het verzoek van dr.
G. H. Wagenaar, om openlijk zijn grieven tegen
de coalitie uiteen te zetten.
Deze vergadering geeft ons een eigenaardigen
kijk op de geestes- en gemoedsgesteldheid van
een deel der Christelijk-Hist^rischen, dat vooral
in de heeren Wagenaar (inleider), ds. Schokking
en dr. Kromsigt zijne wooordvoeders vond. Tot
eene practische conclusie kwam de oppositie niet,
wilde ze niet komen. Hoezeer het ook betreu
rend, dat de coalitie een feit is, meende dr. Wa
genaar toch, dat de eenheid in de Christelijk-
Historische Unie boven alles gaat en dat men
zich voorloopig derhalve, nolens volens
moet neerleggen bij de zienswijze der overgrootè
meerderheid van het hoofdbestuur, welke besten-
c 'gmg der coalitie noodzakelijk oordeelt.
Dr. Wagenaar zelf durft niet beslist ontkennen
die noodzakelijkheid niet M„we,ig ""w"'
1". t mel 'ekert,eid andere, dengJeUfc
politieke constellatie l„„ «nar i s.
coalitie.tand voor zijn gemcTed êe„!l,t
beklemming, een ware nachtmerrie is3at de
ore, waarop zij kan en zal verbroken w.rd,„
voor hem is een uur van verlossing - hij wenschte
daarvan geen geheim te „aken. Ds, j. S
king was met anders gestemd en meent dat
die ure van verlossing i„ elk geval biiinen
de 25 jaren zal geslagen hebben. Dat deChriste
hjk-Histonsche Unie niet. zooals de heer v d
eZ'd ?11 beW6enl had' bin,ien jaa;
zelfstandig zou kunnen zijn en in staat m Nefer-
land a llee n te regeeren, kan hij niet toegeven
Binnen 2o jaren, zoo stelt ds. Schokking zich de
ideale toekomst voor, zal Nederland geregeerd
worden door de Christalijk-Historischen In afnge-
zien Nederland, volgens zijne meening ahveer
naar h,stone e„ traditie een p r o t e s t a n t s c h
land is en blijven moet, zal ons Vaderland dan
in protestantschen geest bestuurd worden Een
onoverkomelijk beletsel om dit ideaal te verwezen-
y ven is de coalitie daarom weg met de coalitie
zoo gauw als het eemgszins mogelijk is. Room-
schen en Ant.-revolutionnairen mogen voorloopig
zoo lang de Chnstehjk-Historischen nog niet over
de veieischte macht beschikken, onder het toe
zicht en de hoede der protestantsche dwarskijkers,
d.e tegen bedenkelijke afwijkingen zullen waken,
het land besturen, maar zóó kan het niet blijven
De tijd zal komen, en hij is niet meer verre, dat
deze bondgenooten, die in het Nederlandsche volk
geen specitiek protestantsche natie willen zien
kunnen gemist en aan don kant zullen gezet
worden.
Ziedaar in enkele woorden geschetst, wat er in
tleze onrustige geesten, die maar blijven droomen
van het verloren Paradijs der protestantsche op-
perheerschappy, gist en woelt.
A an verbazing slaat men de handen ineen
wanneer men dergelijke taal verneemt uit den
mond van mannen, die de pretentie hebben om
als politieke voorlichters op te treden. Woonden
deze politici op de maan, zij kondan omtrent de
werkelijkheid in het ondermaansche niet
slechter ingelicht zijn dan nu. Wij weten niet,
of prof Cannegieter, de man, die voor zijn prote
stantschen »H. Geest" liet monopolie der weten-
schap opvordert, naar den geest althans, tot de
Christelijk-Historische Unie behoort, maar daar
G in elk geval zijne plaats. Nederland een protes-
tantsch land, de geest van ons volk een piotes-
tantsche geest, de Nederlandsche regeering een
protestantsche Regeering, onze staatkunde protes-
tantsch, onze wetgeving, protestantse!!, onze
godsdienst protestantsch, onze wetenschap protes-
tantsch al het andere on-Nederlandsch, anti
nationaal, on-»christelijk", in strijd met historie
en traditie, gedoemd om te verdwijnen of ten
minste om te bukken en te zwijgen, wat een
heerlijke stemming voor bondgenooten, aan wier
zijde Roomschen en Anti-revolutionaire tegen
Liberalisme en Socialisme den strijd voeren I
VVanneer wij deze geestdrijvers niet heelemaal
au sérieux nemen, kunnen wij ons beroepen
op de groote meerderheid van de Christelijk-
Historischen zelf, die, welke hunne innerlijke
stemming ook moge zijn, althans nuchter genoeg
zijn om in te zien, dat het protestantisch ideaal
tot de onbereikbare illusies behoort en naar het
i'ijk der niet te verwezenlijken «vrome menschen"
dient verwezen te worden. Dit belet echter niet,
dat wij onzerzijds niet heelemaal het zwijgen
kunnen opleggen aan een alleszins gerechtvaardigd
roomsch zelfgevoel, dat voor ons een klein plekje
opeischt onder Gods lieve zon en op Nederland's
vrijen, van de protestantsche dwinglandij gelukkig
voor goed vrijgevochten bodem.
Verre zij van ons de aanmatiging en de toekomst
illusie, dat wij Nederland zouden willen bestuurd
zien als een zuiver roomsch land, waarin geen
rekening wordt gehouden met de rechten en
eischen der andersdenkenden. Gelijk recht, zooals
dat door de Grondwet gewaarborgd wordt, eischen
wij niet meer, maar ook niet minder. Van
onze machtige positie in het coalitie-verbond van
onzen overwegenden invloed bij de stembus wen-
schen wij geen misbruik te maken, om voor ons
aparte voorrechten te bedingen of na te streven,
maar wel stuit het ons tegen de borst, als wij
het telkens weer in verschillende toonaarden ge
zegd krijgen, dat wij burgers-tweedeklas zijn,
wien het bij de gratie van het «Protestantsche
Nederland" vergund wordt als rechtelooze vreem
delingen op den vaderlandschen bodem te ver
blijven en te deelen in de rechten van de «echte"
Nederlanders.
Wanneer historie en traditie worden te hulp
geroepen, wanneer papieren moeten getoond wor
den, dan zijn wij de oudsten. Wanneer er sprake
is van belangloosheid in het verdeelen van den
politieken buit, van vredelievenden zin en inschik
kelijkheid bij de wisselende conflicten, welke een
coalitie van godsdienstig en staatkundig in menig
opzicht ongelijkgezinden onvermijdelijk met zich
brengt, kunnen wij iedereen vrij en frank in de
oogen zien. Hierop zullen wij ons niet beroemen,
maar het mag toch in deze omstandigheid niet
verzwegen, dat wij ons van ons goed recht en
van onze loyauteit als bondgenooten ten volle
bewust zijn.
Wie ons denkt te imponeeren en te intimidee-
ren door rechten op te eischen, die nog in de
sterkte van de staatkundige positie, noch in het
verleden, noch in de Grondwet wortelen, vergist
zich deerlijk en krenkt evenzeer ons katholiek als
ons nationaal zelfgevoel. Vandaag klaagt «De
Beukelaar dat het protestantsche volk, ai te
zeer beïnvloed door vloekbare moderne theorieën,
op weg is om zedelijken zelfmoord te plegen en
voor het nakroost der Roomschen plaats te ma
ken morgen vergaderen de w o u 1 d- b e verte
genwoordigen van die «protestantsche natie" om
ons te beduiden, dat wij, politiek en maatschap
pelijk tot de «verdwijnende soort" behooren
moet ons katholiek en nationaal zelfbesef, tegen
dergelijke buitensporigheden niet in|verzet komen
Na 25 jaren! Het is te hopen, dat de coalitie
band bestand is tegen het morrelen en hitsen
van de geestdrijvers, die in Den Haag hunne
denkbeeldige grieven luchtten; maar zoo niet,
dan zal Nederland, na een kwart-eeuw, misschien
een radicaal-socialistisch geregeerd maar in staat
kundigen zin nooit of nimmer een «protestansch
land zijn. Voor de Katholieken zou dit een
treurige toekomst zijn, maar treurigor nog zou
het gesteld zijn met de Protestanten, die zich nu
vleien met de voorspiegeling van eene protestant
sche alleenheerschappij, welke, Goddankvoor
altijd tot het verledene behoort.
Als bondgenooten moeten wij weten, wat wij
aan elkander hebben en nu zijn uitingen, als die
op de laatste vergadering der Christelijk-Histori
sche Unie schering en inslag vormden, nergens
anders goed voor, dan om wantrouwen te
wekken in het bedoelen en streven van de twee
aangevallen coalitie groepen. Gelukkig en
hierom mochten wij zoo vrijmoedig spreken
is de pars sanior van de Christelijk-Histo
rische Partij, welke ongetwijfeld het overgroote
deel uitmaakt, allerminst ingenomen met het
drijven van een woelig anti-papistisch groepje,
zooals ten overvloede bleek uit de verstandige en
kalmeerende woorden van den voorzitter, dr. de
Visser.
G e v o n d e n goudstukken. Alen herinnert
zich, dat de> arbeider A. Kempenaars, terwijl hij
in dienst van den pachter Cr. van Tilburg strui
ken rooide, een Keulsch potje vond, gevuld met
200 goudstukken. Do helft was voor den vinder,
en de rest voor don eigenaar van den grond
(de Diaconie).
De pachter zelf had geen recht en zoodoen
de kwam het, dat hij Kempenaars voor zijn helft
op goed geluk af f 200 bood, welke koop door
Kempenaars werd aangenomen.
Door den beheerder der Diaconiegoederen, den
lieer A. Heernxa van Voss, werden alle stuk
ken hij den directeur van het Ned. Penningka
binet. te Den Haag gedeponeerd, ten einde de
juiste waarde te laten schatten. Aten meent te
weten, dat de totale waarde, zoowel in goud
als wat de zeldzaamheid van sommige stukken
betreft, de f 1500 wel zal overschrijden.
Voor den vinder K. zal dit ook niet onver
schillig zijn, schrijft „De Tijd", daar hij van
de waarde hoven de f200, die hij reeds heeft
verkregen, nog een aanzienlijke portie zal krij
gen.
De pest in China. In China mogen we
eigenlijk, na het telegram in ons vorig blad, niet
meer zeggen. Immers ook in Zuid-Oost-Rusland,
in Europa dus, zijn gevallen, en niet minder
dan 30 geconstateerd. Nochtans geheel zeker is
de plaatsbepaling dezer pestgevallen niet. Tus-
schen de Welga en de Ural rivier ligt het pest-
gebied, en het kan dus zich nog tot Azië beperkt
hebben. Hopen wij dat dit zoo zij.
Aangaande den aard en het verloop dezer epi
demie heeft dr. Sam'bon, professor aan de epide
miologie aan het Tropisch-geneesk'undig Instituut
to Londen, eenige belangrijke verklaringen gepu
bliceerd. Wij staan, zegt Sambon, hier tegenover
de meest uitgebreidste epidemie die ooit de we
reld geteisterd heeft. En we zijn nog slechts
aan het begin. De vijand valt ons aan te water
en te land; maar de geduchts te slagen brengt
hij ons in de groote handelscentra toe. Het is
een oorlog op leven en dood, en een strijd die
nog ©en halve, mogelijk" nog een geheele eeuw,
kan duren.
De pest, dal is de dood, de zwarte dood dei-
veertiende eeuw, die in haar nasleep brengt hon
ger en verlatenheid. Zij vernielt geheele steden,
roeit de bevolkingen uit; zij valt aan, en' ver
schrikt. 'Op gansch de middeleeuwen heeft zij
haar stempel gedrukt. Als de „zwarte maagd"
vinden wij haar in de overleveringen, in de le
genden, in de literatuur en in de plastische kunst
terug.
Twee eeujwien lang heeft ze ons nagenoeg met
rust gelaten. We hadden haar bijna vergeten;
do dood vergeet men liefst gauw. De huidige
epidemie is afkomstig van die in Yunham uit
het, jaar 1894; zij heeft daarna haar loop ge
nomen over Canton en Hong-Kong. Vandaar is
zij de zee overgestoken naar Indië, naar Austra
lië, Japan, Amerika, Afrika en naar Europa. Daar
na is zij m Mandsjoerije gesignaleerd, en nu,
zelfs in Astrakan (dr. Sambon doelt hier op het
meergemeld bericht van gisteren). Vervolgens
wijdt Sambon uit over de overbrengers der pest
bacillen, waarbij hij echter geen nieuwe gezichts
punten opent. Niet alleen de ratten, "hazen, ko
nijnen, katten en honden, ook de vlo-oïen kun
nen bij de overbrenging een belangrijke rol spe
len. Ten slotte, gelijk ook wij reeds meldden,
komt Sambon in verzet tegen de roekeloosheid
der Engelsche regeering, om 40.000 man in den
a.s. zomer in do vlakten tusselien Suffolk en
Essex, die niet postvrij zijn, voor de manoeuvres
bijeen te brengen.
'De pest-epidemie, is ook in het Engelsche La
gerhuis het .onderweïp van verscheidene vragen
geweest. Men schijnt in Engeland namelijk be
vreesd voor een mogelijke invasie der gevreesde
ziekte. Lord AVinlerton vroeg den minister, of
de rfrgecring rekening had gehouden met de klach
ten der Europeesche artsen te Tientsin, over
de houding der vreemd© consuls, die weigerden
militaire hulp in te roepen, ten einde het bin
nenkomen van besmette personen 'te beletten.
Sir Edward Grey antwoordde, dat hem nog niets
ter oore was gekomen, omtrent deze klachten,
maar dat hij den Engelschen gezant telegrafisch
Cm een rapport zou verzoeken. De Iersche afge
vaardigde. Gimnell, stelde eenige algemeene vra
gen, 'betreffend© genomen maatregelen en spoorde
de mogendheden vooral aan, eendrachtig en op
meer doeltreffende wijlze, dan tot n.u toe ge
schiedde, samen te* werken ter bevordering der
hygiëne in het Verre Oosten. Sir Edward Grey
antwoordde, dat te Parijs een internVitionale con
ventie was tot stand gekomen, jvplke de toepas
sing der nieuwste methoden, ter bestrijding van
de pe~st en de cholera beoogde, en dat de Brit-
sche consuls gewoon zijn, evenOueele epidemieën
onmiddellijk ter kennis van de belanghebbende
regieéringen te brengen, en deze desbetreffende
rapporten te doen toekomen.