i°nhr.r™'2' h"s""b»
Staten-Generaal.
Ingezonden.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Ppgiogen .zijp aangevend om ajje kathpjiefce
ra. d telden uit de 1121 gemeenten van Nederland
uit. te noodigen, pogingen, welke voor een gloed
deel geslaagd zij'n. \ermits echter van een lie-
L'iTjgrijk aantal gemeenten de opgaven niet wer
den verkregen, vertrouwt de commissie dat de
overigen, welke deze aanbeveling onder de oogen
krijgen, zich door hel ontbreken eener oproeping
aan hun persoonlijk adres niet zullen laten weer
houden om op \jte belangrijke bijeenkomst aan
wezig te zijn, welke op Dinsdag 26 September a.s.
te 1 uur zal worden gehouden te Utrecht in
het Gebonw voor Kunsten en Wetenschappen
aan de Mariaplaats.
RotterdamAmsterdam.
De Maatschappij tot Exploitatie der Staatsspoor
wegen heeft, naar het sHdbl." meldt, besloten,
met ingang van 1 October het nieuwe sneltrein
locomotief- type ook te bezigen voor de lijn
Amsterdam—Rotterdam via Gouda, waardoor het
mogeljjk is den rijtijd voor dat traject in te
krimpen tot één uur.
Er zijn over en weer expres-treinen ingelegd,
die alleen van en tot het station Weesperpoort
rijden en te Gouda niet stoppen.
Draadlooze telegrafie.
Op de marinebegrqoting voor 1912 is ui toe
trekken i' 5000 voor de aanschaffing en oprich
ting van een stel masten voor eein station voor
draadlooze telegrafie te Amsterdam.
Kerk en toren te Schoonhoven.
Ir. de gisternamiddag gehouden zitting van den
raad der gemeente Schoonhoven werd mededee-
ling gedaan van een ingekomen brief van den
ingenieur Albert Marglia te Brussel, waarin deze
te kennen geeft, na. een ingesteld onderzoek tot de
overtuiging te' zijn gekomen, dat het zeer wel
mogelijk is, den veelbesproken toren recht te
zetten, en hij gaarne bereid is dienaangaande na
dere plannen in te dienen.
Do heer C. L. van Wil lens wtaard achtte het
noodig, voordat een beslissing werd genomen,
eerst liet advies in te winnen van den rijks
architect voor de monumenten, den heer A. Mul
der.
Dei voorzitter antwoordde, dat B. en W. zulks
ook voornemens zijin.
De heer P. van Sonsbeek drong er nogmaals
op aan te trachten den toren aan het rijk geheel
kosteloos af te staan.
Na eenige discussie besloot de raad, B. en
Wte machtigen, in nader overleg met voor
noemden ingenieur te treden.
Eerste Kamer.
i noentl'Dg v a n Commissies,
e Voorzitter benoemt in de commissie
voor de verzoekschriften de heeren Hafmanns,
Verheyen, Van Löben Seis, Van der Feltz en
ijarda van Starkenborch.
Tot leden van de huishoudelijke commissie wor
den herbenoemd de heeren Van Weideren Ren-
gers en Reekers.
Tot leden van de gemengde commissie voor de
stenografie worden herbenoemd de heeren Wol-
tjer, Vermeulen en Roëll.
Voorzitter TweedeKamer
Voorgelezen wordt een Koninklijk besluit, waar
bij mr. W. K. F. P. graaf van Bylandt benoemd
is tot voorzitter der Tweede Kamer.
Daarna gaat de Kamer in de afdeelingen tot
onderzoek van het ontwerp tot regeling der staats-
bedrijven.
De vergadering wordt verdaagd tot Donderdag.
Tweede Kamer.
vergaderinS van gistermiddag spreekt, de
tijdelijke voorzitter, de heer Lieftinck, graaf
van Bylandt, opnieuw tot voorzitter der Kamer
benoemd, toe en wenscht hem geluk met zijn
benoeming tot het hooge en moeilijke ambt, tot
hem opnieuw met volmaakt vertrouwen is opge
dragen. Spr. wenscht hem lust en kracht toe om
vowteS Z1Jn 'n 'S LandS b8lang en t0t eigen
De heer Van Bylandt aanvaardt daarna het
presidium, verklarende voor onpartijdigheid te
zullen blijven streven en der Kamer verzoekende
zoo min mogelijk gebruik te maken van interrup
ties, die vaak geestig, soms hatelijk en niet altiid
parlementair uitvallen.
Op voorstel des voorzitters wordt besloten mor
gen te 11 uur te vergaderen, tot benoeming van
commissies. 6
Besloten wordt a.s. Dinsdag het afdeelingsonder-
zoek aan te vangen, o.a. van de Indische Be
grooting voor 1912; voorts om daarna, dóch niet
voor 3 October, aan te vangen het afdeelingsonder-
z°e«, der Staatsbegroting voor 1912 en bij het
hoofdstuk Oorlog tegelijk het wetsontwerp be
treffende de positieverbetering der officieren. Ver
der ook het wetsontwerp betreffende de invalidi-
teits- en ouderdomsverzekering.
Voorts werd besloten om den 17en October
Militiew ^angen °Pen':)are behandeling van de
Een adres van antwoord op de
Troo nrede.
Ten slotte deelde de Voorzitter mede dat
ingekomen was een voorstel-Troelstra c.s.om
volgens art. 96 van het reglement van orde de
rede waarmede de Staten-Generaal geopend is
te beantwoorden met een adres van antwoord.
De Voorzitter stelde voor, dit voorstel te
doen drukken en ronddeelen en de behandeling
te doen plaats hebben op een naderen dag.
Hierover ontstond debat, waarbij de heer L o fi
rn a n, ei op wees dat bet niet de gewoonte was
een openingsrede met een adres te beantworden
terwijl hij nader uiteenzette, het wenschelnke om'
0V6r m ™orsteJ lbans dadelijk te beslissen en
voorstelde dit voorstel niet in behandeling te nemen.
Heftig kwam Troelstra hier tegen op. In
de eerste plaats protesteerde hij er tegen dat men
la mort sans phrase wil uitspreken over een voor
stel, waarvan men de toelichting nog niet eens
kent. Maar meer bijzonder uitte hij eert hevig
protest dat de heer Lohman hier decreteerde dat
3>wij,d.i. de Staten-Generaal, met deze zaak
niets te maken hebben. Eene meerderheid mn"
met gebezigd worden om iets door te drijven,
wat de toets van parlementair gebruik niet kan
doorstaan. Spr. zeide dat hij de meerderheid zal
dwingen om met het Nederlandsche volk mede
te werken. Daartoe is hij verplicht.
De heer Lohman bleef zijn voorstel hand
haven, maar de Voorzitter bleef zijnerzijds
handhaven zijn voorstel om de stukken eerst te
doen drukken en nader het voorstel te behandelen.
De heer Schaper betoogde, dat de S. d!
fractie zich niet op de wijze, als de heer Lohman
wil, zal laten guilotineeren en zich ten aanzien
van het geheele Nederlandsche volk het mes op
den keel zal laten zetten. De sociaal-democraten
zijn bereid deze aangelegenheid zoo parlementair-
mogelijk te behandelen, maar als men hen den
pas afsnijdt, komt de verantwoordelijkheid voor
eventueele beroering in de Kamer voor de volle
verantwoordelijkheid der rechterzijde.
Na verdere discussie betoogde de heer Loh
man dat het geheele streven van het S. D.-voor
stel op nihil zou moeten uitloopen, omdatnu een
maal uitgemaakt is, dat geen adres van antwoord
wordt verzonden op een stuk, dat geen Troonrede
is, zoodat het maar noodeloos tijdverspilling zou
zijn. De behandeling der Militiewet gaat voor
noodelooze en nuttelooze redevoeringen.
De heer Van de Velde verklaarde zich met
zyn vrienden aan te sluiten bij het voorstel-
Lohman.
De heer D u ij s wil over deze zaak spreken,
maar heeft langen tijd noodig en stelt voor de
zitting te schorsen, om hem gelegenheid te geven
morgen zijn redevoering voort te zetten.
Dit voorstel in stemming gebracht, wordt ver
worpen met 41 tegen 30 stemmen.
De heer Du ijs houdt hierop in een uiterst
langzaam tempo een redevoering, waarbij hij zijn
betoog over het voorstel zoowel van den heer
Lohman als van den voorzitter verdeelde in een
aantal punten, welke hij weder in een aantal
onderdeelen splitste, om ten slotte tot een con
clusie te geraken.
Andermaal deed spreker in den loop van dit
betoog dat spreker zelf een komedie noemde,
die echter noodzakelijk is tegenover de dompers-
zucht van de chr historische partij, om mor
gen zijn rede voort te zetten.
Onder groot rumoer doet vlak hierop de heer
Lohman het voorstel om de beraadslaging te
schorsen.
De heer Hugenholtz roept »dat zal nooit ge
beuren" de heer Schaper»nooit zal hierover
worden gestemd, we willen obstructie voeren"
de heer Hugenholtz: sdaar zullen de heeren van
lusten.")
Het voorstel-Lohman, tot sluiting van het de
bat, komt intusschen onder verwarde uitroepen
en tumult in stemming en wordt aangenomen
met 38 tegen 24 stemmen.
Nu komt in stemming het voorstel-Lohman,
om het voorstel der sociaal-democratische fractie
tot beantwoording van de openingsrede met een
adres, niet in behandeling te nemen.
Dit voorstel wordt onder herhaalde felle inter
rupties der soc.-democraten aangenomen met 37
tegen 25 stemmen.
De heer Troelstra acht deze beslissing
voor de verdere samenwerking in ons parlement
van zeer groote en noodlottige beteekenis, zulk
een verdrukking der minderheid is ongehoord.
De thans genomen beslissing wil de sociaal-demo
craten buiten de gemeenschap stellen, want als
dat de drijfveer niet is, dan is de houding der
rechterzijde .onbegrijpelijk. Schande over uwe
beslissing, schande en nog eens schande, het is
onwaardig, gij zult ons leeren kennen.
De vergadering gaat onder geweldig rumoer
uiteen. De soc. dem. roepenbende, farizeeërs,
enz. (van de tribune wordt gefloten.)
De vergadering wordt tot heden verdaagd.
van (andlflopery, een 20-jarig meisje, dat hier ver
scheidene dagen zonder middel van bestaan rond
zwierf; zonder geld en zonder onderdak heeft zij
hier geruimen tijd vertoefd.
UIT YLAARDINGER-AMBACIIT.
Woensdag 4 October zal ten raadhuize gele
genheid zijn tot koisteloo-ze in- of herinenting.
Aanmelding den werkdag te voren ter gemeente-
sc-cretaria tusschen 9 en 12 uur.
AGENDA VAN VERGADERINGEN ENZ.
Schiedam.
Zondag 24 Sept.* »De Vriendschap" Nationale
Schaakwedstrijd.
Woensdags 24 u. Stedelijk Museum. Doeleplein.
Weerbericht
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
in den morgen van 21 Sept. 1911, medegedeeld
door het Kon. Ned. Met. Instituut te de Bildt.
Hoogste barometerstand 773.5 te Horta.
Laagste barometerstand 744.0 te Skudesnaess.
Verwachting tot den volgenden dag meest ma
tige zuidwestelijken tot noordwestelijken wind
zwaarbewolkt, waarschijnlijk nog regenbuien,'
koeler.
Schermyereeniging »St. Michael."
Bij de examens voor leden van de Schermver-
eeniging »St. Michael," onderafd. van den Ned.
R- K. Volksbond afd. Schiedam, Dinsdag-avond
door meesters van Schiedam en meesters van den
Ned. Scherm bond afgenomen, slaagden in den
graad van meester-sabel de heeren W. J. Th.
Leliveld en F. J. Pelle en in den graad van pre-
vót de heer A. Vredebregt; allen stonden onder
de leiding van meester M. A. Hertog.
De agent van politie tweede klas
se J. J. de Ruiter, alhier is geslaagd voor het
examen politie-diploma en wel op de meest eer
volle wijzehem Werd het diploma met aantee-
keningen toegekend.
Heden-morgen werd bij de politie
aangifte gedaan, dat iemand die zijn rijwiel voor
het postkantoor had neergezet, toen hij daar bin
nen ging, bij het verlaten van het kantoor zijn
fiets verdwenen zag.
Het rijwiel werd later in beslag genomen bij
een reperateur, bij wien de dief 't te koop had
aangeboden en zoolang achtergelaten tot dat nader
over den verkoop beslist was. Naar den dader
woidt een verder onderzoek ingesteld.
Heden-morgen werd naar het Huis
van Bewaring te Rotterdam overgebracht, verdacht
Onze havenwerken.
Mijnheer de Redacteur
Naar aanleiding uwer beschouwingen, neerge
legd in een viertal artikelen, welke onder het
opschrift »Aan den Maaskant," in uw blad zijn
verschenen, zij het mij vergund eenige opmerkin
gen te maken, voor welker plaatsing ik u bii
voorbaat dank zeg.
Ik ben het met u eens, dat het nog wel ge-
ruimen tijd zal duren, alvorens door Rotterdam
het initiatief zal worden genomen tot annexatie
van Schiedam en dat, waar voor onze gemeente
ongetwijfeld nog een lange reeks jaren van zelf
standig bestaan is weggelegd, bij het zoeken naar
middelen en bronnen om de gemeente tot meer
dere welvaart te brengen, niet op deze annexatie
moet worden gerekend.
Ook deel ik uwe meening dat deze meerdere
welvaart voornamelijk van den Maaskant onze
gemeente moet binnenkomen, en dat het produc
tief maken der aan de Maas gelegen, en aan de
gemeente behoorende, gronden, daartoe inzonder
heid den stoot moet geven.
Maar juist daarom heeft het mij ten zeerste
verwonderd, dat door u het plan tot doorgraving
van de Westerhaven wordt aanbevolen en dat u
daarvoor, zelf tegen eene uitgave van 4- 3 ton
alleen voor de nieuwe sluis, niet opziet. Vooral
het door u aangevoerde argument, dat het nood
zakelijk is eene grootere sluis te bouwen, teneinde
het mogelijk te maken, dat de grootere thans in
de vaart zijn de binnenschepen, naar binnen hun
nen varen, lijkt mij wel wat zonderling. Immers
het gevolg daarvan kan zijn, dat aan de Wester
haven (doorgetrokken tot de tegenwoordige Spui-
sluis) meerdere fabrieken zullen verrijzen, maar
dit kan aan het productief maken der aan de
rivier gelegen terreinen slechts schaden. Veron
derstel dat een huiseigenaar uw advies in kwam
winnen omtrent de beste wijze om eenige nieuw
gebouwde huizen te verhuren, en u adviseerde
nein dan om alvast te beginnen met zijn oude
huizen wat op te knappen en voor de huurders
aantrekkelijker te maken, zou het u dan verwon
deren, indien hij u eenigszins vreemd aankeek en
bij uwe vrienden eens ging informeeren naar den
toestand uwer geestvermogen? En toch heeft uwe
aanbeveling tot doorgraving der Westerhaven
veel overeenkomt met zulk een advies, waar u
groote sommen ten koste wilt leggen aan het
verbeteren der binnenhavens, en zulks met het
uitgesproken doel om de gronden aan de Maas
productief te maken. Trouwens met het door
graven der Westerhaven zou het door u beoogde
doel allerminst worden bereikt. Het door u be
noemde schip Hansa zou in dit geval toch niet
verder hebben kunnen komen dan de Willems-
biug, en had dus evenmin zijn bestemmingsplaats
aan den Buitenhavenweg kunnen bereiken. Zelfs
schepen van 7 a 800 ton, welke thans door de
Buitens!uis tot de Glasfabrieken kunnen varen,
zouden van dezen nieuwen verkeersweg geen
gebruik kunnen maken, tenzij Varkensluis en
Willemsbrug geheel werden omgebouwd en de
Nieuwe Haven op deze plaatsen zooveel werd
verbreed, dat het mogelijk was deze groote sche
pen te zwaaien. En waar er op de rivier reeds
schepen varen van meer dan 3000 ton en deze
meerdere grootte slechts door het vergrooten van
2 afmetingen, n.l. lengte en breedte, wordt ver
kregen. begrijpt u, dat van uw wensch om de
havens voor alle rivierschepen toegankelijk te
maken niets komen kan. Deze groote schepen
hooren dan ook op de rivier en in de buiten
havens thuis, en de industrieel, welke daarvan
gebruik wil maken, dient zijn fabriek of werf aan
den buitenkant te vestigen. Ook in Rotterdam
worden de binnenhavens niet voor deze schepen
ingericht; en door, zoo nu en dan, een beweeg
bare brug door een vaste te vervangen, drijft
men scheepvaart en industrie meer en meer naar
den Maaskant. En zouden wij hier nu het tegen
gestelde moeten doen Een ander argument voor
de doorgraving der Westerhaven, n 1. de betere
waterverversching, is mij ook niet duidelijk. Voor
zoover ik er over oordeelen kan zal de vervanging
van de Spuisluis door eene scheepvaartsluis op
deze verversching niet den minsten invloed ten
goede kunnen uitoefenen. De noodzakelijkheid van
een tweede verbinding met de Maas zie ik ook
met in. Voor 40 jaar toen hier eene drukke
scheepvaart was en de behoefte gevoeld werd aan
meeidere havenruimte voor de voor onze binnen
havens te diepe, zeezeilschepen, zou er voor door
graving reden geweest zijn, maar wat den wan
delaar langs Nieuwe- en Westerhaven nu ook
moge tieffen, toch zeker met, dat voor de drukke
scheepvaart aldaar een speciale verbinding met de
ae "Rijkheid is natuurlijk niet
buiten gésloten, dat de Buitensluis defect geraakt
en in dat geval zou eene tweede verbinding van
nut kunnen zijn, maar dit alleen is toch geen vol
doende reden om zulk eene verbinding te maken.
I 6 S.!\ 'o 'n.lmeis toc'' 'n zu'k een geval steeds
langs de Schie te bereiken, zij het dan met min
der groote schepen, en mocht de reparatie aan de
Buitensluis van langen duur zijn, dan zou, met
betrekkelijk geringe kosten, een nooddoorvaart
kunnen worden gemaakt evenwijdig en naast de
tegenwoordige doorvaart. Bij den bouw der Ko-
mnginnebrug is daarop dan ook gerekend en deze
brug is ang genoeg om ook deze nooddoorvaart,
welke slechts van een stel deuren behoefde te
worden voorzien, te overspannen.
Evenmin als voor het doorgraven der Wester
haven gevoel ik voor het plan tot het graven van eene
nieuwe zeehaven aan den Westkant veel sym
pathie. Behoefte aan verruiming van ons haven
gebied bestaat er absoluut niet, en voor het pro
ductief maken der gronden aan de rivier is voor-
loopig geen haven noodig. Wel is noodig, dat de
terreinen per zeeschip bereikbaar zijn en daarom
verdient het aanbeveling, dat de Gemeente de
beschikking tracht te verkrijgen over den gehee-
len Maasoever, en a(daar, door kadeaanleg of
steigerbouw voor zeeschepen de gelegenheid schept
om, over de geheele lengte van het schip, te iaden
of te lossen.
Het is ongetwijfeld voor de exploitatie der aan den
V\ estkant gelegen gronden van groot belang, dat
deze aan het spoorwegnet worden aangesloten, en het
Gemeentebestuur zal zeker goed doen om, behalve
aan directe verbinding aan de rivier, ook op aan
sluiting aan het spoorwegnet bedacht te zijn. En
seider zal zij zich omtrent de uitvoering van
meerdere werken dienen te verstaan met de per
sonen of corporaties, welke deze gronden in ex
ploitatie nemen. Het is mogelijk, dat daartoe ook
het graven van een haven behoort, hetzij voor de
riviervaart of wel voor de zeevaart, indien de
pogingen om de strook domeingrond, waarop thans
de za mvisscherij is gevestigd, in bezit te krijgen,
mislukken, en daarom is het goed te keuren, dat
het z.g. Zuidergors voor dit doel gereserveerd blijft.
Um echter nu reeds tot het graven van een haven
over te gaan, alvorens ook maar iets omtrent de
eventueele bestemming der rondliggende gronden
bekend is, zou ik zeer roekeloos achten. Een
beroep op Zaandam gaat hier niet op. Immers
daar is eene bloeiende, steeds meer havenruimte
vragende, houthandel gevestigd, terwijl hier, wat
de zeevaart betreft, slechts achteruitgang te con-
stateeren is.
En nu zijn in Schiedam heel wat menschen, die
meenen dat men slechts een haven behoef t te graven
om scheepvaart te krijgen, maar zij, die eenigszins
met het scheepvaartbedrijf op de hoogte zijn en er
varen hebben hoe in Rotterdam het met veel moeite
en inspanning verkregen scheepvaartverkeer met
hand en tand wordt vastgehouden, weten hoe
naif deze meening is.
Men kan wel een haven graven, maar de ree-
ders, kooplieden, cargadoors, expediteurs, stuwa-
oois enz., welke zulk een haven moeten exploi-
teeren, graaft men niet mede uit den grond, en
voor de vei wachting, dat deze zich van elders
nier zullen vestigen, dient toch eenigen redelijken
grond te bestaan, alvorens een groot werk als het
graven eener haven ondernomen wordt.
Zooals de toestand zich hier thans iaat aanzien,
is uitbreiding van het scheepvaartverkeer met
zeeschepen, slechts te verwachten als de terreinen
aan de rivier in gebruik worden genomen, en dan
voor zooverre de daar gevestigde industrieën
daaraan behoefte hebben. Vooral waardezeesche
pen aanhoudend grooter worden daar is tot het
bereiken dezer terreinen, naar mijne meening, de
nvier zelve, in de eerste plaats, aangewezen.
Ien slotte zij het mij nog vergund op te mer
ken, dat in uwe artikelen te veel den nadruk
wordt gelegd op hetgeen de gemeente zal moeten
doen, waardoor het aandeel, hetwelk de burgerij
m dit ontwikkelingsproces zal dienen te nemen
met genoeg 0p den voorgrond wordt geplaatst.
ihe moving power, de beweegkracht, welke
eene gemeente tot meerderen bloei en welvaart
moet brengen, dient in de burgerij te schuilen en,
ais deze met aanwezig is of niet tot uitwerking
komt, dan zal eene gemeente zelfs onder het
meest bekwame Bestuur achterlijk blijven. Het
is met voldoende, dat op een schip een bekwaam
kapitein staat, er dient in dat schip ook een
machine te staan, waardoor het wordt voortge
stuwd, zal de meest bekwame kapitein met
machteloos staan om het schip ook maar een
weinig vooruit te brengen.
Dat onze buitenlandsche scheepvaart is afgeno
men is dan ook niét zoozeer een gevolg van het
verwaarloozen der havens, dan wel van het gebrek
aan ondernemingsgeest en aanpassingsvermogen
aan veranderde omstandigheden, van de Schie-
damsche voormannen op het gebied van handel
en scheepvaart, vergeleken met die van het na
burige Rotterdam.
Hopend, dat ten opzichte dezer voor Schiedam
zoo belangrijke zaak, wrijving van gedachten
moge leiden tot helderder inzicht en meerdere
overeenstemming, in zake de door het gemeente
bestuur te nemen maatregelen, heb ik de eer te
ZIdn' Ud. dw. dn.
C. G.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie).
Van ingezonden stukken ook al word n ze niet
geplaatst wordt de kop y niet teruggegeven.
U schijnt onze artikelen niet goed gelezen te hebben.
Wij hebben geenszins beweerd, dat alleen door de door
graving der Westerhaven het geheele vraagstuk van
havenverbetering tot oplossing zal worden gebracht De
doorgraving der Westerhaven is slechts de eerste stap
in de richting, welke we thans moeten volgen
Verandenngen aan de Willemsbrug, Varkenssluis, ver
breeding van een gedeelte der N. Haven, terecht door
"oodzakeh.Jk geacht voor een betere verbinding van.
de Westei haven met de Buitenhaven, behoeven eerst te
geschieden wanneer de Westerhaven zal zijn voltooid.
We hebben te dezer stede inderdaad geen behoefte
aan uitbreiding onzer havenruimte, maar wel aankaden!
enTssem Pe" gr°°ten diepgail« k"„„e„ laden
laatste dan 00k zelf, waar hij zegt «wel
Het het terreinf" per zeeschip bereikbaar zijn."
Ret betoog van G. komt hierop neer, dat aan den
dereweet" gemaakt moet worden en de doorgraving
der Westerhaven achterwege kan blijven.
Wat G. wil, is, naar onze vaste overtuiging, op het
oogenblik en in de naaste toekomst beslist niet te be-
üi'k niet voo,°melnen ZUl,len de" geheele" 0ever natuui"
lJk niet voot «een appel en een ei" aan Schiedam ver-
»Prins' Hendek"6 dat we de zalmvisscherij
uns Hendnk hier spoedig wegkrii^en zal toch wni
memand gelooven, waar Schie^am'nogToo Je„
bU dit cadeautje van Rotterdam f75.000 toekreeg.
vpfvam-r!1 kUnnf"' zoolanS de zalmvisscherij daar ge-
vestigd blijft, niet behoorlijk voor den wal komen
Behalve de met geringe som, die Schiedam voor den
geheelen oever, inclusief de «Prins Hendrik", zal hebben
kaaimum'"mét1 Va" den bouw van een
zal vallen. remming™-k, wat daar lang „iet mee
Veel meer valt er ten gunste van de doorgraving der
Westerhaven aan te voeren. B g uer
De grond, waar de haven, volgens het uitbreidingsplan
óever vZTden^ behoude,ls benoodigde van den'
oever voo, den havenmond eigendom der gemeente
De stad behoeft dus voor den grond niets te betalen
meeZter e' t0' 3ta"d' dan kunnen tQch de ge-
te terreinen per zeeschip bereikt worden
Voorts wordt door het maken der Westerhaven de
mogelijkheid van een tweede verbinding met de Maas
sloten °eVer VOOrlo°I,ig ««heel is buitenge-
De Westerhaven, eenmaal voltooid zijnde, zal ons 'ook
nader bi engen tot verbetering der waterverversching
Technici hebben dat al jaren lang
