Binnenland,
Stads- «i Gewestelijk Nieuws.
gefloten, ®a op voorstel van Bptha, daarbij on
dersteund door Steyn, beslaten te hebben tot
de. oprichting van een nieuwe partij, genoemd de
Zuid-Afrikaansdhe Partij, als welker doel1 Botha
de vorming van een Zuid-'Afrikaansch volk' aan
gaf door de Rationale yerteemigïnlg der blanke
rass'On. 1 1
Minister Hertzog zeidie, naar aanleiding van
een aankondiging van Botha, diat de onderwijs
wet in Oian jeri vier'kol onie, die de Hollandschéi
taal begunstigt, gewijzigd zou wordletn, dat oök
met dezen stap bedoeld was het grootte doel te
bevorderen, dat men voot had met de vorming
van een Zuid-Afrikaaneeh volk. De stap was niet
gemakkelijk geweest, doch men was ertoe over
gegaan, omdat men de overtuiging had, dat de
welvaart van Znid-Afrika afhankelijk waS, noch
van hei Hollandse-hé, noch van het Eng'efeche ras,
doch van de harmonische samenwerking van
beide.
Het congres heeft ook besloten tot ontbinding
van de Hollarwteehe bonden.
Botha's en Hertzog's redevoeringen; vvmten met
grootje. geestdrift, in 't bij!zion)dier onder de En-
ge'lsche afgevaardigden, ontvangen.
Provinciale Statenverkiezing.
De af deeling 's-Graven hage van den Bond van
Vrije Eiberalen heeft besloten, mr. dr. Ant, van
Gijn oandidaat te stelle® voor lid va.'n do Pro
vinciale, Staten. i
Timor.
Onze correspondent te Lissabon seint:
Hiietr heersch't verbazing over de door Havas
geseinde verklaring van jhr. de Savornin Lob
man betreffende de onware voorstelling, die Ma-
chado van het gebeurde op Timor gegeven 'heeft.
Do meeste bladen nemen de verklaring zonder
opmerkingen erbij te maken op. Alleen de „Intran
sigent'' steekt den draak met Maelhiado. Men
nodmt, zegt zij, Bernardino Mach ado weieens een
beminnelijk grijsaard met de ziel van etetn kind,
Hoe jammer, dat kinderen weleeinis liegen.
(N. R. Crt.)
De bebouwing van „Zorgvliet" te 's-Gravenhage.
B. en W. van 's-Gravenhage hebben den Haag-
scben raad in overweging gegeven, hun college
te machtigen, om met de architecten Z. Hoek
en J. Th. Wouters, ter zake van het villapark
inrichten van een gedeelte van het Park Zorgvliet
onderhandelingen te voeren en wel op den grond
slag van een plan, ontworpen na advies van
dein eigenaar, dr. Henrici, hoogleeraar aan de
Technische Hoogeschool te Aken, en dat eenigs-
zins afwijkt van het uitbreidingsplan. D.e heeren
Hoek en Wouters' zouden de uitvoering in eigen
beheer wenschen te doen g'eschieden, evenwél
onder toezicht van die gemeente en volgens door
haar te géven voorschriften.
Duurte-wetsontwerp.
Het door de regeering aangekondigde wetsont
werp, houdende aanvrage van gelden tot toeken
ning van een bijslag van f 20 aan een bepaalde
categorie van rijksambtenaren, beambten en mi
litairen, is bij den Raad van State ingekomen.
Chr. Historische Unie.
Als penningmeester van het prov. bestuur van
ZuidHolland der Chr. Historische Unie is, naar de
»Ned." meldt, opgetreden mr. E. baron Mackay te
's-Gravenhage.
Slachthuis voor Bussum.
Door B. en W. van Bussum zal aan den Raad
worden voorgesteld een crediet te verleenen van
f 500 tot het instellen van een onderzoek inzake
de oprichting van een abattoir.
Weerbericht.
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
in den morgen van 23 Nov. 1911, medegedeeld
door het Kon. Ned. Met. Instituut te de Bildt.
Hoogste barometerstand 765.5 te Horta.
Laagste barometerstand 741.6 te Iledaix.
Verwachting tot den volgenden dag meest
matige tot krachtigen, oostelijken tot noordooste
lijken wind, gedeeltelijk bewolkt, waarschijnlijk
droog weer, mogelijk nachtvorst, zelfde tempe
ratuur overdag.
Wyziglng verordening heffing havengeld.
B. en W. zeggen in een schrijven aan den Ge
meenteraad
Bij volgn. 13 der begrooting voor 1912 gaven
wij te kennen, dat het voornemen bestond spoe
dig een herziening van het havenrecht ter hand
te nemen op sommige punten, die tot een ver
meerdering van opbrengst kon leiden.
Dit is geschied en de vrucht daarvan kunnen
wij U thans aanbieden.
Hel punt dat voor verhooging in aanmerking
komt is de regeling der abonnementen voor de
Arrachtvaart.
Op ongehoord lage regeling daarvan was ons
oog reeds meer gevallen. Die regeling is ook veel
lager dan in andere gemeenten.
Terwijl het jaar-abonnementen in Den Haag
200, in Delft 100, in Vlaardingen oploopend tot
35 en in Rotterdam voor zeilschepen en lichters
20 en voor stoomschepen 40 maal het'recht voor
een enkele reis bedraagt, is dit cijfer voor Schie
dam I31/3.
Ons voorstel is er nu op gericht deze abonne-
ments-tarieven te verhoogen.
Wij wenschen echter niet te overdrijven en
stellen daarom voor het tarief voor zeilschepen,
lichters enz. van 40 op 60 cent per ton te bren
gen, waardoor het abonnement 20 maal het recht
voor een enkele reis zal bedragen, hetgeen ook in
Rotterdam voor dergelijke vaartuigen als verme
nigvuldigingscijfer is aangenomen.
Wij hebben dan het stelsel van laatstgenoemde
gemeente gevolgd, waar onderscheid wordt ge
maakt tusschen stoomschepen en andere vaartui
gen. En dit is billijk. De eerste toch kunnen in
denzelfden tijd veel meer reizen maken dan de
andere. (Ter voorkoming van misverstand zij hier
dadelijk opgemerkt, dat waar wij spreken van
stoomschepen, daaronder overeenkomstig art. 3
der verordening de motorvaartuigen zijn begrepen).
Wij hebben dit echter niet in alle gestreng
heid doorgevoerd en wenschen stoombooten in
geregelden dienst varende, als zij althans niet
meer dan tweemaal per week onze Gemeente
aandoen, blijven behandeld te zien op gelijken
voet als de zeilvaartuigen, lichters enz.
De overige wenschen wij te belasten met een
abonnement van 80 cent per ton, hetgeen in ver
gelijking met de andere plaatsen ook nog een
zeer matige verhouding tusschen abonnement en
enkele reis genoemd mag worden het verme-
nigvuldigingscijfer is dan 262/3, tegen in Rotter
dam 40 voor alle stoomschepen der binnen
vaart
Als men denkt aan firma's die met motorboo
ten varen, is dit abonnement tegenover het enkele-
reis tarief nog buitengewoon voordeelig. Het is
toch volstrekt geen zeldzaamheid dat zij 200 a
300 reizen per jaar maken.
De meerdere opbrengst die uit deze verhooging
van de vermenigvuldigingsfactoren der abonne
menten verwacht mag worden bedraagt f3200.—
Tegenover deze verhooging, zouden wij voor
alle doorvarende schepen (derhalve ook die uit
het buitenland over de rivieren hier komende)
welke hier niet laden en lossen, dus ook geen
gebruik maken van de scheepvaartinrichtingen,
behalve van sluizen en bruggen waarvoor zij
betalen het halve binnenvaarttarief wenschen
toe te passen.
Verder moet er een maatregel worden genomen,
dat de Gemeente niet de dupe wordt van de ver
anderde wijze van meeting van passagiersbooten
die in den laatsten tijd wordt toegepast.
Bij een verhooging van het abonnement tot
f 0.50 per ton zou in 1912 voor deze booten on
geveer de opbrengst van 1910 zijn bereikt. Daar
toe wordt het voorstel gedaan.
In de verdere bepalingen der verordening wor
den nog eenige wijzigingen voorgesteld. Wij zul
len deze aan de hand der artikelen welke zij be
treffen, bespreken.
Art. 7. Het is gewenscht beter te doen uitko
men, wat thans reeds praktijk is, dat uit het
buitenland over de rivieren hier aankomende
schepen in tweeden termijn en vervolgens het
recht geldende voor de binnenvaart betalen.
Art. 9. Hier zijn twee wijzigingen opgenomen
waarvan de wenschelijkheid in den laatsten tijd is
gebleken.
Art. 10e. De bedoeling van de tegenwoordige
bepaling is blijkbaar dat vaartuigen vrij van haven
geld zullen zijn gedurende den tijd die noodig is
om ze na aflating vaarklaar te maken. De ter
mijn van 60 dagen is daarvoor te kort. Overge
nomen is de Rotterdamsche bepaling die geen
bepaald aantal dagen noemt.
Art. 10f. Zal vrijstelling van havengeld voor
schepen die hier alleen kornen om te repareeren,
genoten kunnen worden, dan mag als eisch wor
den gesteld, dat die reparatie geschiedt aan een
alhier gevestigde werf.
Art. 11. Zij het dat de bevoegdheid tot ver
wisseling van vaartuigen voor het .abonnement
streng beperkt moet blijven, zal men niet de deur
open zetten voor misbruiken, zoo kan tech het
aantal gevallen worden uitgebreid en naast het
voor herstelling tijdelijk uit de vaart nemen het
door schipbreuk, brand, afkeuring «f dergelijke
oorzaken onafhankelijk van.de wil der reeders
uit de vaart raken, genoemd worden.
Waar te voorzien is dat de beslissing omtrent
de vereischte koninklijke goedkeuring met den
aanvang van het jaar 1912 nog niet zal zijn ge
nomen, is door ons een overgangsbepaling in de
wijzigingsverordening opgenomen, daartoe strek
kende, dat het hoogste recht per jaar na het in
werking treden der verordening in eens moet bij-
taald worden.
Op onze voorstellen, behalve die tot wijziging
van art. 9, welke later opkwamen, zijn de Com
missie voor de plaatselijke belastingen en de Kamer
van Koophandel en Fabrieken gehoord. Hare
adviezen leggen wij hierbij over.
Eerstgenoemde Commissie verklaarde daartegen
geen bezwaar te hebben.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken wenschte
dat het recht voor schepen uit het buitenland
over de rivieren hier aankomend en nu f0.10
per ton bedragende, zou worden terug gebracht
tot dat geldende voor de binnenvaart van f0.03
per ton bedragende.
•Wij merken op dat deze wijziging buiten het
kader dezer voorstellen ligt. Doch al ware het
anders, wy willen het uitspreken, wy zouden ons
tegen die terugbrenging ten sterkste moeten
verzetten.
Het tarief bestaat reeds jaren, men is daaraan
gewend, terwijl de terugbrenging aan de Gemeente
ruim f7000.zou kosten.
Ook is dit tarief maar niet zoo uit de lucht
gegrepen.
Het is blijkbaar zoo gesteld, opdat het haven
recht dat voor het riviervaartuig betaald wordt
bij aanvoer van goederen uit het buitenland over
de rivieren, vrijwel gelijk zou staan met het recht
dat voor zeeschip en lichter betaald moet worden
bij aanvoer van over zee. Daaraan voldoet het
nog. Immers wanneer men in aanmerking neemt,
dat het recht van 3 cents per M3 bruto-inhoud
van een zeestoomer geacht moet worden gelijk te
staan met 6 a 7 cents per ton laadvermogen van
een rijnschip, en daarbij voegt de 3 cents per
ton laadvermogen van de lichter, komt men on
geveer op het bedrag van f0.10 per ton laadver
mogen, dat nu geheven wordt aan de riviervaart
uit het buitenland.
Verder kan de Kamer zich niet vereenigen met
een verminderd tarief voor doorvarende schepen,
zulks omdat dit een vermeerdering van de scheep
vaart door de Schie ten gevolge zou hebben en
die doorvaart dikwijls toch reeds door hetgroote
aantal schepen wordt belemmerd.
Wij kunnen noch het inzicht van de Kamer
omtrent den tegenwoordigen toestand, noch haar
overdreven vrees voor een vermeerderend verkeer
deelen.
Wij verwachten daarvan geen bezwaar en het
zou ons dan ook zeer aangenaam zijn, wanneer
van de vaart over de Schie door deze Gemeente
meer gebruik werd gemaakt, te meer nog waar
nu de Schie weder op diepte is gebracht.
Verder blijven wij op de gronden bij dit punt
boven ontwikkeld, het verminderd tarief voor
doorvarende schepen billijk achten.
De Kamer heeft bezwaar tegen opvoering van
den vermenigvuldigingsfactor voor abonnementen
voor in geregelden dienst varende stoom- en
motorbooten.
Wij verwijzen ten deze naar onze bij het be
trokken punt gegeven beschouwingen en merken
op dat het tegenwoordige vermemgvuldigingscijfer
van I3V3 toch te laag wasom gehandhaafd te worden,
doch dat deze voorstellen zich overigens geheel in de
richting van het advies in dezen der Kamer bewegen,
daar wij de stoom- en motorschepen in geregelden
dienst mits niet meer dan twee keer per week
de Gemeente aandoende met lichters en zeil
schepen gelijk stelden (die het laagste abonnement
betalen), hoewel dit elders, met name in Rotter
dam niet het geval is.
De Kamer pleit verder voor verlaging van het
tarief voor spoelingschouwen bedoeld wordt
het vermemgvuldigingscijfer van het abonnement
want het enkele reistarief is reeds lager dan voor
andere binnenvaartuigen (2 cent tegenover 3
cent)
Wij merken op, dat ook deze wijziging buiten
het kader onzer voorstellen ligt. Daaromtrent
geldt overigens eenigszins hetzelfde, wat wij ten
aanzien van een terugbrenging van het recht voor
schepen uit het buitenland over de rivieren hier
aankomende tegen de meening der Kamer, in
brachten. Ook dit abonnement voor spoeling -
schouwen bestaat jaren en is ingeburgerd, terwijl
de reductie, waar deze vaartuigen dagelijks in de
Gemeente kpmen, nog zeer aanzienlijk is.
Waar de Kamer ten slotte nog als hare mee
ning uitspreekt, dat het niet gewenscht is dat de
schepen uit het buitenland over de rivieren hier
aankomende, indien het tarief van f 0.10 gehand-
haaft blijft, opnieuw met havengeld worden be
last, als de vaart op de rivieren door ijs gestremd
is, kunnen wij opmerken, dat alle vaartuigen die
hier met ongebroken last aankomen, na hier te
zijn gelost, volgens de zeer vrijgevige bepaling
van art. 8a, hier mogen overwinteren, zonder op
nieuw aan de belasting te worden onderworpen,
waarin door ons geen wijziging is voorgesteld.
V ergu nni ngsrecli t.
Op but adres van die afdeeling Schiedam van
dein. Neierlan'dsïhen Romkl'Van Koffiehuis-, Socië
teit-, Restauranthouders ein, Slijters' „Vergunning1',
hebben B. ,en W. dein Raad1 bericht, dat de
schoonklinkende motieven van bet a|dires hun gek
noopt heteft ma te gaa;n waarom hjet door adres
santen zoo warm vepdielddgd stelsel, dat tio't 1905
hier heeft gegolden, verlate®, ig geworden.
Wanneer wij nagaan zieglgon B. en W.
wat in andere gemeenten bet vergunningsrecht
opbrengt, dan kan niet worden weerspnoke% dat
in deze Gemeente bijzonder laag g'eséhat wondt.
Men mag die meening liebben, d,ei vrijheid, die
den schatter moet worden gelaten, verbiedt hem
een ander systeem van schatten op te dringen,
dan hij meent in toepassing te moeten brengen.
Wel achtten wij ons (dw.'z. omez ambtsvoor
gangers vóór 1904 zich) verplicht Onze schatters
tei vragen waarom bij herschatting vrijiwlel on
veranderd de toch reeds lage schatting' nog' weer
werd verlaagd en waarom wan verhoudingen ont
stonden, zoiojdat, bij vrijjwel gelijkvormig, bedrijf,
VO'Q» een debiet van 3000 liter na, herschatting
minder betaald werd dan voor een van 1700 liter
en dergelijke méér.
De klacht kwam toen, dat onzie schatter bij
herschatting steeds overstemd werd en vrijwel
on verandert ijk altijd m et 2 s tem m en feg|e|nf 1 een
lagere schatting vastgesteld werd.
Daar heit. onzen ambtsvoorgangers, met wie We
helt in dezen eens zijn, blijkbaar niet gewenscht
voorkwam, dat ons vergunningsrecht afhing vian
een persoon ,of pérsoideln die van hlersfeih'atten een
za,akje wilden maken, wnul, toen in^evolgie de
nieuwe Drankwie,t, het vergunningsrecht opnieuw
geregeld mo,ast wonden, aan Uw vergadering do
thans geldend© regeling voorgedragen.
Is diie zoo, slecht?
Dat bij reclame „eenige"' aanslagen zouden ver
hoogd zijn, zooals U in hét ad,res Heest, bewijst
niets. Wanneer bij de eerste schatting een fout
gemaakt is, behoort die verbeterd, hetzij dan door
vèrhioqging, hetzij doior verlaging
Gaan wij echter na dat dit jaar ,op zies re
clames, die ingediend zijn, 3 schattinig'en zijn
gehandhaafd, 2 verlaagd en 1 veihoogd, dan
komt ons het woord „eenige" minder juist voor
ön dan „blijkt allerduidelijkst", om met adres
sante te spreke®, dat ons stelsel nog zoo onbillijk
niet wefkt.
De, Commissie vootr dei belastingen zegt na 'de
zooeven genoemde misbruiken te hebben aange
duid
„Waar het recht van verweer voor den beiang-
„hiehbende, en de bevoegdheid van den Raad
„om bij twijfel omtrent de juistheid der schat
ting zich door andere deskundige® te doen
„Voorlichten, in art. 6 der verordening van 20
„December 1904 (Gemeenteblad no. 3 van 1905)
„Voldoende is geregeld, achten wij een wijziging
„der Verordening niet noodig."
Waar wij hiermede instemmen, moeten wij aan
dringen op handhaving van de bestaande regeling
en stellen U daarom voor afwijzend, op het adres
te, beschikken.
De Etalage-wedstryd.
De étalage-wedstrijd vond ook heden veel be
kijks; maar ook een officieele schouw was heden
aan de verschillende prachtétalages gewijd. De
jury-leden, die ten huize van den voorzitter van
het comité, den heer F. J. Srnit, waren ontvan
gen, togen van af heden-ochtend omstreeks 10
ure rond, om de verschillende étalages te beoor-
deelen. Heden-avond zal de jury nog eens rond
gaan om de étalages bij het licht te beschouwen.
Het comité meldt ons, dat in de afdeeling
kleeding nog als deelneemster buiten mededinging
is opgetreden de firma M. Huygen en J. Vincent,
Zangschool van „Gemengd Koor".
De uitvoering van de zangschool van «Gemengd
Koor" op gister-avond bracht, als altijd, een groote
menigte belangstellenden te zamen in de zaal
der Officieren-Vereeniging, die ook nu weder ge
heel bezet was.
't Was ook ditmaal een zeer gevarieerd en over
't geheel wel gekozen program dat door de jeug
dige executanten der zangschool werd uitgevoerd.
Als gebruikelijk waren 't eerst de kleintjes aan
de beurt. De laagste klasse voerde weer een aan
tal speelliedjes van Dalcroze uit, liedjes met ge
baren, die een studie van de verschillende bewe
gingen vorderden. Door de jongens en meisjes te
zamen werden gezongen«Het stommetje zonder
stemmetje" (studie van de handbewegingen)
vTikka-TakkeTikke-Tok" (studie van de ver
schillende manieren van loopen) en «De meespre
kende armpjes" (studie van de armbewegingen).
Daarna werden door de meisjes alleen gezongen
«De mooie pop" (studie van uitdrukking het
hoofd en de oogenj en »Het Waternimfje" (studie
van algemeene plastiek). De liedjes werden over 't
geheel zeer lief, met voldoenden samenzang en
behoorlijke mimiek, door de jeugdige kinderen ten
gehoore gebracht't bleek wel dat zij er goed bij
de kleintjes inzaten.
Door de hoogste klasse werden daarna een
drietal liederen voor vrouwenkoor uitgevoerd
«Gott meine zuversicht", psalm 23, van F. Schu
bert, werd met blijkbare toewijding zeer schoon,
op eene wijze, die den verheven gewijden tekst
allen recht deed wedervaren, door de oudere leer
lingen ten gehoore gebracht. Nog beter beviel ons
de uitvoering van het koor uit «Blanche de Proven
ce", van Cherubini, waarbij ons, evenals in het eer
ste nummer, ook vooral de zuivere uitspraak van
het Duitsch opviel. Ook het hupsche «Ditirambo",
van Curschmann, mocht ons wel bevallen, hoewel
't altijd moeilijk valt de zoetvloeiende Italiaansche
klanken door een Hollandschen mond in al hun
eigenaardigheid te doen weergeven.
Nog voor de pauze werd daarna door de middel
en hoogste klasse uitgevoerd, «Het Ouderhuis,"
cantate voor kinderkoor, woordeu van A. Reiger
muziek van Richard Hol, waarin de zoo uit-
eenloopende herinneringen van het ouderlijk huis,
blijde en droevige, worden weergegeven. De
kinderen zongen het lied met bijzondere toewij
ding de zegeningen van het ouderhuis werden in
goeden samenzang uitnemend vertolkt. Zoowel de
algemeene als de meisjes- en jongenskoren waren
zeer goed. Bijzonder mooi was vooral het alge
meene koor «goede nacht," waarin voor het ter
ruste gaan de zegen van den Albehoeder «voor
vader en voor moeder" wordt afgebeden.
Na de pauze werd als slotnummer door de leer
lingen der middel- en hoogste klasse uitgevoerd,
«In 't Zigeunerkamp," scène uit het Zigeuner
leven voor kinderkoor, soli en dans. Met neer
gelaten scherm werd eerst een deel der inleiding
gezongen. Daarna zagen wij het bont, kleurrijk
tafereel, dat een zigeunerkamp te zien geeft: de
kinderen in de opgesmukte zigeunercostuums, ter
wijl zelfs een veldketel en veldsmidse niet ont
braken, zongen uit volle borst het lied der zigeu
ners, dat van hun zwervend bedrijf getuigt, hunne
woeste vreugde uitbeeldt, maar ook" het stille heim
wee vertolkt. Over de wenschelijkheid om zoo jeug
dige kinderen ook zigeunerdansen te doen uitvoeren,
