Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Ingezonden.
Gemeenteraad
«Wij meenen aan onze afdeelingingen den raad
te moeten om de afkomende motie-bui reeds in
den aanvang te verstikken. Wij begrijpen wel,
dat afdeelingen bijeengeroepen ter bespreking van
het congres en dan, bijeengekomen, bevindend
dat er geen congres zal zijn, de behoefte gevoelen
om hun gevoelens in een of meer moties lucht
te geven. Er is echter, gelooven wij, vruchtbaar
der werk te doen, dat aan de partij meer ten
goede komt, dan het debatteeren en moeties aan
nemen over afgedane zaken."
Minister Heemskerk.
De minister van Binnenlandsche Zaken, mr
Heemskerk, begaf zich gisterochtend voor korten
tijd naar het buitenland.
Onderscheiding.
De heer Ant. Mutsaerts, te Tilbujg, is be
noemd tot Commandeur in de Orde van het
H. Graf.
Middenstandscongres.
Het Congres vereenigde zich unaniem met het
voorstel van het hoofdbestuur om een petitie aan
de Koningin te zenden inzake oneerlijke concur
rentie.
Het Belgisch loodswezen.
In verband met de dreigende plannen van de
verplaatsing van het Belgisch loodswezen te
Vlissingen zijn gisteren twee Vlissingsche heeren
op audiëntie geweest bij minister P. Segers te
Brussel om trachten de dreigende ramp af te
wenden.
Men meldt nader uit Vlissingen
Twee Vlissingsche ingezetenen werden gisteren
te Brussel in particuliere audiënte ontvangen door
Minister P. Seegers, Minister van Zeewezen, enz.,
waaronder loodswezen ressorteert. Op deze
audiëntie is gebleken, dat het gevaar van een
verplaatsing van het Belgische loodswezen uit
Vlissingen voorloopig als afgewend kan worden
beschouwd. Het is evenwel gebleken, dat Minis
ter Seegers zulk een verplaatsing niet alleen zeer
goed uitvoerbaar acht, doch dat de loodsdienst
daaraan zelf zeer goed zou kunnen worden aan
gepast.
Op de audiëntie bleek nog, dat de Minister
overtuigd is van de goede verstandhouding tusschen
het Nederlandsche en het Belgische loodswezen.
Kamerverkiezingen.
Bij de gisteren in het district Amsterdam III
gehouden stemming ter verkiezing van een lid
van de Tweede Kamer zijn 9254 geldige stemmen
uitgebracht. Het aantal kiezers is 16,516.
Gekozen is de heer E. Polak (S. D. A. P.) met
4831 stemmen.
Op den heer P. Otto (U.-L.) waren 2378op
mr. P. J. Reijmer (R.-K) 1828, eD op den Heer
D. Wijnkoop (S. D. P.) 217 stemmen uitgebracht.
Bij de stemming op 17 Juni werden in dit
district uitgebracht 12,785 geldige stemmen, en
werd mr. P. J. Troelstra gekozen met 7309 stem
men. Verder verkregen toen de heeren mr. B. E.
Asscher (U.-L.) 2518, mr. P. J. Reijmer (R.-K.
2781, en D. Wijnkoop 177 stemmen.
De vrijzinnige concentratie heeft besloten aan
de kiezers is het district Amsterdam II te advi-
seeren, bij de herstemming op Dinsdag 29 dezer
hun stem uit te brengen op den candidaat der
S. D. A. P den heer A. H. Gerhard.
De minister van binnenlandsche zaken, over
wegende, dat dr. D. Bos de benoeming tot lid van
de Tweede Kamer der Staten-Generaal voor het
kiesdistrict Groningen niet heeft aangenomen en
er mitsdien in dat kiesdistrict een verkiezing moet
plaats hebben voor een lid van die Kamer, heeft
bepaald, dat die verkiezing zal plaats hebben op
Donderdag 31 dezer, de stemming, zoo noodig, op
Woensdag 20 Augustus. (St.ct.)
De minister van binnenlandsche zaken, over
wegende, dat, blijkens bericht van den burge
meester der gemeente Groningen, bij de verkiezing
op 21 dezer voor een lid van de Tweede Kamer
der Staten Generaal in het kiesdistrict Groningen
(tusschentijdsche verkiezing wegens de benoeming
van mr. Drucker tot lid van de Eerste Kamer)
niemand op de lijst der candidaten is gebracht en
dientengevolge niemand benoemd is verklaard,
heeft bepaald, dat de nieuwe verkiezing zal plaats
hebben op Maandag 4 Augustus, de stemming,
zoo noodig, op Maandag 18 Augustus, de her
stemming, zoo noodig, op Maandag 1 September.
(St.ct)
Nieuwe zweminrichting te Utrecht.
In de gisteren te Utrecht gehouden raadszitting
werd een voorstel van B. en W. aangenomen tot
het waarborgen van de rente en aflossing van een
door de Naamlooze Vennootschap tot Stichting
en Exploitatie van een open Zweminrichting met
tennisvelden aan den Krommen Rijn, aan tegane
geldleening, groot f65.000, tegen een rente van
ten hoogste 4| Door de aanneming van dit
voorstel zullen twee eenvoudig, doch doelmatig en
degelijk ingerichte zweminrichtingen en enkele
tennisvelden tot stand komen.
Kardinaal Van Rossum in ons land.
De plechtige ontvangst
te Kuilenburg.
De Kardinaal, gistel-ochtend omstreeks 10 ure
onder de hartelijke ovaties van de talrijk saam-
gestroomde menigte uit 's-Hertogenbosch vertrok
ken en aan het station door de autoriteiten uit
geleid, heeft daarna een bezoek gebracht aan het
aartsbisschoppelijk klein seminarie te Kuilenburg,
waar hij indertijd zijne lagere studiën heeft
voltooid.
Om 11.46 kwam Z.Em, met gevolg aan het
station te Kuilenburg, waar hij door den pastoor
deken der stad, hoogeerw. kanunnik Le Blanc,
den hoogeerw. heer Van Schaik, president van
het seminarie, en den burgemeester, baron van
Hoevel tot Westerflier, ontvangen werd. Het doch
tertje van den burgemeester, die gekleed was als
ridder der Maltezer-orde, bood Z.Ern. bloemen aan.
Nadat het koor der parochiekerk den Kardinaal
een feestlied had toegezongen, reed het hooge
gezelschap in drie tweespannen naar de stad. Aan
de versierde Zandpoort bracht het Stedelijk Mu
ziekkorps den Kerkvorst een aubade. Bij het St.
Jozefsgebouw zong het zangkoor met begeleiding
van orkest het feestlied van wijlen dr. Schaepman
«God van Arbeid", door den hoogeerw. heer Van
Schaik getoonzet. Voor de parochiekerk zong er
het koor der eerw. Zusters en dat der Dames-con
gregatie een feestlied. Talrijke bloemstukken wer
den Z.Em. aangeboden.
Bij aankomst in het seminarie, waar een luid
gejuich opging uit de verzamelde menschenmassa,
waren ter ontvangst aanwezig de aartsbisschop,
mgr. Van de Wetering, de vicaris-generaal, mgr.
dr. Brouwer, de president van het groot-seminarie
te Rijsenburg, mgr. dr. Schaepman, de professo
ren en een 170-tal studenten van dit instituut,
de dekens van Utrecht en Arnhem en vele pastoors
uit het aartsbisdom.
Nadat de Kardinaal den zegen had gegeven,
steeg hij onder de tonen der muziekkapel uit, die
daarna nog eenige nummers uitvoerde. Met het
gebruikelijk ceremonieel ontvangen schreed Z Em.
met mgr. Van de Wetering aan zijne zijde in
plechtigen stoet naar de kapel, waar de studenten
met orgelbegeleiding gewijde liederen zongen.
Daarna werden in een der zalen de verschillende
priesters aan den Kardinaal voorgesteld.
Om kwart voor een had de receptie plaats.
De Kardinaal en de Aartsbisschop werden met
bijzondere geestdrift in de groote versierde
zaal ontvangen, waar reeds de geestelijke autori
teiten, professoren en studenten aanwezig waren.
Toen Z.Em. gezeten was, nam de president, mgr.
van Schaik, het woord en hield een luid toege
juichte rede.
Nadat een welkomslied op Latijnschen tekst
was gezongen, hield een der oudste leden een
Latijnsche rede, die blijkbaar veel indruk op
Z. Em. maakte.
Daarna hield de Kardinaal een treffende toe
spraak, waarin hij deed uitkomen de bijzondere
liefde voor dit seminarie, waar Z.Em. eens zijne
opleiding genoot. Een feestlied werd aan het eind
der schitterende receptie gezdngen.
Wearbenafsis,
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
in den morgen van 25 Juli 1913, medegedeeld
door het Kon. Ned. Met. Instituut te De Bildt.
Hoogste barometerstand 756.5 te Thorshavn.
Laagste barometerstand 755.6 te Nice.
Verwachting tot den volgenden dag meest ma
tige noordelijke tot noordwestelijken wind, gedeel
telijk bewolkt, waarschijnlijk droog weer, zelfde
temperatuur.
Gemeenterekening.
De Gemeënterekening. inkomsten en uitgaven
over het dienstjaar 1912, is op heden aan den
Raad overgelegd en tegelijk op de secretarie ter
inzage gelegd.
Deze rekening bedraagt (ontvangst gewoon)
f815916.425, uitgaaf f786990.245, batig saldo
f28926.18.
Ontvangsten (buitengewoon) f684674.64, uit
gaaf f 1312459.015, nadeelig saldo f627784.375.
De afd. Schiedam van het Nat. Ver
bond van gemeente ambtenaren heeft in haar
gister-avond gehouden vergadering haar afkeuring
uitgesproken over het advies van het hoofdbestuur
om geen deel te nemen aan de te 's-Gravenhage
te houden nationale dankbetooging voor de pen
sioenwetten voor gemeente-ambtenaren.
Een voorstel om twee afgevaardigden naar deze
betooging te zenden vond echter geen instemming.
Gister-avond 10 ure werd de po-
litie ter assistentie geroepen in de bioscoop nabij
den Vlaardinger dijk, waaruit een man was ver
wijderd, die daar de orde verstoorde en aan het
vechten was geraakt met den ondernemer, den
kastelein en diens vrouw. Hij werd door de
politie overgebracht naar het bureau, waar hij;
na verhoor, eenigen tijd later, na gekalmoerd te
zijn, wear op vrije voeten werd gesteld.
H e d e n-n acht omstreeks 2 ure, na
thuiskomst van een bruiloftpartij, had in de
Roosbeek een twist plaats tusschen vador en zoon>
die spoedig in vechten zou zfjn overgegaan. De
politie nam den zoon mede naar het bureau, waar
hij, na gekalmeerd te zjjn, met zijn broer naar
diens huis ging.
Hoogwater te Schiedam: Zaterdag26
Juli v.m. 8.57, n.m. 9.23.
UIT DELFT.
B. en W. ontraden den gemeenteraad, ter uit
voering van het raadsbesluit van 18 October
1912 inzake een gemeentelijken keuringsdienst,
het advies van de gezondheidscommissie te vol
gen. Zij stellen voor, met de gemeente 's-Graven
hage een overeenkomst aan te gaan, als ont
worpen door B. en W. van 's-Gravenhage.
Mynheer de Radacteur
Beleefd verzoek ik voor onderstaande regelen
plaatsing.
In het verslag van den Gemeenteraad heeft het
mijn aandacht getrokken dat bij de gevoerde
debatten in zake sluiten van tapperijen zoo bitter
weinig zakenkennis is aan den dag gelegd. De
heer Wittkampf toch is wel voor het voorstel van
B. en W., mits dat tappers en slijters over één
kam worden geschoren. De heer Goslinga verwijst
daarop heel verstandig den heer Wittkampf
naar Art. 35 der Drankwet, terwijl de heer
Scheffers, nog wel vergunninghouder, blijkbaar de
redeneering van den heer Goslinga goedkeurt;
ten minste ik merk geen verzet zijnerzijds. Nu
is 't toevallig goedgekomen, doordat de heer Witt
kampf de redactie van het voorstel zoo wenschte,
dat bij de voorgestelden bepaling ook de slijters
zouden begrepen zijn. Alzoo tappers en slijters
mogen met de a.s. feestdagen vóór 12 uur geen
sterken drank toedienen of verkoopen.
Wat nu evenwel Art. 35 met deze zaak gemeen
heeft, zou ik gaarne eens van den heer Goslinga
vernemen, daar Art. 35 alleen handelt over de
gestelde eischen eener localiteit. Tevens was het
overbodig van den heer Wittkampf een gewijzigd
voorstel te doen, daar bij aanneming van deze
bepaling het een van zelfsheid is, dat zjj slaat op
tappers en slijters. Er is toch maar één Ned.
Drankwet. Alzoo mag men bij dergelijke bespre
kingen wel eens goed nota nemen van de Drankwet.
Onder beleefde dankzegging,
Een Vergunninghouder.
Vergadering van den Raad der gemeente
Schiedam op Dinsdag 22 Juli 1913,
des namiddags 2 ure.
(Slot*
Zondagswinkelsluiting.
9. Behandeling van het adres van het Dage-
lijksch Bestuur van den Ned. R. K. Bond van
Handels-, Kantoor- en Winkelbedienden te Am
sterdam betreffende de Zondagswinkelsluiting, met
advies van B. en W. en het voorstel van het
Raadslid, den heer P. de Bruin, om daaromtrent
de meening van de winkeliers te vragen.
De Voorzitter kan hierbij mededeelen, dat
hij bezoek heeft gehad van bestuursleden van de
«Hanze" die dat den vorigen keer verzuimden. Zij
hadden hem verteld het resultaat der vergadering,
waarin de vervroegde winkelsluiting besproken
was. In haar vergadering waren 19 leden voor en
7 tegen het houden van een enquête in zake de
vervroegde winkelsluiting. De groote meerderheid
meende dat zoolang Rotterdam geen vervroegde
sluiting heeft men ook hier het open zijn niet
moest beperken.
De heer Houtman merkt op dat de «Raads
leden aan het besluit van de «Hanze" nog niet
veel hebben. Zij zouden gaarne ook de meening
van B. en W hieromtrent hooren.
De Voorzitter zegt, dat de zaak in het
College van B. en W. niet is besproken. Toen die
bestuursleden van de «Hanze" bij hem, burge
meester, kwamen, had hij belet en zij zijn niet
terug geweest bij zijn plaatsvervanger, zoodat de
Voorzitter de mededeeling overbrengt zonder meer.
De heer Houtman zou gaarne het voorstel
van B. en W. vernemen of 't gewenscht is een
enquête te houden ja of neen.
De Voorzitter zegt, dat er in het College
over de kwestie niet is gesproken, welke mede
deeling hij daarna aanvult in dien zin, dat er wel
over gesproken is, maar men niet eenstemmig was.
De heer De Bruin meent, dat men over
deze zaak slechts de meening van enkele winke
liers heeft gehoord. Hij acht 't een fout dat men
hier een voorstelling wekt, alsof hier een dwang
maatregel trots alles bedoeld wordt en is door het
argument van Rotterdam niet overtuigd. Niet alle
winkeliers staan hier in gelijkin enkele branches
zou men wel 's ochtends knnnen sluitenmaar
gesteld dat door het particulier initiatief een
onderzoek onder 30 winkeliers wordt ingesteld en
er een is die niet wil, dan verdient die een
door een verordering gedwongen te worden
zich bij de 29 anderen aan te sluiten. Spr.
betoogt verder, dat nog door een enquête
het al of niet doeltreffende van den maatregel
moet blijken. Aan een uitspraak van een 26-tal
personen hecht hij geen gewicht, dat is nog slechts
een zeer kleine minderheid, en hoeveel hij 't ap
precieert dat zij zich heeft uitgesproken, haar
meening kan toch voor de oplossing der kwestie
van geen overwegenden invloed zijn. Spr. ont
kent verder dat een enquête eenig gevaar zou
opleveren. Het voorstel daartoe, zooals 't daar
ligt, geeft geen bezwaar.
De Voorzitter zegt, dat er wel-is-waar in
bedoelde vergadering slechts 26 personen waren,
maar er was vooraf een enquête gehouden onder
een 60 tal winkeliers, waarbij een heele kleine
meerderheid voor winkelsluiting was maar in de
vergadering keerde de meening: toen werd met
19 tegen 7 stemmen besloten geen officieele en
quête te verzoeken. De meerderheid meende, dat
de vervroegde winkelsluiting onmogelijk in Schie
dam in te voeren was.
De heer Wittkam pf meent, dat men al
vorens een besluit over enquête ter zake van de
vervroegde winkelsluiting te nemen, de meening
der winkeliers over de Zondagssluiting zou moeten
vernemen; die staat hier voorop. Hij meent ove
rigens dat men ter zake van de vervroegde win
kelsluiting wel degelijk een enquête zou moeten
instellen alvorens die te verordenen. Over het
geheel vindt hij 't, wanneer iemand eens heel lang
wil werken, hatelijk dat de overheid dat gaat
verbieden. Wat de meening der «Hanze" betreft,
vindt hij dat daar wel heel zwaar moet gerede
neerd zijn om de meerderheid in een minderheid
om te zetten. Hij kreeg van de mededeeling van
het Hanzebestuur den indruk dat dit bestuur die
enquête niet wenscht.
De Voorzitter merkt op, dat men in een
enquête geen heil zag, omdat, zoolang Rotterdam
de betrokken verordening niet heeft, Schiedam
tot geen vervroegde winkelsluiting kan overgaan.
De heer Wittkampf herhaalt, dat hij meent,
bedoelde Hanzeleden de enquête niet wilden
er blijkbaar bang voor waren.
De heer Houtman meent, dat men in het
belang van een goed oordeel een enquête wel
moet wenschendan zal 't blijken, dat men be
zwaren opperde die er niet zijn. In. het besluit
van de Hanze-vergadering ziet hij slechts een
onder onsje van elkelen die de enquête niet willen,
hoewel zij er aanvankelijk voor waren. Rotterdam
behoeft geen vrees in te boezemen, zoolang de
enquête de kwestie niet heeft uitgemaakt. Afge
zien van de mededeeling van het bestuur der
«Hanze" zou hij toch een enquête verzoeken.
De Voorzitter zegt, dat toch 19 winke
liers zich beslist tegen vervroegde winkelsluiting
hebben verklaard.
De heer Van der Ve Hfe n zegt, dat er se
dert de laatste Raadsvergadering nu veertien daag
zijn verloopen en nog heeft men geen stem ge
hoord van winkeliers die een enquête begeeren.
Zoolang de winkeliers die zelf niet vragen, is spr.
er niet voor.
De heer W outerlood meent, dat een en
quête toch geen zuiver beeld, van den toestand
zal geven. De winkeliers in de afgelegen wijken
zullen zich voor vervroegde winkelsluiting ver
klaren maar dan worden daarvan de dupe de
winkeliers die aan de Hoogstraat enz. gevestigd zijn.
De heer Kavelaars vraagt of een enquête
veel zal kosten of dat dieu wellicht zonder be
zwaar kan geschieden, doordat er toch een amb
tenaar tijdelijk disponibel is.
De Voorzitter zegt. dat niet het geval is
de ambtenaren zij met werk overladen.
De heer mr. Kavel aars verklaart zich dan
tegen een enquête het eind van het liedje zal
dan zijn, dat de Zondagssluiting wordt afgestemd.
De heer De Bruin wil nog een enkel woord
in antwoord van de sprekers zeggen. Hij merkt
op, dat de betrokken verordening toch door den
Raad wordt gemaakt, die niet altijd wacht tot de
belanghebbende zich verklaren. Velen zien toch
hun belang niet in. De zorg voor het algemeen
belang moet hier voorzitten niet de behartiging
van particuliere belaugen. Waar een vorige spre
ker opmerkte, dat men in afgelegen hoeken wel
voor vervroegde sluiting zou zijn, meent spr. tech,
dat de meerderheid der winkeliers, die beslist, toch
in het centrum der straten wordt gevonden. Hij
besluit, dat er geen enkel bezwaar legen een en
quête is en handhaaft dan ook lijn voorstel. Hij
meent dat na gehouden enquête er geen enkele
reden is, waarom ook de Raad niet evenals B. en
W. de staten zou inzien. In ieder geval moet er
toch eea rapport komen.
Het enquête voorstel wordt door de heeren
Koopmans en Van den Hoek ondersteund.
De heer Wittkampf merkt op, dat het
betrokken adres alleen betreft winkelsluiting.
De heer De Bruin herinnert er aan, dat hij
gevraagd heeft ook over de vervroegde winkel
sluiting advies te willen uitbrengen en nu is het
betrokken preadvies voor 1/10 aan de Zondags
sluiting en voor 9/10 aan de vervroegde sluiting ge
wijd. Met de Zondagssluiting behoort ook op de
algemeene sluiting te worden gelet.
De wethouder, de heer Goslinga, wil bij
amendement voorstellen, bedoelde enquête niet op
te dragen aan B. en W„ maar aan den Raad. B.
en W. zijn overladen met werk en hebben wel
wat anders te doen.
De heer Houtman zegt, dat hij zich met dat
voorstel absoluut niet kan vereenigen. De wet
houders moeten den Raad voorlichten en de taak
der Raadsleden behoeft niet te worden uitgebreid
zij hebben ook genoeg te doen. Buitendien de
wethouders worden bezoldigd en we mogen dus
wel iets van hen vorderen. B. en W. behooren
hier een onderzoek in te stellen en advies uit te
brengen, waarop spr. veel prijs stelt.
De wethouder, de heer Goslinga, zegt, dat
niet hij 'tdruk heeft; maar het College heeft
'tdruk met allerlei dingen. Nog in de laatstver-
loopen dagen is daarom een zeer belangrijke zaak
moeten worden uitgesteld. Er wordt evenwel druk
genoeg vergaderd en genoeg werk gepresteerd.
De ambtenaar die bij bedoelde enquête B en W.
ter zijde zou moeten staan, is ook ter beschikking
van den Raad. Weth. meent dus, dat deze zaak
veilig aan een commissie van Raadsleden kan
worden toevertrouwd.
De wethouder, de heer Van Westendorp,
verklaart zich sterk tegen het denkbeeld van den
heer Goslinga: 'tis het werk van B. en W.
De wethouder, de heer Goslinga, meent,
dat 'took kan worden toevertrouwd aan eene
commissie ad hoe.
De heer Wittkampf verzoekt het enquête-
voorstel behoorlijk te formuleeren, zoodat blijkt
of de euquête alleen gaat over Zondagssluiting of
dat ook een verplicht sluitingsuur op werkdagen
wordt bedoeld.
De heer De Bruin wijzigt zijn voorstel in
dieD zin.
Dat voorstel Wordt daarna verworpen met 136
stemmen.
Voor stemmen de heeren Wittkampf, Houtman,
De Bruin, Van Westendorp, Koopmans en Van
den Hoek.
De heer R i s heeft de vergadering verlaten.
Het afwijzend preadvies van B. en W. op het
betrokken adres wordt daarna aangenomen met
12—8 stemmen.
Tegen stemmen de heeren De Bruin, Van Wes
tendorp, Koopmans, Van der Hoek. Dubbelman,
Van der Velden, Wittkampf en Houtman.
Grondverkoop Spuihaven.
10. Verzoek van A. P. P. Roovers qq. om hem
een perceel grond aan de Spuihaven te verkoopen,
met advies van B. en W.
De grond, in koop gevraagd, ter grootte van
40 strekkende meter en diepte circa vijf en zestig
meter, grenst ten noorden van het terrein in koop
by H. Gabel (W. Hasekamp Co.) tegen een
prijs van f 7.50 p. M*.
In overleg met de commissie voor het grond
bedrijf stellen B. en W. voor, den gevraagden koop
tegen den geboden prijs toe te staan.
Tevens deeien B. en W nog mede, dat de heer
Hasekamp heeft te kennen gegeven, dat hij tot
den Raad zal komen met het verzoek, om eenige
meerdere breedte te ontvangen van het reeds
in koop hebbende. B. en W. hebben hiertegen geen
bezwaar, alleen zal dan de grond Roovers iets
zuidelijker komen.
In verband met deze aanvraag is ingekomen
een schrijven van W. Hasekamp om hem nog
een 5 Meter breede strook van de Oude Spuiha
ven te verkoopen en daartoe het Raadsbesluit van
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie).
Van ingezonden stukken ook al worden ze niet
geplaatst wordt de kopy niet teruggegeven