Dagblad voor Schiedam Omstreken. f fcn rr m Gratis Ongevallen verzekering by rnnn b« 36ste Jaargang. Vrijdag 28 November 1913 No. 10/88. Op den Balkan. overeeiiïoiiisti£ od ie polis vermelde Toonaarden. Officieeie berichten. Kennisgeving. 5ieuws. Binnenland. Bureau: Boterslraat 50. Telef. 85. Postbus 39. Abonnemen ten per 3 maanden 4.50, per week 12 cent, per maand 50 ct., franco p. post ƒ2.p. kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent. Advertentiën: Familieberichten 20 ct. per regel; Handelsadvertentiën 16 regels 92 ct.elke regel daarboven 15 ct. 3 maal plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 35 ct. p. regel. Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. b\j verlies van levenslange 4* '11111 verlies van geheele 1111 een hand, invaliditeitI LUU voet of oog 1 I U U I I U U een duim De verzekering wordt gewaarborgd door de Uoüandsehe Algemeene Verzekeringsbank, gevestigd te Schiedam. B U U wijsvinger; 1 |U bij verlies van eiken ande ren vinger. Inrichtingen welke gevaar, schade oi hinder kunnen veroorzaken. Burgemeester en Wethouders van Schiedam, Gezien het verzoek van E. Ossedryver te Rot terdam om verlenging van den proeftijd, eindi gende 1 Januari 1914, waarvoor hem en zijne rechtverkrijgenden bij besluit van 23 Septemoer 1912 vergunning is verleend voor het oprichten van een fabriek voor het vervaardigen van gumini- artikelen in het pand staande Bakkersstraat no. 17, kadaster Sectie L no. Ia5, gedreven door een gasmotor van 14 P.K. en met een stoomketel van 4y, M'L verwarmingsoppervlak en een stoompot Gelet op de bepalingen der Hinderwet, Doen te weten dat voormeld verzoek met de bijlagen op de secretarie der gemeente is ter visie gelegd dat op Donderdag, den ilen December a.s., des namiddags ten 2 ure, ten raadhuize gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren tegen het toe staan van dat verzoek in te brengen en die mondeling of schriftelijk toe te lichten dat gedurende drie dagen voor het tijdstip hier boven genoemd, op de secretarie der gemeente, van de schrifturen, die ter zake mochten zijn ingekomen, kennis kan worden genomenen dat volgens de bestaande jurisprudentie niet tot beroep op eene beslissing ingevolge de Hin derwet gerechtigd zijn zij, die niet overeenkom stig art. 7 dier Wet voor het Gemeentebestuur of een of meer zijner leden zijn verschenen, ten einde hun bezwaren mondeling toe te lichten. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 27sten November 1913. Burgemeester en Wethouders voornoemd, i M. L. HONNERLAGE GRETE. De Secretaris, V. SICKENGA. De koning; van Bulgarij e; Koning Ferdinand, die gister te Schönbrunn bij den Keizer op bezoek is geweest, keert heden per extra-trein naar Sofia terug'. PORTUGAL. Twee Portugeezen, Chicorrp en Silua Cunha zijn onder verdenking een samenzwering tegen het leven van den Portugeeschen Minister-presi dent Alfonso Costa op touw te hebben gezet, aan boord van de uit Brazilië aangekomen „Am brose" in hechtenis genomen. ITALIë. Gister had' de opening plaats van de 24ste wet gevende periode van het Italiaansche parlement. Om 10.15 verliet de koningin het paleis en werd op straat levendig toegejuicht. Om 10.20 ver trok de koning. Bij den ingang van het par lementsgebouw werd de koning ontvangen door senatoren en ministers. De voorzitter van den ministerraad verzocht de afgevaardigde den eed af te leggen. Nadat dit geschied was, sprak de koning de troonrede uit. Hij richtte zich in het bij zonder tot de afgevaardigden, die thans voor de eerste maal, volgens het systeem van bet algemeen kiesrecht gekozen (waren. Hij spreekt de overtuiging uit,, dat zij; zullen sa menwerken tui behoeve der rechtmatige belan gen en hooge idealen van het vaderland. Dan herinnert hij aan de expeditie naar Lvbië, die Halië zoowel uitgebreide koloniën en een ster her positie als het bewustzijn van zijn nationale deugden schonk. 2Ü was het bewijs van een vasten wil en kalme offervaardigheid, waarmede de bevol king toestemt in de zwaarste offers, wanneer het heil des lands op het spel staat. De koning Wijst op de vurige vaderlandsliefde van het Italiaansche volk en brengt bewogen een groet aan de dapperen, die in Lybië gevallen zijn. lie annexatie van Lybië legt Italië 'een groote laak op de schouders. Het eerste doel moet *zijn de inboosriingen aan Italië te hechten, Q-oor hun godsdienst, familie-verhoudingen en eigendommen te eerbiedigen, terwijl zij te- Vens de weldaden der, beschaving ontvangen, Een dergelijke politiek zal aan Lybië nieuw leven geven en zal het weldra mogelijk ma ken/dat de emigratie, die zich thans naar het buitenland richt, ook naar dit uitgebreid gebiea geleid wordt. Vervolgens sprekend over de nieuwe kies wet zegt de koning', dat deze hervorming tot gevolg zal hebben, dat het parlement en de regeering gedwongen worden om heit intellec tueel, moreel en economisch peil der armere klasse te verheffen, terwijl het land zijn ac tiviteit en piioductie-vermogen meer zal moe. ten ontwikkelen, waardoor de nationale rijkdom verhoogd zal worden. 'Onze plicht zal zijn de wetgeving ten gun ste der arbeiders te voltooien en voort te gaan met onzei arbeiders-politiek, waaraan een groot gedeelte van den economischen voor uitgang1, die tot heden bereikt is, wordt toe geschreven. Eveneens zullen wij alle zorgen besteden aan de handelsmarine, een der machtigste factoren van den commercieelen voorspoed en kracht des lands. Verder wijst de koning op de noodzakelijkheid van de be vordering van het onderwijs, en de hervor ming van het burgerlijk wetboek, ten einde de vrouw de plaats te geven, die haar in het familie-verband toekomt. Er dient overgegaan te worden tot een hervorming der rechterlijke orga nisatie, opdat de burgers zich op gemakkelijker wijze recht zullen kunnen Verschaffen, terwijl ook hel wetboek van koophandel herzien zal wor den. Zijn troonrede vervolgende, verklaart de koning, na uiteengezet te hebben, dat de betrekkingen tusschen Kerk en Staat op een breeder grondslag van godsdienst-Vrijheid geregeld moeten warden, dat tnsschen Italië >en zijn bondgenooten een volkomen overeenstemming bestaat. 'Door de vriendschappelijke betrekkingen met de an dere mogendheden te bestendigen, heeft het er roede toe bijgedragen om ernstiger con flicten, die uit de gebeurtenissen op den Bal kan hadden kunnen voortvloeien, te vermij den, dank zij o,ok de overeenkomsten, die de zaak des vredes, waarvan het Europeesch even wicht de meest betrouwbare waarborg is, zoo zeer bevorderd hadden. De koning verzekerde, dat het gezag van Italië op een hechten grondslag berustte. Het feit, dat de Italiaansche vlag ook thans op de andere kust van de Middellandsche Zee waait, wijst op een meer actieve deelneming aan de bujlenlandsche politiek. ZÜID-AFRULA. Op een plantage te Blackburn in het oi strict Mount Edgecomb heeft een ernstige botsing plaats gehad tusschen politie en Indiërs. Er zouden vijf Indiërs gedood zijn. De Paleis—Raadhuiskwestie te Amsterdam. De »Tel." meldt Eenige dagen geleden is namens burgemeester en wethouders een geheime missive aan den Raad gezonden betreffende de Paleis-Raadhuiskwestie. Daarin wordt gereleveerd, welke stadia de kwestie reeds heeft doorloopenhoe de Raad een voorstel-W. H. Vliegen heeft aangenomen, beoo- gende B. en W. uit te noodigen aan de toenma lige regeering te verzoeken, te willen bevorderen, dat het Paleis op den Dam aan zijne oorspron kelijke bestemming zou worden teruggegeven. Voorts wordt er aan herinnerd, dat het ant woord van minister Heemskerk op dien namens Amsterdam geuiten wensch, de kwestie van den eigendom van het Paleis op den voorgrond bracht daarna prof. Brugmans na een nauwkeurig on derzoek in de archieven zijn werk verschijnen deed, waarin hij concludeerde, dat het bouwwerk van Jacob van Campen nog altijd isbezit van Amsterdam. Eindelijk heeft de stadsadvocaat, mr. J. Kap- peijne van de Coppello. den juridischeu kant van het eigendomsvraagstnk bestudeerd en kwam ook hij tot de conclusie, dat het sachtste wereldwon der" gemeente-eigendom is gebleven en het op- eischingsrecht, dit in tegenspraak met een rapport van mr. dr. S. van Brakel, hoofdcommies bij de afdeeling Algemeene Zaken"geenszins is vervallen of verjaard o.m. ook, ja, vooral, wijl de aanvang van dien verjaringstermijn niet is aan te gevenmitsdien ook niet het einde van den dertigjarigen termijn, voor de verjaring van goederen in bruikleen door het Burgerlijk Wet boek vereischt. B. en W., na dit alles te hebben aangestipt, melden tevens, dat ook namens de regeering de juridische zijde van het eigendomsvraagstuk had kunnen worden onderzocht, doch bij haar, 'twas het ministerie-Heemskerk daartoe geen neiging bestond. Ook de tegenwoordige regeering heeft geen neiging tot een juridisch onderzoek harerzijds. B. en W. wijzen er nu op, dat de langdurige weg eener gerechtelijke procedure zou kunnen worden ingeslagen. Afgezien nog van het feit, dat zulk een procedure een definitieve oplossing der kwestie voor een aantal jaren verschuiven en daardoor allerminst zou tegemoetkomen aan den drang, in den Raad herhaaldelijk ter bespoediging eener bevredigende eindoplossing geoefend, achten B. en W. het niet raadzaam regeering en hoofd stad in een proces als partijen tegenover elkaar te stellen. Aan den anderen kant acht het dage- lijksch bestuur eveneens noodzakelijk, zulks in het belang van de hoofdstad, te voorkomen, dat de vorstelijke bezoeken aan Amsterdam minder tal rijk zouden worden en het recipieeren van vreemde staatshoofden niet meer in de hoofdstad des rijks zou geschieden. B. en W. meenen den weg tot een definitieve oplossing, die zoowel de regeering als Amsterdam bevredigen zal, te hebben gevonden. Zij vragen den Raad machtiging overleg te plegeD met de regeeriDg op den volgenden grond slag le. dat het Paleis op den Dam weder aan Amsterdam wordt afgestaan, opdat het aan zijn oorspronkelijke bestemming kan worden terugge geven 2e. B. en W. tevens te machtigen met de re geering te beraden, om voor gemeenschappelijke kosten van rijk en hoofdstad, binnen Amsterdam een nieuw waardig Koninklijk Paleis te doen optrekken. Over deze oplossing zal de Raad in geheime zitting, voorloopig hebben te besluiten. Wij vernemen voorts, dat dit voorstel door B. en W. wordt gedaan, nadat in conferenties tus schen minister Gort van der Linden en den bur gemeester als hoofd dezer gemeente, de tegen woordige minister van Binnenlandsche Zaken heeft te kennen gegeven, zich in principe met deze oplossing te kunnen vereenigen en zijnerzijds, gaat de Raad met het voorstel van B. en W. mee, deze afwikkeling der kwestie zal worden bevor derd. Het lijdt geen twijfel of de Raad zal met alge meene stemmen, minus de socialisten, met het voorstel meegaan. Zoodat daardoor de Paleis-Raadhuiskwestie, en belangrijke schrede tot haar definitieve oplossing zal zijn genaderd. Suikeraccyns. De Anti-Suikeraccijnsbond heeft tot den mi nister van financiën een uitvoerig adres gericht waarin wordt verzocht lo. dat de accijns op de suiker aanmerkelijk worden verlaagd, en wel zoo mogelijk reeds dadelijk van f27 tot f 17 per 100 K.G. en met het dadelijk vaststaande voornemen tot verdere verlaging over te gaan, b.v. tot f 10 per 100 K.G. 2o dat geen gevolg worde gegeven aan het in de nota over de staat van 's lands financiën, gevoegd bij de Staatsbegrooting voor 191A geuite voornemen om hetgeen de accijns op he^edistilleerd in 1914 meer zal opbrengen dan f 25,200,000 niet te storten in het sedert 1911 krachtens de wet van 4 December 1909, Stbl. no 375 gevormde fonds van de sup- pletoire opbrengst van den accijns op het binnen- en buiten landscbe gedistilleerd, doch integendeel in de wet worde vastgelegd, dat dit fonds steeds met die suppletoire opbrengst zal worden verhoogd, totdat de accijns op suiker door vermeerdering van consumtie na de verlaging ervan, weer zoo danig zal zijn toegekomen, dat (gerekend over de te verwachten jaren van overgang) het door de schatkist geleden verlies op den suikeraccijns weer zal zijn ingehaald 3o. dat wettelijk bepalingen worden uitgevaardigd tegen het onbeperkte gebruik van sacharine en daarmede overeenkomende zoetmakende stoffen opdat Nederland zich kan aansluiten bij een internationale regeling van dit verbruik, en op- houde het nagenoeg eenige land ter wereld te zijn, waar dergelijke verbodsbepalingen in het belang van de volkswelvaart, en in het belang van de schatkist niet worden gevonden. Oorlogsvoorraad van tarwe en haver. De Nederlandsche Vereeniging van Meelfabri kanten heeft in een adres de aandacht van de Tweede Kamer gevestigd op de h. i. zeer belang rijke wijziging, welke de minister van oorlog voor nemens is te brengen inde aanhangige plannen tot het vormen van een oorlogsvoorraad van tarwe en haver. In de begrooting van 1913 werden de kosten daarvoor geraamd als volgttarwe voor 2 maan den f 650 000, haver voor 1 maand f 220.000, totaal f 870.000, te vermeerderen met de kosten voor het bouwen van de bergruimte voor dien oorlogsvoorraad, waarvan toen nog geen berekening werd overgelegd. Op het ontwerp-begrooting voor 1914 worden de kosten voor den bouw van een graansilo met mee)molen geraamd op f 785.000, waarvan een eerste termijn ad f 146.500 wordt aangevraagd. De raming van de totale kosten beloopt dus nu reeds f 1.655.000. Mocht de Kamer hare goedkeuring aan dezen begrootingsposten hechten, dan zal in het vervolg het departement van oorlog de taak op zich ne- nemen in de behoefte aan gebuild tarwemeel voor bet leger te voorzien, wat tot dusver door middel van maanddelijksche inschrijving geschiedde, waartoe de inlandschsche meelfabrikanten werden uitgenoodigd, en aangezien, zoo zegt adrssante, een rijksmeelfabriek uit den aard der zaak veel duurder produceert dan een particuliere onderne ming, zullen deze hoogere productiekosten jaar lijks op de voeding van ons leger blijven drukken. En daar de oorlogsbehoefte bij de begrooting van 1913 van den eersten mobilisatiedag af ge raamd is op meer dan het tienvoud van de nor male dagelijksche vredesbehoefte, zal deze fabriek, wil zij aan de haar te stellen eischen beantwoor den, over een productievermogen beschikken van meer dan het tienvoudige van hetgeen zij in vre destijd voortbrengt, welke wanverhouding tusschen capaciteit en productie de kosten van voeding van het leger in vredestijd buitendien nog aan merkelijk zal opvoeren. Is het voorgestelde systeem eenmaal in werking, dan zal, zoo zegt adressante verder, de tarwe,jdie aan de beurt van vermalen komt, steeds meer dan 20 maanden in de silo's der rijks-meelfabriek hebben gelegen. Hieruit volgt, dat, met het oog op de vereischte abnormaal langs periode van bewaring slechts de allerzuurste tarwesoorten voor aankoop in in aanmerking komen, welke omstandigheden er eveneens toe bijdraagt, de kos ten van voeding in vredestijd onnoodig duur te maken. jMaar ook dan zelfs heeft men niet de zekerheid, dat in ons vochtig klimaat deze tarwe ongeacht een uitnemende deskundige behandeling door omwerken, drogen, tegen dufheid klander en ander bederf gevrijwaard kan worden. De miltiaire bakkerijen worden intusschen uitsluitend aange wezen op de (consumptie van meel en tarwe, welke na aankoop nog ongeveer twee jaar in silo's heeft gelegen, en de vraag rijst dan ook, of het daaruit verkregen brood altijd frisch en sma kelijk zal zijn. Deze eerste stap van het departement van oor log op den weg van eigen voorziening in de dage lijksche behoeften van het leger acht adressante niet zonder gevaar. Indien het alleen m de bedoeling ligt van den minister om naast ooriogsvoorraden van tarwe en haver steeds de onmiddellijke beschikking over voorraden van tarwebloem (gebuild tarwemeel) te hebben, dan is de vereeniging overtuigd, dat deze veel goedkooper bij de inlandsche meelfa brieken kunnen worden aangekocht en in rijks magazijnen opgeslagen, dan zelf geproduceerd. De vereeniging geeft op grond van een en ander der Kamer in overweging, de gelden door den minister van oorlog aangevraagd voor het bouwen

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1913 | | pagina 1