Staten- Generaal.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Gemengd Nieuws.
12.000.000 ton.
Bij het binnenkomen tan het Engelsche stoom
schip »Aries" is heden (29 November) het getal
van 12.000.000 netto reg. ton inhoud van schepen,
voor Rotterdam bestemd, bereikt en overschreden-
liet juiste cijfer is 12.000.830 ton.
Verleden jaar werd de 12.000.000 ton voor
Rotterdam bereikt en overschreden op 24 De
cember en wel met het Engelsche stoomschip
sBonvilston". Het juiste cijfer was toen 12.000.364
ton. (N. R. Ct.)
Spoorwegambtenaren.
Zondag heeft de Algemeene Vereeniging van
S.S.-ambtenaren een zeer druk bezochte alge
vergadering te Amsterdam gehouden.
De Statuten en het huishoudelijk reglement
werden in derde lezing aangenomen.
Besloten werd een actie te voeren tot verbete
ring van de dienst-, rust- en arbeidstijden.
Gevraagd zal worden het algemeen reglement
voor den dienst der spoorwegen in den volgenden
geest te wijzigen
Geen diensttijd raag meer bedragen dan 14
uren. In elk tijdvak van 14 achtereenvolgende
etmalen mag de gezamenlijke duur niet meer be
dragen dan 132. Voor onbelangrijke stations zal
ontheffing mogen worden verleend tot 144 uren.
Eén uur nachtdienst moet beschouwd worden als
l'j4 uur dagdienst. De uren tusschen 10 uur
's avonds en 6 uur 's morgens zijn als nachtdienst
te beschouwen. In elk tijdvak van 14 achtereen-
gende etmalen mag de gezamenlijke duur der
arbeidstijden niet meer bedragen dan 96 uren.
Tusschen 2 opeenvolgende diensttijden moet een
onafgebroken rusttijd worden gelaten van ten
minste 10 uren. Bovendien zullen gedurende den
diensttijd de noodige rustpoozen voor de maal
tijden moeten worden toegestaan. Rustpoozen
van een half uur en korter worden als arbeidstijd
beschouwd. Per jaar worden genoten 52 rust
dagen, waarvan 26 rustdagen van niet minder
dan 23 uren in het etmaal van den Zondag vallen
De overige rustdagen zullen ten minste 30 uren
bedragen.
De begrooting voor het jaar 1914 werd vastge
steld op een bedrag van f3020.
Besloten werd een loonontwerp aan de directie
der S.S. aan te bieden, waarin belangrijke ver
hooging van de salarissen wordt gevraagd.
De vergadering werd bijgewoond door het be
stuur van den Bond van onderafdeelingchefs en
chef de Bureau der S.S.den Bond van Opzich
ters-machinist der S. S.den Bond van Stations
chefs, en de Broederschap van H. IJ. S. M.-com-
miezen, met welke organisatie de actie voor ver
betering van de dienst-, rust- en arbeidstijden
gezamerlijk zal worden gevoerd.
Vrouwelijke schoolopzieners.
Onder de koninklijke besluiten heeft men de
benoeming gelezen van mejuffrouw F. W. M.
Jansen, te 's Hertogenbosch, tot schoolopziener
in hel arrondissement 's Hertoglenbosch, als op
volgster van dn. L. J. Sicking.
„Het Huisgezin" schrijft over deze benoeming:
Mejuffrouw Jansen, een dochter van den wet
houder den heer A. Jansen, ontving haar op
leiding voor onderwijzeres aafi de gunstig bekende
kweekschool der eerw. Zusters Franciscanessen
te lleythuizen, waar zij zich ook voor <„e akte
in de Fransche taal 1. o. bekwaamde.
Practisch werkzaam bij het onderwijs is me
juffrouw Jansen geweest, ook nog na. het be
halen der hoofdakte in de voortreffelijke onder
wijsinrichting: „Mariënburg", te 's Hertogenbosch,
waar men aan mejuffrouw Jansen's onderwijs de
bests herinneringen heeft behouden.
Mejuffrouw Jansen is de derde vrouwelijke
schoolopziener in ons land: vóór haar werden
benoemd het eerst mevr. Leyds-Bekenkamp, in
hel arrondissement Doetinchem, door minister
Borgesius, daarna mevr. Van RijlsensVan Hasselt
in het arrondissement Den Helder
Over de wensehelijkheid om- vrouwen tot dit
ambt te benoemen, moge geen eenstemmigheid
bestaan, zeker is, dat wie mejuffrouw Jansen,
kennen, de beste verwachtingen koesteren om-
üent de wijze waarop zij: haar ambt zal weton
te vervullen.
Centraal bureau voor ziekenfondsen.
Het onlangs opgericht Centraal Bureau voor Zie
kenfondsen van de Landelijke Federatie ter be
hartiging van het Ziekenfonds-Wezen, hield1 Maan
dag haar eerste zitting in de kantoorlokalen van
de Coöperatieve broodbakkers en verbruiksvereo-
niging „De Volharding" te 's Gravenhage. Men
verneemt, dat het standpunt van het bureau ten
opzichte van de door de Mij. tot Bev. der Ge
neeskunde te stichten ziekenfondsen nog' niet was
vastgesteld. Behoudens enkele uitzonderingen La
ten de aan het fonds verbonden geneesheeren
volkomen vrijheid, voor meerdere fondsen werk
zaam te zijn. Het bekende conflict te Deventer
ontslaan gaat buiten de Landelijke Federatie
om.
Men wljlst eï voorts op, dat de advertenties
dezer dagen voorkomende in de bladen en waarin
fends-geneesheeren worden gevraagd, niet door
liet Centraal Bureau worden geplaatst.
Utrechtsche Hoogeschool.
Lonaerdag 4 Diec., zal het honderd jaar go-
leden zijn, dat de Utrechtsche Hoogeschool
wederom haar ouden naam terugkreeg en in den
Dom de nieuwe Landsscbool plechtig werd inge
wijd zoodat voortaan niet meer de gehate naam
van école secundaire hare betiteling: behoefde
te zijn. Op dien dagj zal de rector van het U. S. C.
aan de Universiteit een gedenksteen aanbieden in
het Groot Auditorium. Na afloop dezer plechtig
heid zullen de professoren zich in ambtsgewaad
te voet naar het stadhuis' begeven, om vervolgens
van daar door een menigte fakkel dragende stu
denten naar het Universiteitsgebouw le worden
teruggeleid. Ten stadhuize zullen de professoren
door het gemeentebestuur officieel worden ont
vangen en toegesproken.
TWEEDE KAMF.R
Zitting van Maandag 1 December.
De algemeene beschouwingen over de
Staatsbegrooting
voor 1914 worden geopend.
De heer De Savornin Lohman gaat na,
wat de oorzaken zijn van de heftigheid der vrij
zinnigen bij verkiezingen. Hij vindt den oorsprong
daarvan in de Fransche revolutie en verdiept zich
dan verder in de geschiedenis van de verhouding
van de overheid tot kerk en school. De leuze
van scheiding van kerk en staat komt z. i. alleen
op een zoogenaamde scheiding neer het Chris
tendom moet meer aan banden gelegd worden.
Spr. schetst dan nog eens de politieke geschie
denis van den laatsten tjjd met betrekking tot het
openbare en het bijzondere onderwijs. Hij wijst
op de pogingen om het hijzonder onderwijs.te
verbeteren en roemt de resultaten. Onder vrij
zinnig bewind zag men z. i. den godsdienst on
dermijnen. Spr. laakt nogmaals de vrijzinnige
schoolpolitiek en bespreekt ook de wenschen van
den Bond van Ned. Ond. en de houding van dezen
bond ten aanzien van de vrijzinnigen.
Spreker betoogde verder, dat de vrijzinnigen bij
de verkiezingen op menig gebied valsche leuzen
hebben gebezigd dat zij de kiezers ten onrechte
hebben bang gemaakt voor Romedat hun ver
kiezingsliefde voor de protestanten stroovuur is
geweest; en dat zij een kameleonistische politiek
hebben gevoerd, vooral op het gebied der de
fensie.
De heer Van Wijnbergen herinnert aan
de totstandkoming van de concentratie en haar
program. Met nadruk wijst spr. er op dat, uit
sluitend van links, het verzoek ia geuit, dat er
niet zal worden nagepraat over de verkiezingen.
Van rechts wil men dat echter wel. Er is alle
reden te vragen ot er gespeeld is met de hoogste
belangen van het land, want een normale strijd
zou nimmer zoo'n ommekeer hebben kunnen
brengen als thans in Juni bet geval was.
De verkiezingsstrijd was allesbehalve open en
ridderlijk, zooals dr. Bos heelt gezegd. Integen
deel spr. noemt de strijd niet oprecht en acht
dien voor het overgroote deel gevoerd met min
derwaardige middelen.
Zijn de politieke kwesties in de verkiezingsstrijd
voorop gezet? Allerminst. Die strijd was anti
religieus. Dat was de diepste grondslag voor spr.'s
overtuiging. Dat is niet openlijk gezegd, maar
was niettemin volkomen waar. Het kon niet anders
of in de strijd moest eenigermate de Loge zich
betrekken.
Dit gelach bewijst dat spr. juist ziet. In hoe
verre het bezoek van den Belgischen Grootmees
ter hiermede verband houdt, weet spr. niet.
De regeering zegt niet te weten wat de in
menging van de Loge is geweest.
Spr. leest uit het Magonmek Tijdschrift voor,
hoe daarin de dag van de oprichting van de con
centratie ook voor de Loge van veel gewicht is
geacht en dat zij feitelijk door de Loge in eerste
instantie is voorbereid.
Ook in Juni van dit jaar is in het Tijdschrift
een opwekking verschenen, om eendrachtig op te
trekken tegen de coalitie »Het gaat om onze
heilige zaak", werd er geschreven.
Het vorige Kabinet moest weg, omdat het een
christelijk Kabinet was. De sociaal-democraten
werkten gaarne daaraan mede. Zjj zijn immers
wel de loge van den vierden stand genaamd.
De concentratie heett moeten voorzien dat zij
den steun der sociaal-democraten noodig zou
hebben, want een getal van 51 zetels behalen,
dat was een onmogelijk optimisme. De steun heeft
bestaan, doch men heeft er niet voor uit willen
komen.
Spr. breekt hier zjjn rede af.
De vergadering wordt verdaagd tot 's avonds
acht uur. Dan is aan de orde Hoofdstuk III.
In de avondzitting ontwikkelde de heer v. d.
Berch van Heemstede bezwaren tegen
het aanvaarden der opdracht door Nederland om
in Albanië de politie te gaan orgaaiseeren.
De heer Knobel drong aan op wat meer
royaliteit in onze buitenlandsche vertegenwoor
diging.
De heer Ankerman vroeg om meerderen
steun voer de opbloeiende vredesbeweging.
De heer Van Nispen tot Sevenaer
(Nijmegen) klaagde over het achteruitgaan in be-
teekenis van het Oranjeboek.
Dr. Van Leeuwen betoogde dat onze diplo
matieke vertegenwoordiging ietwat uit den tijd is
en moet worden gedemocratiseerd.
De heer Kleerekoper besprak de bewe
ging tegen de behandeling van de staatkundige
gevangenen in Rusland en de onthouding door de
Regeering ten deze.
Door den heer Limburg werd een reeks
van wenschen geuit op het gebied van interna
tionaal recht.
Nadat de heer v. Deventer over de bestrij
ding van het opium nog een en ander in het
midden had gebracht, werd de vergadering ver
daagd tot heden-ochtend.
Kroartomht
Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht
ia den morgen van 2 Dec. medegedeeld door
het Kon. Ned. Met. Instituut te De Bildt.
Hoogste barometerstand 771.8 te Clermont.
Laagste barometerstand 730.2 te Bodo.
Verwachting tot den volgenden dag: matige
tijdelijk wellicht krachtige meest zuidwestelijke»
wind, zwaarbewolkt tot betrokken, waarschijnlijk
regenbuien, iets koeler.
Pensioenwetten Gemeente-Ambtenaren.
Naar aanleiding van de door B. en W. inge
diende voorstellen betrekking hebbende op de in
voering der pensioenwetten voor Gemeente-Amb-
tanaren, heeft de Commissie voor de Financiën
en belastingen het volgende aan B. en W. bericht
Waar de tijd van voorbereiding, ons gelaten,
zoo kort was, zal zeker geen doorwerkt advies
van ons verwacht worden.
Dit konden wij te minder geven, omdat, me'
name over het hoofdbeginsel het al dan niet
gebruik maken van art. 68 de meeningen in
onze Commissie nog niet vast stonden.
Deze kwestie verder in het midden latend,
meenen wij het volgende als ons algemeen ge
voelen te moeten uitspreken.
De wet treedt wel in werking op 1 October
1913, maar zooals in het voorstel begeleidend
schrijven reeds is te lezen, kan art. 18 slechts
van toepassing zijn op de op 1 Mei 1913 in dienst
zijnde ambtenaren.
Daarom zouden wij in de nos. 12, 14 en
17 willen lezen »op" of »na" »1 Mei" in plaats
van »op" of »na" 1 October" en bevelen wij aan
no. 10 te doen luiden
Ten aanzien van het eigen pensioen van de
ambtenaren, die op 1 Mei 1913 in dienst der Ge
meente waren, wordt de regeling bevestigd,
welke toen met betrekking tot de pensioensbijdrage
gold en wordt derhalve bepaaldenz.
Met betrekking tot punt 13, handelend over
het verhaal op ambtenaren indienst van het Rijk
of van andere Gemeenten overgegaan, meenen wij
met B. en W. dat, zoo diensten voor 1893 inge
kocht moesten worden, daarop een verhaal van
3 zou behooren te geschieden.
Daartegenover komt het ons voor dat op de
diensten na 1893 een van 1£ is te heffen.
Wij gaan daarbij uit van de steiling, dat pensioen
een uitgestelde bezoldiging is, en dat aan de be
zoldigingen beneden f1000.hetzelfde recht is
verbonden als aan die waarvoor 1£ °/0 werd ge
stort. Waar nu eenmaal 1£ gestort is (of bij
lage bezoldiging een daarmede gelijkstaand recht
is toegëkend) meenen wij dat daarop niet moet
worden teruggekomen. Maar aan den anderen
kant zien wij niet in, dat aan de ambtenaren, die
iederen band met de Gemeente verbroken hebben
een voordeel zou moeten worden geschonken.
Wij zouden daarom punt 13 willen doen luiden
Voor de bijdragen voor eigen pensioen, ten
behoeve van vroeger in dienst der Gemeente ge
weest zijnde ambtenaren, zal verhaald worden:
3% van het totaal der van de Gemeente ontvan
gen bezoldiging over den tijd voor 18 April 1893
en li van het totaal der bezoldiging na dien
genoten, plus het bedrag, dat de ambtenaar over
dien tijd reeds voor pensioen heeft betaald.
Ten aanzien, van punt 15 meenen wij dat bij
het ontwerp te veel een heffing naar draagkracht
voor den geest heeft gestaan. Wel billijken wij
dat Burgemeester en Wethouders aan alle amb
tenaren een tegemoetkoming geven, die grooter
wordt, naarmate de pensioengrondslag kleiner is.
Maar zou het iu art. 15 neergelegde stelsel moe
ten worden toegepast, dan zou men ook moeten
nagaan wat in nevenbetrekkingen verdient wordt,
buiten de Gemeenten om en ook wat ieders par
ticulier vermogen is. Misschien zouden daar
door eok bezoldigingen beneden f 500. daarbo
ven komen. Er zullen toch wel lager bezoldigden
zijn, die een eigen huis of andere bezittingen
hebben.
Het komt ons echter voor dat dit stelsel hier
niet van toepassing is, en dat men niet uit het
oog moet verliezen, dat het hier geen belasting
kwestie maar een pensioenregeling betreftdat
dus niet allereerst le vragen is: Wat kan men
bijdragen, maar wat geniet men
Wij stellen ons voor, dat iemand uit zijn be
drijf een inkomen geniet van f3000.— en een
bijbetrekking van f500.- heeft, dan hebben
wij in deze alleen rekening te houden met de
f500.— die voorde berekening van zijn pensioen
in aanmerking komen.
De consequentie van deze redeneering is dat,
wanneer krachtens de overgangsbepalingen een
ambtenaar die 2 ot 3 betrekkingen bekleedend,
voor Weduwen-Pensioen slechts éen bezoldiging
in aanmerking doet komen, men alleen rekening
te houden heeft met het bedrag waarover het
Weduwen-pensioen berekend moet worden.
Punt 15 zal dan ook o. i. eenvoudig moeten
luiden
Geen verhaal van bijdragen, bedoeld onder 14
heeft plaats voorzoover de gezamenlijke pensioen-
grondgrondslagen van een ambtenaar voor eigen,
respectievelijk Weduwen- en Weezen-Pensioen,
f500.of minder bedragen terwijl bij de be
rekening dier bijdragen f500.— van ieder der
gezamenlijke grondslagen wordt afgetrokken.
De leden 2 en 3 behooren o.i. te vervallen.
Bij nr. 16 meenen wij, moet slid" door «num
mer" vervangen worden.
Ten slotte meenen wij nog de vraag te moe
ten stellen welk verhaal zal geschieden op amb
tenaren tusschen 1 Mei en 1 October in dienst
der Gemeente gekomen.
Onderwijs.
B. en W. hebben aan den Raad het volgende
schrijven gezonden
De laatste herziening van de onderwijzers trak
tementen gold alleen de onderwijzers van bij
stand.
Toen in de vacature van hoofd van school D
was te voorzien, gevoelden wij echter de wen
sehelijkheid om een beter traktement te kunnen
uitloven dan thans bij de verordening is geregeld.
Wij namen ons daarom voor om voor te stellen
de belooning van f1400 op f1650 f1500
f 1800 te brengen. Wij deden daarvan mede-
deeling in de oproeping van solicitanten voor
bovengenoemde betrekking en gaven daarvan den
Rato in comité-generaal kennis.
Thans, nu die benoeming in de eerstvolgende
vergadering van Uwen Raad aan de orde zal
worden gesteld, is het tijd om aan ons voornemen
gevolg te geven. Wij stellen U dan voor het
aanvangstraktement te brengen van f-1400 op
f1500 en in plaats van de twee verhoogingen
van ieder f125 resp. na 15 en 20 jaren dienst
als hoofd of onderwijzer hier of elders doorge
bracht, te stellen twee verhoogingen van ieder
tl50 resp. na 3 en 6 jaren dienst als hoofd hier
of elders doorgebracht.
Ten aanzien van de daarin gelegen verandering
van stelsel in de regeling der periodieke ver
hoogingen, merken wij op dat, hoewel het stelse'
om voor de periodieke verhoogingen van het hoofd
ook de dienstjaren als onderwijzers in aanmerking
te nemen, door de verordening onverplicht
werd overgenomen uit de wettelijke regeliug der
minimum-traktementen, zij toch weinig rationeel
is.
Rationeel is, gelijk in het algemeen bij de
traktementsregeling in onze Gemeente is aange
nomen, dat slechts in aanmerking genomen worden
de dienstjaren, die de ambtenaar in zijn tegen
woordige betrekking heeft doorgebracht.
Nu kan het voorkomen en kemt het voor
dat een nieuw hootd, die als zoodanig nog in
het geheel geen ervaring heeft dadelijk een ver
hooging krijgt, ja zelts op zijn maximum komt.
En dat is toch niet de bedoeling der verhooging.
Ook achten wij een versnelling van de verhooging
gewenscht en zouden daarvoor een periode van
drie jaren willen zien aangenomen, welke
ook bij andere betrekkingen niet ongebruikelijk
is.
Wordt een en ander door Uwen Raad aange
nomen, dan moet een overgangsbepaling worden
gemankt.
Immers, omdat bij de tegenwoordige regeling
ook dienstjaren als onderwyzer mederekeneni
kan een tegenwoordig hoofd, die veel dienstjaren
als onderwijzer en weinig als hoofd heeft, in
ongunstige.! positie komen. Daarom wordt door
ons voorgesteld voor hen die in dit geval verkeeren
de oude regeling te handhaven, zoolang zij guns
tiger is. Natuurlijk moeten dan de beide regelingen
in hun geheel tegenover elkaar worden gesteld
en kan men bijv. niet het hooger aanvangstrak
tement van de nieuwe en de eventueel voorloopig
gunstiger regeling der periodieke verhoogingen
van de oude regeling nemen. Wij meenen, dat
deze overgangsbepaling ook moet gelden voor
het te benoemen hoofd. Bij de oproeping toch
werd de tegenwoordige regeling vermeld, enkel
met de bijvoeging, dat het voornemen bestond
voor te stellen het traktement te brengen op f1500
—f1800.
Do solicitanten konden er nu toch op goeden
grond op rekenen, dat de regeling voor hen in
elk geval niet nadeeliger zou zijn dan de bestaande.
Een en ander hebben wij belichaamd in bij
gaand ontwerp-besluit.
Waar het hier eer. wijziging van de verorde
ning op de onderwijzerstraktementen geldt, ma
ken wij van deze gelegenheid gebruik tegelijk te
behandelen het adres van de onderwijzers bij
het M. U. L. O. alhier om de verhooging voor
de akten Fransch, Duitsch, Engelsch en Wiskun
de van f 75.— te brengen op f100.—
Daaromtrent zijn wij van oordeel, dat het niet
gewenscht is, nadat pas eind verleden jaar de
verordening is herzien, en toen wel degelijk met
alle punten is rekening gehouden, thans weder
een wijziging te ondernemen.
Voor de hoofden bestond hiertoe in de ont
stane vacature een bepaalde aanleiding. Boven
dien, de traktementen der hoofdonderwijzers
werden in 1908 slechts weinig, die der onder
wijzers in 1906, 1908 en verleden jaar belangrijk
verbeterd.
Wij moeten U derhalve voorstellen op dit ver
zoek niet in te gaan.
Volksbadhuis.
In de week van 23—29 Nov. '13 werden
genomen 448 baden.
le klas kuipbaden 18, regenbaden 25 2e klas
kuipbaden 64, regenbaden 329, 5 ets. kinder
baden 12.
Gedurende de maand Nov. 1913 weiden ge
nomen 2069 baden.
le klas kuipbaden 97, regenbaden 1182e klas
kuipbaden 291, regenbaden 1500, 5 ets. kinder
baden 63.
Hoogwater te Schisdam: Woensdag 3
Dec. 7.28 v.m., 7.42 n.m.
Ongelukken. Zondag is te 's-Gravenhage
de heer De La Cour, 38-jarig beambte der gas
fabriek, bij het springen van de Westlandsche
Stoomtram er onder geraakt. Beide beenen
werden afgereden. Nadat hij ter plaatse verbonden
was, werd hij naar het gemeentelijk ziekenhui3
overgebracht, waar hij is overleden.