Dagblad mor Schiedam Omstreken.
I buzz 110
Onschuldig veroordeeld.
De Oorlog.
f|
Gratis Ongevallenverzekering fl
pnnpir
37ste Jaargafl^
Dinsdag 4 Augustus 1914
No. 10993
oTereeniomstig op ie polis yermelde Toonaarden. f J |JUU
Qffideele berichten.
Proclamatie.
Buitenlandsch Nieuws.
FEUILLETON.
Bureau: Boterstraat 50. Telef. 85. Postbus 39.
Abonnementen per 3 maanden ƒ.1.50, per week 12 cent, per maand
50 ct., franco p. post ƒ2.p. kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent.
Ad ver ten tien: Familieberichten 20 ct. per regel; Handelsadvertentiën
1— b regels 92 ct.elke regel daarboven 15 ct. 3 maal plaatsen wordt 2 maal
berekendIngezonden mededeelingen 35 ct. p. regel. Speciale conditiën voor
herhaaldelijk ad verteeren.
by verlies
levenslange f Q fl fl verlies van
geheele g I g 11 een hand,
invaliditeitI L U U voet of oogI y |J I 1 U U een duim«j
d001, de Holian(lsche Algemeene Verzekeringsbank, gevestigd te Schiedam.
van
bij
verlies van
eiken ande
ren vinger.
OPENBARE
BEKESDMAKLNG.
Gedeputeerde Staten vaü Zuid-Holland,
maken bekend dat zij in hunne vergadering
van 3 Augustus 1914 hebben besloten ten be
hoeve van het vervoer van tuin- en landbouw
producten en levensmiddelen, hetwelk door gebrek
aan paarden en arbeidskracht zeer beperkt is
geworden
le. om hangende den toestand van oorlogsge
vaar aan een ieder die zich ten voorschreven
doeleinde schriftelijk of mondeling tot hun College
wendt voor zoolang de toestand van oorlogsgevaar
duurt vergunning te verleenen voor vervoer van
bedoelde goederen en producten met motoi booten
met betrekking tot de boezemwateren bedoeld in
Artikel 4 en 6 lid 1, j° Artikel 12 van de Pro
vinciale. Verordeningen op de stoomvaart in boe
zemwater, zijnde de Rijn van Woerden tot de
Utrechtsche grens de gracht tot de Utrechtsche
grens, de vaart van Delft naar Vlaardingen en
haar zijtak naar Maassluis de Baanwegsche en
Uitwegsche wateren en verder met Gouwe ge-
meenliggende wjjken
2e. om de Besturen der boezembeheerende
waterschappen driDgend in overweging te geven
om met den meesten spoed desgelijks te handelen
en door de vereischte vergunning en ontheffing
te verleenen ten aanzien van de boezemwateren
onder hun beheer; Artikel 6 lid 2 van bovenge
noemde Provinciale Verordening.
's-Gravenhage, 3 Aug. 1914.
De Gedeputeerde voornoemd
SWEERTS, Voorzitter.
VAN EISENNE, lc Griffiei
VI ILIT I E.
De Burgemeester van Schiedam
maakt het volgende bekend
Een wet is aangenomen om in de bestaande
omstandigheden vasthouding of prijsopdrijving
van levensmiddelen, huishoudelijke artikelen of
brandstoffen te voorkomen.
Bij die Wet wordt de mogelijkheid geopend om
daar, waar voorraden worden achtergehouden of
te hooge prijzen worden gevraagd, onmiddellijk
en zonder eenige formaliteit de waren in beslag
te nemen.
Ten Raadhuize is voor een ieder gelegenheid
om mondeling ot schriftelijk de namen op te
geven van handelaren en winkeliers, die in strijd
met de bedoeling der wet handelen.
Indien aan den Burgemeester de juistheid der
gedane mededeelingen blijkt, zal bij den betrok
ken winkelier of handelaar de verkoop onder
politietoezicht kunnen worden gesteld of wel
zullen andere maatregelen worden genomen,
waartoe de wet de bevoegdheid geeft.
Moeilijkheden kan men zich besparen door
tegen de winkelruiten lijsten te plakken van de
prijzen, voor de voornaam te artikelen te berekenen.
De Burgemeester vertrouwt dat alle goedge
zinde neringdoenden er toe zullen medewerken
om in deze moeilijke tijden de bevolking te vrij
waren tegen onredelijke prijzen.
Schiedam, den 4den Augustus 1914.
De Burgemeester voornoemd
i M. L. HONNERLAGE GRETE.
Spoedige in dienststel ling en oefening,
lo. van alsnog bij de militie te land in
te lijven lotelingen lichting 1914;
2o.^ van ingeschrevenen voor de lichting
1915, met afschaffing loting.
De Burgemeester van Schiedam
brengt bij deze ter kennis van belanghebbenden,
dat bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal
wetsontwerpen zijn ingediend, die ten doel hebben
het eene om de mogelijkheid te scheppen, de
alsnog bij de militie te land in te lijven lotelingen
van de lichting 1914 spoedig in dienst te stellen
en te oefenen
het andere om, met afsebaffiog van de loting
voor de lichting 1915, de ingeschrevenen voor die
lichting, die in de termen zouden vallen om aan
de loting deel te nemen, te bestemmen ter in-
lijving bij de militie en ook te hunnen aanzien
de gelegenheid te openen tot spoedige inlijving.
Wat de lichting 1914 betreft is op te merken,
dat de vervroegde inlijving waarschijnlijk niet zal
worden toegepast ten aanzien van hen die voor
een bereden korps bestemd zijn, tenzij zij nog
nader aan een onbereden korps mochten worden
toegewezen.'
Wat de lichting 1915 aangaat, verdient het de
aandacht, dat naar de omschrijving van het be
trekkelijke ontwerp-artikel de dienstplicht zal
worden opgelegd op alle ingeschrevenen, met
uitzondering van hen
lo. die voer den dienst bij de militie onge
schikt zijn bevonden
2o. die bij onherroepelijk geworden uitspraak
voorgoed of tijdelijk van den dienst zijn vrijge
steld
3o. die bij onherroepelijk geworden uitspraak
hetzij voorgoed, hetzij voorloopig van den dienst
zijn uitgesloten.
Schiedam, 4 Aug. 1914.
De Burgemeester voornoemd.
M. L. HONNERLAGE GRETE.
TOL
Rijweg van Schiedam naar Overschie van
1 September 1914 tot 1 September 1917.
Gegadigden naar de pacht van boveDgenoemden
tol worden uitgenoodigd hunne gezpgelde inschrij-
vingsbiljetten in te leveren voor 20 Augustus a.s.
bij den Burgemeester van Schiedam.
De voorwaarden van verpachting liggen op de
Gemeente Secretarie ter lezing.
GROOTE BOEIENDE ROMAN.
Naar het Fransch,
Zoo schaarsch als de berichten zijn, die komen
van het oorlogsveld Servië, zoo rijkelijk stroomen
de berichten van de oorlogvoerende mogendheid
Duitschland.
De berichten zijn zeer uiteenloopend van aard
maar toch staat thans vast, dat zoowel aan den
kant van Rusland, als aan den kant van Frank
rijk reeds klappen gevallen zijn.
Duitschland treedt zeer voortvarend op, nadat
het eerst alle pogingen in het werk gesteld heeft
70)
De nacht verliep rustig. De stad kon niet ver
woeden dat een strijd zooals de geschiedenis er
nooit meer zal te boeken hebben, onder hare
muren geleverd zou worden.
In den loop van den volgenden dag, 't is te
zeggen den 31 Augustus, - werden de troepen
gezièn op de omliggende vlakten.
Het reisgoed van den keizer belemmerde de
straten.
Er waren daar een vijftigtal keizerlijke rijtuigen,
welke beddegoed, tafelgerief, meubelen en duizend
andere voorwerpen bevatten welke door lieden
Wet den livrei van Napojeon werden in bewaring
gehouden.
Avonds vernam Madelor dat het 5e korps post
had gevat aan den kant van het bosch der Ga-
renne.
Hij poogde Sedan te verlaten, het kamp te
bereikeD, maar de belemmering was zoodanig
groot, dat hjj er van moest afzien. De vermoeide
troepen kampeerden rond Sedan, op de hoogten
en in de bosschen.
Men verwachtte tegen den volgenden dag, al
heel vroeg, den aanval van hat Duitsche leger.
Madelor ging naar zijn dochter.
Zij was lijdend en sliep niet.
Hij trachtte met haar een gesprek aan te
knoopen, doch oLtving geen antwoord.
De beeltenis van jeroom zweefde aanhoudend
voor haren geest.
Zij had geene krachten genoeg om te weenen,
zelfs niet toen haar vader vertrokken was.
Maar wanhoop verplette haar.
Het onbegrensd vertrouwen dat zij gehad had
verliet haar thans.
Die ellende van den oorlog vervulde haar met
afgrijzen. Zij was gebroken en sidderde over haar
geheele lichaam.
Daar een zeker getal gekwetsten van Peaumont
naar Sedan werden afgezonden, ging Madelor
s avonds uit om zich naar het gasthuis en naar
de ambulancen te begeven.
Maar er was een toeval der Voorzienigheid
noodig opdat hij te mtdden van die troepenbe
weging eene enkele inlichting over Jeroom zou
kunnen bekomen.
Waarschijnlijk zou hij nooit de gelegenheid
vinden, die zich te Beaumont bij hem had aan
geboden en welke hij niet te baat nemen kon.
En niettemin giDg hij voort, hij nam inlich
tingen, vreezende voor de wanhoop waarin zijne
dochter vallen zou als men haar zou zeggen dat
om liet geschil tusschen Oostenrijk en Servië te
locaiiseeren
De „Westminster Gazette" ontving Zateruag
van zijn correspondent te Berlijn het volgende
telegram
In de hoop nog den wereldoorlog te kunnen
voorkomen en zoo niet, dan toch om Buitich
land's positie te rechtvaardigen legenover Enge
land, welks vriendschap het nog steeds wenscht,
her. ik door het departement, van Buitenlandsche
Zaken te Berlijn gemachtigd, aan de „Westminster
Gazettede volgende verklaring te zenden, met
oe bewijsstukken, strekkende om aan te toonen
wat de Keizerlijke regeering deed en opofferde
voor den vrede.
Le Duitsche regeering heeft van den beginne
at alles gedaan wat zij kon, om den oorlog
tusschen Oostenrijk en Servië te locaiiseeren. Zij
beschouwde de geheele zaak als alleen Servië
en Oostenrijk aangaande, wijl de integriteit en
veiligheid van Oostenrijk ernstig werden bedreigd
door de Pan-Servische propaganda, dit reeds ja
I ren lang een gevaar was voor den vrede in
Europa,
Toen de Russische regeering bekend maakte,
'at. zij zich in haar belangen bedreigd v.oelde
door Oostenrijk's optreden tegen Servië, deed de
Duitsche rogeering alles wat mogelijk was lonr
een .overeenstemming tot stand (e brengen.
Niettegenstaande de omvangrijke militaire maat
regelen, die Rusland reeds tegen Oostenrijk had
genomen, zette de Duitsche regeer ing haar Le-
middeding in Weenon voort, en ging zij met haar
dringende voorstellen tot de uiterste grens, die
tegen een souvereinen staat en bondgenoot mo
gelijk was.
Ik wijs op de oflicieele bewijsstukken, voor
crie houding van de Duitsche regeering.
Op 29 Juli meldde de Duitsche gezant le St.
Petersburg1, dat het kabinet te Weenen een ont
kennend antwoord had gegeven op den wensch
'er Russische regeering om directe onderhandelin
gen aan te knoopen.
De Duitsche regeering zond toen de volgende
instructie aan den gezant te Weenen
„De mededeelmg' van graaf Pourtaiès komt niet
overeen met de mededeeling die IJ. M. heeft
gegeven over de houding van ue Oosten rijkso'n-
1 ton gaarsche regeerinjg'.
„Klaarblijkelijk is hier een misverstand dat ik
u wel verzoek te willen ophelderen.
Wij kunnen niet. verwachten a at Oostenrijk
Hongarije zat gaan onderhandelen met Servië,
met wie het op voet van oorlog is.
„Maar de weigering om van gedachten te wis
selen met St. Petersburg zou een ernstige mis
stap zijn,
„Wij zijn volkomen bereid onzen plicht te doen.
„Maar als bondgenoot moeten wij echter wei
geren te worden betrokken in een wereldstrijd,
wijl Oostenrijk-Hongarije onzen raad niet op
volgt
„Uwe Exc. zal dit aan Graaf Berchtold met
alle kracht en met den meesfen ernst mededee-
len.
Get. VON BETHM ANN-HOLE WEG.
De Oostenrijksche minister van buitenlandsche
eken zette daarop den Duitse hen gezant uiteen,
Aai dit inderdaad een misverstand was, en dat
do. Oostenrijksehe gezant te Petersburg reeds in
structies had ontvangen om met Sassonof onder
handelingen aan te knoopen.
Deze (onderhandelingen en de bemiddelende-
daad van de Duitsche regeering werden plotseling
tót een eind gebracht door de mobilisatie van de
geheele Russische zee- en landmacht.
Wat de aetie betreft ten opzichte van Frank
rijk
De schending van de neutraliteit van België
wordt door den Belgischen minister van oor
log ten stelligste ontkend.
Wel staat vast, dat de Fransche troepen zich
den In Augustus hebben schuldig gemaakt aan
een schending van Duitsch grondgebied. Bij den
Schluchtpass zijn op dien dag Fiansche troepen
ever den Duitschen 'grens getrokken en hebben
de Duitsche posten beschoten en de dorpen Got-
testhal, Netzeral, Makirsch en Schluchtpass bezet.
Ook hebben de Franschen de neutraliteit geschon
den, door Fransche aviateurs over België en Hol
land naar Duitschland te laten vliegen.
De Fransche bladen bevatte alles behalve vlei
ende artikelen over den ouden vijand.
De „Echo de Paris" schrijft:
Engeland, met welk land wij in volkomen over
eenstemming handelen, weet, dat Duitschland, nu
het zich gereed maakt Frankrijk aan te vallen,
geen aannemelijke aanleiding of verontschuldiging
daartoe heeft. Het is Duitschlands wensch Frank-
rijk te ruïneeren en tot slavernij te brengen en
de absolute macht in Europa te verier ij gen. Geen
Engelsche regeerinig zou dulden, dat eenige natie
op het vasteland van Europa zoo machtig zou
worden. Men begrijpt te Parijs, dat Asquith Vrij
dag in het Lagerhuis geen beslissende mede
deeling kon doen. Op het oogenotk dat de En
gelsche gezanten een laatste, uiterste p' ging de
den, wilde Asquith alle hoop op het behoud van
den vrede nog' niet opgeven vóór onze tegenstan
ders dien verstoord hadden. Maar wel verre van
een reden tot twijfel te zijn, is dit een reden
te meer, dat Frankrijk en Rusland morgen Enge
land aan hun zijden zien.
Italië heeft officieel verklaard, dat het neu
traal zal blijven, maar belangrijker is de Vraag,
wat zal Engeland deen?
Lte Engelsche bladen bevatten het bericht dat
Engeland gewapenderhand in het F'ansch-Uuit-
schc conflict zal ingrijpen. De laatste telegrammen
van gisteren meldden reeds, dat in Engeland een
moratorium was afgekondigd en dat de reser
visten van de vloot onder de wapenen waren,
geroepen.
Over de gisteren gehouden zitting in het Lager
huis meldt Reuter:
Minister Lloyd George diende een wetsontwerp
in tot opschorting: der lie taling van wissels en
alle hoop van den jongeling terug te vinden voor
eeuwig zou vervlogen zyn.
Het was omstreeks middernacht, toen hij terug
kwam in het hotel.
ld de verte hoorde men het vreeselijk gerommel
van wagens, kanonnen ruiterij en voetvolk.
Sapeurs gingen over de plaats met eene af-
deeling soldaten van de genie.
Zij waren een uur te voren gezonden met de
zending den brug te Bazeilles te doen springen.
Toen zij bij den brug kwamen vonden zij dien
bezet door Beiersche soldaten die hen door ge
weervuur terugdreven tot in Bazeilles, welke ge
meente bewaakt werd door infanterie.
Madelor wilde zich niet te bed begeven.
Hij bleef nadenkend, bij de bedsponde van
Maria, die ontsteld en zenuwachtig, evenmiü
slapen kon.
Ten vier uren 's morgens toen het gebulder
van het kanon zich deed hooren stond zij zeer
bleek op, met bevende lippen.
Mijn kind, zeide Madelor,
Ho 1 ik ben niet. bang, antwoorde zij terwijl
zij poogde te glimlachen.
Hare tanden klapperden.
Naarmate het kanonvuur vermeerderde en zich
om zoo te zeggen rond Sedan uitbreidde, hernam
zij een weinig kalmte. Zy gewende zich aan dit
verschrikkelijk en eentonig lawaai.
Tegen zeven uren, trof een gemompel van
stemmen in de straat de aandacht van Madelor.
Hij plaatste zich aan het venster.
Maria, die hare voeten warmde want zij
had kou niettegenstsanden de brandende zon van
dien dag Maria vroeg hem
Wat is er te doen
Vooreerst antwoordde hij niets, dan, zeer ont
steld, zeide hij
't Is Mac-Mahon die gekwetst isl
Zij stond op, sleepte zich voort tot aan het
venster.
Mac-Mahon, uit het gehucht Mesnil komend
keerde terug in Sedan, op de plaats, gekwetst
aan den rechterbil door eene bom.
Hij zat op eenen muilezel, de twee beenen
rustend op eene kussenmand.
Boven den bil, had men zakdoeken rond zijne
roode broek geknoopt.
Van een anderen kant, ondersteunde een heel
meester den maarschalk, die zijn rechterarm rond
zynen hals had geslagen.
Rond elf uren, liet Maria, gelegen in eenen
zetel welken men tot aan het venster had ge
trokken, een luiden schreeuw
Vader
Madolor snelde toe.
Wat is er
Zij toonde hem eene groep soldaten van het
voetvolk die op de plaats stilhielden en elkander
'schenen te raadplegen.
^epis droegen het nummer van het
5»e linieiegiment.
Wordt vervolgd).
O
1