Dagblad mor Schiedam en Omstreken.
Af no -
oöJ10
De Oorlog.
Onschuldig veroordeeld.
Gratis Ongevallen verzekering
37ste Jaargang;.
Donderdag 3 September 1914
No. 11018
ppn bö Ter,ies r
jacht!
F E U I L L E T O N?
OTereeniomstig op ie polis Termelie yoorwaarden.
Offideeta berichten.
V isscherij -Inspectie.
Buitenlandsch Nieuws.
BureauBoterstraat 50. Telef. 85. Postbus 39.
Abonnementen per 3 maanden ƒ1.50, per week 12 cent, per maand
50 ct., franco p. post ƒ2.p. kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent.
Advertentiën: Familieberichten 20 ct. per regel; Handelsadvertentiën
regels 92 ct.elke regel daarboven 15 ct. 3 maal plaatsen wordt 2 maal
berekend. Ingezonden mededeelirtgen 35 ct. p. regel. Speciale conditiën voor
herhaaldelijk adverteeren.
De verzekering wordt
gewaarborgd door
de
btf
verlies van
een hand,
voet of oog
Hollandscke Algemeene
S U U een duim
Verzekeringsbank, gevestigd te Schiedam.
bij
verlies van
eiken ande
ren vinger.
BEKENDMAKING.
De Hoofdinspecteur der Visscherijen brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat ingevolge
Koninklijk besluit van 27 Augustus 1914 (Staats
blad no. 425),
met ingang van 31 Augustus 1914 zal eindigen
het verbod om te visschen met het spiering-
drijlnet in de Zuidhollaudsche stroomen en in
de Zuidhollandsche benedenrivieren.
's-Gravenhage, 29 Augustus 1914,
De Hoofdinspecteur der Visscherijen
voornoemd,
J. M. BOTTEMANNE.
De Commissaris der Koningin in de Provincie
Zuid-Holland,
Gezien het besluit van Gedeputeerde Staten
dier provincie dd. 31 Augustus 11, no. 3
Gelet op art. 11 der Wet van 13 Juni 1857
Staatsblad no. 87);
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat bij
voormeld besluit, met wijziging van dat dd. 24
Augustns II., no. 8, door Gedeputeerde Staten be
paald is:
le. dat voor het in Zuid Holland gelegen deel
der Nieuwe Hollandsche Waterlinie ten westen
van het Merwedekanaal, met uitzondering van
de gemeenten Gorinehem en lianen, de jacht
op waterwild geopend blijlt en de jacht op klein
wild opnieuw opengesteld wordt op HEDEN, met
uitzondering van de jacht op fazanten en hazeü,
die geopend wordt op Donderdag 1 October as.,
met zonsopgang
2e. dat genoemde jachtbedrijven dus tot nadere
aankondiging gesloten zullen zijn in de gemeente
Arkel (gedeeltelijk), Asperen, Éverdingen, Gorin
ehem, Hagestein, Hei- en Boeicop, Heukelum,
Kedichem, Leerbroek, Leerdam, Meerkerk (ge
deeltelijk), Nieuwland, Schoonrewoerd en Vianen
3e. dat in de geheele provincie het vangen
van waterwild met slagnetten en het vangen
van eendvogels in eene eendenkooi of daarmede
gelijkstaand toestel geoorloofd blijven.
Deze kennisgeving zal, in plano gedrukt, worden
afgekondigd en aangeplakt waar zulks te doen
gebruikelijk is, alsmede in het Provinciaal Blad
en in de Nederlandsclie Staatscourant worden
geplaatst.
's-G raven h age, 1 Sept. 1914.
De Commissaris der Koningin voornoemd,
SWEERTS.
Er is de laatste dagen niet veel verandering
gekomen in de opstelling der troepen in Noord-
Frankrijk, tenminste wij hebben er niets van gé
hoord Heel eventjes wordt gerept van oen •over
winning van de Fransche tncepen opliet leger
van den kroonprins. Bevestigd werd het bericht
niet en als liet waar was z,ou men wel wat
har,Ier hebben geroepen.
Van een verderen opmarsch der Duiuciie troe
pen is echter pok niets bekend.
Officieel wordt medegedeeld, dat .,e Fransche
vesting' Civet aan de Maas op 31 Augustus .ge
vallen is.
Een bijzondere correspondent van uo „Daily
Chronicle", die Maandag; uit een stad beefi ge
seind, waarvan de naam door den censor is
geschrapt, meldt, dat de Engelsche troepen in
het dal van de bpven-Oise in een verbiLsij ge.
verbt gewikkeld waren. De Duitschets zonden
grocte massa's troepen naar dezen hoek van het
slagveld, in de hpop, een van de gr op te wegen
r.aai Parijs in handen te krijgen. De slag duurde
Zo.icag en Maandag vporf. De vijand leed reus
achtige verliezen, doch won eindelijk, dopr zijn
c-vernlacht eenig terrein.
P a r ijs.
0:k gisteren hebben Zeppelins bommen ge
worpen. in Parijs.
Do ambassadeur der Vereenigde Staten heeft
aan zijn regeering gerapporteerd over hel wer
pen van hommen op Parijs, wat hij niet alleen
een tnmenschelijke daad vindt, doch opk ten
schending van de Haagsche conventie acht te
zijn. i
Dc stemming in Parijs schijnt nog al kalm
té ijn en men vreest niet voor een beleg: van
Je stad meldt men uit Parijs, maar de Parijsche
correspondent van dc „Züricher Ztg.", die den
Fianschen steeds vriendschappelijk gezind is ge-
we st, schrijft, er anders over en stelt vast, dat
mui te Parijs steeds meer ontmoedigd begint te
vodden. De uitslag van den strijd in België heeft
aan do grpote verwachtingen den bocem inge
slagen. De zenuwen der Parijzenaars zijn de laat
ste weken zeer gespannen en' men begint te twij
felen aan het legerbeleid. Tot nog toe heeft pok
nog geen enkel Fransch journalist de krijgsver
richtingen mogen volgen. De pers, die voor kor
ten rija de volle waarheid van het ministerie
verlengde, ziet nu zelf de noodzakelijkheid van
gr', oie terughoudendheid in.
De Milanee-sche „Secoio" meldt, dat de Bank
van Frankrijk haar geldswaardig bezit naar Bor
deaux heeft overgebracht.
De Duitsche generale staf deelt mede
Het centrum van het Fransche leger, ongeveer
10 legerkorpsen sterk, werd gisteren tusschen
Reims en Verdun door onze troepen teruggewor
pen. De vervolging wordt heden voortgezet. De
Fransche uitvallen uit Verdun werden afgeslagen.
De Keizer bevond zich tijdens den strijd bij het
leger van den Kroonprins en bracht den nacht te
midden zijner troepen door.
(w.g.) De sous-chef van den grooten
generalen staf:
VON STEIN.
DE FRANSCHE REGEERING NAAR
BORDEAUX.
Men seint ons
Te Parjjs is een proclamatie aangeplakt^
GROOTE BOEIENDE ROMAN.
Naar het Fransch.
95)
Dit gevaar waaraan zij kwamen te ontsnappen
had hun in den beginne moed gegeven, zij hadden
goed doorgestapt; dan was de zwakheid gevolgd
met het besef hunner verlatenheid.
Hoe zouden zij het aanleggen om de grens te
bereiken, die grens waar al hun leed eindigen
zou?
Zouden zij de krachtdadigheid en de noodige
sterkte hebben om tot daar te komen 't
Zij waren Oberstein reeds voorbij.
Een geweldige wind blies sneeuw in hun aan
gezicht en maakte hen blind.
Zij waren gedwongen stil te houden.
Zij lieten zich neerzinken op eenen boomstam
en aanschouwden elkander bedroefd.
- Ik heb grooten honger, zeide Jozef Muller.
Instinctmatig vielen zijne oogen op alles wat
hem omringde, alsof hoopte er hulp te vinden.
Ik, zeide Jeroom, ik heb honger en ik heb
slaap ik moet een weinig rustten. Dit zal mij
goed doen.
Trachten wij te slapen' zeide Jozef.
Vruchteloos zochten zij naar eene hut deze
plaats van het bosch was volkorhen eenzaam.
Zij raapten eenige takken op, staken er het
vuur aan en warmden zich, dan maakte een on
overwinnelijke slaap zich van hen meester.
Zij lieten zich in de sneeuw vallen, gansch
uitgeput, en geenszins denkend aan het gevaar
welk zij liepen van aldus in te slapen en levend
begraven te worden.
Het was alsdan veertien dagen geleden dat In-
gelrans en le Bailly aan Madelor hadden gezegd
«Uwe dochter kan nog twee weken leven, mis
schien drie, indien er voor haar hoop opdaagt.
Na dien tijd, als Jeroom niet terugkomt, zal zij
sterven.
XVI.
Zij waren in slaap gevallen aan den rand van
een weg die door het bosch liep en eenige mijlen
van daar op een weg uitkwam, die van Oberstein
naar het dorp Lauterecken leidde.
Dienzelfden morgen reed eene kar waarin een
sterk paard uit de streek stond .gespannen en
waarop twee mannen zaten het bosch. in.
Een dezer twee boeren is ons onbekend.
De andere, onze lezers kennen hem, is degene
dien Siméonne heeft uitgezonden om Jeroom op
ta zoeken.
Het is Josillet.
Forbach verlatend om zijne gevaarlijke reis te
ondernemen, had hjj een jongeling uit de streek
waarin wordt aangekondigd, dat tie Fransche
Uegeering naar Bordeaux is overgebracht.
L o n g w y.
Een onzer correspondenten die na lange.om
zwervingen Gent wist te bereiken, schrijft:
Het is onmogelijk een goed beeld te gegeven
geven van gruwelheden, die daar te zien zijn.
Het slagveld gaat van Aubange, over Halanzy,
Musson, Balancy en Ethe tot aan Virton. De
meeste plaaatsen als Musson, Balance en Ethe zijn
geheel en al verwoest. Overal liggen dooden. De
kerken liggen vol gewonden. In vele plaatsen
werden de mannen als franc-tireurs doodgeschoten
en de vrouwen en kinderen lijden grooten nood.
Op het slagveld, in België, en over de grens tot
Longuyon, ziet het er verschrikkelijk uit. Op de
velden is alles platgetrapt en gereden.
Longuyon, dat den laatsten tijd als vesting was
ingericht, is voor de helft in asch gelegd. Ook
hier liggen op het slagveld hoopen dooden en in
gebouwen liggen vele gewonden.
Longwy-haut (de bovenstad van Longwy) is één
puinhoop. Men krijgt daar den indruk, alsof ér
een vreeselijke aardbeving had geheerscht.
De burgers van de stad waren reeds dagen ge
leden weggezonden. De bezetting ongeveer 4000
man, die zich zeer heldhaftig heeft verdedigd, kon
in de laatste dagen slechts in de casernatten ver
blijven. Overal elders was het gevaarlijk. Op het
oogenblik, dat de Duitschers een stormaanval zou*
den doen, gaf de bezetting zich over. De com
mandant werd voor den Duitschen kroonprins
gevoerd, Op dit moment is de vesting door de
Duitschers bezet.
Lotharingen.
Fen officieel communiqué meldt, dat in oen
topatuad geen verandering is gekomen.
Een stadgenoot uil Leu v.e n
ontvlucht.
Onder degenen, die in den naciu van Dinsdag
op Woensdag des nachts om twaalf uur uit Leu
ven zijn gevlucht bevond zich pok onze stad
genoot Pater Zoetmulder. Verder ae paters Bak
ker rit Den Haag!, Bern, Mets uit Dokkum, Van
dc- Venne uit 's Hertogenbosch, en Sanders uit
Le iden. Zij gingen te voet naai Sint Tiuyen, wer
den onderweg voortdurend gevisiteerd, beleedigd
en mishandeld. Eenmaal werden zij zelfs terug
gezonden, doch graaf Von Zeppelin trad voor
her tusschenbeide. Twee Belgische paters echter
mochten niet doorgaanhun vrijbrief werd ver
in nd en men vreest voor hen het ergste. Van
Sint Truyen ging de reis per boerenkar tot Maa-
seybk Mgr. Cpenraets en een pater Dominicaan
weiden als gijzelaars gevangen genomen.
In Antwerpen,
hellen de bomlmen van uit Zeppelins in de
sl ad geworpen een ware paniek veroorzaakt. Men
acht zich niet meer veilig in de vtad en dui
zenden verlieten de stad in allerijl, met achter
lating van al hun bezittingen om hun leven te
reiden.
Vluchtelingen uit Leuven en andere plaatsen
do en allen verhalen van het woeste op Li eden der
met zich genomen. Het was een eerlijke betrouw
bare jongen.
Ghristian had de voorstellen van Josillet die
vraagde bem te volgen, aanvaard, zoo zeer uit
haat voor de Duitschers, als uit liefde voor de
avonturen.
Hij zou eene kostbare hulp wezen in deze streek
waar Josillet al spoedig kwade vermoedens zou
hebben verwekt en reeds bij de eerste stappen
aangehouden zou geworden zijn.
Ilij sprak het Duitsch alsof het zijne moeder
taal was.
Eenige dagen na hunne aankomst in Duitsch-
land, stootten zij op zekere moeilijkheden om
hunne reis voort te zetten.
Christfan vernam dat er strenge bevelen werden
gegeven in al de steden en in de dorpen om
geen enkelen vreemdelin te laten door gaan die
zich naar de grenzen begaf.
Hij begreep ook dat de politie van Mayence
twee vluchtende Fransche soldaten zocht met wie
zij zich niet verder zou hebben bezig gehouden,
hadden zij geen twee drogonders gedood, tijdens
eenen twist.
Wat Christian en Josillet redde was de per
soonsbeschrijving die overal werd gegeven van
Jeroom en van Jozef Muller.
Wat hen nog redde, vyas de weg dien zij
volgden.
Inderdaad zij begaven zich naar Mayence en
men kon niet onderstellen dat zij wilden vluchten,
vermits zij de stad naderden in plaats van er
Liï'.teehers. Waar deze berichten uit betrouwba
re bron komen kan men aannemen, «lat het ge
drag der Duitschers van dien aard is dat gerust
kan gesproken worden van
Duitsche gruwelen.
Aan een brief van een Belgisch piiesier, aan
dezen door diens broeder gericht, is het vol
gende pulleend:
Beminde broeder. «Heel onze bevolking is (er
nee geslagen dopr de gruweldaden, heel ons land
Pooi, door de Duitschers gepleegd.
G i'-jlerenavond zijn hier komen aangesukkeld 7
anue kloosterlingen, uit Leuven te voet tot St.
ïjwiden gevlucht, en vandaar op eene boerenkar
hier aangeland.
Wat die eerbiedwaardige kloosterlingen over
de misdaden der Pruisen verhalen is zóó af-
scl uwelijk, dat het haast niet te gelo-iven is.
En wat de zeereerw. heer Pastoor van N.
ver? aalt is even afschuwelijk. De vrouwen on
derdaan de gemeenste behandelingen onder de
opgen hunner mannen en kinderen.
De zeereerw. heer Gist, pastoor van Haelen-
bij-Piest is opgehangen. De zeereerw. heer
V.n Swijzenhoven, pastoor-deken van Beetin-
gen, terwijl hij een stervende vrouw, bijstond,
is doodgeschoten. De vr-ouW lag in doodstrijd,
i-C'.n de Pruisen binnenkwamen en het bed
onder haar wegtrokken.
„Och, wacht (och even, had de zeereerw.
heer deken, gij ziet toch, dat de arme vrouw
npg; slechts een paar minuten meer tc leven
leeft," Daarop trok een soldaat zijn revolver
en velde den zeereerw. deken dopd neer.
M oedend over de nederlaag te Meche.en gei
leden, hebben de Duitschers de stad Leuven in
brand gestoken. Van Leuven tot -Thienen staat
gten huis meer recht. Te Schaffen werden 21
menrchen gefusilleerd en gansch het dorp in
b and gestoken.
Te Lummen werden 4G huizen in asch gelegd.
De kerk werd beschoten maar, als bij mirakel,
Weerstond ze aan de vijandelijke kogels. Toen
zijn de Duitschers in de keik gedrongen en
hel ben er alles verwoest. Verscheidene dorpen
nn j HerCk-de-Stad zijn geheel verwoest.
Fo zoo gaat het omtrent overal Jaar ten min
ste, waar de Duitschers cenigen tegenstand ont
moeten Zij beweren, dat Belgische burgers op
hen schieten, doch negenmaal op de tien is dat
anders niets dan leugen, een uitgevonden voor
wendsel, om hun woeste wraakneming voor het
oog) der beschaafde wereld ie verrechtvaardigen.
Beminde broeder, laat ons bidden, laat ons
bidden, O, wat wordt ons diet haar v aderland
,ioéh hard beproefd! En niets toch, niets hadden
wij jen Duitschers misdaan.
Een Nederlander de Eerw. Pater Bern. Mets
schrijft aan het Centrum
De. soldaten kunnen geen priester zien of zij
geraken in woede. «Zwijnen, vuile honden, volks-
verdommers," deze en dergelijke woorden braken
zij tegen de priesters uit. De beleedigingen en mis-
zich van te verwijderen.
Om niettemin onaangename ontmoetingen te
vermijden, verlieten zij zoo dikwijls mogelijk de
groote wegen en sloegen zijwegen in, het geen
hunne reis merkelijk verlengde.
Deze reden had hun het bosch doen nemen dat
zich van Lauterecken naar Sobernheim uitstrekt.
Zjj hadden het dorp juist verlaten;'de dag
begon aan te breken en sedert twee uren rolde
het rijtuig moeilijk voort op hoopen sneeuw.
Eensklaps bleef een der wielen vast zitten en
het paard viel.
Het rijtuig helde zeer naar den eenen kant,
en de twee manneu waren verplicht af te
stappen.
Terwijl Josillet het paard uitspande en poogde
het op te richten ging Christian in het bosch
eenen stok afsnijden om er het wiel mee buiten
het spoor te zetten.
Hij kwam eenige minuten later terug hij scheen
ontsteld en was bleek.
Mijnheer Josillet, zeide hij, niet ver van hier
liggen twee mannen, die dood zijn.
Waar
In het kreupelhout. Het zijn twee arme
duivels die de onvoorzichtigheid begingen zich
in de sneeuw te slapen te leggen en die stierven
van koude.
Mogelijk leven zij
(Wordt vervolgd).-
f1000::è:f200