Verspreide berichten. Binnenland. middelde cijfer van de werving is in normale tijden 35,000 per jaar. Indien het voorstel om de regeering te machtigen nog een half millioen manschappen te werven wordt aangenomen, zal aan den oproep zeker even flink pn prompt ge volg worden gegeven. We zullen dan in staat zijn om 1.200.000 man in 't veld te brengen, buiten de territoriale troepen, de nationale reserve en de schitterende aanvullingen uit Indië en de zelfbe- sturende gewesten. (Toejuichingen). Asquith eindigde met te zeggen, dat de huidige oorlog groote inspanning en opofferingen wettigt. Het Huis zou naar zijn overtuiging het benoodigde geld gaarne toestaan. (Toejuichingen.,) De reeruten zullen zoo goed mogelijk worden behandeld en alles zal worden gedaan voor een goede uitrusting en verzorging, zoodat zij onder de beste voorwaarden naar het front gaan en hun rol in het voortreffelijke Engelsche leger kunnen spelen. Ieder die het treffende rapport van gene raal French heeft gelezen, zal erkennen dat de Engelsche troepen hun taak nooit beter hebben volbracht en zichzelf de eeuwenlange roemrijke traditie nooit waardiger hebben getoond dan in de laatste veertien dagen. (Toejuichingen.) Bonar Law verklaarde dat de oppositie met alle kracht de regeering zou steunen. Het regeeringsvoorstel werd daarop met alge- meene stemmen goedgekeurd. 3 e v e r 1 i e z e n 1 ij s t. De nieuwe verliezenlijst van de Engelsche troe pen in Frankrijk, loopende tot 7 September, ver meldt: gesneuveld 10 officieren en 61 man, ge wond 63 officieren en 510 man, vermist 61 offi- cieien en 2883 man. BELGIë. Gisteren werd te Terneuzen reeds vanaf den voormiddag een geschutvuur gehoord van uit zuidoostelijke richting. Hier uit de rich ting van Puers aangekomen personen deelen mede dat Belgische troepen onder bescherming der forten van Puers en Wameghem en uitval deden op de Duitsche stellingen tegen de vesting van Antwerpen eD dat de Duitschers werden terug gedreven tot Contich. Verder wordt medegedeeld dat de Belgische Koning thans daadwerkelijk het opperbevel van het leger heeft in handen genomen Uit Gent vernam ik dat de door de Duitsche generaal tegen gisteravond opgevorderde zaken vanwege de stad Gent niet zijn overgegeven. Na het schijnt waren de Duitschers niet meer Coringhem en ook sprak men van een verzet dat uit den Gemeenteraad tegen die opvordering zou zijn ingebracht, Nadat de Gentsche burgemeester Dinsdag voor de tweede maal met voor de stad gunstige resultaten terugkwam van den Duitschen bevelhebber verschenen na korten tijd voor tal ramen van tal van woningen en winkels plakkaten met de woorden. sLeve onze burgemeester" Een Engelschman by de Belgische gewonden te Ostende. Mr. Shane Leslie, die te Ostende geweest is met chloroform voor de daar verpleegde gewonden van Luik, verhaalt in de »Westminster Gazette," waaruit wij vertalen sTwee soorten kon men onderscheiden, name lijk zij, die van pijn niets zeiden, en anderen, die niet zwijgen konden. Zij hadden gemeend zich te Antwerpen te bevinden en waren kwaad, toen zij bemerkten te Oostende te zijn, waar zij waarschijnlijk zouden worden krijgsgevangen ge maakt. Zij kenden geen ander verlangen, dan zich weer bij hun leger te voegen en opnieuw te vechten. Een hunner vertelde, dat hij na zijn verwon ding reeds vijfmaal vervoerd was en nu enkel verlangde in vrede te sterven. Zijn paard was op hem neergestort en had hem gekweldige kneu zingen toegebracht. Slechts weinig zwaargewon den hadden Oostende kunnen bereiken. Het waren meest officieren met lichte kogelwonden, en ofschoon nog strompelend en slechts half genezen, vroegen zij slechts naar een gelegenheid, om opnieuw tegen de Duitschers op te trekken. Terwijl wij de zwijgenden en rustigen verbonden, verhaalden de meer spraakzamen, wat zij onder vonden hadden, hoe zij man tegen man gestreden hadden te Luik, hoe de vijand de officieren had weggemaaid en zelfs nog op hen schoot, als zjj naar de ambulance gedragen werden, maar onderbrak hier een infanterist met een dijwond r>maar ik heb vier Duitschers gedood," en de zaal daverde van gelach en toejuichingen. Toen bleef de verontrustende vraag de ronde doen, of ze nu krijrevaugenen zouden worden Dat nooit, zoo lang ze nog een arm of een been hadden om mee te vechten 1 Daar kwam het bevel allen inschepen naar Frankrijk, voordat de Duit.schsrs iemand gevangen kunnen nemen. De uitwerking was verrassend. Allen, behalve de zwaargewonden, sprongen, rol den, vielen of tuimelden uit hun bed. Onbe stemde uitroepen werden gehoord s Weer naar den oorlog de Engelschen zijn gekomen, wij be hoeven nog niet krijgsgevangen te worden". Onbeschrijfelijk was de vreugde van deze hel den, die met moeite uit het eerste bed kwameD, waarin zij sinds het begin van den oorlog gerust hadden, terwijl wij hun verbonden armen in de mouwen van hun jassen duwden en hun door wonde beenen in broeken staken. Niettegenstaande hun stijve ledematen en half genezen wonden wilden ze aangekleed en weggedragen worden- Misschien waren de Engelschen wel gekomen' want hun eenige klacht was steeds geweest Waar blijven toch toch de Engelschen W e hielpen hen in de trams van het Roode Kruis, die hen naar de steigers vervoerden. Van alle kanten werden zij aangevoerd, niemand wist, waarheen de reis ging. Ik keerde terug naar de ziekenzaal, waar nog vier mannen in bedenke- lijken toestand achtergebleven waren. Een tweedei dringende boodschap kwam en nu werden nog haastig drie in een auto geplaatst. De laatste, die stervende was, fluisterde, toen ik hem zei, wat er gebeurde ik behoef toch ook geen krijgsge vangene te zijn Ik haastte mij naar de aanlegplaats en kwam terug met een draagbaar en dragers. We wik kelden hem in lakens en droegen hem aan boord in de machinekamer. Daar had hij het tenminste warm en kon hij in vrijheid sterven. Dat was al, wat hij verlangde 1 De val van Namen. Men schrijft uit Oostende aan de »Times" over den val van Namen Naar men weet heeft de spoedige val van Na men verwondering gewekt omdat de vesting ver dedigd werd door moderne forten die tijdens de verdediging van Luik nog aanmerkelijk waren versterkt. Men dacht te Namen de Duitschers weken lang te kunnon ophouden. De overlevenden van het garnizoen schijnen van oordeel dat de generalen staf in de vesting twee fouten heeft begaan le heeft men de vijand te dicht laten naderen, zonder hem aan te vallen; 2e is te lang gewacht op de hulp van de Franschen. Een week lang hebben de Belgische troepen werkeloos aan de Maas gelegen, in afwachting van een aanval der Duitschers, die op den anderen oever stonden. Zij meenden dat elke dag die op die wijze verliep winst was. Ik werkelijkheid gebruikten de Duitschers dezen tijd om hun zwaar belegeringsgeschut aan te sleepen. Toen het geschut eindelyk was aangekomen Times-correspondent spreekt van 82 zware ka nonnen werd het op twee punten in stelling gebracht en het bombardement op één sector van de verdedigingswerken bagon. De stukken ston den buiten bereik van de Belgische kanonnen. Eerst werden de verschansingen, waar de Belgi- gische troepen waren, oader vuur genomen. Tien uur lang vertelde een Belgisch soldaat zij n wij aan een regen van granaten blootgesteld ge weest zonder ook maar een enkele maal te kunnen antwoorden. Ieder die zijn hoofd boven de ver schansingen had willen steken, zou onvermijdelijk dadelijk gedood zijn. Onze verliezen waren reus achtig en toen bijna al onze officieren waren ge dood, begonnen de troepen gedemoraliseerd te worden. Plotseling ontstond een algemeen sauve qui peut. Intusschen was een deel der Duitsche kanonnen op de forten gericht, die met oud-model geschut van veel kleiner kaliber slechts zwakken tegen stand konden bieden. Zoo heeft het fort Maize- ret maar 10 schoten gelost, terwijl er 1200 vijan delijke granaten op waren ontploft. In het fort Marchovilette werd bijna 't geheele bedienend personeel van het geschut gedood. Beide forten gaven zich weldra over. De anderen hiel den zich nog staande, toen het bezettingsleger, dat by 't begin van het bombardement uit 26,000 man bestond, aftrok. Van .deze 26.ÜU0 zijn slechts 12.000 op Belgisch grondgebied teruggekeerd, zoo dat met inbegrip van de zieken en gewonden, die in Fransche hospitalen worden verpleegd, het bombardement België 14.000 man heeft gekost. De verdediging van Namen. Een bijzondere correspondent meldt uit Os tende via Folkestone aan de „Msb.": Zaoeven sprak ik een zeer hekend iid van den gemeenteraad te Namen. Hij drukte zeer beslist zijn verwondering,1 uit over het teit, dpt de nieuwe groote forten van Namen het niet langer hadden uilgehouden. Men had vooral een zeer groot schietveld vrij1 gemaakt cn reeds een week lang was alles in orde en wachtte de bezetting met ongeduld. Voor den eigenlijken aanval bebben da Duit schers voorzichtigheidshalve een lijd gewacht op hun zwaar geschut. Die tijd is door generaal Michel niet henut. Toen de 32 kanonnen der belegeraars a an ge komen waren, werden zij voornamelijk op twee punten opgesteld en de sector daartusschen direct onder vuur genomen. Voornamelijk gold dit vuur niet zoozeer de forten maar de in loopgraven en bedekkingen -opgestelde Belgen. Tien uur lang duurde uie vreeseljjke tfe-schieting', die geheele regimenten wegmaaide. Vooral vielen er vele Belgische officieren en uit demorali seerde de soldaten zeer. Een algemeen „sauve qui peulvolgde dan ook weldra. Toen werd het geschut gericht op de feiten Maigeret en Marchorelette. De Belgen hadden hierin verouderd geschut staan, dat niet krachtig genoeg kon antwoorden. Mijn indruk na dit ge sprek was, dat men in België allesbehalve ge sticht. is over de wijze van verdediging van Na men. D e n derm en de. V olgens het „H. 'v. A." hebben de Duitschers ook in Dendermonde gruwelijk huisgehouden. Het gasthuis is totaal afgebrand; ei staat niets meer- van recht dan de vier muren. De zieken, die zich zelve niet konden red den, werden door de Duitschers in een naburige heide gebracht en moesten den nacht doorbren gen onder den blooten hemel. De kapel bij het gasthuis behoorende en bet kuis van den bestuurder zijn mede verbrand. De hoofdkerk is gespaard gebleven, maar al de huizen links van de kerk tot aan de Kazerne straat liggen in puin. Van het. klooster dei- Arme Klaren blijft niets ever. Verder vindt men van de Frans Courtensstraat tof de Doorgangstraat niets dan puinen. Hier té eok het kloosterTdeï Theresianen vernield, zoo- dat ei niets recht staat dan de huizen van ridder Oscar Sehellekens en van den secretaris De Leve en het Sint Viucentiusgestieht. Op de Markt heeft men het stadhuis en het museum niet aangeraakt, maar al de huizen langs den kant van den Tinnen Pot liggen plat. De Duitschers hebben ook de Banque de la Dendre door dynamiet doen springen. De Koomaeid té vernield evenals de kerk der paters Benedictijnen. In de Dijk straat ziet men ook nog eenige huizen recht staan, miar de gebouwen der firma De Bruyn liggen in puin. De Koninklijke academie en de werkmanskring, hebben veel geleden. De werkmanswoningen langs de Oude Vest zijn bijna ongedeerd, maar de fabriek La Den dre is afgebrand. In de Brusselsche straat zijn vier gebouwen afgebrand, onder welke de brouwerij Resser. De Veemarkt en het bisschoppelijk college bestaan niet meer. Behalve hunne aanslagen tegen luizen en ker ken, hebben de dronken barbaren 2ich ook aan de inwoners vergrepen, vooral aan vrouwen, wien zij de juweelen ontrukten, het geld ont namen, altijd onder bedreiging van ze dood te schieten. Dan deden zij1 de ongelukkigen op een rij slaan en schoten er hier en daar een dood, zon der te zien naar ouderdom of geslacht. De gruwelen van Aerschot werden nier her haald met verfijnde wreedheid. Afgevaardigde Vermeerseh, zetelende in het stadhuis, heeft met krachtdadigheid gezorgd dat het straatscihuim zich niet aan plundering; over leverde De secretaris De Leye is pok getrouw op.' zijn post gebleven". DUITSCHLAND. Uit het groote hoofdkwartier wordt gemeld De ten Oosten van Parijs ter vervolging van den vijand aan en over de Marne opgerukte troepen zijn uit Parijs en tusschen Meaux en Montmirail door talrijker strijdkrachten aange vallen. Zij hebben in hevige gevechten, die 2 dagen geduurd hebben, den vijand opgehouden en zelfs vorderingen gemaakt. Toen de opmarsch van nieuwe sterke vijandelijke kolonnes gerapporteerd werd, is hun vleugel ingetrokken. De vijand achtervolgt onze troepen nergens. Als buit gedurende deze gevechten word; tot nog toe opgegeven 50 kanonnenook zijn er eenige duizenden krijgsgevangenen. De ten Westen van Verdun strijdende troepen zijn nog in voortgezetten strijd gewikkeld* In Lotharingen en in de Vogezen is de toestanc onveranderd. De Duitsche kroonprins heeft heden met zijn leger de versterkte vijandelijke stelling ten Zuid westen van Verdun genomen. Afdeelingen van het leger doen een aanval op de ten Zuiden van Verdun liggende sperforten. De forten worden sedert gisteren door zware artillerie beschoten. (w.g.) VON STEIN, Kwartiermeester-generaal. Prins Joachim g'e w o n d. Officieel wordt medegedeeld: Prins Joachim van Pruisen is gisteren door een granaatkartets- scho) gewond. De kogel ging dooi- do rechterdij zonder beenderen te kwetsen. De Prins was als ordonnans-officier op het gevechtsterrein werk zaarn geweest. Hij' is naar het lichtst bij gelegen garnizoens-lazaret overgebracht. Dit verhaal is van het begin tot het einoe verzonnen en berust zelfs op gjeen schijn van waarheid. U bij voorbaat dankende, verzoek ik U de betuiging te willen aanvaarden mijner; grootste hoogachting. D. NELIDOW, Russisch gezant bij Jen II. Stoel. Het gel e g e v a a r. „Een Amerikaan van middelbaren leeftijd" ziojo schrijft „Tidens Teg;n", van Gristiania die zich hier ,op de doorreis bevindt, laat zich als volgt uit „„Wij Amerikanen begrijpen dezen oorlog, die heel Europa in stukken dreigt te scheuren, niet recht. Was die nu zoo volslagen onvermijdelijk? Was de oorzaak werkelijk zoo hoog gewichtig, dat Europa er al de geweldige gevolgen van moest aanvaarden? „„Wij Amerikanen begrijpen dat niet. Want er is iets, waar wij voortdurend aan denken, ma,ar dat de Europeanen in bet rumoer van den oorlog geheel schijnen te vergeten: Er zit nu ver, heel ver; in het Oosten een Klein, geel, scheelopgig manneke en glimlacht. Hij zit heel stil en zijn gjlimlach wierdt won ienijv wreed, als hij ziet, hoe de oorlog' hooger en hooger opvlamt, van volk tof volk overspringt, flikkert van land naar; land, tot hij zijn razende vlam- mendak over het heele werelddeel uitspreidt, een hellevuur, waarin de beschaving der eeuw tot stof en asch verbrandt. „„Want één ding is zeker: wanneer deze oor log eindelyk uit is, zullen Europa's volken af gemat op het slagveld liggen, de c ver winnaar zoo goed als de overwonnene. Adergelaten, ver armd, ten dopde uitgeput zullen zij zijn. „„Dan zal het kleine gele seheeb>>gige man neke daar ver, heel ver in net Oosten oprijzen. En nu glimlacht hiji niet meer. Nd Ls zijn tijd gekomen. „„En overal ,over de slagvelden liggen doods- inoe de Europeesche volken. Zij moeien eerst rust nemen vopir zij de puinhoopen gaan weg- ïuimen. „„Maar dan liQaren zij plotseling een ver ge- druisch van ontelbare jonge vlugge voeten. Ze komen van het Oosten, steeds nader in opge- wekten, zegevierenden stap. Het zijn er duizen den, millioenen. „„Wat dat té? Dat is het gele gevaar, dat over Eurppa komt."" ITALIë. Bij de ontvangst van het corps diplomatique door Paus Benedictus XV bracht de Duitscbe gezant bij het Vaticaan vpm Mühlberg aan het nieuwe hoofd der Katholieke kerk de hartelijke gelukwenschen van Keizer Wilhelm en die der Duitsche regeering; over. De Paus dankte in war me bewoordingen. Een tegenspraak. Het bericht, dat wij aan de „Maasbode" ont leenden, van het dramatisch tooneel, dat zich zou hebben afgespeeld tusschen Paus Pius X z.g. en den Russischen gezant Nelidow, welk bericht het eer'st was gepubliceerd in Let „Gior- nale d'Italia" van 27 Augustus, wordt als geheel verzonnen door den Russischen gezant tegenge sproken. De Russische vertegenwoordiger hij den H. Steel, de heer Nelidow, heeft aan dat blad het volgende schryven gezonden: „Mijnheer de directeur I U zoudt mij ten zeerste verplichten, i.iJien gij op de meest besliste wijze in uw blad zoudt willen tegenspreken het bericht, vervat in de edities van het „Giornale d'Italia" van gister avond (27 Aug.) betrekking nebbende op een uitlating van den overleden Paus Pius X tegen over den gezant van Rusland. Een Fransche generaal gefusilleerd. De Fransche generaal Percin is pp last van den Franschen krijgsraad gefusilleerd. Hij werd beschuldigd gedurende vier dagen een telegram te hebben achtergehouden, waarin uen Engel schen om versterking van den linkervleugel ge vraagd werd. Hem is te wijten, dat de linker vleugel steeds meen voor den vijand heeft moeten wijken. Percin is reeds de tweede Fransche ge neraal, die gefusilleerd werd. Prins Friedrich van Hessen, de oudste zoon van prins Friedrich Karl van Hessen en prin ses Margaretlie, een zuster der keizerin, is in Frankrijk door een schot in de horst gewond. Zijn toestand is bevredigend. Naar de „Kölnische Zeitung" nit Trier ver neemt, ligt de zoon van minister Delcassó ge wond in het hospitaal te Diedenhofen. Volgens hier ter stede ontvangen berichten, zijn de beide zoons van den benenden dieren- temmer Hagenbeek Willy en Carl, bij de ge vechten in Frankrijk gesneuveld. Onveiligheid van ladingen. Het Haagsche correspondentiebureau meldt Als gevolg van de gebleken onveiligheid van ladingen op Nederlandsche stoomschepen uit Indië moet, naar ons van geloofwaardige zijde verzekerd wordt, van Nederland uit, van de zijde van belanghebbenden bij den Indischen handel» aan Indië zijn aanbevolen de producten niet te verschepen. Plaatselijke keuze. Het comité voor plaatselijke keuze heeft op het adres aan H. M de Koningin in het geheel 670 902 handteekeningen verkregen, verdeeld als volgt: in Friesland 103.760, Groningen 37 840, Drente 23.760, Overijse! 56.638, Gelderland! 71.364 Utrecht 38.826, Noord-Holland 140.111, Zuid-Hol land 157.678, Zeeland 23.239, Noord-Brabant 15.662, Limburg 1724. Van personen, die buiten eigen gemeente hebben geteekend 288 en van Nederlandsche onderdanen in Zwitserland 2. Nederlandsch Comité tot steun, van Belgische en andere slachtoffers. Het Ned. Comité tot Steun van Belgische en andere slachtoffers te Amsterdam wenscht gaarne zoo spoedig mogelijk de adressen te kennen van families, die in beginsel bereid zijn uitgewekenen uit België in hun huis op te nemen. Hun wordt verzocht zich te wenden tot het Secretariaat, val verstraat 64 te Amsterdam, waarna hun on middellijk formulieren ter invulling zullen worden gezonden. 1

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1914 | | pagina 2