Verspreide berichten.
Binnenland.
^tads- en Be westelijk Nieuws.
Ingezonden Mededeelingen.
Men zeilde hier ter stede alle
STOOM- en VERF-ORDEKS onver
wijld aan de Stoomververij en
üitstoomerij „DE PHOENIX",
Teleph. No. 15.
Gratis afhalen en bezorgen.
Gemengd Nieuws.
bevatten de bladen een ofïieieele mededeeling,
waarin werd gezegd, dat het bombardement van
de stad elk oogenbük kon beginnen en waarin den
burgers werd aangeraden zoo spoedig mogelijk bij
de beschieting een schuilplaats te zoeken in de
kelders, die dan nog met matrassen en zakken
zand moesten worden beschut. Deze mededeeling
veroorzaakte een paniek en duizenden trokken
reeds dadelijk de stad uit. Toch veranderde de
aanblik der stad weinig. De trams reden nog.
De courantenverkoopers deden hunne kreten nog
hooren. Alleen aan de stations en aan de Schelde
was de paniek goed merkbaar.
Daar zag men ook de Belgische troepen terug
komen van het gevechtsterrein, uitgeputte en uit
hongerde mannen, besmeurd met modder, som
mige met gewone hoeden voor hun militaire
hoofddeksel. Ook vele gewonden zag ik op straat,
waaronder enkele licht gewonde Eogelschen. De
zwaar gewonden waren allen dadelijk vervoerd
naar Ostende.
De stemming van de burgers, die in de stad
bleven, was gedrukt, maar nog niet wanhopig, en
meermalen hoorde ik heftig protesteeren tegen
menschen, die alarmeerende geruchten vertelden.
Maar de nacht van Woensdag op Donderdag
werd er een van ontzettende verschrikking. Te
acht uur 's avonds waren, zooals verordend was,
alle café's en winkels gesloten. Nergens brand
de meer licht en te 9 uur vielen de projectielen
op de stad. Het vuur was dadelijk zeer hevig.
Duidelijk kon men de projectielen hooren aan
fluiten en dan met donderend geweld inslaan.
Weer lag ik heel den nacht wakker, maar tegen
zes uur 's morgens viel ik toch in een slaap die
evenwel niet lang zou duren, want te ongeveer
acht uur kwam de hotelier zelf me wekken, bon
zend op de deur en schreeuwend: »Hoe kunt ge
slapen bij zoo'n situatie. De halve stad staat
in brand."
En inderdaad, vannit mijn venster zag ik groote
rookwolken drijven over de stad. Nog steeds don
derde het geschut. Men vertelde, dat Berchem en
de buurt bij de Zuiderstation het meest hadden
geleden. Vanaf de Groenplaats ben ik daarop de
Nationale straat ingewandeld. De trams liepen
met meer. Couranten waren niet te verkrijgen.
De burgemeester had bevel gekregen haar wapenen
iu te leveren.
Aan 'het einde van de nationale straat vielen
nog steeds granaten. Binnen een minuut vielen
er op eenigen afstand van my drie, waarvan twee
ontploften en brand veroorzaakten, éen niet ont
plofte en alleen een gat sloeg in het dak van
een huis.
Hier en daar hadden menschen de straat opge
broken en schepten zij zand om zakken te vullen,
d e ter bescherming zonden moeten dienen. Een
tweetal gedoode bnrgers zag ik wegdragen. Hoe
veel dooden en gewonden er in het geheel waren
kon niemand met zekerheid zeggen.
Zooals ik gisteren reeds uit Bergen op Zoom
seinde, was de aangrichte schade aanzienlijk en
zij vermeerderde nog met de minuut. Een ra
zende angst had zich van de menschen meester
gemaakt en reeds dadelijk, 's morgens, begon een
uittocht, die alles overtrof wat ik tot nu toe ge
durende dezen oorlog zag.
Aan de Schelde bij de afvoerplaats der booten
en aan de stations stonden menigten van duizen
den, maar het vreeselijkste was de uittocht der
vele tienduizenden, die te voet naar de Nederland-
sche grens gingen. Ik heb dien uittocht medege
maakt. Van Antwerpen tot aan onze grens was
het een lange droeve stoet van menschen en die
ren. Heele kudden vee werden meegedreven door
in doodangst vluchtende boeren uit de omstreken.
Jonge menschen waren er, die een oude groot
moeder op een kruiwagen vervoerden. Voertui
gen van allerlei soort zag men. En al die vluch
tende keken telkens om naar hun stad, die in
vlammen en rook opging.
Dan waren er moeders, die luid jammerend
rondliepen, zoekend naar hun verloren kinderen.
Anderen waren als verdwaasd en lachten luid,
als ze wat zagen. Even buiten Antwerpen zag
ik de eerste, met krijt op een muur geschreven
mededeeling van een vluchtelinge: aMarie vau de
Meren is naar Capellen en zal daar wachten."
Deze manier van mededeeling werd door velen ge
volgd en overal verder zag men weer dergelijke
opschriften, als: »Karel Franken, uw zoontje
John is bij uw broer Jan. Ze zijn samen in
Carollen."
Voedsel was in de dorpen, die ik doortrok, niet
te krijgen, tot ik ten slotte een winkel vond,
waar men nog eenige bu-jes kreeft in voorraad
had. Ik heb er een gekocht maar later de helft
geruild voor een snede grof brood van een ar
beidersvrouw, die met zeven kinderen was weg
gevlucht.
Te midden van al die ellende kwam ik einde
lijk te Putte, op Nederlandsch gebied
voor de zooveelste maal de verschrikkingen van
den krijg, die in zijn volle ellende op 't onschuldig
hoofd onzer zuidelijke buren is neergekomen. In
't Roomsch-Katholiek sanatorium St. Mariaburg
woonden ze, dat gelegen is tusschen Eeckeren en
Brasschaért, op een uur afstands van Antwerpen,
in de fortenlinie dus. Toen de oorlogsbenden
doordrongen tot in 't Vlaamsche land, hadden de
nonnekens hare patiënten weggestuurd en zichz 'if
en haar huis ter beschikking gesteld van 't Roode
Kruis. Kalm en gelaten wachtten ze de dingen
af, geen oogenblik vermoedend, dat ook voor haar
zoo spoedig reeds het uur van vluchten zou slaan.
In t begin der week had men haar verzocht de
Roode Kruis-vlag neer te halen van 't gesticht,
omdat het teeken der barmhartigheid door de
sDutsers", als richtpunt voor hunne kanonnen
kan worden benut. Eergisteren, toen de tijding
van het te wachten bombardement ook doordrong
in de vredige Mariaburg, besloten de nonnen en
de enkele verpleegden, die bij haar hun domicilie
gevestigd hadden, de vlucht naar veiliger oorden
te nemen. Ze trokken naar den ijzeren weg van
Eeckerendoch toen ze daar aankwamen, stond
het om en in en bij de statie zoo vol menschen.
dal er minstens een geheelen dag zou moeten
verloopen, eer de zusters een plaatsje konden ver
overen. Ze zijn toen weer teruggekeerd naar den
Mariaburg, waar in den loop van den dag het
bericht kwam, dat de bewoners moesten vertrek
ken, omdat het er niet langer veilig was. Elf
nonnen maakten zich terstond op wegzij, die
't verpleegstersdiploma bezaten, begaven zich naar
't ziekenhuis van Brasschaért, om daar de zusters
bij te staan de andere vier kregen de beschikking
over een auto, waarmede ze hedenochtend hare
verpleegden naar Eeckeren konden breDgen. »Den
geheelen avond hebben we gisteren den vuur
gloed van Antwerpen gezien", vertelden ze »Zoo
hel was 't schijnsel in onze kamers, dat we geen
licht noodig hadden bij 't lezen van 't brevier, en
aldoor hoorden we 't gedonder van 't geschut."
nOch ja, ons arme huis", zei snikkend een der
nonnetjes, twee jaar geleden is het pasgebouwd,
en nog dit zomer hebben we twintig kamers
nieuw gemeubeld, waarvan er sommige niet eens
nog in gebrujk genomen waren. Nu gaan we naar
Tilburg, in het klooster, daar het einde afwachten
van dien vreeselijken oorlog. En dan? Zal de
Mariaburcht er nog staan, als we terugkeeren
Daar het zwaar geteisterde Vlaamsche land
»Tel."
Zeeslag op de Noordzee?
Men seint uit Terneuzen aan de „N. 11. Ct
Lcn geheelen avond klinkt zwaar kanongebulder
uil de Noordzee, uit de richting van de bank
van Schouwen.
lo, I. Entïop, Villastraat 52; das mot gouden
speld met steen, D. Lager'w'ey, Groenelaan 95;
2 zilverhaas, armbandje mot gouden sluiting, J.
Slakhof, Broersvest 52; fantasiebrocJie, Steenhui
zen, Oosterstraat 63; zilverbon, N. V. d. Lee,
Helen astraat 25; doublé damescollier met 3 pci-
frellen, M. Minga, Beijerlandschestr. 55houd
zwart reu pl. m. 2 maanden oud, P. Slaven
burg, Ged. Broersvest 212; zilveren» dameshor
loge, A. Vredebregt, Broersvest 45; hond, Th.
v. Vliet, Broersveld 126; potlood mot ketting,
W, Somers, Nassaustraat 10; porüemoanaie mot
geld, Wed. M. Groenewegen, Singel 88; donker
grijsharige groote hond, reu, Z. Bernard, Villa-
ftr. 17.
Voogdy raad-minderj arigen Koning.
Het Stbl. no. 466 bevat het Kon. besluit van
80 September 1914, ter uitvoering van art. 2
der wet van 2 April 1909 (Stbl. no. 89), tot re
geling van de voogdy over den minderjarigen
Koning.
Daaibij is, overwegende dat ten gevolge van
het overlijden van den heer jhr. mr. J. Röell
aanvulling noodig is van het Kon. besluit van
8 April 1909 (Stbl. no. 103), tot aanwijzing van
leden van den Raad van Voogdij, geroepen om
Onzen beminden Gemaal als Vader-Voogd ter
zijde te staan
als lid van vorenbedoelden Raad van Voogdij
aangewezen de heer mr. P. A. V. baron Van
Harinxma thoe Slooten, commissaris der Ko
ningin in de provincie Friesland.
Apologetische cursus.
Woensdagavond werd om precies 8£ uur in
de groote zaal van het gebouw van den R. K.
Volksbond aan de Lange Haven, de eerste der
12 door den eerw. pater v. d Sande te geven
Apologetische lessen, door den adviseur der R.
K. Volksbond, kapelaan Paulussen, met den
christehjken groet geopend.
De zaal was tamemelijk goed bezet.
Nadat kap. Paulussen een woord van welkom
had gesproken werd gezameniyk het vereeni-
gingslied „Wy" van den comp. Adr. P. Hamers
gezongen. Met dit lied zullen alle volgende les
sen, geopend en gesloten worden.
De Eerw. pater v. d. Sande hierna het woord
verkrijgende wijst met eenige welgekozen woor
den op de noodzakelijkheid van meerdere kennis
van onzen godsdienst voor de katholieken. Met
treffende voorbeelden uit zijn ervaring illustreert
spr. het gebrek aan kennis van de waarheden
van onzen godsdienst. Wij moeten terug naai
de fundamenten van ons geloof en daarom koos
spr. tot onderwerp van den cursus, het „Credo",
de grondwet van ons geloof, de twaalf artikelen
des geloofs.
Spr. wil in deze les een overzicht geven vau
de te behandelen stof.
In grootsche trekken behandeld spr. dan de
twaalf artikelen des geloofs.
„Ik geloot in God".
Dit is de grondwet van het christendom. In
den beginne schiep God hemel en aardeIs
hij dé schepper, dan is hij ook heer en meester
van zijn schepping. Dan is ook de aarde van
hem met alles wat er op is. Dan is ook de
mensch, het zelfbewuste schepsel, Gods eigen
dom. En God zou ophouden God te zijn, wanneer
h£ dit eigendomsrecht uit de hand gaf. De
mensch is het eigendom van God. En nu kan
de mensch in zijn overmoed dit alles logen
heeten en de naam van God wisschen uit zijn
hurtde waarheid kan hy niet ongedaan maken.
Over al het menschelyke vaart de tijd, alleen
het woord des He eren blijftIk ben het begin
en het einde. Zijn gerechtigheid zal aan het
einde toe zegepralen
Bedel Suisse is aan den heer Commissaris van
A'-'itie een bedrag' van f2.50 afgedragen voor net
Sc b iedamsch s teuncomité.
De Belgische vluchtelingen.
Na gisteren-middag zijn geen vluchtelingen
meer hier aangekomen. Het comité had nu ge
legenheid om na de overstelpende drukte van het
afhalen en onderdak brengen nadere schikkingen
te treilen.
Voor het verblijf van uitgewekenen is nu inge
richt de niuwe fabriek van den heer Scheuer,
aan de Noordvest, hier is plaats voor 245 per
sonen. Men hoopte voor den avond voldoende
gereed te zijn om de uitgewekenen, die nu aan
de IJstad, de Zeeland en in het verkooplokaal
hebben overnacht daar heeu over te brengen.
Het huis van v. Maaren aan de Konijnenbuurt
is ingericht voor 30 vluchtelingen en in het huis
\aillant bevinden zich thaDS 40 volwassenen en
25 kindereD.
Nog heeft het comité de beschikking gekregen
over een huis aan de Lange Nieuwstraat (huize
Liezenberg) waar 100 personen kunnen geplaatst
wordeD.
De firma van 't Hoff en Jongepier heeft boven
haar pakhuizen aan de Lange Haven eenige loka
len doen inrichten met slaapplaatsen voor 400
personen.
Komen dezen avond dus nog vluchtelingen aan
dan kunnen zij allen onder dak worden gebrncht.
Reeds zijn verschillende personen in gezinnen op
genomen.
H. Mis voor de Belgen.
Z. D. H. Mgr. Callier, bisschop van Haarlem
heeft na telegrafische aanvraag toestemming ge
geven dat in het Bondsgebouw een H. Mis wordt
opgedragen.
Morgen om 10 uur zal de eerw. pater Jos.
Zoetmulder, voor de Belgen een H. Mis opdragen
in het gebouw van den R. K. Volksbond aan de
Lange Haven.
Verbod vau uitvoer.
Het Stbld. no. 476 bevat het Kon. besluit vau
9 dezer, houdende verbod van uitvoer van koper.
Het Stbld. no. 476 bevat het Kon. besluit van
9 dezer, houdende verbod van uitvoer van ruwe
en gewasschen wol, schapevachten en wollen
garens.
De uitvoer is verboden van den dag der af
kondiging van dit besluit. De Kroon behoudt
zich voor, deze verboden tijdelijk op te heffen
of in bijzondere gevallen daarvan ontheffing te
doen verleen en.
De zusters van den Mariaburcht.
Tusschen de honderden vluchtelingen, die he
denmiddag aan 't station Roosendaal het oogenblik
verbeidden, waarop een der vele treinen hen zou
voeren naar 't bestemmingsoord, door 't comité
bepaald, trok een eigenaardig groepje onze aan-
dacut'n viertal nonnen zaten op bagagestukken
rond eenige oude dames geschaard schuw en
verlegen kekeD de zusters naar het voor haar
zeer zek-r ongewone doen. We konden haar met
eenige inlichtingen behulpzaam wezen en hadden
d door si-oedig 't lis gebroken, 't Eenvoudig
i"rh».V oe lacht dier vrouwen, aan de stilte
van het kloosterleven gewend, openbaarde ons
Een Amerikaansche gift.
Onder dagteekening van 8 October ontving
mr. Stuart, president van het comité tot steun
van Belgische en andere slachtoffers te Amster
dam het volgende schrij ven
Mijnheer,
Zwaar is de last welke aan de Nederlanders
door dezen verschrikkelyken oorlog is opgelegd.
De zorg voor de onschuldige en hulpelooze
vluchtelingen uit België is een menschlievende
daad in welker uitvoering ik van ganscher harte
met u deelneem. Wilt u mijn bydrage van
t 1000 tot steun van dit werk aannemen.
Hoogachtend,
H. VAN DYKE,
Amerikaansch gezant.
Wy gevoelen grooten lust van deze eerste les
een uitvoerig, ja woordelyk verslag te geven,
elke verkorting, elke besnoeiing zou afbreuk
doen aan het schoone geheel. Maar zelfs een
stenografisch verslag kan niet meer van den in
druk weergeven dan een gramafoon ons een
denkbeeld kan geven van Caruso's stem.
De zaal was Woensdag tamelyk goed bezet
en wy twylelen niet of al degenen, die deze
eerste les hebben bijgewoond zullen geen enkele
der volgende overslaan. Maar dit is niet vol
doende. Wy misten nog velen, die aanwezig
hadden moeten zijn De leden van onze werk
lieden organisatie's moesten in grooter aantal
toonen de activiteit van het bestuur van Tho
mas van Aquino, om dezen cursus te organisee-
ren op prijs te stellen. Ook de middenstanders,
vooral onze jonge middenstanders mogen deze
gelegenheid niet laten voorbygaan om hun kennis
der grondwaarheden van ons geloof aan te
vermeerderen.
Spr. vergeleek het geloof met een dom, die
prachtig en grootsch voor onze oogen oprijst en
onze bewondering opwekt maar pas als wy bin
nen zijn getreden en alle details ervan hebben
aanschouwd kunnen wy de grootschheid ervan
doorgronden. Wy behoeven er niet meer aan toe
te voegen, dat met een gids als pater v. d.
Sande door dezen dom te wandelen op aange
name wijze onze kennis van de schoone
waarheden van ons H. Geloof zal vermeerderen
en ons nader zal brengen tot waarachtige be
wondering van dit grootsche werk van den
Almachtige Schepper gegrondvest op de Twaalf
artikelen des Geloofs.
Van de gelegenheid tot debat werd geen gebruik
gemaakt. Kapelaan Paulussen dankte den spre
ker en sloot de byeenkomst met den christelyken
groet.
De volgende vergadering zal worden gehouden
op Woensdag 21 October a.s.
Naar wij Tetnemen heeft Mcvfo-uw
J. G. van Baren—v. d. Voorn Groolenboer, voor
üe benoeming; tot lid der commissie van toezicht
op het Middelbaar Onderwijs waartoe zij' in de
R< admitting; van 22 September jl. werd benoemd
bedankt
Hoogwater te Schiedam: Zondag
11 Oct. 7.51 v.m., 8.11 n m., Maandag 12 Oct.
8.45 v.m., 9.09 n.m.
Gevonden voorwerpen.
Terug te bekomen aan het Commisjsariaat van
Politiedamesceintuur, portefeuille met portret
ten, kinderspeen, corset, fietssleutel, jongensmuts.
Aan de volgende adressen: wedstrijden-medaii-
Steuncomité Schiedam 1914.
Aan den Penningmeester van het comité is een
bedrag van f25.afgedragen door de afdeeling
Schiedam van den Bond van Post- en Te)eg-ra af-
beambten „De Post".
De directie der Schiedamschc Bioscoop heeft
over de 4de week van Vrijdag1 2 tot en met
Dinsdag 6 October de 10 o/0 mn het bedrag
der ontvangsten aan het steuncomité afgedra
gen.
Door een der Belgische vluchtelingen alhier in
DIT ROTTERDAM.
Mgr. Gallier en de Belgische vluchtelingen.
De bisschop van Haarlem Mgr. Callier, die te
Rotterdam vertoeft om er in de parochiekerken
het H. Vormsel toe te dienen, bracht Donderdag
een bezoek aan de Belgische vluchtelingen, die
ondergebracht waren op een der emplacementen
van de Holland-Amerika lijn.
Mgr. bezocht in gezelschap van den hoogeerw.
deken, wethouder Stoelemeijer c. a. de verschil
lende lokalen, die voor de vluchtelingen waren
ingericht en hield volgens de »Msb." de volgende
toespraak
Beste vrienden 1 Ik ben hier gekomen om u
aan te moedigen. Wij begrijpen vanzelf, dat in
deze treurige omstandigheden een zekere onrust
u bevangt. Ge behoeft volstrekt niet ongerust te
zijn, Gij zijt hier bij een broedervolk, dat de
meeste sympathie voor u en voor uw ongeluk
heeft. Al onze autoriteiten zorgen voor u en zul
len voor u blyven zorgen zoolang het noodig is.
Uw legers hebben dapper gestreden. Nu moet
gij in uw ongeluk ook dapper zijn, vooral nu gij
ziet, dat de autoriteiten alles doen om u te helpen.
Zijt dus volkomen gerusten weest er van ver
zekerd, dat men zijn best zal doen, om u nog een
beter onderdak te bezorgen dan gij thans reeds
hebt. Voor het oogenblik moet gij u met deze
plaats als tijdelijk verblijf tevreden stellen maar
gaat gij naar een andere dan zal het zeker een
even goede, zoo niet een nog betere zijn. En
overal zult gij vinden een vriendelijk woord en
een broederhart.
En laat ik er dit aan toevoegen. Wij zijn be
zorgd voor u, pn dat zijn we uit broederlijke ge
negenheid. Maar als bisschop mag ik zeggen, dat
de Katholieke onder ens zich uw lot aantrekken
uit Christelijke liefde en om God. Niets anders
vragen wij, dan dat gij, als gij God dankt voor
uwe redding, ook een klein gebedje zult storten,
opdat God ons beLonen zal wat we voor u deden.
Daarna gaf monseigneur aan de menigte zijn
bisschoppelijken zegen.
Duitse he en Franse he aanvalsta le
lie'k. Een veldpostbrief, uit het Westen aan
de „Kreuzzeitungi" gezonden, bevat de volgende
vergelijkingen tusschen de tactiek der Dwitschfe
en Fransche infanterie.
„Voor mij aldus heet het in oen brief
lag het slagveld als een panorama, Over de heu-
IK