Yerspreide berichten, Binnenland. Stads- en Gewestelijk Nieuws. boerenkar langs den weg liggen, waarop nog eenige zakken, met... spijkers. Een hond lag dood onder de kar, waarvan een der raderen was in gestort. De boeren durven de kar niet wegnemen uit vrees voor den Duitscher. De dorpen in de omgeving hebben alle hun patrouille afdeelingen. De soldaten houden zich vriendschappelijk jegens de bevolking, maar zij worden met achterdocht bejegend. Te Mariakerke hebben zich vier Duitsche sol daten in een afgelegen huis vervoegd, hetwelk bewoond wordt door een ouiden man. Zij eisch- ten dat deze hun vijfhonderd franc zou ter hand stellen; de grijsaard kon echter maar 209 francs bijeenbrengen. De Duitschers vertrokken hierop met de bedreiging dat zijl den volgenden dag zouden terugkomen. De grijsaard stelde onmid- dcbij'k de politie en de Duitsche autoriteiten in kermis van het gebeurde en den volgenden dag werden de vier soldaten gearresteerd. Zij werden eergisteren voor den krijgsraad van Gent gevoerd er. alle vier ter dood veroordeeld. Te Melle en Quadrecht hebben tal van per sonen hun woningen verlaten en zijn naar elders vertrokken, daar het aantal lijken van Duih-vlse soldaten zoo groot is, dat de gezondheidstoestand ernstig' bedreigd werd, terwijl zij ook weigeren cm langer de lijken der Duitschers ie begraven voor welk werk de burgerbevolking door ce mili talie autoriteiten gertequireerd wordt. la ae omstreken van dezelfde plaatsen zag ik de Diuit- sohers bezig' met het inpakken van vaten wijn en van voorwerpen, welke zij uit de kaste,elen hadden weggenomen, teneinde deze naar; Duihs'ch land te voeren. DUITSCHLANI» Tusschen twee vuren. De „Köln. Volkszeitung" ontleent, aan een veld jes tbrief: „Den v.origen nacht kon ik maar weer eens lekker op strqo slapen. Toen ik 's morgen.; uit mijn venster keek, werd er juist een jonge dragonder-luitenant, blijkbaar.zwaar gewond, op een handwagen voorbij gereden. Hij zag er in zijn gtezicfat vrteeselij'k ellendig' uit. en scheen geheel uitgeput. De assisteerende verbant soldaat vroeg of ik niet een glas1 cognac of wat melk had. Ik kon goddank beide verschaffen en ging. zelf naar buiten om met mijn kameraad te praten. Stel je voor: Bij een pa,tr,ouille rit kreeg hij een schot door beide dijen, links een vleeschwond, rechts beenversplintering. Hij viel van zijn paard, dat, zelf ook gewond, wegrent. Zijn drie dra gonders zijn dadelijk dood. Daar ligt hij' nu, niet in staat zich te bewegen. Den volgcnaen morgen hoort en ziet hiji, dat. hij tusschen twee fronten ligt. Voor hem zitten de Ftanschen vast in de loopgraven en achter hem de DuiLcheis. In den loop van den nacht hadden de partijen die posities ingenomen. Maar het vreeseJijkste was, dat hij ,op.' 100 Meter van dé Franschen en op 600 Meter van de Duitschers lag;. En toen begon het vuur van beide zijden. De geweerkogels suizen vlak over hem weg; en ook ,1e Duitsche artillerie beschoot de Fransche loopgraven. Nu weet hij het precies: Als onze artillerie maar 100 Meter te kort schiet, wat bij1 afstanden van 4000 Meter gebeuren kan, dan ligt hij midden in het vuur van de eigen troepen. En jadaar neemt een splinter van een shrapnel een klein puntje van zijln rechteroor weg. Vooruit- of achteruit glaan, dat is onmogelijk, omdat hij1 zijn dijbeen niet ter beschikking heeft. Zo,» meet hij dus wachten totdat een van beide partijen den tegenstander terugwerpt, dan vooruit rukt en hem vindt. En nu duurt dp die plaats het gevecht precies 6 maal 24 uren. Stel u toch voor: zes dagten en zes1 nachten ligt die luitenant daar nder een onafgebroken vuur van heide kanten. Ik vraag hem, waarvan hij geleefd had? „Af en toe aan een bietenblad geknabbeld." Wat een prestatie van lichaam en ziel! Den zevenden dag deden dan onze troepen een stormaanval op de Franstehen en wierpen ze er uit. Dat was 's morgens om 5 uur. Bij die gelegenheid werd hij gevonden en direct achter de linie gebracht De jonge kameraad kon noch het glas cognac noch de kom met melk aan den mond zetten en was roerend dankbaar, toen ik hem daarmee h:elp. En daarbij niet gejammerd noch gebluft, maar met ijzige rust de feiten eenvoudig' verteld En daar heb' ik nu een waarachtiger:, beusc'ien held gezien." Katholieke geestelijken -franc-tireurs? Men weet, schrijft »De Tijd", dat de Duitsche keizer in zijn telegram aan den president der Vereenigde Staten ook katholieke geestelijken had beschuldigd van gruweldaden tegen Duitsche sol daten en de Roode Kruis-inrichtingen deel te nemen. De onbewezen keizerlijke beschuldiging heett destijds veel opzien gebaard in Duitschland, en om een zacht woord van critiek werd de »Köln. Volksz." verboden. Thans schrijft dr. Jul. Bachem in genoemd orgaan »Van verschillende zijden wordt mij opgemerkt, dat in vele bladern vooral in Midden-Duitschland een passage wordt weergegeven uit een uitvoerig artikel, dat ik in de tweede helft van September in de »Hist. Pol- Blatter" schreef. In die passage staat o.a.Bij den opmarsch der Duitsche troepen in België hebben, naar het schijnt, ook katholieke geeste lijken actief deelgenomen aan den franc-tireurs- oorlog. Vooral wordt dit van uit Leuven gemeld." Hierop volgde de opmerking »Het spreekt van zelf, dat geen katholiek het zal willen vergoeilij- ken of verontschuldigen, als dergelijke dingen zijn geschied." De eerste zin wordt nu door bedoelde bladen als bewijs aangevoerd, dat in België de 'geestelijken feitelijk aan den franc-tireurs-oorlog hebben deelgenomen. Doch zulk een bewijs is in die passage niet te vinden. Ik zeg alleen snaar het schijnt". En deze schijn is opgewekt door de talrijke bepaalde mededeelingen over een deel nemen van geestelijken aan den franc-tireurs- oorlog, mededeelingen, welke vooral uit veldpost- brieven en uit de bladen kwamen. Wanneer ik heden nogmaals dien zin moest schrijven, zou ik mij nog voorzichtiger uitdrukken. Want intusschen zijn een menigte van dergelijke mededeelingen, welke geschikt waren zulk een schijn op te wek ken, volkomen onjuist gebleken. Thans zou ik de vraag, of feitelijk ook Belgische geestelijken actief hebben deelgenomen aan den franc-tireursoorlog, geheel open laten, daar er tot dusverre geen on- omstootelijke bewijzen zijn. In de opwinding van de eerste oorlogsweken heeft menigeen veel ge loofd, wat niet werkelijk waar was of waar is." ENGELAND. Engeland heeft officieel aan Turkije den oor lof' verklaard, tevens wordt gemeld, dat Enge land het eiland Cyprus geannexeerd heeft. Cyprus speelt weer een rol in het wereld gebeuren, zegt de „Tel."; het zou ook wel een wonder zijn, als het eilandje zoo eigenaardig gelegen in de Midd.ellandsche Zee, die het Noord waarts van Klein-'Azië, Oostelijk van Syrië, ten Zuiden van Egypte en aan de Noerdwrotzijdö v:m den Griekschen Archipel afsnijdt nu ge lat] buiten beschouwing1 zou blijven. In de oud heid lag het al in het brandpunt der beschaving; volgens de mythe zou zich daar zelfs ue Olym pus bevonden hebben, de zetel der Grieksche goden en godinnen. De Phoenic'iëis en Grieken waren de eerste historische bewoners van het eiland: in 550 v. Chr. 'kwam' 't onder Egyptisch bewind, tot de Perzen het veroverden, aie het weer aan Alexander den Groeten moesten af staan. In 58 maakten de Romeinen zich van Cyprus meester. Het karakteristieke in zijn geschiedenis is wel, dat de machtigste rijken steeds zeer op het bezit van het eiland gestelu waren, hetgteen alleen aan zij'n gunstige ligging voor liet wereldverkeer en dus ook voor het wereldgebeuren te danken is. Tijdens de kruistochten werd het Guide van I usignan toegewezen en vormde het 't krach tige' steunpunt va,n de strijders van het Wes ten tegen het morgenland. In 1489 be'u orde bet aan do machtige handelsstad Venetie en in 1571 kwam het aan Turkije, dat het bijna on afgebroken behield tot 1878. Den -tea Juni van dat jaar kwam het onder Engelsen protec toraat. In den laatsten tijd is de beteekenis van het eiland nog toegenomen door het Suez- kanaal. Het bezit in Famagoesta en Limasso' zeer bruikbare havens. Het is niet zeer dicht bevolkt (pl.m. 25(1,000 inwoners), maar wordt door een groot contingent Engelsche troepen be waakt. TURKIJS. Uit Zurich wordt aan de »Küln. Ztg." gemeld Een dezer dagen uit Turkije teruggekeerde Zwitser deelt mede, dat het Turksche legerbe stuur sedert het. begin van Augustus koortsachtig is bezig geweest, om de militaire weermiddelen te versterken. Een hdoge Turksche ambtenaar heeft voor 14 dagen verklaard dat de deelneming van Turkije aan den Europeeschen oorlog noodzakelijk en on vermijdelijk was. Wanneer de met Engeland verbonden mogendheden den vrede zouden kunnen voorschrijven, was Turkije verloren. Het Oosten moest tot ontwikkeling worden ge bracht door een toenadering tot de Europeesche beschaving. Dit zou echter niet door een onder werping, doch alleen door een vreedzaam samen gaan van de onafhankelijke volken van Europa met het Oosten bereikt wordem Volgens de meening van den Zwitser was onder de mohammedanen een krachtige propaganda ge dreven door politieke en godsdienstige zendelingen. Deze waren diep in Indië doorgedrongen en ook door geheel Egypte getrokken. De komende ge beurtenissen zouden daarop wijzen. De Dia r d a no 11 en f ar t e n. Fngelsche en Fransche oorlogsschepen, hebben opnieuw de forten aan de dardanellen gjebjOim- lU'ideerd. De Engelsche schepen alleen losten meer don 70 schoten zonder eenige schade aan te richten. Officieel wordt van Turksche zijde medege deeld: I Bij de beschieting' der D ard anel'l e af ar ten heeft de vijandelijke vloot 240 schoten afgevuurd zon der schade van eenige beteekenis aan te rich ten. Onze forten hebben maar tien schoten afgte- vuurd, waarvan één een Engel'sch pantserschip heeft getroffen, op welk schip een ontploffing ontstond. In de haven van Aiwali is een Engebch stoom schip tot zinken gebracht. Bij St. Maurice in het kanton Willis is een afdeeling' van het 168ste Zwitster'sehe batal jon door een lawine bedolven. Een v r o u w e 1 ij k e soldaat. Uit een Duitschen veldpostbrief »We liggen hier in het Russisch Polenland ver vannalle cultuur. De inwoners]gaan ons als schuwe honden uit den weg kinderlijk bevreesd. Als zij ons iets willen vragen, knielen zij' en willen, als in den tijd der lijfeigenschap, den zoom van onzen jas kussen. Het dorp bestaat uit vervallen hutten, uit ver trekken, die men bij ons niet eens als stallen voor de paarden zou gebruiken. De regen stroomt onophoudelijk neer, alsof de hemel alle zonden van de wereld wilde schoonwasschen. Onze paarden zakken tot aan de knie in den modderigen bodem. Vier-en-vijftig uren waren we voorwaarts gerukt, toen we eindelijk in het dorp kwartier namen, waar ik getuige werd van het einde van een roman. Toen ik de deur van een boerenhuis wilde openen, kwam een onder officier van hetregiment mij meteen van vreug de stralend gezicht tegemoet gesneld. Hij had zooeven in het bosch met weinige manschappen een halve compagnie Russen gedeeltelijk gevangen genomen, gedeeltelijk neergeschoten. Door de lage deur komen wij in een door waskaarsen spaarzaam verlicht vertrek. Als eerste doode zien we een kinderlijk jeugdigen QRus, glimlachend en als slapend op een strooizak lig gen. Ik kom nader, ik leg de hand op zijn voor hoofd... ijskoud. Onze soldaten komen nader. Plotseling ontstaat een gemurmel... ontzetting schijnt hun te bevangen. Daar treedt een hunner naar voren, en zegt: »De Russische soldaat is een meisje. Naar wij nader vernemen, was het de verloof de van een Russischen officier, die de heelen veldtocht schouder aan schouder met hem in het veld had gestaan en door een borstsehot getroffen was. Ik heb den vrouwelijken soldaat nog den zelfden dag laten begraven. Zelfs tot in hun namen .blijven. Joffre en French onafscheidelijk en zelfs met hun helften behoorten zij elkaar al geheel toe, hetgeen het onderstaande bewijst Jof Fre fre nch Een dergelijke .onafscheidelijkheid besta.it ook bijna tusschen Keizer Wilhelm en Turkijte iniis men het land ,op z'n Duitsch on do pe.mon op z'n Hollandsc'h schrijft, aldus: Tin- Kei kei 'zer Verder wil het gerucht, dat J.o-ffre (J'otfte) zijn naam denkt te wijzigen in: Je prends. (Vad.) De handel der} neutrale mogend heden. Wolff's bureau, doet mededeeling van een in het Stockholmsche blad »Social-Democraten" ver schenen artikel aan het adres van Engeland Geen dag vergaat zonder nieuwe bewijzen aan te brengen, met welke moeilijkheden neutrale staten hun handel voor de wantrouwende oorlog voerende mogendheden moeten verbergen. Dit toont ondubbelzinnig de gewoontejvan som mige oorlogvoerenden om den neutralen staten de voorwaarden voor hun handel te dicteeren. Alle toevoer voor een der oorlogvoerenden af te snijden, is daarbij het openlijk nagestreefde doel. Daarom is het recht der neutralen klaarblijkelijk in het oog van menigeen zoo weinig waard, en de slappe toegevendheid maakt de zaak voor ons, neutralen, niet beter. Wij staan nu voor het feit, dat Zweden zijn noodzakelijkste behoeften slechts met de grootste moeilijkheden, en dan nog niet altijd verkrijgen kan. De oorlogvoerenden hebben geen recht om den neutralen staten bepalingen voor de schrijven voor hun handelsverkeer, die dan volgens het verloop van den oorlog worden toegepast. Men zegt misschien, dat de neutralen niet sterk genoeg zijn om zich te doen gelden. Dat is echter zoo zeker niet. De oorlogvoeren den zelf zijn ten zeerste afhankelijk van den handel der neutralen, en de invoeren van waren door neu tralen is voor hen een niet te versmaden econo mische macht. De moeilijkheden voor de neutralen zijn zeer groot, zoolang zij afzonderlijk optreden maar als zij in verschillende opzichten hun gemeenschap pelijke belangen vereenigen en tezamen tegen de onbevoegde eisohen optreden, wordt de kans veel grooter, dat zij hun rechten zullen kunnen ver dedigen. Boter. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel ad interim heeft goedgevonden den maxim urn-boterprijs voor binnenlandsch verbruik voor den verkoop en gros gedurende de maand November 1914 te bepalen op fl.45 per K.G, Voor kleinere verpakkingen wordt deze prijs verhoogd met de gebruikelijke verhoogingen. De detail-prijs van boter wordt per K.G. in maximum bepaald op 20 cents boven den voren genoemden en grosprijs. Voor speciaal verpakte boter kan een verhoogde prijs worden toegestaan, in overleg met het Rijks- Centraal Bureau voor den uitvoer van boter, Buitenhof 42a, 's-Gravenhage. Uitvoer van vee. Het Tweede Kamerlid Schaper heeft, naar het »Volk" meldt, tot Minister Treub de schriftelijke vraag gericht, waarom de uitvoer van vee, in het bijzonder van varkens, niet verboden wordt. Stuivertjes. Men meldt ons, dat het de bedoeling is. don termijn, gtedurende welken de ronde stuivertjes in omloop kunnen blijven als wettig betaalmiddel, te verlepgen, totdat door voldoende aanmuntting van vierkante stuivertjes en andere pasmunt in de behoefte aan kleingeld o.p afdoende wijze zal zijn voorzien. Ook na 1 Januari zullen dus de ronde stuivertjes vooirloopig' n.o'g gangbaar blij ven. Scheepvaart. Te Amsterdam' kwamen van 1 Januari tot eind October 270 schepen met 234.699 netto leg ton minder binnen dan iin hetzelfde tijdvak1 over 1913. Hoewel niet zoo'n g'roote schade als te Rot terdam is de oorlog' toch in het scheepvaart verkeer op Amsterdam van tnmelijken invloed. Visscherjj. In de maand October werd aan de Rijksvisch- hal te IJmuiden voor bijna, 200.000 gulden winner visch verkocht dan in October 1913. Aan het niet komen der Engelsche jagers is dit fee te schrijven. 4 Belgische vluchtelingen. De »Leew. Ct." deelt mede, dat het Neder- landsch gezantschap te Rome onderstaand protest in het sGlornale d'Italia" heeft doen opnemen De legatie, evenals alle in Italië verblijvende Nederlanders, zijn pijnlijk getroffen door een brief van [uwen specialen correspondent signor Gino Calta-Bedolo, gedateerd Holland October, en ge publiceerd in het sGiornale d'Italia" van Zondag 25 Gctober 1914, no. 294, bladzijde 3. Het geheele Nederlaudsche volk is er trotsch op te hebben kunnen bijdragen, om het lijden te verlichten van een aantal van meer dan 300.000 personen,* een dienst welke de pers van alle Ne derland omringende landen op zijn juiste waarde heeft weten te schatten en waarvan de vele tele grammen van dankbetuiging van de Belgische aan H. M. de Koningin en aan de Nederlandsche regeering de bewijzen zijn. Uw correspondent maakt in zijn brief toespe lingen, die naar het ons toeschijnt de vreeselijkste beschuldigingen tegen Holland zouden zijn. De legatie, gezien de feiten, doet bij dezen een beroep op uw gevoel van billijkheid en verwerpt boven alles met verontwaardiging de beschuldiging, dat' het Nederlandsche volk, gedreven door een laag gevoel van naijver op den handel, met vreugde het ongelukkige lot van Antwerpen en hare bewoners ziet. In tegendeel bewijst alles de ongegrondheid van een dergelijke beschuldiging en nooit is er een zoo spontane kracht en zoo'u algemeene bijval gezien om de lijdende menschheid te helpen als de laatste weken in Nederland. Weerbericht. Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht in den morgen van 6 Nov. medegedeeld door het Kon. Ned. Met. Instituut te De Bildt. Hoogste barometerstand 772.1 te Memel. Laagste barometerstand 758.6 te Vlissingen. Verwachting tot den volgenden dagzwakke tot matigen oostelijken tot zuidoostelijken wind, nevelig tot zwaarbewolkt, weinig of geen regen, zelfde temperatuur. Bevolking. Het maandelijksche bevolkingsoverzicht geeft aan: 30 Sept. 1914 aantal zielen 35011. Geboorten 74 Vestiging 106 180 Overlijden 38 Vertrek 132 170 Alzoo een vermeerdering van 10 Bevolking op 31 Oct. 1914 35021- Gedurende de maand October werden 13 huwelijken voltrokken. Steuncomité. Velen zijn werkloos. Tal van gezinnen moeten geholpen worden. Veel geld is daartoe noodig! Geeft allen naar uw vermogengroote en kleine giften worden dankbaar aanvaard. Wekelijksche bijdragen, al zijn ze nog zoo gering, worden gaarne afgehaald. Het adres van den penningmeester van het Comité is A. L. Boot, N. Haven 83. Apologetische cursus. Als onderwerp voor de derde les werd d,o.or den eerw. pater v. d. Sande Woensdagavond behandeld de vraagt: Wat is God? In de vdcigte les is aangetoond, dat God be-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1914 | | pagina 2