Verspreide berichten, Binnenland. Stads- en Gewestelijk Nieuws. Gemengd Nieuws. 's Morgens was de brug ernegen ingenieurs waren bij het werk verdronken. Versterkingen rukten er haastig over en munitie wera aangevoerd. Maar niet lang20 minuten nadat de brug was voltooid spoelde de rivier ze weer weg. Er waren toen 2 compagnieën en 100 granaten over en wij hadden er 2000 noodig. Onze stellingen werden overstelpt door het vijan delijke vuur. De dorpen konden niet langer worden gehou den. Onze linkervleugel rukte toen op uit Crony en deed een aanval (den elfden) op hoogtepunt 432. Maar de patronen raakten op, elk soldaat had er nog maar 50. En steeds door rukten nieuwe Duitsche troepen aan, uit de richting van Leon, Verwiers en Méezierès. Om drie uur werden afdeelingen van het ze vende Duitsche legercorps waargenomen. Het was Von Heeringen, die Von Kluck kwam helpen. En toch kwam er weer een order om stand te houden. Twee nieuwe bruggen waren gebouwd en weer weggeslagen. Doch onze zware artillerie van de andere zijde van de Aisne kwam prachtig te hulp Daaraan was 't te danken dat we ons kon den handhaven. Het werd avond. Er was geen voedsel en maar weinig schietvoorraad. Maar de brug te Missy was gebouwd en zou het misschien een uur uit houden, misschien twee uur, wie weet? Het was noodig zich te haasten. De order om terug te trekken werd gegeven, en de aftocht begon jiu bewonderenswaardige orde. Het ging tegen den echtend van den 14en. De vijand had ons gezien, had gezien hoe zijn prooi ontkwam. De Pruisische massa's daalden van de hoogvlakte van Vregny af, doch tegenover Missy bleet een enkele batterij onzen aftocht nog dek ken. De vijand werd bij 't voortwaarts rukken weggevaagd. En steeds verminderde onze munitie. Op den rechteroever der Aisne stond nog één Fransche compagnie, de rest was er in geslaagd over de rivier te komen. De compagnie verschoot haar laatste acht granaten, werd zij werd weggevaagd door 't vijandelijk vuur. Ten slotte stonden nog vier mannen aan de stukken, waarvan zij de remmen haden weggenomen, zoo dat de kanonnen bij 't laatste schot langs de hel ling terugliepen en onbruikbaar werden. De Duitscbers hebben slechts onbruikbaar ijzer gevonden en het Fransche leger is tot den iaat- sten man over de rivier gekomen." Generaal Joffre over de Duitsche comminuqu é's. De opperbevelhebber vestigt de aandacht van het publiek op het leugenachtig karakter der oöicieele communiqué s van het groote Duitsche hoofdkwartier. Sedert het begin van den oorlog wordeq in die communiqé's allerlei bewegingen uitgevonden, welke niet hebben plaats gehad, of die waar dit wel het geval was, geheel verkeerd voorgesteld- Üe laatste mededeelingen over Fransche ver liezen gedurende de atgeloopen weken zijn totaal onjuist. Onze verliezen gedurende deze periode beoragen minder dan de hellt, van de door het Duitsche hoofdkwartier verzonnen opgaven. Het Fransche legerbestuur heeft ten overvloede door middel van op het slagveld gevonden dooden kunnen eonstateeren, dat bij alle acties der laatste twee maanden de Duitsche verliezen die der Franschen overtroffen. Fransch cynisme. Onder den titel »de Mis in de loograven" geeft de »Matin" in t et nummer van 25 December j.l. het volgende godslasterlijke verhaal uit de ge vechten in het Woevregebied waaruit men ziet 't is slechts een voorbeeld zegt de «Haarl. Ct.,' hoe de ongeloovige Fransche pers nog altijd ten opzichte van de katholieken gezind is «De Franschen en de Duitschers kunnen elkaar zonder dekking niet meer benaderen. Zoodra er zich een vertoont, bieekt er een kogelregen los, die de aarde meerdere mijlen in den omtrek doet trillen. Om vooruit te komen, is men gedwongen, loopgraven uit te werpen, wier ryen rondom de puinhopen van een verwoest dorp een stad op zichzelf vormen. Onze verschansingen grenzen bijna aan die van de Duitschers en ai kan men elkander ook niet zien, men kan elkander toch wel ihooren. Den vorigen Zondag bemerkten de schutters in onze eerste loopgraven een ongewone beweging op een plek van de Duitsche verschan singen. Men hoorde een gemurmel uit de vijan delijke loopgraven. Toen spitsten wij de ooren. De Mis l Een veldpriester las de Zondagsmis onder de bescherming der hooge borstwering van de verschansing. Een duivelsche gedachte doorvloog de hersens van een onzer mannen. Hij kroop tot aan de telefoon, die onze voorposten met onze veldbatteiij verbindt, en riep den wachtpost aan l Hallo, halloBen jij daar, artillerist Goed. Nu, hoor dan eensDe Duitschers verrichten hunne gebeden in de verschansing.... Ja, daar.... Vlak voor de Duitsche verschansing wat gelui erbij maken Daarop volgde stilte, een vreeselijke stilte. En toen op eenmaal het ontzettende gehuil van onze beminnelijke kleine kanonnen. Vlak voor de Fran sche verschansing werd de aarde opgewoeld. Toen, een vuurschijn rook en angstkreten.... Wij hieven het boold voorzichtig omhoog eo zagen voor ons een groot zwart gat, dat de Duitsche verschan sing doorsneed. Ja, ja, wij hebben bij de Mis de klokken geluid i DUrrSCHLANH, Minister Von Falkenhayn treedt af. De «Nordd. Allg. Ztg." meldtDe minister van oorlog en chef van den generalen staf van het veldleger, von Falkenhayn. is met bevorde ring tot generaal der infanterie op zijn verzoek ODtheven van zijn funtie als minister van oorlog. Generaal-majoor Wild von Hobenborn is met bevordering tot luit.-generaal tot staats- en oor logsminister benoemd. De keizer richtte tot generaal Von Falkenhayn de volgende kabinetsorder De redenen, die gij mij voorgedragen hebt voor de benoeming van een nieuwen minister van oorlog, moet ik goedkeuren en daarom onthef ik u volgens uw wensch van uw ambt als minister van staat en van oorlog. Mijn warme erkenning van de door u op dezen gewichtigen post bewezen diensten wil ik uitdrukken door u bij dezen tot generaal der infanterie te benoemen, met hand having van uw positie als chef van den generalen staf van het veldleger. Wied von Hohenborn blijft, volgens een mede- deeling van het Wolff bureau, in het groote hoofdkwartier de leiding van het legerbestuur in het vaderland wordt in de toekomst waarge nomen door luitenant-generaal Von Wandel. Toen Von Falkenhayn in plaats van den we gens gezondheidsredenen aftredenden generaal- overste Von Moltke tot chef van den generalen staf van het veldleger benoemd werd, waren nog gewichtige, gedurenden den eersten tijd van den oorlog opgeworpen kwesties van techmschen en organisatorischen aard ter oplossing over. De verandering op het ministerie van oorlog kon toen nog niet doorgevoerd worden nu is zij zonder gevaren. Daarom zijn voor de twee amb ten twee waardigheidsbekleders benoemd. Bommen op Essen. Naai' een uit Diuitschland te Arnhem aange komen reiziger aan een oorresp. van ae „N. It. Ct." vertelde, zouden gisteren eenige vijandelijke vliegtuigen boven Essen zijn geweest on eau aan tal bommen op de stad hebben geworpen. Hij had gezien, dat er huizen waren ingestort. Of er, en zoo ja hoevele, mensehen werden gedood of gewond, had hij niet te weten kunnen ko men. ENGELAND. De tocht der Zeppelins. De laatste berichten omtrent den Duitschen luchtaanval op Engeland melden dat er in het geheel vijf dooden te betreuren zijn, drie te Yar mouth en twee te King's Lynn. Het zijn twee vrouwen, een van 72 jaar en de andere de weduwe van een in Frankrijk gedooden soldaat en voorts een jongen, 'noude schoenmaker en een soldaat. Er zijn niet veel gewonden. Er bestaat twijfel uogi aangaande den aard der vliegtuigen, doch men gelooft algemeen, dat het óf Zeppelins, of Parse- valluchtschepen waren, daar de omstandigheden waaronder de raid plaats had en de grootte der bommen die medegevoerd werden er op wijzen dat men hier met lucntschepen te doen had. De koninklijke verblijven (York Cottage) te Sandringbam en die van koningin Alexandra te Snettisham werden niet getroffen of beschadigd. De mensehen brengen in groote getale een be zoek aan Yarmouth om de aangerichte sehade te gaan zien. De aanval heeft de bevolking nog niet verontrust. Over 't algemeen is men van meening, dat Yarmouth door zijn ligging nog meer van dergelijke tochten kan verwachten. Er heerscht voldoening over, dat het aantal verliezen zoo ge ring is. De stad was gisterenavond in duisternis gehuld alleen de rytuigen hadden hun lichten op. Cromer en andere kustplaatsen, welke gewaar schuwd waren, zijn door het uitdooven van de licnten van de bommen verschoond gebleven. De bewoners van Runton, die in de donkere straten waren samengestroomd, zagen de Zeppelin duide lijk boven Cromer, waar het luchtschip plotseling zeewaarts zwenkte. Te Kings Lynn werden 150 huizen beschadigd. Een bom vernielde er de hydraulische inrichting. Men acht een nieuwen tocht mogelijk by de volgende nieuwe maan. Londen is voorbereid, niet angstig. Deze tocht heeft gelegenheid gegeven tot een repetitie van de verdedigingsmaatregelen van de hoofdstad, welke zeer bevredigend geacht wordt. De Duitsche »TagtszeituDg" schrijft over den aanval van de luchtschepen op Engeland Dit begin van de aanvallen van Duitsche lucht schepen op de Engelsche eilanden moet met groote bevrediging vernomen worden. Vast hopen wij, dat deze ondernemingen voortdurend en krachtig zullen worden voortgezet Het «Berliner Tagfblatt" zegt: Een ding staat reeds du vastdat de Noordzee voor de Duitsche luchtschepen geen hindernis vormt en dat de vrees der Engelschen voor een aanval uit de lucht zeer gegrond was. üe «Morgenpost"Wat helpt den Britten de zee, die hun eilanden van alle zyden omgeeft, welk voordeel hebben zij van hun oorlogsschepen, die de kusten moeten beschermen, wanneer de Duitsche luchtschepen op stoutmoedige tochten de scheidende watervlakte overvliegen. De angst voor een Duitschen inval zal zeer toenemen. De Duitsche kracht tot handelen en de Duitsche ondernemingsgeest hebben ook de afgeslotenheid van het Britsche eilandenrijk met goed gevolg weten te overwinnen, Er zijn thans in het Duitsche leger 1500 ridders van het ijzeren kruis eerste klasse, be- hoorend tot alle wapens en rangen. De familieleden 82000 militairen van Groot- Berlijn omvangen onderstand voor een gezamenlijk bedrag van 30 millioen Mk. per jaar. Uit Saloniki wordt geseind dat een opstand in Konstantinopel dreigt. De Regeering van Ab- del Azis was een zegen vergeleken bij de tegen woordige onder Enver Bey. Het volk is verbit terd. Er zou een groote betooging tegen Ever Bey hebben plaats gehad. Een Engelsch handelsschip getorpedeerd. Men seint uit Heek van Holhinc Het Engelsche stoomschip „Durwurd" komende ven Leith is ioip ongeveer 22 mijl ten N.W. van het vuurschip Maas, dooi de Duitsche duikboot „U 19" aangehouden. De bemanning moest binnen 19 minuien het schip verlaten. De bemanning! begaf zich daaiirtp met. eigen booten naar het vuurschip Maas. De „Durward"' werd daarna getorpedeerd. De bemanning van de „Durward" (21 personen) is later door een der sLoomloodsbooten hier ge land. Zij zijn per trein naar Rotterdam vertrok ken. Regeeringmaïs. Door het comité van graanhandelaren te Rot terdam is gisteren bij publieke inschrijving ver kocht 6000 tons Amerikaansehe mixen maïs, waarvan 1500 tons oude oogst. De maïs .oude oogst is gegund als volgt: aan inschrijvers van f230 60 pet.; daarboven tot volle inschrijving1. De nieuwe maïs aan in schrijvers van £228 15 pet.; daarboven geheel. 'I Gwtotste gedeelte is gegund aan de innaenland- sehe consumptie. (Msb.) Vreemde luchtschepen boven Nederland. Men seint ons uit Den Ilaag. Naar wij van bevoegde zijde vernemen heeft de Ncteïlandsche Regeering in verband met het vermoeden, dat de in den nacht van 19 -op 20 Januari boven Neaerlandseh grondgebied waargenomen, zich in Oostelijke richting bewegende luchtvaarrur-:, doei uitmaakten van de Duitsche strijdkracht II. M.'s gezant te Berlijn opgedragen zulks ter kennis van óe Duitsche Regpering te brengen, Opdat ten on derzoek naar het gebeurde w-aTde ingestem Visschery en Oorlog. In het jaar 1914 kwamen te IJmuiden 225 stoom- en zeilvaartuigen met- haring minder bin nen dan in het jaar daarvoor. De opbrengst van die haring was aldus ook bijna f500.000 minder als in 1913. Deze ver mindering is tengevolge van het uitblijven van de Schotsche haringdriften door den huidigen toestand. Trawl- en beug visschery. Over het jaar 1914 kwamen te IJmuiden 892 schepen minder, doch met meerdere besomming van f800.000 aan de markt van de trawlvissche- rij dan in 1913. Van de beugvisscherij kwamen in 1914 80 schepen met f 120.000 besomming minder binnen dat in 1913. Mynen in de Zuiderzee. Men seint on3 uit Wieringen In de Zuiderzee is een drijvende mijn gesigna leerd bij het Rijks oesterperceel «De Wierbalg" door den wachter van dit perceel. De Marine autoriteiten te Den Helder werden terstond ge waarschuwd. Door den schipper van de «Tessel I" zyn twee drijvende mynen gesignaleerd in het Oude Zwin. Naar wij vernemen zouden deze beide mijnen reeds door een kanonneerboot van de inmiddels gewaarschuwde Marine zijn onschadelijk gemaakt. Verlof voor militairen. In verband met het groote aantal verzoeken, die den laatsten tijd worden aangeboden om ver lof voor militairen, die in gewone omstandigheden eigenaar zijn van een zaak, belast zijn met het beheer van een zaak of met de administratie van een of ander bedrijf, en ten einde deze militairen in staat te stellen de balans op te maken of orde te stellen op hun administratie, heeft de opper bevelhebber van land- en zeemacht bepaald, dat in de maanden Januari en Fei ruari door de corps- commandanten om bovengenoemde redenen een verlof van ten hoogste 8 dagen kan worden verleend. Ten einde voor dit verlof in aanmerking te komen, is het noodig, dat de dienstplichtige door den burgemeester van de gemeente, waartoe by behoort, de noodzakelijkheid van een dergelijk verlof kan doen staven. Het is noodzakelijk, dat de verloven zoodanig voor de verschillende aanvragers geschikt worden, dat de dienst daardoor zoo weinig mogelijk be zwaren ondervindt. Üe oorlog.sleening. De groote staatsleening is zoo verneemt de ï>N. R. Ct." van de best-ingelichte zyde ge heel hier te lande geplaatstniet slechts zijn de geruchten, als zou het buiteland een deel daarvan voor zijn rekening genomen hebben, volkomen ongegrond, doch zelfs uit Indië is niet voor een noemenswaardig bedrag ingeschreven, hetgeen dan ook geheel met de opvattingen der regeering strookt, die immers met de mogelijkheid eener eigen Indische leening had rekening te houden. Eerlang zal een statistisch overzicht gegeven worden, waaruit zal kunnen blijken, hoeveel in de groote steden en in ai. dere deelen van ons land is ondergebracht en hoe groot het aantal in schrijvingen is. Echter mag reeds tbans aange nomen worden, dat het werkelijke cijfer der in schrijvingen het eindcijfor dier statistiek aanmer kelijk zal te boven gaan, aangezien ongetwijfeld verschillende commissionnairs in effecten gemaks halve een aantal kleinere inschrijvingen als één preferente inschrijving van f 110.000 hebben aan gegeven. Met belangstelling wordt de eerste Bankstaat na 8 Februari afgewacht, die waarschijnlijk de beantwoording van menige thans gestelde vraag zal vergemakkelijken. Weerbericht. Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verrit til in den morgen van 22 Jan., medegedeeld door het Kon. Ned. Met. Instituut te De Bildt. Hoogste barometerstand 753.2 te Memel. Laagste barometerstand 735.9 te De Bildt. Verwachting tot den avond van den volgenden dag: zwakke tot matige later wellicht toenemende z. tot z. w. wind, meest zwaarbewolk, waar schijnlijk regenbuien, zelfde temperatuur. Door de A m s t e r d a m s c h e politie is naar hier overgebracht, de 53-jarige S. B. verdacht van op Oudejaarsavond een horloge te hebben ontvreemd en van het plegen van op lichting, door onder valsche voorgevens bij lieden in den kost te gaan en zonder betalen te ver trekken. Hij is heden-morgen naar het huis van be waring te Rotterdam overgebracht. De commissaris van politie, alhier verzoekt aanhouding en voorgeleiding van den Belgischen vluchteling Jules Hekkers, die tot 14 Jan. 1.1. hier ter stede vertoefde. Hij wordt ver dacht van verduistering van 20 bankbiljetten van 20 francs welke hem den 13 Jan. ter inwisseling waren ter hand gesteld, door een uit België uit geweken Hollander. Van 10 der bankbiljetten zijn de nummers bekend. Hoogwaterte Schiedam: Zaterdag 23 Jan. 9.08 v.m., 9.27 n.m. Overspanning. Een politieagent te Zwnl- le begaf zich dezer dagen met een collega met den eersten trein richting Amersfoort, om elders familiebezoek ai te leggen. Hij had hard geloo- pen, om den trein te halen en eenmaal g.zeten ondervond hij van deze inspanning1 zoodanige gevolgen, dat de dood spoedig intrad. In de wachtkamer1 van het station te Wezep werd zijin lijk gelegd, om! vandaar naar Zwolle te worden overgebracht. Een schrandere hond. Dezer dagen ging, zegt de »N. Ct.", een dame met haar kind een wandeling maken op eenigen afstand van haar woning aan onze Noordzeekust. Op een eenzamen weg loopend viel zij, waarbij zij zoo ongelukkig neerkwam dat de eene arm gebroken, de andere arm verstuikt was. Zij zag geen kans overeind te komen en moest stil blyven liggen. Haar hond liep echter naar huis, ging in den stal bij den koetsier, en bleef in zulk een opvallende wijze om hem heendraaien, dat de koetsier eindelijk begreep den hond te moeten volgen. Op deze intelligente wijze wist de trouwe hond zijn mees teres hulp te brengen- De dame wenscht niet genoemd te worden, maar de waarheid van het verhaal staat vast. Smokkelen. Aan de Duitsche grens bij Schinveld (L.) wordt druk gesmokkeld, doch grens wacht en ambtenaren zijn op hun post. Een smokkelaar trachtte 's nachts twee paarden over de grenzen te brengen. Een rijksambtenaar schoot op den vluchtenden smokkelaar, die in de duister nis ontkwam. Den volgenden dag werd het lijk van een der paarden gevonden. («Tel.") Een vrouw vergiftigd. Te Bleyer- heide, gem. Kerkerade, is op rechterlyk bevel het lijk opgegraven van een vtohw, van wie vermoed wordt, dat ze niet een natuurlijken dood is ge storven. Vermoed wordt dat de vrouw vergif- "igd is. (»Tel") Spelen met vuurwapens. De heer W., employé bij Maison Vogelpoel te Bandoeng, zette uit scherts een Inlander een revolver op de borst. Bij ongeluk ging het schot af. De Inlander kreeg den kogel recht door het hart en was op slag dood. Van schrik zakte de heer W. ineen. De assistent-resident stelde ter plaatse een onderzoek in.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1915 | | pagina 2