2' ^JZbe/r^ijdK' °iet b*»h HerCln2! 1d m,SSen 5 Engelaad Zaterdag 20 Febr. 1915, TWEEDE BLAD. No. 11160. herhalen van den oorlog. Gemengd Nieuws. l)e n, Pe ®'euwe Zeeoorlog. een 5 e"'scb"Westfalische Zeitungcc publiceert »18 Febr bf)'an®wekkend hoofdartikel, getiteld een^^6 Pebruar' kani naar het blad opmerkt, schied** grootste mü'Pa'en zijn in de wereldge- hieuw6n'Sd3g waaroP de aangekondigde tann pkase hen zeeoorlog tegen Groot-Brit- hilisch eCD aanvan8 neemt. De »Rheinisch-West- Ehgeland '6^1 den nadruk °P> dat Duitschland schat h D^et te rechtvaai"digen wijze gering- slecht kfie^' ^en sPrak van huurlingen en een lijk emande vloot. Maar laten wij thans open- hitste? eDnen dat die Britsche huurlingen zich r,aatn .en gedragen hebben en dat wij de zooge- aam»r 6 onbemande vloot tot nu toe niet kunnen 6ri| 1161 beg'n van den oorl°g was het tigen tQS andverraad beschouwd als men in rus- gende L- °P dC groole hulpmiddelen en de drei- be bracht van Uroot-Brittannië wees. Wij Groot^ m6t deZe vernietiging in woorden van gelsch anmë D00it kunnen meegaan. De En- «iet. rVC rslDoraal te verwijten raakt men hem gezicht ri' eenige dat weh»cht zijn onbeweeglijk Wh o, °et veranderen is een teeken van kracht. Zeeëa &an V°°r ket ^e'1 dat onze kruisers de kleine itT heheerschen kunnen en dat wij onze k°lon.ën hem11 I6'10?11; °p,den duur zullen alle heerscht n™ tCD deel vallen die de zee be" WaPen. d aLlrr0? grepen wiJ naar een nieuw Engeinnn e«, 214 boorde een serie schepen op tijken v S lkusl in den grond. Dit was het gewonden0 were'dvuurwerk> waarvan het op slaan r Jerk langzaam afloopt tot het zal Werk' sl° D 18e Fabruari zal het wereldvuur- do°r den&an kel slaaQ Zal de nieuwe slag is ,tegeastander kunnen worden afgeweerd. juist wii A ef:jnige vlaa8- °nze lezers weten dat ten- Hii h6n Engelschnuan ais mensch hoogschat- Sche deii 660 aaDta' van de beste Germaan- wij ket eg 6n' ^let Ware beter te wenschen dat Van Deer,?? ™erden' doch waartoe zou het dienen Wil heer 16 Spreken als En«eland alleen v°°r ons staat de februari thans hebben ve vervaldag van den wissel. Wy Zal aflossen r°UWen dat de admiraliteit dien wissel niet gemaTt* ,.®,enige te6enslagen gebeuren, maar Want één 2a' Engeland zich verloren geven, oorlog si0 l 'S zekerindien de nieuwe zee- hednidt h?t voor^T*86 Ullwerk,ng beeft dan en voor de Rri? h* msche bevolking de honger heerschapoii ne der Wereld" niet ons Dönieuwe zee°orlog beduidt nog Britsche '®e°Verw,cht' maar het ophouden van het ter zee vno?VenW1Cht' WlJ kunnen het overzicht v°°r ons ri r 6 Srilscbe scheepsplanken zal de schoonste symfonie zijn." Russische minister van Financiën Be m geïniervieuwd. 'erblii/.^n11 heeft 8ebru,k gemaakt van het Einanciën Van den Rhssischen minister van Bark I h °m hem te mtervieuwen. "hedewerkn 6 06 volgende verklaring tegenover de »Het V8n hCt Parflsche blad af: dnrende 'l mij ®°eilijk gevallen Petersburg ge- «jdstip waa" geh:e,6..maand tG Verlaten' °P een ded'gen v 1 m^n wetsontwerp moest ver- tribune dp!°ü commissie en vervolgens op de de hoodzatlro'k8 j Ik bea ecbter gezwicht voor 'hinisters-r 6/J deel te nemen aan de drie- het volle lw T ,m UW sfad' die eenstemeer eehsgezindh«'H n latCn Va"en op de volmaakte dfie verbond' 6F °P a"e Punten onder de tijd heeft H?11 mogendheden bestaat.. Te zelfder daartoe de hPatri°titlsche botooging in de Doema 1915 aauleidin r glDg °VCr de begroot'hg van eensgezindhP Hg- g8u' met dezelfde duidelijkheid de P.I..ÏÏ1 b" gMteld, wellie tusscheo 'ot ledrrtlJen Van mijn land bestaat- Men 6r bestaat onjS d® overwihning behalen en l6ker is van m hCt geheele r»k' die niet En o zegepraal. Men zoTt kan deze solidwiteit opmerken. ?en" ontoeSd U'tdrukking ^eal|ieer- Lo»den PaH ia' Men handelt en denkt te Vo,k' en P8 eDJ Petersburg als één ontzaglijk 8lngen va men dan hoort spreken van de po- te zaaien d 6D V1J,and °m tweedracht onder ons Middelen dan°°[ 'eugenachtige en laster- verachtel«k L r ?CD Diet anders doen dan er Dat ko gllmlachen- vÜand, .d°emlo0mdat onze vijanden, of liever onze 6 ra«npen dt d' U ontkelend heeft, en van ^Dez0 '•■vloeiem' °nVermijdelijk voor hem uit g6C T°^r Uï' alS de militaire actie >Veren zwjn°g 8ng Dadat de kanonnen en ge- I°0rt8ezet In nu U 7 ander gebled worden 611 economischpn reeds nemen maatregelen om zetten. SChen 00rl°g z°hder genade voort te ^nÜdernir-plered®°' die de "misters van Finan- hzacht Het „n1 te Par»3 heeft samenge- !?ilihg, niet genoïz kf'-dat W^' na de vrede* J°ort' schadeloosstelling den Duitschers een «oosstellmg te betalen, door hun de middelen te laten, waardoor zij zich ten onzen koste en op onze eigen markten zouden kunnen herstellen en verrijken. De les der tijden, die aan dezen oorlog vooraf gingen, zal niet worden vergeten. Met het goud, dat het door ziju handel in Rusland Frankryk en Engeland, bijeenraapte heeft Duitschland zijn ka nonnen kunnen gieten, zijn Zeppelins en zijn dreadnoughts kunnen bouwen. En thans heeft het onze fabrieken en werkplaatsen in Polen, in België en in het Noorden van Frankrijk in puin geschoten. Misschien verbeeldt het zich wel, dat het ons aldus kan dwingen, bg zijn eigen fabri kanten de koopwaren te koopen, die wij zeiven voorluopig niet meer kunnen maken. Duitschland wete echter wel, dat onze markten voor goed voor dat land gesloten zullen blijven. Hier volgt een staatje, dat zijn tyd gehad heeft De Fransche export in Rusland bedroeg een jaar geleden nauwelijks 57 millioen roebel. Die van Duitsche bedroeg 650 millioen roebel. Hoe is een dergelijke wanverhouding te verklaren? Zeer eenvoudigDe Duitschers kennen Rusland als hun beurs, zij hadden het overstroomd met hun agenten en handelsreizigers, die tot in de allerkleinste, verst-afgelegen stadjes doordrongen. Herhaaldelijk kregen wij zelfs door hun toedoen Fransche koopwaren, natuurlijk tot hun voordeel belast met een hooge commissie. De Duitsche regeermg stelde al haar doorzet- tingsvermqgen en groote handigheid in het werk, om den handel barer onderdanen te begunstigen. Een voorbeeld Door bemiddeling van zjjn con sulaire agenten had het Keizerlijk Handelsdepar tement een uitgebreid onderzoek laten instellen naar de solvabiliteit van alle Russischs handelaren. Dat werd een gansche bibliotheek van informaties. Richtte zich nu een klant uit Potersburg, Moskou of Odessa tot een Duitsch fabrikant, dan was het voor dezen laatste voldoende, even deze informa ties na te staan, en hij wist onmiddellijk wat hij wilde weten- Onze Fransche vrienden zullen voortaan de Duitschers op de Russische markt vervangen, maar daarin zullen zij niet slagen dan wanneer zij zich de Duitsche methode eigen maken. Zij moeten ons komen opzoeken, onze behoeften ter plaatse bestudeeren, benevens onze gewoonten en gebruiken op handelsgebied. Zegt hun, dat zij bij ons alle gewenschte hulp en bescherming zullen vinden. Zij zullen met open armen worden ont vangen. Wat mij-zelf betreft, zal ik voor geen moeite terugdeinzen om hen tevreden te stellen, over tuigd als ik ben, dat ik zoodoende niet alleen het werk van een oprecht vriend van Frankryk verricht, maar ook handel als Russisch staatsman eu patriot. Van dit oogenblik af moeten wij dezen econo- mischen en commercieelen veldtocht gezamenlijk voorbereiden. Uitwerking van granaatvuur. De „Lancet" bevat een belangwekkende studie van den Britschen oflicier van gezondheid C. H. Myers over de physieke gevolgen van den „shock" door granaatvuur. In de drie gevallen, welke hij tot in bijzonderheden behandelt, van drie sol daten, in wier nabijheid een groote granaat ontplofte, was het gehoor ongedeerd gebleven. Daarentegen waren gezicht, reuk en smaak tijdelijk afwezig of sterk verminderd. Zeer slecht zien, het niet in staat zijn om zoute en zure stoffen te proeven en, in twee van de drie ge vallen, verlies van geheugen, waren kenmerkende symptomen. In alle gevallen trad door rust en hypnotische suggestie van lieverlede verbete ring in. De Duitschers hebben in Polen, naar de bij zondere correspondent van de „Daily Chronicle" meldt, voor het eerst gebruik gemaakt van gianaten met een lading van meliniet en een andere onbekende stof. Een der gevolgen van meliniet is, dat degenen, die in de nabijheid van de ontploffing zijn, tijdelijk verblind worden. De lucht bleef hangen aan de lichamen der ge wonden, zoodat de dokters in het hospitaal ge noodzaakt waren om van tijd tot tijd naar buiten in de open lucht te gaan, ten einde weer op hun verhaal te komen. De laatste Mis. In de »Matin« schreef een militaire dokter het volgende s Nachts waren we aangekomen in het dorpje Vassincourt. Toen onze wagens op de bestemde plaats waren gebracht en de gewone orders waren volvoerd, spoedden we ons naar den keukenal len vergingen bijna van honger. De kok had niet zoo gauw aan versch vleesch kunnen komen en had daarom maar geconserveerd vleesch klaar gemaakt met overheerlijke tomatensaus. Toen mijn honger wat gestild was, kwam een ordonnance binnen met de boodschap Kapitein (die goede kerels konden zich maar niet gewennen om mij anders te noemen, omdat zij altijd letten op mijn drie tressen), Kapitein, iemand vraagt u te spreken. Laat hem maar binnenkomen. Daar komt een van myn brancardiers, een flinke kerel met vriendelijk gelaat en bescheiden manieren. Ik geloof, dat ik hem nog nooit had gesproken. Mijnheer de dokter, daar het morgen Zon dag is, wilde ik u vragen, om in de kerk hier de Mis te mogen lezen. Zoo ben je dus Ja, ik ben kapelaan op ons dorp. Best. Dank u, dokter. Toen hij weg was, zei een van ons Als we eens naar de Mis gingen Met aigemeene stemmen besloot het keuken- personeel morgen gezamenlijk naar de H. Mis te gaan van den brancardier. Men waarschuwde ook de twee andere ambulancen onzer afdeeling het voorstel werd met geestdrift aangenomen. Het was Zondagmorgen. Wijl ik de oudste was, nam ik de eereplaats in, voer het koor. De officieren van administratie namen plaats in de banken. Daar achter verplegers en brancardiers) die ons gevolgd waren om ook eens te gaan zien. En de manschappen op han beurt wilden ook zien waarna de verplegers en brancardiers gingen kijken. De brancardier, die de H. Mis zou lezen, kwam binnen. Ik zag dat de roode soldatenbroek onder zij alb en kasuivel uitkwam. Men stond tegen over den vijand en de priester-soldaten hadden geen tijd om hun uniform uit te trekken. Ik ga u niet eene Mis beschrijven dat zou ik ook niet kunnen, want voor zoover ik mij kan herinneren, had ik ze, sedert mijn eerste Com munie niet meer bijgewoond, dan alleen bij ge legenheid van eene huwelijks- of begrafenisplech tigheid, maar dat telt niet mee. Ik herinner me alleen nog, dat ik in het begin in het geheel niet op mijn gemak was, omdat ik in totaal niet wist, wanneer ik moest opstaan, gaan zitten of buigen. Ik had me daarom voorgenomen, om maar steeds rechtop te blijven staan, toon ik echter bemerkte, dat de verpleger, die die de Mis diende, namelijk een seminarist, mij met de hand een teeken gaf om te gaan zitten en na een oogenblik weer met dezelfde hand mij te kennen gaf dat ik moest gaan staan. Ik heb zoo het voorbeeld ge geven, gelijk mijne waardigheid zulks eischte ten de anderen deden mij trouw na. Opeens keert zich echter onze brancardier priester om en gaat voor ons preeken. Hij begon met er op te wijzen, dat allen die in de kerk zich bevonden, soldaten warendat allen, die deze Mis bijwoonden, hier waren voor hun va derland, terwijl velen, hun ouderdom in aanmer king genomen, anders beter rustig hadden kunnen thuis blijven. Er waren er wel onder ons zoo vervolgde hij die den goeden God en Zijne ker ken een weinig verwaarloosden, maar dat wij Hem allen moeten dienen door onze daden. Daarna sprak hij over onze familie, onze be angstigde vrouwen en kinderen, die ons misschien nooit meer zullen terugzien, gelyk zoovele ande ren, die in den dienst der gewonden zijn gestorven voor hun plicht. Op dat oogenblik gevoelde ik iets, alsof er een traan over mijn gelaat rolde, ik keek rechts naast me en zag den apotheker een likkepot weet je, die aan niets gelooft zelfs niet aan zijn medi cijnen zijn gezicht hevig vertrekken om niet te laten zien, dat het hem had getroffenlinks van me haalt de andere dokter zijn zakdoek te voorschijn en begint heel hard te snuiten. Ik neem eveneens m'n zakdoek en begin te snuiten en even daarna hoort men hetzelfde van alle kanten. Vanaf het koor tot aan den deur; doen ze allemaal, alsof ze niet schreien, maar een weinig verkouden zijn. Doch heel achteraan zat er een heel hard te snikkenhet was Sidi, oud soldaat van Afrika en in politiek, oppasser van een park op Montmartre. Juist op dit oogenblik, om ons gelegenheid te geven ons hoesten wat te verbergen, schudt heel de kerk en hoort men een geluid dat heel anders klonk dan het aanslaan een van orgel. Het is een kanon, dicht bij ons. Men loop naar de deur, ik heb nog juist even den tijd, om den priester ons te zien zegenen met wijdsch gebaar daarna haast hij zich naar de sacristie om de priesterkleederen af te leggen en weer soldaat te worden. Het is de laatste Mis geweest voor enkelen van ons, die te Vassincourt wareh op dien schoonen herfst-Zondag. Het was ook de laatste Mis voor de arme kerk, waar wy hadden geweend ook zij stierf als soldaat, zy kwam in de vlammen om. weet niemand, zegt het »N. Een stuk Eergisteren is te Hilversum oip lieeterüaad beti'.pt de rijwielhersteller J. J., van Amsterdam, Uen hij in de tijdelijk onbewoonde villa van H. aan de Van Hengellaan aldaar koperen voor werpen wegnam. Bij zijn aanhouding1 dreigde hij: met een mes, eri zette het daarna op een loopen. De politie had hem echter spoedig! gevat. Het dragen van schoenen. De schoe nen maken een zeer belangrijk deel van onze kleeding uit. Zonder kraag, zonder hoed zonder das, kunnen we in een gezelschap ver schijnen, maar zonder schoenen gaat het toch niet. Wanneer voor het eerst schoenen zijn gedragen van een dierenhuid voor zool, een stuk in reepen gescheurd voor riemen, dat was het eerste san daal. De Egyptenaren vlochten hun schoeisel van de bladeren van den papyrusboom. De riemen zaten aan de zool bevestigd, zoodat men de voet er tusschen moest schuiven. Deze, wyze van de sandaal aan te hebben vindt men bij de Noma dische volken terug. De sandalen by de Arabie ren in gebruik, herinneren er nog volkomen aan. De Egyptische zool was reeds met een gouden versiersel voorzien. De Assyriërs maakten hun schoesel meer aan den voet sluitend, door er hakstukken aan toe te voegen. Ook de halfhooge laar was bij hen bekend. De Israëlieten droegen dezelfde soort. Zooals de meeste volken liepen zij binnenshuis, blootsvoets. Voor het betreden van den tempel ontdeed zich de Priester zoowel als de leek van zijn schoeisel, evenals thans nog de Mohammedaan bij het betreden zijner moskee. Maar als wy nu eens nagaan, hoe onze voor ouders hun voeten bekleedden, dan blyk alvast, dat de Germanen, ten tijde van de komst der Romeinen geen schoeisel hebben gehad. De vrouw evenwel droeg een schoen waarvan het zyleer, rondom door band om den voet getrokken werd. De Bourgondiërs hadden in de vyfde eeuw lee- ren schoenen, die tot over de enkels reikten. In de elfde en twaalfde eeuw hechtte men al zeer veel aan een netten schoen en de vyftiende eeuw werd de punt van den schoen steeds langer. Sommigen meenen, dat de tuitschoen in ge bruik gebracht is door Graaf Tulco IV, van anjou, die in het laatst der elfde eeuw op den gelukki gen inval kwam om door zijn langen schoen zyn mismaakte voeten te verbergen. In ieder geval werd het in de veertiende eeuw een heerschende mode. De spitsen waren dikwijls driemaal zoo lang als de voet zelve, en ze waren nu eens slap, zoo dat ze bij iedere stap op en neer fladderden dan weer stonden ze stijf, opgevuld naar boven, of terzijde omgekruld. Gewoonlijk hing de lengte der tuit van den stand van den drager, zoodat de aanzienlijksten in rang de langste schoenen mochten aantrekken. Waarschijnlijk heeft het spreekwoord »hij leeft op een groote voet®, daaraan zijn ontstaan te danken. Op het einde der 15de eeuw kwam er gelukkig een einde aan deze bespottelyke mode. Hoe men er op eens zoo toekwam die geloofkoosde dracht te laten varen, is moeilijk te bepalen. Intusschen verviel men nu weer geheel in een tegenovergestelden vormde lange smalle schoen werd nu buitengewoon breed en kort. De breedte van den voorschoen bedroeg soms drievierde deel van de lengte van den voet. Deze breedte was wel niet zoo hinderlijk als de lengte, maar men had nu grooten last van het binnendringen van water eo slijk, vooral toen men, om nog meer ruimte te geven aan den voet wijde insnijdingen er in maakte. Deze openingen waren naar ver kiezing grooter of kleiner, meer of minder talrijk en zij gaven gelegenheid om de kleeding nog meer bontheid te schenken. De voering toch, die door de insnijdingen zichtbaar was, had steeds een andere kleur dan het bovengedeelte en puilde er dan ook wel overheen. Mannen en vrouwen uit alle standen, droegen deze soort schoende mindere burgers eohter zonder stollen en insnij dingen. Id de 2e helft van de XVIde eeuw verkregen de schoenen meer den gewonen vorm van den voet. De insnijdingen bleven echter nog lang in den smaak. De onderschoenen waren vervangen door overschoenen, die dikwijls met bont gevoerd werden. Oorspronkelyk moesten deze dienen om den voet warm te houden, maar spoedig droegen de weelderige heeren ze zoowel 's winters als zomers. In de helft der XVIIde eeuw begon de Spaansche mode sterken invloed op die der andere volken uit te oefenen. De Spanjaard had al lang den breeden schoen afgeschaft en droeg nauw sluitende, spits eindigende schoenen, die wel den voet, doch niet den enkel bedekten. Bonte lappen of doffen werden er in plaats van de insnijdingen opgenaaid. Men droeg ze van allerlei kleuren, doch witte zijden waren de prachtigste. De onder schoenen der vrouwen werden van kurk of hout en met .zeer hooge hakken voorzien. Kleine da metjes vonden hierin een middel om langer te schynen. Sommige hadden hakken van twee voet hoog en voor de heeren was het dus ruimschoots een gelegenheid, zich verdienstelijk te maken, door zulk een wandelend gevaar te ondersteunen. Onder Lodewijk XIV kwam de hooge stjjve laars in de mode, die algemeen aan het hof ge dragen werd. De vrouwenschoen uit de XVIIde eeuw kenmerkte zich nog steeds door zeer hooge hakken. Napoleon I was bijzonder gesteld op fraai en net schoeiselonder zijn regeering had men een bijzondere voorliefde voor al wat Grieksch was en de oorspronkelijke sandaal kwam met eenige variatie weer in de mode En nu vooral lage verlakte schoenen, liefst met breede veters geregen en laarsjes uit tweeërlei kleur van leder of laken en leder vervaardigd be- hooren tot den ïbon ton«. Wat zal het zijn over een tijdje zijn oni k 'S 6en man van de daad- Door hem

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1915 | | pagina 5