Staten-Generaal. Binnenland. Stads- es Gewestelijk Nieuws. Gemeenteraad. kabinet in zijn kwaliteit van staatssecretaris van Oorlog bijgewoond. TWEEDE KAMER. Vergadering van Donderdag 2 December. De algemeene beschouwingen over de Staatsbegrooting worden voortgezet. De heer de Beaufort brengt de pers een woord van lof ondanks het optreden van «Tele- graaf" en «Toekomst", waarvan de politieke be- teekenis trouwens niet groo is. Spr. hoopt, hoe begrijpelijk hij de gewekte ergernis ook acht, dat geen vervolging van de «Telegraaf" naar aanlei ding van de uitlatingen over een geheim tractaat met Duitschland zal worden ingesteld. De heer Nolens blijft het kabinet extra-par lementair beschouwen en erkent, dat gedurende het bestand de regeering aan de conciliantie is getrouw gebleven. Ook in de eedsquaestie was de regeering niets te verwijten, wel de linkerzijde. Spr. bestrijd den heer Schaper en meent, dat de maatregelen van de regeering in dezen crisistijd tusschen het individualistische en het socialistische in staan. Spr. wijst er op, dat nu het gevaar zoo lang duurt, het politiek bestand zijn samen drijvende kracht heeft verloren. Het voornaamste voordeel van het bestand was, dat conflicten wer den vermeden, welke of Kamerontbinding öf mi nistercrisis ten gevolge konden hebben. Hij wil de regeering lof niet onthouden, maar men is er nog niet en hij wacht dus liever wat met zijn lof. Ook de pers verdient lof, alleen de «Tele graaf' heeft geweigerd de regeering te steuneD. Spr. wijst er op, dat een referendum in ons land over de questie, of wij aan den oorlog zouden moeten deelnemen, geen tientallen bevestigende antwoorden zou krijgen. Inzake de economische maatregelen staan ook weer de beste stuurlui aan wal. Spr. zou er den voorkeur aan geven, indien het politiek bestand in den zin, dien het in het begin van den oorlog had nog eenigen tijd gehandhaafd bleef. Met zou dan niet met de grondwetsherziening moeten aanvangen, althans niet zonder het onderwijsartikel. Spr. erkent echter, dat deze regeering moeilijk weer stand kan bieden aan den aandrang naar kies rechthervorming. Velen krijgen het gevoel, dat de Kamer in deze tijden eenigszias overbodig schijnt geworden en men wil nu een seniorenconvent, dat de geheimen zou vernemen. Spr. voelt er niet veel voor wel is hij niet tegen een comite- generaal, maar gelooft niet, dat zooveel zal kun nen worden gezegd. Komende op de vraag, hoe spr. en zijn vrienden tegenover de regeeringsvoor- stellen staan, wijst hij er op, dat de taak van de regeering om onze onzijdigheid te handhaven hooger staat dan die om met de Kamer samen te werken aan de wetgeving. De regeering stelle, de rechterzijde niet tegenover voorstellen waar mee zij het principieel oneens is en wensche- lijk ware het dus geweest, dat met de kiesrecht regeling de onderwijsregeling was aan de orde gesteld. Wanneer men de bevredigingscommissie rust'g wil laten voort werken, dan zou spr. over het kiesrecht nog willen praten, onder voorbehoud van de onderwijs-regeling. Misschien is het nog mogelijk, dat de voorstellen omtrent art. 80 en art. 192 van de grondwet tegelijkertijd de afdee- lingen bereiken. Van de verzekeringswetten zal in deze wetgevende periode zeker niet veel tot stand komen. Spr. betreurt dat ook niet en komt er tegen op, dat de minister nalaat de noo- dige voorbereidende maatiegelen te treffen tot uit voering van art. 411 van de ouderdomswet. Inzake den voorrang van grondwetsherziening of de finan- cieele ontwerpen vraagt spr. een duidelijker ver klaring dan de Memorie van Antwoord geeft. De regeering kan op spr.'s partij rekenen voor alles wat in verband staat met handhaving van onze onzijdigheid ten aanzien van al het andere be houdt zij zich volkomen vrijheid voor. Mocht eens iemand op de buitengewone tijdsomstandig heden speculeeren ten aanzien van de rechterzijde, dan zou die speculatie op teleurstelling uitloopen. De heer van der Voort van Zijp be spreekt de houding der ant-revolutionnairen tegen over het kabinet en brengt hulde aan de Regee ring voor hetgeen ze deed en doet voor de bewa ring der neutraliteit en aan H. M. de Koningin, Die blijkt met Haar volk mede te leven en groote belangstelling toont voor leger en vloot. Met voldoening gewaagt spr. van de verklaring der Regeering, dat ze gaarne bereid is pogingen te doen tot herstel van den vrede. Al keurt spr.'s partij niet alle maatregelen van den Minister van Landbouw enz. goed, met verontwaardiging nam spr. kennis van de bejegening van den Minister' in het orgaan der S. D. A. P. Het zal spr. genoegen doen, indien het onder- wijs-vergelijk tot stand komt. Doch de heer Schaper aaeene niet, dat de anti-revolutionnairen voor artikel 192 alles prijsgeven. De heer Bos merkt naar aanleiding van de rede van den heer Schaper op, dat een beoordee ling van de oorzaak van den oorlog thans prae- matuur is te achten. Een discussie daarover acht hij van weinig nut. Ook hij ziet het belang van een open-deur-politiek in voor het behoud van den vrede. Ten slotte bespreekt spreker den toestand van ons land na den oorlog. Die zal niet gunstig zijn. Men zal geen sympathie voor ons land hebben. Voor een gedeelte uit jaloesie. We zullen geheel op onze eigen krachten zijn aangewezen. Ons volk dient goed te zijn uitgerust en zoo weinig moge lijk last te hebben van den nasleep van vroegere quaesties. Spreker hoopt dat er bij ons volk ae veerkracht zal bestaan om groote zaken aan te vatten en denkt dan aan de drooglegging der Zuiderzee. Op het gebied van onze koloniale politiek moeten we de koloniën maken tot één groote volkeren-gemeenschap. Spreker hoopt voorts dat we het vliegen afvangen uit partij-oogpunt zullen nalaten. Graat het dien weg uit, dan komen we wellicht door de crisis nog sterker te staan. De heer Kooien, ziet in de politiek van den Minister van Financiën een streven om de Kamer tegelijkertijd met voorziening in de noodzakelijke uitgaven te doen aanvaarden zijn stelsel. De Kamer zal echter daarop niet ingaan. Waarom is niet tegemoet gekomen door een herziening van het tarief. De heer Ketelaar bepleit positieverbetering van ambtedaren en werklieden. De heer Van den Tempel bespreekt de wettelijke regeling der werkeloosheid. Be heer Bichon van IJsselmonde be spreekt ten slotte nog de oorspronkelijke kleuren der Nederlandsche vlag. volgens het werk van De Bosch Kemperoranje-wit-blauw. Nogmaals betoogt spreker, dat Regeerings-communiqué's dienden te worden opgenomen in de Staatscourant. Voorts betoogt spreker dat de overheid als werk geefster den plicht heeft behoorlijk te bezoldigen. Op het afschaffen van noodelooze betrekkingen dringt spreker aan. In het belang van goede po litieke zeden keurt spreker af, dat de secretaris generaal van Landbouw, mr. Versteeg, commissa ris is van tal van maatschappijen. De minister van waterstaat, de heer L e 1 y Ik ben geheel en al de verantwoordelijke man en ik draag die verantwoording gaarne. De Voorzitter meent, dat de spreker hier te ver ging. De heer Bichon van IJ s e 1 m o n d e be spreekt nog den beginselstrijd, dien men niet moet verzwakken wegens den ernst der tijden. Ja, wan neer men de politiek maar beschouwt als een spel, dan kan men zeggen, dat men daarmee eenigen tijd moet ophouden, doch wanneer men de politiek als een hoogst ernstige zaak van be ginselen opvat, dan mag men die nooit zoo maar het zwijgen opleggen. De Voorzitter deelt mede, dat bij hem een verzoek is ingekomen van den beer De Meester en anderen, met verzoek, om wegens hetgeen in het Voorloopig Verslag en in de Memorie van Antwoord staat te lezen omtrent het voortduren van de mobilisatie en de verlenging van verloven, in comité-generaal den minister inlichtingen te vragen. Daar het verzoek is gedaan door meer dan een tiende der Kamer, moeten de deuren eigenlijk dadelijk worden gesloten, doch wegens het ver gevorderd uur, zal men morgenochtend om 11 uur in comité-generaal vergaderen. Tweede Kamer. Het comité-generaal der Tweede Kamer schijnt te zullen worden aangevraagd, als de sprekers bij het algemeen begrootingsdebat in eersten termijn het woord zullen hebben gevoerd, dus alvorens van de regeeringstafel de sprekers zullen woiden beantwoord. Onderscheiding. Naar wij vernemen, heeft het Z. H. den Paus behaagd, den heer A. J. Huilmand, te Oost- Souburg, te begiftigen met het eerekruis «Pro Ecclesia et Pontifice". Deze onderscheiding viel hem te beurt bij gelegenheid van zijn 75n ver jaardag, nu hij 25 jaar, nog steeds met jeugdigen ijver, het secretariaat waarneemt van het R. K. Kerk- en Schoolbestuur te Vlissingen. Demobilisatie De Tweede Kamer komt heden in geheime ver gadering bijeen ter ibespreking van de vraag of gedeeltelijke demobilisatie, daD wel verruiming der verloven van ons leger mogelijk is. Verhooging van den sigarenprjjs. Naar wij vernemen, heeft de vereeniging van sigarenfabrikanten in verband met het duur der worden van den tabak, besloten met ingang van 1 Januari a.s. den prijs der sigaren met een cent per stuk te verhoogen. De Fransche gezant. De gezant der Fransche Republiek, de heer Allizé, werd gisteravond te 's-Gravenhage terug verwacht van zijn verblijf van eenige weken in Frankrijk.. Engeland en Nederland. Cecil, onderminister van buitenlandsche zaken, heeft in het Engelsche Lagerhuis in antwoord op een vraag van Dalziel nhar de werking van de N. O. T gezegd, dat terwille van een gere- gelden her-uitvoer van margarine naar Engeland maatregelen zijn getroffen om den invoer van oliën en vetten onder zekere voorwaarden in Nederland te waarborgen zonder dat deze naar Duitschland kunnen worden uitgevoerd. Buiten de gewone in Nederland genomen voorzorgsmaatregelen, zei Cecil, die op ons ver zoek zijn verscherpt, er worden b.v. scherper maatregelen tegen den smokkelhandel genomen is de schikking getroffen, dat de boeken der margarine-fabrieken op gezette tijden worden nagezien door Engelsche accountants, die zullen onderzoeken wat er is gedaan met de producten van de fabrieken. Hij hoopte, dat deze maatregelen zouden voor komen, dat vetten en oliën naar Duitschland gaan en den noodzakelijken aanvoer van mar garine in Engeland verzekeren, terwijl ze tevens aan Nederland de rechten van den onzijdigen handel, waarop het aanspraak heeft, niet inge volge van de Haagsche conventie, maar van de grondbeginselen van het volkenrecht, waarborgt. Rotterdam. Gisteravond verscheen een rapport van Maxse, den Engelschen consul-generaal te Rotterdam. Hierin wordt gezegd Aan het eind van den oorlog denk ik, dat wat Nederland aangaat, een groot tijdperk van wel vaart zal aanbreken, niet alleen voor Nederland en zijn kooplieden, maar ook voor den Engelschen handel. In ieder geval schijnt het duidelijk, dat Rotterdam, in ieder geval gedurende een aantal jaren na het einde der vijandelijkheden een groote invoerhaven van het vasteland zal zijn. Om rede nen, waarover het onnóodig is uit te weiden, zal het zoowel voor Antwerpen als voor Hamburg nog vele jaren duren alvorens zij hun vroegere wel vaart hebben herkregen. Indien de Eogelsche reeders en kooplieden daar nu al reken'ng mee houden en er bij zijn om hun voordeel te doen met de groote bedrijvigheid in den handel, die ongetwijfeld na het sluiten van een bevredigenden vrede zal intreden, dan zie ik geen reden waarom zij niet in ruime mate zouden deelen in de voor spoed van Nederland. Het rapport zegt voorts dat de oorlog gedurende 1914 zeer voordeelige gevolgen voor de Neder landsche scheepvaart heeft gehad. De uitschakeling van de Duitsche handelsvloot en het afsluiten der Duitsche havens zijn den neutralen schepen van Nederland ten goede gekomen. De consul generaal zegt ten slotte dat in verscheidene gevallen, die te zijner kennis zijn gekomen, de oorspronkelijke waarde van een schip voor één rondreis is be taald. R. K. Bouwvereeniging „St Joseph". Het bestuur van de R. K. Bouwvereeniging «St. Joseph" is als volgt samengesteld H. J. A- Coppens, Deken, Eere-Voorzitter, P. M. J. A. Lagerweij, Voorzitter, Dr. R. H. M. Geerdes, Vice-Voorzitter, J. A. J. Nolet, Mr. M. M. van Velzen en J. N. Post, Secretaris-Penningmeester. De Ned. R. K. Bond van Bakkers» Cacao-, Chocolaad- en Suikerbewerkers,afd. Schie dam zal een vergadering houden op Zondag 5 December 1915, des middag 1 uur, in het gebouw der R. K. Volksbond, Lange Haven. Als punten van behandeling worden vermeld lo. Het werken op de a.s. Feestdagen Kerst mis en Nieuwjaar. 2o. Hoe staat het met de arbeidsvoorwaarden, loon, arbeidsduur, uitkeering bjj ziekte, vrye dagen. De kommies-verificateur H. Nies- waag alhier is benoemd tot verificateur der in voerrechten en accijnzen. Het weghalen van lompe n, beenen enz. aan het terein van dën Gemeentelijken Rei nigingsdienst gedurende het jaar 1912 is toege wezen aan den hoogsten inschrijver G. W. J. van der Sloot alhier voor de som van f 701. Gisteravond o m 9 uur werd brand ontdekt op den zolder van de branderij den heer A. Dirkzwager aan den Vellevestsingel. Het brandje dat vermoedelijk ontstaan is door vonken uit een schoorsteen werd met eenige emmers water gebluscht. Hoogwater te-Schiedam. Zaterdag 4 Dec. 1.24 v.m., 1.50 n.m. UIT VLAARDINGEN. Het verbod van uitvoer van haring heeft den handel te Vlaardingen geheel stil gelegd. Ook in het kuipersbedrijf geeft het stagnatie. Vandaar dat dë vereeniging van kuipers „Ons Vakbelang" zich per telegram tot den minister heeft gewend, den uitvoer van haring weer toe te staan. DIT ROTTERDAM. Het voornaamste punt van bespreking in de zitting van den Rotterdamschen Raad stond niet op de agenda: Het waren door den heer Van Winkel aan B. en W. gestelde vragen naar aan leiding van het bericht in «De Telegraaf", nopens de geruchten betreffende een voorgenomen uit dieping van de Oude Maas. Dordrecht zou door een te graven verbinding met den Nieuwen Water weg door Rozenburg, een directe verbinding met diep water naar zee krijgen, terwijl die gemeente 10°/0 in de kosten zou moeten betalen. Men weet, dat Rotterdam voor haar deel 33 '/3% in de kosten voor de verbetering van den Waterweg bijdragen moet. In zijn antwoord toonde de voor zitter zich zeer gereserveerd ten aanzien van de juistheid van het bericht, verklaarde verder nadere inlichtingen aan den minister te zullen vragen, doch vestigde de aandacht op de waarschijnlijk heid, dat indien men mocht overgaan tot het uit voeren van een dergelijk plan de gunstige invloed van het getij op de diepte van het vaarwater van Rotterdam waarschijnlijk zal worden opgeheven. Een comité-generaal volgde op deze interpellatie. De Raad aanvaardde na eenig debat over den huurprijs het voorstel van B. en W. om aan de nieuw opgerichte N.V. «Katoenveem" terreinen aan de Keilehaven te verhuren. Besloten werd een commissie van voorbereiding in te stellen in verband met het aanhangig ont- werp-werkliedenreglement. Ten slotte werd ook het voorstel tot herziening der belasting op de openbare vermakelijkheden aangenomendat in zake de bestemming van het saldo van het pen sioenfonds werd aangehouden. DIT HOEK-VAN-HOLLAND. Te Hoek van Holland, ter hoogte van het OraDje- Kanaal, is gisteren een luchtballon, afkomstig van de Artillerie-Feldschiesschule te Berlijn, neerge streken. De ballon, die uit Westelijke richting kwam, is door de militaire-autoriteit in beslag genomen. IV. De discussies in het comité-generaal. De heer Scheffers vraagt naar aanleiding van een bericht in de plaatselijke pers waarin werd gezegd dat de discussies in de gehouden geheime zittingen ver beneden het fatsoenlij" zouden zijn geweest, de notulen van de laatste besloten zittingen openbaar te maken. De Voorzitter vraagt hoe de heer Scheffer» die openbaarmaking wenscht. De heer Scheffers laat dit aan den Voor- zitter over. Op een vraag van den Voorzitter of de heer Scheffers van zijn verzoek een voorstel ma"t, antwoordt de heer Scheffers bevestigend. Het voorstelScheffers wordt ondersteund door de heeren Post en Kavelaars. De heer D i n k e 1 a a r merkt op, dat de o°* tulen voor de openbaar making toch moeten wordeo goedgekeurd. De Voorzitter vraagt of de heer Scheffe's verlangt, dat de notulen in openbare vergader'15# worden voorgelezen of dat ze in druk word" uitgegeven. De heer Scheffers is voor het laatste. Wa°' neer ze in druk worden uitgegeven worden ze ook opgenomen in de plaatselijke bladen. De heer Houtman zegt, dat men niet ®°e vergeten, dat de notulen niet stenografisch worde0 opgenomen. Zij geven niet zoo nauwkeurig weel_ wat besproken is dan de verslagen van de Op"" bare vergaderingen. Spr. gelooft niet dat de bef Scheffers met de publicatie van de notulen Z'J° doel zal bereiken- De Voorzitter zegt, dat de notulen ee's in besloten vergadering moeten worden goedge' keurd. Dit zou na afloop van deze zitting v"' neer er nog tijd is kunnen geschieden. De heer Sc heffers zegt, dat het alleen Z'JD bedoeliog is de rechterzijde te zuiveren van de blaam die op haar geworpen is. Wethouder v. W e s t e n d o r p zegt, dat met het publiceeren van deze notulen den vel" keerden weg opgaan. Spr. is niet tegen ope°" baarheid, hij wilde liefst alles in het openb"r behandelen. Spr. heeft indertijd gevraagd hetgeen in de comité's over het ziekenhuis is #fl' sproken publiek te maken, maar het is er nooit v" gekomen. Spr. zegt, dat het geschreven woord ee° heel anderen indruk maakt dan het gesprok90®' Spr. heeft de bedoelde zitting niet bijgewo"0 maar hij heeft wel gehoord, dat het er nog al dr" is toegegaan. Spr. zegt, dat als men een tijdje den Raad zit, dan krijgt men een dikke huid. Spr' laat ze maar praten. De heea Scheffers is wat erg gevoelig geweest. De heer Scheffers is er van overtuigd, d" men als men een openbare functie bekleed ee° dikke huid krijgt. Het betreft hier echter ®e0 oordeel over hetgeen gesproken is in geheime v"* gadering. Het laat spr. ook koqd wat men zegg" wil van zijn optreden in de openbare vergader®#' De heer Houtman vindt het verkeerd om 'D den Raad te brengen wat in de plaatselijke b'8' den staat. Spr. heeft meermalen aanstoot geno®" aan het geschrijf van een plaatselijk blad ®9" spr. zou er niet over denken om daarover in d" Raad te gaan spreken. De heer D i n k e 1 a a r zegt, dat de heer Schef fers zjjn doel niet zal bereiken. Spr. wil °e rechterzijde rehabiliteeren, maar dat zal niet g99°' De secretaris notuleert niet alle woorden die ZÜ° gesproken. Het gaat hier niet om de de besluit" die genomen zijn maar om hetgeen de raadsled" persoonlijk hebben te kennen gegeven. Spr- 's overigens niet tegen publicatie. De heer Kavelaars zegt, dat de kwest® buiten de plaatselijke bladen omgaat. Als me° comité generaal wenscht dan moet men ook z°r' gen, dat wat daar besproken wordt niet aan d® groote klok wordt gehangen. Wanneer men een geheime vergadering gaat vertellen, kan zeggen wat men wil en het publiek kan dejuis1" heid dier uitlatingen niet beoordeelen. Spr. vraag4 of de heeren, die gezegd hebben, dat de discus sies beneden het fatsoenlijke waren ook meenen» dat wat spr. in die vergadering gezegd heef' beneden het fatsoenlijke was. (De heer Kavelaars had deze laatste woord" speciaal tot de socialistische leden gericht). De heer v. d. Hoek vraagt of de heer Kave laars denkt, dat spr. of de heer Korpe! die mede' deelingen aan de pers zouden gedaan hebben. De heer Kavelaars Ja, van een van d® twee moet bet komen. Stemmen van de linkerzijde: Dat een beschuldiging. De heer v. d. Hoek moet die beschuldig'0# terugwijzen. Spr. heeft die mededeelingen ®et verstrekt. De heer Schreuder gelooft, dat de zaak °P veel eenvoudiger wijze zou kunnen wordeD opge' lost. Spr. vraagt aan den voorzitter of deze zeggen of hij in de laatste comité's den ind"" heeft gekregen, dat de discussies beneden bet fatsoenlijke waren. De Voorzitter zegt, dat hij moeilijk in dez® een uitspraak kan doen. Spr. zegt, dat we moete" afwachteD, tot de notulen zijn goedgekeurd, d" kan het voorstel Scheffers verder in behandel'0# worden genomen. De heer Evers zegt, dat de heeren Hout®" en Dinkelaar den secretaris verwijten, dat hij de notulen niet juist opmaakt. Spr. is van meen®# dat de notulen, die de secretaris opmaakt, stee" den juisten indruk van het verhandelde weergeve"' Waarom zou dit nu niet het geval zijn SPr' vindt het vreemd, dat men reeds voor dat weet hoe de notulen zijn, gaat zeggen, dat er niets aan heeft. De heer Houtman zegt geen verwjjt bedo®' te hebben aan den secretaris. Als spr. notul" maakt van een vergadering, dan geeft hij kort" voornaamste besprekingen weer. Zoo zijn ook notulen die de secretaris maakt van de comit®s' terwijl de verslagen van de openbare vergader®' gen meer uitvoerig zijn. Als de heer Evers da. verschil nog niet heeft opgemerkt, dan heeft hl) weinig opmerkingsgave. De heer Evers zegt, dat hij .in zoover kennis heeft genomen van de door den secret"' gemaakte notulen, hij steeds heeft kunnen op®", ken, dat deze goed tot zijn recht laat komen w'9 door ieder der leden is gezegd. Als spr. tegen d" heer Houtman wilde debatteeren op dezelfde «dj" als die het tegenover spr. meent te moeten do"» dan zou spr. kunnen zeggen, dat het vermoedel'J gebrek aan opmerkingsgave bij den heer Hout®" is, dat deze zulks nooit heeft waargenomen- De Voorzitter is ook van meening dat notulen van de comité's goed zijn, maar de ^e,e worden niet zoo sprekend opgevoerd als dit verslagen van de openbare vergaderingen w" gedaan. Inlichtingen gevraagd- De heer Post wil naar aanleiding van de g®*

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1915 | | pagina 2