Staten-Generaal. Stads- en Gewestelijk Nieuws. In onze Vroedschap. De uitvoer-vergunningen moeten worden aan gevraagd bij het bureau uitvoer van het Depar tement van financiën, - maliastraat 2, Den Haag. Het verdient aanbeveling, by deze aanvrage een bewijs van Nederlanderschap van den ge adresseerde over te leggen. Ten einde inbeslagneming van het gezondene in Duitschland te voorkomen, moet degeadres seerde zich met een daartoe strekkend verzoek tot de Zentral Einkaufsgesellschaft te Berlijn wenden. Dit verzoek moet vergezeld gaan van een „eidisstaltliche Versicherung. waarvan de tekst door de Zentral Einkaufsgesellschaft aangegeven is. De belanghebbenden kunnen daaromtrent inlichtingen bekomen bij de Nederlandsche con sulaire ambtenaren, die door het gebruik daar mede op de hoogte zyn. Dijken en historisch onderzoek. In de „Ingenieur van jl. Zaterdag schrijft de oud-ingenieur van den prov. waterstaat van Zuid Holland A. Groothoff over historisch tech nisch onderzoek van onze dijken. Sedert den jongsten stormvloed van 13/14 Januari 1916 zijn in dit tijdschrift verschillende hypothesen en theorieën omtrent de oorzaken van doorbraak en beschadiging onzer zeedijken ge publiceerd en in verband daarmede allerlei ver beteringen besproken. Geen der schrijvers vestigde de aandacht op de noodzakelijkheid van een gecombineerd tech nisch en historisch onderzoek naar de feitelijke gesteldheid van het dijkslichaam en den onder grond. Mijn inziens kan alleen een dergelijk onder zoek de practische grondslagen opleveren, waar op men theorieën en verbeteringswerken dient te bouwen. Op deze leemte in vele beschouwingen wil ik hier even wijzen, nadat een door mij aangevan gen historisch technisch dij konderzoek in Noord -Holland reeds binnen zeer korten tijd practisch bruikbare, hoewel zeer verrassende, uitkomsten opleverde. Voor een uitvoerige publicatie is de tijd nog niet gekomen, daar het onderzoek nog in vollen gang is. Mijn eerste onderzoekingen bewezen echter dadelijk de onmisbaarheid van een historisch onderzoek der oudste documenten als aanvulling en contröle van een zuiver technisch onderzoek door gravingen en boringen in de dijken. Met een paar voorbeelden zij dit nader toegelicht. Bij onlangs door mij verrichte grondboringen in een onzer Noordhollandsche Zuiderzeedijken bracht de grondboor wier vermengd met grond boven, in de laag ter dikte van 1.20 M., welke volgde op een 1 M. dikke zuivere wierlaag, waar van de bovenkant 2.50 M. onder de tegenwoor dige buitenkruinlijn lag. De wier is natuurlijk van de oude wierriem, waarmede onze voorvaderen de dijken tegen af slag beschermden op eene wijze, zooals op het eiland Wieringen nu nog gedaan wordt. Het onderzoek van een authentiek geschrift uit de eerste helft van' de 18de eeuw verschafte mij een geteekend dwarsprofiel van denzelfden dijk, waaruit niet alleen de afmetingen van den ouden aarden dyk en den wierriem waren af te leiden, maar dat ook de aanwezigheid van grond in de wier ophelderde en wel als „aarde door veroudennge der wieren in de wier ingedrongen op zeer vele plaatsen". Zelfs was deze in de wier gedrongen aarde in het oude dijksprofiel geteekend en diende het hiervoren aangehaalde als renvooi op de teekening. in de tekst vond ik in verband met het voorgaande nog dit „gelijk menigmaal van dezen zomer is bevonden dat met het inboren der gaten in de Wier, aar de en klay plaatse van Wier door de boor wierd opgebrachtja dat met een harde wind en volle Zee, het water boven tot die geboorde gaten wierdt uitgeslagen als een fontijn". Volgens dezelfde historisch technische me thode van onderzoek kon ik voor een dijkvak vaststellen, dat het dijkslichaam uit ten minste 5 soorten specie van uiteenloopende soortelijke gewichten en poreusheid bestond, nl. lo. goede kleispecie van den oudsten dijk; 2o. wier van den wierriem 3o. grove puinstukken met oude natuursteen blokken onder de buitenglooing voor den ouden wierriem, welk steenlichaam gemiddeld eenige meters dik was 4o. minder goede kleispecie, vermengd met veen, van latere dijksophooging en verzwaring aan de binnenzijde; 5o. fijn puin onder den weg op de kruin van den dijk, soms meer dan 1 M. dik. Deze specie nemen elk een bepaald onderdeel van het dijkslichaam in beslag en vermengen zich alleen min of meer op de vlakken van aanraking. Het dijksprofiel bestaat dus uit moo- ten van zóó verschillende samenstelling en sa menhang, dat er geen sprake kan zijn van een homogeen dijkslichaam. Na dergelyken resultaten van historisch-tech- nisch dijkonderzoek zullen verschillende hypo thesen en theorieën omtrent dijkbreuk en dijk- schade herzien moeten worden. Schr. eindigt met een opwekking aan onze dijkbesturen en andere coleges, welke onze dij ken moeten verbeteren, om terdege hun archie ven te laten onderzoeken als aanvulling en con tröle dat een technich dijkonderzoek. Hij ver wacht van de resultaten in vele gevallen tot bezuiniging, maar ook dikwijls tot vermeerde ring van uitgaven zal leiden om de gewenschte dijksterkte te krijgen. Bovendien zullen-meent schr. zulke onderzoekingen bijdrage tot meer- meerdere kennis van 'onzen eigen dijksbouw hetgeen te meer noodzakelijk is, waar reeds stemmen zijn opgegaan om bij vermeend gebrek aan eigen practijk over te gaan tot toepassing van constructies aan buitenlandsche dijken en dammen ontleend, welke in geheel andere om standigheden verkeeien en met onze dijken niet te vergelijken zijn. Djambi. Uit Soerabaja wordt, aan de „N. R. Crt." geseind: Een officieel bericht uit Djambi meldt :In Zuid Djambi is de toestand goed tot Tambesi. Het land is verlaten. De toestand in Noord Tam besi en Tabir is ongunstig. Ook te Boengo en tusschen Moeara Tebo en Moeara Tambesi heeft een deel van de bevolking van Toenkal zich by de opstandelingen bij Semaboe aangesloten. Op 28 September werden 13 opstandelingen gedood. De kolonne van kapitein Snell heeft tot 30 Sep tember 20 opstandelingen gedood. Uit Soerabaja wordt nog gemeld, dat er in den nacht van 26 September op het eiland Koe- lambing een groote brand heeft gewoed. Er werden 27 huizen door het vuur vernield. De aangerichte schade bedraagd ongeveer f 4000. TWEEDE KAMER. Zitting van Dinsdag 3 October. Op verzoek van den heer Lohman zal morgen de regeling van de werkzaamheden op de agenda worden geplaatst, opdat deze afgevaardigde zal kunnen spreken over de behandeling der Grond wetsvoorstellen, waaromtrent een misverstand schijnt te bestaan. Koloniale Raad. Voortgegaan wordt met de behandeling van het wetsontwerp tot instelling van een Kolo nialen Raad voor Indië. Minister P 1 e y t e wijzigt in overeenstem ming met het amendement-Fok den naam in Volksraad. De heer M e n d e 1 s licht zyn amendementen toe. om onder de onderwerpen, waarover de volksraad moet worden geraadpleegd, ook op te nemen de ontwerpen van wetten of algemeene verordeningen, belastingen, heerendiensten of militaire verplichtingen en om den volksraad het recht van enquête te geven. De heer He e r e s verdedigt zijn amendemen ten, om de mogelijkheid te openen, dat het aantal onderwerpen, waarover de volksraad moet worden geraadpleegd, bij algemeenen maatregel van bestuur wordt uitgebreid. De heer Marchant geeft de voorkeur aan het amendement Heeres boven het eerste amendement-Mendels. Voor het tweede amen dement - Mendels gevoelt hij wel sympathie. De heer Bogaardt is van meening, dat uitbreiding van den taak van dezen Raad oor zaak zal zijn dat minder menschen zich be schikbaar .zullen stellen om een mandaat te aanvaarden. Spr. is tegen beide amendementen. Het recht van enquete acht spr overbodig. De heer Scheurer bestrijdt eveneens de amendementen. De heer Nolens meent dat men aan onze Regeering moet overlaten hoever ten aanzien van den Volksraad kan worden gegaan. Minister P1 e y t e ontraadt het amendement Heeres, dat de Kroon zou beletten den Gouver neur Generaal op te dragen, den volksraad over bepaalde onderwerpen te raadplegen. Spr. komt aan het eerste amendement-Mendels tegemoet door persoonlijke militaire lasten onder de ver plichte onderwerpen op te nemen. Het recht yan enquette zou practisch niet zijn te hanteeren. De heer Mendels trekt zijn eerste amen dement in. De heer De Meester verdedigt nader het amendement - Heeres en bestrijdt het overge bleven amendement—Mendels, De heer Bogaardt blijft zich tegen beide amendementen verklaren, Het amendement Heeres Fock wordt aan genomen met 50 tegen 17 stemmen. Het amendement-Mendels (recht van en quête) wordt verworpen met 48 tegen 17 stemmen. Het artikel wordt goedgekeurd. Aan de orde is thans art. 132. De Minister van Koloniën, de heer Pley te, neemt over het amendement - Marchant geamen deerd door den heer Fock, ter zake van de bezoldiging van den voorzitter. De Raad zal dan bestaan uit ten minste 39leden,terwijl de bezoldiging van den voorzitter door den koning zal worden geregeld. De heer Bogaardt stelt een nieuw artikel 132 voor z.i. is het ongewenscht het aantal leden van den Raad vrij te laten. De heer Mendels wenscht te bepalen, dat de Europeanen en niet-Europeanen ieder een sectie van den Raad zullen vormen om zoo doende de inlanders gelegenheid te geven zich uit te spreken in eigen kring. De heer Marchant bestrijdt het amende ment—Mendels. Minister P 1 e y t e bestrijdt de amendementen Boogaardt en Mendels, welke hierna hun amen dementen intrekken. De heer Mendels stelt voor te bepalen, dat binnen 4 jaar deze wet moet worden her zien en dat zij na 6 jaar buiten werking zal worden gesteld. De heer Fock ontraadt dit amendement. De heer Nolens hoopt dat de voorsteller het amendement zal intrekken, omdat een dergelijke bepaling een bron is van moeilijkheden. Er bestaan middelen genoeg om de Regeering aan te zetten tot herziening. De heer Troelstra verdedigt het amen dement. Minister P1 e y t e verklaart zich tegen het amendement. Het amendement wordt verworpen met 51 tegen 12 stemmen. Bij art. 133 (eischen van het lidmaatschap) wordt tevens behandeld art. 2 van het wets ontwerp, om het woordt „mannelijke" het eerste lid van art. 133 te doen vervallen, zoodra in Nederland vrouwen verkiesbaar wor den tot lid van de Tweede Kamer. De heer Bogaardt stelt een amendement voor om te bepalen, dat men om lid te kunnen zijn minstens vyf achtereenvolgende jaren in Indië moet hebben gewoond en om hen uit te sluiten die op niet-eervolle wijze uit den dienst zijn ontslagen. De heer Beumer bestrijdt de wijzigingen van de regeering en verdedigt het laatste amen dement van den heer Bogaardt. De heer Knobel is voor verkiesbaarheid der vrouw. De heer Nolens zegt dat het niet aangaat vooruit te loopen op een beslissing van de Sta ten-Generaal in zake de verkiesbaarheid van de vrouw. De heer Scheurer verdedigt de amende menten - Bogaardt. De heer Marchan,t verdedigt de regeerings- wyziging. De vergadering wordt verdaagd tot Woensdag morgen half twaalf. WEERBERICHT. Telegrafisch bericht naar waarnemingen, verricht in den morgen van 4 Oct., medegedeeld door het Kon. Ned. Met. Instituut te De Bildt. Hoogste barometerstand 770 te Z.O.-Duitschland. Laagste barometerstand 742.4 te Haparanda. Verwaehting tot den volgenden dagmatige, tydeljjk wellicht krachtige, zuidelijke, tot zuid- westelyken wind, zwaarbewolkt met tijdelijke opklaring, waarschijnlijk regenbuien, aanvankelijk 'ets koeler. Serenade. De serenade, welke hedenavond door het Stedelijk Muziekkorps zal gebracht worden aan den Burgemeester, zal niet om 8 yur zooajs gisteren werd gemeld maar om half negen plaats hebben. Gistermiddag kwam de 59-j a r i g e P. M. in zijn woning in het Maashofje met zijn hoofd tegen een kast aan te vallen. De gapende hoofdwonde werd in de politiewacht aan de Hoofdstraat voorloopig verbonden. Hedenmorgen is door de politie aangehouden een persoon, die bij een opkooper compositiepijpen te koop aanbood. Hij verklaarde de pijpen uit een sloot te hebben opgevischt. Hij is na verhoor ontslagen. Hoogwater te Schiedam: Donderdag 5 October 9.36 v.m. 10.18 n.m. Een belangrijke overeenkomst. Schiedam en hare strjjd tegen de Hoog heemraadschappen. Vroede de Bruin, de onschuldige! De overeenkomst met het Hoogheemraadschap Schieland over de beringing van het Frankeland trok in de Raadszitting van Vrydag wel de meeste aandacht onzer vroeden. Het is dan ook inderdaad een buitengewoon gewichtige aangelegenheid, waarvan toch het hooge belang niet voldoende schynt te worden j beseft. Wethouder van Westendorp wees er terecht op, dat men eens een serie jammerklachten zou heb ben gehoord, indien de Hoogstraat op het door Schieland verlangde peil gebracht had moeten worden. Het is dan ook gelukkig dat deze ramp voorde eigenaars van panden aan Vlaardingerstraat, Dam en Hoogstraat is afgewend, aangezien de straat een beduidend stuk hooger zou zijn komen te liggen. Niet onbelangrijk is het eens iets dieper op deze overeenkomst in te gaan en in 't lichtte stellen waarom Schiedam in deze aangelegenheid voor zooveel belangrijk mindere kosten en ongemak komt te staan dan Rotterdam, waar de Hoogstraat thans reeds is opgehoogd. Schiedam bestond reeds vóór de Hoogheemraad schappen Schieland en Delfland werden ingesteld. Tusschen deze Hoogheemraadschappen en de stad Schiedam is in den loop der tijden voortdu rend kwestie geweest over de vraag of Schiedam al dad niet onder een der Hoogheemraadschappen viel. Onze voorvaderen weigerenden beslist zich aan eenige keur of ordonnantie, uitgegaan van Delf- of Schieland, te onderwerpen. Schiedam raakte dientengevolge onophoudelijk 'n proces met deze twee machtige colleges. Den 17en Februari 1588 is door het hoogste rechtscollege het Hof van Holland beslist dat Schiedam niet onder een der Hoogheemraad schappen viel en werd de eisch van Schieland «nopende het schouwen en de keuren van den Maasdyck binnen Schiedam" afgewezen. In 1645, bg gelegenheid van de vergrooting van de sluis te Schiedam, moesten de Hoogheemraden van Delfland uitdrukkelijk verklaren, dat zij geen juridictie, toezicht of gezag in Schiedam hadden. Lange jaren hebben de beide Hoogheemraad schappen zieh dan ook onthouden van het uitoe fenen van eenigerlei gezag binnen deze stad. De oude toestand werd lang bestendigd, dat Schieiands Hooge Zeedijk begon bij de Rotter- damsche Poort (daar waar de grens van Matenesse loopt) en verder tot Gouda toe onder het Hoog heemraadschap van Schieland stond, terwijl Delf- j lands toezicht zich bepaalde tot den Delflandschen Maasdijk en wel niet verder dan tot no. 522 (volgens de kaart van N. en J. KrU van 1712), die vlak bij de Vlaardingsche P°° stond. In het laatst de 18e eeuw heeft De\ü^ eens geprobeerd een keur te maken opdeslulS den Dam, maar zonder gunstig resultaat. In 1851 heeft Schieland voor het eerst k®^ gezien in zijn Reglement een zoodanige scheiding te maken van zijn gebied, dat Schiedam omvatte. -0 Schiedams gemeentebestuur is vermoedelijk gebreke gebleven hier tegen te protesteeren. Toen nu in 1897 Schieland met den eisch om de Hoogstraat te verboogen, heeft het meentebestuur van Schiedam een overeeDk gesloten, waarbij de buiten beringing taD Frankeland hetwelk een afzonderlijk vva f(j schap is onder toezicht van Schieland gesteld. De buitenberinging van het Franke8 werd toen tot 3.65 M. -j- N. A. P. opgehooü Tengevolge van den hoogen stormvloed 'D en de daarbij voorgekomen doorbraak "D0l)s Hoofdstraat, lag het in de .bedoeling f®0. gemeentebestuur om vooreen betere beved'S van het Frankeland, hetwelk gevaar hadge'0°P overstroomd te worden, te zorgen. j Bij ontvangst van het verzoek van Schiep om andermaal de Hoogstraat te verhoogeu, men dadelijk in overleg om den W. Franke'80^ schen dijk en daarbij aansluitende werken te hoogen in plaats van de Hoogstraat. Daai"100^ ging Schieland onder bepaalde voorwaarden acC0°^e. Door het combineeren van de wederzijdsche langen is het gelukt een gelukkige oploss'B<j vinden,waardoor de oude kwestie of Sch'e aan den eisch van Schieland om de Hoogstr®9 verhoogen gevolg heeft te geven, kon hhj rusten. Het welslagen van de overeenkomst metSc land zal zeker door velen worden toegejuicht mede de daarin vervatte bepalingen dat bet zicht van Schieland op bepaalde zaken alsj tensluis, vloedplanken enz. 1 jaar na het totsta komen van het geheele werk zal ophouden. Zoo zal Schiedam dus meester blijven van 0 eigen sluiswerken, waaraan «tonnen gouds" zij0 koste gelegd en waarvoor Schiedams voorg®s'a steeds met succes ten krachtigste heeft gestr Bij de goedkeuring van de rekening va° Ambachtschool voor Schiedam en Omstr bepleitte de heer Post de noodzakelijkheid 0 van de gemeente Vlaardingen een hooger subs' te vragen, omdat het subsidie niet in goede v8'.t houding staat tot het aantal leerlingen dat die gemeente de ambachtschool bezoek. Hiermede was de agenda afgehandeld, i»®9r zitting nog niet afgeloopen. Op een vraag van den heer Hinkelaar a°j woordde de voorzitter dat een verordening ëeiee lag om maatregelen te kunnen nemen om >B val van demobilisatie drankmisbruik te v° komen. Daarna kwam aan de orde de motie OoshDo Men kent de geschiedenis. In een der v°rl vergaderingen had het raadslid de Bruin, ter j, legenheid van een onderwijzersbenoeoiing zl g uitgelaten in een zin, alsof bij de benoem'0^ bij het onderwijs stelselmatige protectie P3 had en Schiedamsche krachten stelselmatig den geweerd. Nu weet men, dat vroede de Bruin, als -0 warm loopt, niet zoo erg kieskeurig is °P 1 uitdrukkingen. Men neemt hem dan gewo®0 'J niet au serieux, maar lacht eens om zyB uitvallen. Het begon echler wethouder Goslinga te velen, dat telkens bij onderwijsbenoeming®0' dien kant zijn onpartijdigheid in min of 03 duidelijke bewoordingen in twijfel werd getr° ,tg Hy eisch te dus naar aanleiding van de l®9 uitlatingen van de Bruin, de instelling '®D commissie, die zou onderzoeken hoe het ®et t| samenstellen der onderwijsyoerdrachten toek om aldus in zijn eer te worden hersteld- achtte zich ook in zijn eer hersteld als de Pc zijn woorden wilde intrekken. Vroede, de Bruin liet zich nu van een z minnen kant kennen. Hy kon het niet van z' verkrijgen om ridderlijk ongelijk te erkenne0^^ zijn beschuldiging in te trekken. Zijn bescb® ging herhalen durfde hij evenmin. In plaats d van begon hij terug te krabbelen en in het n* los. dat bij gedreven sloeg hy er in het wilde op trachtte zich te redden door te zeggen, de bewuste woorden niet gesproken had. H'J echter zelf die woorden in het officieel® vefS laten wyzigen. O.m. verklaarde hij, dat hij zich aan de spraak van een commissie niet zou storen, dat.... de raad een politieke instelling is. N® zijn minachting te hebben getoond voor den t in zijn geheel en voor ieder der raadsleden bijzonder (zooals de waard is vertrouwt ^c|9g- gasten, vroede de Bruin II) ging hy den TeI" jj0t gever te ljjf. Deze, die zoowat de schuld v®n {ee heele geval kreeg, legt er zich speciaal °P om in het verslag dingen te zetten, die 10 ^[0 Raad heelemaal niet zyn gezegd. Dat raadsleden al die stomme onzin in het ve^e0, laten staan, daar kon de Bruin niets a®° Zoo raasde deze dolleman nog een tijdje Ten slotte stelde hij zichzelf voor als slacht van een lafhartigen aanslagHet was de he Goslinga, v. Westendorp en Maas er ®"ee°b9|i te doen, om een politieken tegenstander eeDhUi<l te zetten! Toen zijn pose als de vervolgde ons® 1 l

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1916 | | pagina 2