'mor Schiedam m\ Omstreken. fcjsL». fnnn -s1900 fifln Wi™B" jssl, i LuIZUUdMdi IIUU-» De Oorlog. Donderdag 11 118 No. 12186 Britanlaiidsch liemws. llmneniand. PEUILLETOM. MAROUSSIA. Bareaii; Koemarkt 4. Telef. 85, na Stanteorigd m. 148. Postbus) SS. atooaae-msatsa' pè 8 mmdim flJSÜ, per m®k IS emt, tmm f. swari 1%.— g, kwartaal, iïaoo^es-lfcïï auaimira 3 cent. Incassokosten worden? ^berekend. Advért«n.tiS»:*l—5 ragais fl.30 elks regel daarboven 25 ct. 3 maal plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden madedselingen 50 ct. p. regel. Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeran. Tarieven worden op aanvrage toegezonden. Op alle advertentiën 20 oorlogstoeslag-. Incassokosten wordan berekend. De verzekering wordt gewaarborgd door de Holland,sche Algsmeene VeiSekeriitgsbank te Schiedam. bij vei'iiea van een wijsvinger; van eiken ande ren vinger. öij of krachtens wetten of verordeningen voorgeschreven en andere officieeie af- en aankondigingen en kennis gevingen van het Gemeentebestuur. Huurders van Volkstuinen, arbeiderstuinen enz. worden herinnerd aan de betaling der huur vóór den 18 Juli a.s. DUITSCHLAND. Il.e t^ta treden van Von Kuehl- m 3 a D-J:i In de hoofdcommissie van den Rijksdag ver klaarde gister de vice-kanselier Von Payer, dat de rijkskanselier den wenseh uitgesproken had met de afgevaardigden den politieken toe- stand^te bespreken. jgsDe kanselier komt Donderdagmorgen te Ber- hjn aan, waarna de tijd zal bepaald worden, Waarop de besprekingen zullen plaats liebben. De voorzitter, afgevaardigde Ebert, nam kennis van deze mededeeling en zal heden met den vice-kanselier het tijdstip vaststellen. Over de houding der partijen in zake het aftreden van von Kühlmann meldt de „Lok. Anz.", dat de toestand in den rijksdag gister avond in zooverre opgeklaard werd, dat in verband met het aftreden van von Külhmann en de verwachte benoeming van Hintze nau welijks meer van een crisis kan gesproken wor den. Men verwacht slechts, dat de rijksleiding, Qu een man aan het bewind komt, wiens be ginselen men niet juist-kent, nogmaals haar opvattingen over oorlogs- en vredeskwesties duidelijk zal uiteenzetten. De „Köln. Volkstg." verneemt uit Berlijn Het sciiijnt thans vast te staan, dat von Hintze von Kühlmann zal opvolgen. De rijks kanselier heeft een uitvoerige bespreking met Von Hintze gehad. Beiden zijn tot volkomen overeenstemming geraakt over het program der buitenlandsche politiek. Von Hintze zal de buitenlandsche politiek van den rijkskanselier met volle overtuiging kunnen vertegenwoordigen. RUSLAND. In een bekendmaking der Sovjet regeering Wordt de opstand der links sociaal-revolution- öairen te Moskau voor onderdrukt verklaard. De stad vertoont weer haar gewone aanzien. Er moeten ongeveer 1000 personen in hech tenis zijn genomen. Het spoorwegverkeer is Voorloopig gestremd. In de richting Jekaterinenburg-Tsjeljabinsk rukken de bolsjewikitroepen zegevierend tegen van het Britsche Roode Kruis hebben bijgewoond de Tsjechen en Kozakken op, evenals in de Be menigte op straat juichte den koninklijken richting van Tobolsk. De spoorlijnen in het stc©t geestdriftig toe. gouvernement Samara zijn in staat van beleg verklaard. In het Koeban-gebied zijn de steden We- liko-Knjasheskaja en Torgowaja door de anti sovjet Kozakken bezet. Uit Moskou: 1 i Po bladen melden, 'dat oip 28 Juni in de ha ven van Archangel ongeveer 10.000 Franschen en Serviërs -zijn geland. De bevelvoerende géne raal verklaarde, dat hij! stad en land wilde be schermen voor een overval van Duitsche krijgs gevangenen. Er werd voedsel aan de bevolking uitgedeeld. Volgens de „Frankfurter Zeitung" komen er voortdurend meer kadetten te Kief. Zij scharen zich om Miljoekof. Deze heeft verklaard, dat het onjuist was, dat hij! Duitsehland had aange boden Rusland als protektoraat te aanvaarden. Wel was juist, dat hij tot het gedeelte der ka detten. behoorde, die in Diuitschland's hulp het cenige ïniddel zien voor het behoud van Rus land, WESTELIJK FRONT. De Franschen hebban eenige aanvallen uit gevoerd in Champagne. Aan de Aisne heerscht artillerie-bedrijvigheid. Bij Merris hebben de Engelschen hun linie een weinig vooruitge- bracht. ITALÏë. De Italiaansche staf meldde gister Nu en dan heviger artillerieacties op het Asiago-plateau en in het gebied ten Westen van de Grappa. Ten Zuiden van den Stelvio is een onzer vooruitgeschoven posten op 2931 meter hoogte door een vijandelijke afdeeling aangevallen, welke echter op de vlucht gedreven werd. In de Brenta-vallei leverden kleine gevech ten om onze stekingen te verbeteren ons 24 gevangenen op. ALLERLEI NIEUWS. Gisterenavond is het lijk van den te Mos kou vermoorden keizerlijken gezant graaf von Mirbach te Berlijn aangekomen. Het lijk zal te Harff in het familiegraf bij gezet worden. Te Johannesburg zijn drie internationale so cialisten gearresteerd, waarvan twee bekende. Borgstelling is geweigerd. In het Engelsch© Lagerhuis heeft Curzon mee gedeeld, Rat de koning en koningin van België per |Viiegtuig in Engeland zijn aangekomen. Die ^koning en koningin der Belgen hebben zich gister, vergezeld door de koning en de koh ningin van Engeland, va:n het Buckingham-paleis naar de Albert Hall begeven, waar zij een con cert van het Belgische militair orkest en dat Uit het Fransch. 21 De Vlucht. Het was nog altijd nacht, maar de morgen bries deed zich reeds gevoelen. Uit eèn ver wijdend klooster hoorde men de metten luiden, de riethalmen aan den oever bogen zich op en leer enruisohtenhet water der rivier, dat tot dusverre spiegelglad was geweest, maar thans hier en daar een hinderpaal ontmoette in den vorm van rotsen, begon draaikolken te beschrij1- v«n, op te bruisen, en zich onder geraas in een soort .afgrond te storten. „Wij moeten nu links afslaan,zeide Marous sia. i i Twee minuten later, drongen zij de steppe binnen. 1 Tot daartoe hadden zijl langs de rivier geloo- Fen, bijna voortdurend beschut door de boo- Qien, die haar omzoomden. Ofschoon zij zeer gehaast waren, bleven de beide tochtgenooten onwillekeurig staan1 en adem- II et voornaamste doel van den overtocht van den koning en de koningin der Belgen is een bezoek aan Leeds geweest. Evenredig kiesrecht. In het „Hbld." wordt eveneens er op ge wezen, dat, had de wetgever een ander ver- deelingsstelsel gekozen, n.l. dat van d'Hondt, zooals in het oorspronkelijke ontwerp van Grondwetsherziening was voorgesteld, en zoo als in België wordt toegepast, de samenstel ling der Tweede Kamer in de komende wet gevende periode de navolgende ware geweest 33 katholieken, 14 anti-revolutionnairen, 7 ckrist-historischen, 6 Unie-liberalen, 4 oud liberalen, 5 vrijzinnig-democraten, 3 Econo mische Bond, 24 S. D. A. P., 2 S. D. P., 1 S. P., 1 Middenstandspartij. De rechterzijde had dan een sterke meer derheid, van minstens 8 zetels, verkregen (5446), terwijl 6 kleine partijen, welke thans in de nieuwe Kamer vertegenwoordigd zullen zijn, dan van vertegenwoordiging waren ver stoken gebleven. Het liberalisme. De „Nieuwe Amsterdammer" schrijft in ver band met bet débacle van de liberale partijen. „Politiek, als ware het lichamelijk, gestor ven, heerscht zedelijk en intellectueel het libe ralisme in Nederland, en het zal voorshands dezen alles doordringenden invloed zeker niet behoeven te missen. Hoe zou het dit De universiteit, die de geestelijke leiders aflevert, is doortrokken van liberalisme. De groote dagbladen, die het be3t geoutilleerd zijn, tech nisch en intellectueel, zijn liberale bladen. De groote instellingen van algemeen nut leven doorgaans van de liberale gedachte uit. Ja, de partij, welke mede het onbarmhartigst in de gelederen der liberalen huishield, de S. D. A. P., heeft welbezien, sedert zij haar Marxistisch „geestelijk" kleed aflegde, weinig geestelijks, dat haar van de liberalen onderscheidt.', Het Amsterdamsche orgaan vergat nog de baantjes waarop het „denkend deel der natie" beslag placht te leggen, overigens ligt er veel waars in zijn beschouwing. Voor de katholieke staatspartij is het daarom plicht te zorgen dat de gelijkstelling op onder- wijs-gebied onverwijld werkelijkheid worde, niet alleen ten opzichte van de lagere school maar ook op het terrein van middelbaar en voorbereidend hooger onderwijs. den zij met volle teugen de verkwikkend© en zachte lucht der heide in. „Zie daarginds," sprak het kind: „die zwarte stip daar voor ons, is de stal waarvan ik u gesproken heb. Wij moeten nogmaals links af slaan, want daar zullen wij de ossen vinden..' „Uitstekend," antwoordde de afgezant. De steppe ontrolde zich voor1 hen, zoover hun blik slechts reikte; men zag niets anders dan hoog opgestapelde bergen versoh afgesneden hooi. De onbekende klom opi een dier mijten om den horizon te raadplegen. „Ga daar niet staan!" riep Maroussia hem toe„Gij zijt te groot, men kon u reeds van verre, als een kerktoren, zien." Allés scheen veilig. De zendbode gaf Marous sia een wenk aan zijne zijde te komen zien; hij wilde ha,ar helpen opstijgen; maar dit was overbodig; in een oogwenk was zij als een kat tegen den mijt opgeklauterd. „Gij bezit vleugelen," voegde haar metgezel haar toe. „Vader noemde mij dikwijls zijn eekhorentje", gaf het kind vol fierheid ten aintwoord. Zij' ook begon te kijken, maar slechts in eene richting, daar waar zich het huis haxer ouders verhief. II Verongelukte Katwijksehe schepen. Het lid van de Tweede Kamer, de heer De Visser, heeft 12 Juni de volgende vragen in gezonden In den laatsten tijd zijn verschillende Kat wijksehe schepen verongelukt en menschenle- vens te betreuren geweest, ten gevolge van het loopen dier schepen op mijnen, die zich in de vrije vaargeul bevonden. Daardoor is groote schade veroorzaakt en zijn verschillende gezinnen hulpbehoevend achtergebleven. De lage wekelijksche uitkeering volgens de Zeeon gevallenwet is voor dezen tijd allerminst toe reikend. Zou de regeering bereid zijn, nu het door haar eerst niet gevaarlijk verklaard ge bied toch bleek gevaarlijk te zijn, aan belang hebbenden een schadevergoeding toe te kennen? Ten gevolge van die verliezen ligt thans een gedeelte van de Katwijksehe vloot stil en i3 een deel der visschersbevolking werkeloos. Zou de regeering bereid zijn de mijnen, die zich in de vrije vaargeul bevinden, te doen opruimen, zoodat de mogelijkheid geschapen worde, dat de geheele vloot weder in de vaart komt Dit zou in de hoogste mate in het belang zijn van de voedselvoorziening en werkverschaffing. Het antwoord van den heer Posthuma, mi nister van landbouw, ingezonden 8 dezer luidt: Naar aanleiding van de eerste, der door het lid der Tweede Kamer der Staten-Generaal, den heer de Visser gestelde vragen, meent de ondergeteekende voorop te moeten stellen, dat nimmer door de regeering het gebied van de zoogenaamde „vrije vaargeul" voor niet ge vaarlijk is verklaard. Maar los van deze overweging kan er van het van het toekennen van eene bijzondere schadeloosstelling aan opvarenden van de door oorlogszeerampen verongelukte Katwijksehe visschers of hunne nagelaten betrekkingen geen sprake zijn, omdat gelijk door ondergetee kende reeds in de Memorie van Antwoord op het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer over hoofdstuk X der Staatsbegrooting voor 1918 werd medegedeeld zoodanige toeslag op de wettelijke uitkeeringen niet beperkt zou mogen worden tot eene enkele categorie van zeevarenden, doch eventueel voor alle opva renden van Nederlandsche koopvaardij- en vis- schersschepen zou moeten gelden. Eene; wets wijziging in dien zin meende ondergeteekende echter niet ter hand te mogen nemen, vermits de tot dusverre gehandhaafde overeenstemming met het stelsel van de Ongevallenwet 1901 zijns inziens niet behoort te worden prijs gegeven. Daaraan werd door hem nog toegevoegd, dat een en ander niet wegneemt, dat er naar an dere dan wettelijke maatregelen kan worden gezocht om het bedrag der uitkeeringen te kunnen verhoogen en dat de belanghebbende reederijen er wellicht toe zullen willen over gaan een toeslag op het wettelijk vastgestelde bedrag uit te keeren. In dit verband kan wor den medegedeeld, dat tot dusver voor éés.ca tegorie van zeevarenden, n.l. die in dienst bij aangeslotenen bij de „Groote Vrachtvaart On derlinge" aanvullende regelingen zijn tot stand gekomen, krachtens welke toeslagen op de wet telijke uitkeeringen worden verleend. rustig üs. „Ja, zeker," klonk het antwoord: „alles schijnt er van vrede te spreken." „Zij slapen thans, al degenen van wie ik houd; en zij hebben stellig allereerst voor ons gebe den; laat ons het ook doen voor hen." En de vochtige blik der kléine hief zich ten hemel. i „Gelukkige vader, gelukkige moeder, die zulk een End bezitten!" prevelde de afgezant. Geheel versterkt en gerustgesteld vérlieten zij den hooiberg. Zïji traden nog ©en eindweegs ver der en bereikten teene bloeiende heg die een kléin dal omringde. „Hier is het!" sprak Maroussia: „wij1 moeten nog wat afdalen; héljpl mij1 den sluitboom der „Zij zijn veel groofcr dan ik," zeide Marous sia lachend: „en toch zijn wij even oud." Bé met hooi beladen wagen stond niet ver van daar. „En nu moeten wij inspannen!" sprak de klei ne, toén zij' bij het voertuig gekomen waren. Dit was spoedig verricht. „Haast u!" hernam het kind: „Waarom be kijkt gij mij zoo?" „Het komt omdat gij1 zoo klein zijt, Marous sia", antwoordde de zendbode: „zoio heel klein! Men zou u veeleer aanzien voor een leeuwe rik, die bestemd was in deze steppe rond te fladderen en te zingen, dan voor iemand, die groote zaken tot stand moet brengen!" Hij had geiijk. Te midden van die eindelioo- deur opheffen. Daar zijn de ossen; ziet gij hen?" ze uitgestrektheid groen, naast die reusachtige „Ja; het zijin prachtige dieren!" j ossen en dien groeten wagen, aan de zijde van De twee ossen, die op het gras uitgestrekt la- dien reus der Setch, scheen het kind nog klei- gen, bleven onbewegelijk als twee groote hëu- v©ls. Maroussia's handje streelde de beide hoorn achtige koppen, en een dof geloei van vreugde beantwoordde de liefkoozingen van het kind. „Stil! stil!" zeidé Maroussia: „Gij moet mij heet zachtjes volgen! Komaan!" Men zou gezegd hebben dat de beesten de taal hunner kléine meesteres volkomen verston- „Ziet gijl daar ginds vroeg zij„kunt gij den, want zij1 stonden op-, zonder eenig gerucht iets zien? Kijk voor mij, het is alsof mijne oogen te maken en volgden haar met de grootste be- beneveld zijn, en toch geloof ik dat alles er j daardbeid, 1 L ner en tengerder dan gewoonlijk. „O! ik wilde dat ik groot was!" zuchtte Ma roussia: „Maar ziehier de doek van moeder: ik zal hem om mijn hoofd knoopen zooals de oude vrouwen dat doen en zoodoende zal ik er heel deftig uitzien. Kijk maar! heb ik geen gelijk?" (Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1918 | | pagina 1