deratie (I.T.F.), wordt loias namens de cheep Vaart
Voreenigingen Noord en Zuid het vMglemde mede
gedeeld:
Op Dinsdag 13 dezei heeft een VooHoopiglc)
bespreking plaats gehad, die op Vrijdag dien 16en
gevblgd is doer ieen veedor onderhoud, waarin
de voorwaarden zijn behandeld, waarop het werk
hervat zou kunnen worden.
In een gisteren gehouden nadere bijeenkomst
hebben de besturen dor Scheepvaart Verenigin
gen gemeend aan enkele door den heer Fimni-n
ais gevolmachtigde der mgainisaties gecpperdij
tezwaren te moeten tegtelwtetkxmen en hebban
het voigende voorstel gedaan
Lo, De staking in het haven- ZiMwel als in het
zeeivaarttedrijf, wordt met ingang van 26 April
1920 door de organisaties opgeheven en dte werk
gevers stellen de Ledrijvten wederom lopen.
De hoyctot van Nóderlandsche schepen in. bui-
tentandschie havens wordt gelijktijdig djotort- de
I.T.F. opgeheven met de hervatting van dien ar
beid letn zal niet opnieuw mogen worden ingesteld
gedurende den duur der overeenkomst.
2o. De werkzaamheden worden door de haven
arbeiders en zeelieden hervat op den grondslag
van het aanbod der werkgevers van, 19 Decem
ber 1919.
3o. Onmiddellijk na hervatting van den arbeid
worden tusschen de organisaties en de Schip
vaart Vereenigingen de nieuw:-' locn- en arbeids
voorwaarden voor de havenarbeiders en zeelie
den definitief vastgesteld overeenkomstig het aan
bod der werkgevteis van 19 Decern lor 1919, na
der aangevuld met het vermeid?! in 4e vopr-
laatste zinsnede van het schrijven van den voor
zitter van den Loonraad van 17 Januari 1920.
4o. Zoodra in onderdeden overe?nstemming
tusschen partijen zal zijn bereikt, zaï aan de
nieuwe Iconen terugwerkende kracht worden ver-
Ietend, tot |Jip 1 Januari 1920.
öo. De nieuwe collectieve overeenkomst tus-
sche ndfii organisaties en de Scheepvaart Vereeni
gingen zal worden aangegaan vloer den tijd van
ongevjeer een jaar en eindigen 31 Maait 1921,
De hoer Fimmen heeft d-n besturen dei Scheep
vaart Vereenigingen medegedeeld, dat, de organi
saties geen aanleiding kunnen vinden op lovim-
genoemde vl^tcrwaarden een collectieve overeen
komst aan te gaan.
Uitvoer van haring.
Zo ca Is dezer dagen reeds is blericht, waiteo
de onderliandelmgfen tusschen de Duitscln' en
Ned'erlandsche vértege-nwoordigprs zoover glevoir-
derd, dat miein deze, zoodrja. de kwestie van de
haring-levering zou zijn geregeld, als afgebotd
pen kon bieschomvern Nu de onderhandelaars
het ov|eir ideze laatste zaak zijn etens gewiomdon.
zal binnen etakele dagen de otliciicelo mtedldcly
ling kunnen word,en- verwacht.
Omrtent do haring! evering vernenv-jn wij
nog, dat er v|oior 11/4 millioen gulden aan
Noordze-eharing en vioor zéven-houderdduiz1 and
gulden aan Zuiderzee haring zal warden uitge
voerd, mteb dien verstande, echter, dat wanneer
het van Duitschje zijde wenscheiijk gjeacht
mocht worden, niiet voor het volle bedrag van
7 ton aan Zuiderzieehaifing te koppen, fc.v.
doordat de kwaliteit onvoldoende zou zijn, mien
voor de nesteeroude som Noord zteeh-iring zal
kunnen kpoptetn.
Centrale Jeugdraad.
Naar de „Tijd" vlerneemt, zullen in den
Centrallen Jeugdraad als katholieke leden zit
ting' nemén de heeren:
Dr. J. vlain Ginnekien. S.J. te Oudenbosch; ka
pelaan J. G. Jainsein, voorzitter van den R. K.
Patroonsbond te Amsterdam; mej. D. De
Leeuw, secretaresse van het Centraiü-Comité
loL hevprdéringi van R.K. Missiepatranrien iu
Nederland, te 's HertogentioschJ. II. Maienictn,
hoofdbestuurder van de Diocesane Jeugdorga
nisatie „Do Jonge Werkman", !e Htetclrian;
mej. M. RijJce, voorzitster der Jeugdorganisatie
van dgen R. K, Vrouwenbond in nat bisdom
Haarlem, te 's Gnaiv enhage en mi: A. J. M. J,
baren van Wwnhergien, lid van de Tweede Ka
mer, te Utrecht.
Rijksmiddelen.
Gelijk verwacht kon worden, begint lang
zamerhand de opbrengst der rijksmiddelen een
minder groot verschil aan te wijzen, dan in
het begin der periode toen krachtige maatre
gelen genomen werden om de schatkist in staat
te stellen, zooveel mogelijk aan de eischen des
tijds te voldoen. ToeD de verhoogingeir der
inkomstenbelasting, der zegelrechten, het ac
cijns op het gedistilleerd in werking traden,
leverde dit in eerste maanden een machtig
groot verschil op vergeleken bij de overeen
komstige maanden van het vorig jaar. Ook
andere middelen kwamen met den vredestoe
stand meer tot uiting. Nu dit alles verjaart
is het alreeds bevredigend te noemen, wanneer
de opbrengsten met die van het vorig jaar
gelijk staan.
Ongeveer hetzelfde bedrag, dat in Februari
van dit jaar werd opgebracht, vloeide in de
afgeloopen maand aan gewone middelen binnen
in Februari f27.862.454, in Maart f 28.549.870.
De vergelijking echter met vorige maanden
levert een belangrijk verschil op. Januari jl.
toch leverde f 321/t millioen op of bijna twee
maal zooveel als in Januari 1919. NochlaDs
zijn de ontvangsten der afgeloopen maand
gunstig te noemen aangezien de schatkist bijna
f7 millioen meer ontving dan in Maart 1919
toen f21.787.72 toevloeide.
In het belangrijk accres heeft inkomstenbe
lasting deze maand het leeuwendeel gehad
want bijna de helft daarvan vloeide uit dit
middel meer binnen dan in Maart 1919, zijnde
f6.938.481 tegen f3.620.111.
Bovenden droeg de dividend- en tantième
belasting, welke als onderdeel der inkomsten
belasting is te beschouwen, met een bedrag van
f 799.515 bij, of 6000 meer dan verleden jaar.
De hoogere belastingheffing en de verrui
ming der grondstoffen weerspiegelden toch
andermaal in de opbrengt van het accijns op
het gedistilleerd hetgeen f 1.3 millioen meer
opbracht dan in Maart 1919 f 3.364.339 tegen
f 2.019.675.
Belangrijk was ditmaal weder de toename der
registratierechten in verband met de levendig
heid op emissiegebied. Uit dit middel ontving
de schatkist f 3.663.844 tegen f 2.772,847 ver
leden jaar.
yjjOokJ^deJIsuccessierechten werkten ditmaal
weder zeer gunstig, want circa f 1 millioen
ontving de schatkist meer dan verleden jaar
Maart; f2.817.383 tegen f 1:833.846.
De transportstaking heeft blijkbaar weinig
invloed gehad op de opbrengst der invoerrech
ten, waaruit f 2.417.611 toevloeide tegen
f 2.240.411 verleden jaar.
Het ruimere vleeschgebruik leverde een voor-
deelig verschil op van circa 4 ton f 1.285.219
tegen 1880 993.
De vermogensbelasting bracht een bijna 5
ton gunstiger resultaat op dan verleden jaar.
Tot de kleine gunstige resultaten behoorde
de belasting op gouden en zilveren werken
f86.883 tegen f 64.79J, het statistiekrecht
f 280.569 tegen f 1 6,223, de rechten op mijnen
f 200,394 tegen nihil, de opbrengsten der loods
gelden f 81.254 tegen f 75 263 e.a.
Aangezien het accijns op suiker het vorig
jaar Maart buitengewoon vloeide in verband
met het inslaan van groote voorraden, en thans
de suiker schaarsch is, stond dit middel de af
geloopen maand met f 2.3 millioen ten achter,
want f 1.546.585 vloeide hieruit binnen tegen
f 3.852.338 in Maart 1919.
Behalve f 28.54 millioen aan gewone midde
len is nog f 10.465 millioen binnengekomen uit
de belastingen in verband met de buitenge
wone omstandigheden, waarvan f 5.99 millioen
O. W.-belasting.
§teten~6ener»al,
TWEEDE KAMER.
Vergadering vian Woensdag 21 April.
Aan de ordie is de wijziging van de wet -aip Ido
inkomstenbelasting
'het tekenen van de waardevermeerdering van
opgaand hout ails inkomen.)
De ,hieer Kooien (R. K.) ziou de voorkeur
hebfcn gegeven aan ,eJ-o kaïprecht, doch zal zich
b'ij het ontwerp neerleggen. Spr. licht lebn amen
dement der commissie van lapparteurs toe, Oï»
epk de wegenbeplanting ander de regeling te doen
vallen.
De heer v an Reresreyn TV. U.) verdedigt
het amendement om, vporal in het belang van
hot Inhoud van natuurmonumenten, hosschen van
de belasting rij te steilen.
De heer de W ijkers! oot h (R. K.) acht
eten sut-amendement op hei amendement van den
héter van Bereseyn toe ml-i de strekking, wél
de periodieke opbrengst, van hakhosschen Ipl be
lasten. Overigens zat spr. toch tegein het ontwpip
stemmen, waartegen hij1 zeer groote fez waren
heeft.
Minister de Vries erkent de gegrondheid1 dot
bezwaren tegen het ontwerp (tin neemit het amén-
dmntetnit-V. Reresteyn over. Spr. zal ziotol spoedig
mogelijk een kaprecht Vocrsleileo.
Het sut-umtendeménlde Wijckorsloioth wordt
aangenomen met 49 tegen 14 stemman.
Het wetsontwerp wiordt vervolgens z. h. st.
aangeno mtein.
WetUoék va n
Strafvordering1.
De héér Van Do totrn (U. L.) [Opent de alge
méén© beschouwingen pivfer hH wetsontwerp tot
vaststelling van een wetboek vajn strafvordering.
Spr. is geen igmaoite bewonderaar vialat dit ont
werp. Hij kan dén indruk niet van zich afzetten,
dat dit ontwerp vleel mieter rekening houdt met
de tejangjen van den beklaagd© dan mtat die der
juslflie en dit kan. een maatschappelijk kwaad
worden.
De heer R e ij mi e r (R.-K.) acht in tegenstelling
met dien heer v>. Doom het huidige Wetboek' Van
S tra f vordering 'een dei- slechtste Wetboeken. Het
gaat er niet pivter jof veel onschuldiglen Veroordeeld
worden of vleel schuldigen wonden vrijgesproken,
maar jof da&rtegietn vlo]doende waarborgen bestaan.
F,n dit ontkent spreker pertinent. Hij verliriigr
er zich dan qok Ov|er dat. deze Minister valn Justitie
zich bereid verklaard heeft, dit ontwerp abt hit
resultaat is Vain jarenlange practijk en studie,
thans met dé Kamér te behandel :n.
De heer W ijnkojoip1 (C. P.) acht dit ontwerp
een vieistei'king der klassejuslitie en zal er dus
zijn stem nhett aan gevlen.
De heer Dress el hu ijs (V. I,.) klomt |op
togen de wijze, waarop de heiclr Van flotoim dit
ontwerp besprak.
Dte !hpsr K1 ee rekpipélr (S. D.) acht een
herziening v'ain het Wptibioiek Van Strafrecht 'drin
gendier mopdig dan die vajn het Wethdek Vani
Si ra Bordering.
De hejer Van Sichaik (R. K.) hecht a'an dit
ontwierp geen1 *1 te gpotote tjateteketnis. Spr, is
voorstander van del "leekénrechtspraiak naast g|ö-
studoeirde opgeleid© hefchters.
De Mimi st|er van Ju s.tiv ti<e dé lieer Hieiems-
kerk, mieent. dal wanneer dil ontwerp wgt wioirdt
een belangrijk st.uk werk is volbracht. Dit ontwerp
wil gevallen van veroordeeling van conschuldigen
wier onschuld niet béwezen kan worden, tot iten
minimum terugbrengen', dooi' eiken verdachte pn-
m'iddeilijk ieen advicxcaait foe te voegjen, 'met wien
hij voortdurend jorvleir 1 eg| kan plegen.
De alg1. beschouwingen wprden hierna gleslo-
teri en de vergadering verdaagd lot morgein.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Crisismaatregelen.
Verkrijgbaar in de week van 1521 April.
Suikerkaart bon 28, van 1218 April,
bon 29, van 1925 April.
Broodkaart. De broodkaart van het
133e tijdvak van 1321 April (zwart), 134e
tijdvak van 2230 April (rood).
Vetkaar t. Bon 5e week 1926 April,
bon 6e week 27 April4 Mei.
Installatie Eere-comité Oogstfeest.
De rede, welke de burgemeester gistermiddag
ten atadhuize, bij de installatie van het eere
comité voor het Oogstfeest uitgesproken heeft,
luidt als volgt
Mijne heeren,
Mij valt de vereerende taak ten deel, u allen
welkom te heeten en u dank te zeggen, dat u
aan mijn oproep tot deze vergadering wel ge
volg hebt willen geven.
In overleg met den geachten Voorzitter van
de bestaande Commissie voor de bevordering
van de productie van levensmiddelen, heb ik
gemeend, dat het u aangenaam kon zijn e n
tevens voor het goede doel bevor
der 1 ij k, u thans, alvorens toch onze eigenlijke
werkzaamheden aan te vangen, een overzicht
te geven van de geschiedenis onzer volks
tuinen, aan de hand van mij daartoe wel
willend verschafte gegevens
Toen in 1908 ongeveer 70 HA. oeverterrein
langs de Maas werd opgespoten, ging er een
algemeene klacht op, dat zooveel natuur
schoon voor goed zou verdwijnen. De laag
gelegen grienden, riet en bieslanden,
met de kronkelende kreekjes, tot roeitochtjes
uitnoodigend, het heerlijke stukje natuur met
zijn rijke vogelbevolking, hetzou weggaan
en, hoewel het aantal menschen, dat dit ontoe
gankelijk terrein werkelijk kend e,gemak-
lijk te tellen was, en de meesten slechts van
hooren zeggen wisten, dat een echte
natuurliefhebber, die gescheurde kleeren en be-
modderde laarzen er voor over had ,er
genieten kon, toen eenmaal het besluit
tot opspuiting genomen was, schaarden zich
spoedig velen achter de enkelen, die het
oude niet voor het nieuwe wilden inruilen.
Er was ook reden voor hen om het besluit
te bejammeren.
Eenige jaren vroeger was een dergerlijk ter
rein in Delfshaven opgespoten. Na de opspui
ting was dat terrein blijven liggen en vormde
een echte wildernis, een ongelijke oppervlak e,
hier en daar wat onkruid, doorsneden met moe
rassen.
Zoodra evenwel het besluit tot de opspuiting
van de „buitengronden bewesten
deSpui haven" alhier genomen was, diende
onze hoofdopzichter der plantsoenen een plan
in om deze gronden direct na de opspuiting
droog te leggen, gedeeltelijktebeplan-
t e n en verder tot bouw- en tuinland
te maken.
Dit plan werd aangenomen en in het najaar
1908 werd een begin gemaakt met den aanleg
van ons Sterrebosch.
Nu de gemeente opeens zoö'n uitgestrekt ter
rein in cultuur had te brengen, knoopte zij daar
aan vast een plan tot aanleg van arbeiders-
tuinen, daarvoor uitkiezende de landtong
tusschen de Spuihaven en de Wilheiminahaven,
een terrein, waarop zich nu reeds verschillende
bloeiende industrieën hebben gevestigd.
Reeds bestonden de Schreber görten in
Duitschland en de Jardins ouvriers in Frank
rijk, maar, wat wij thans ook in Nederland ken
nen als volkstuinen, bestond Hier te lande nog
niet.
Het besluit tot den aanleg van arbeiders-
tuinen, in Februari 1909 door den Raad van
Schiedam genomen,is dan ook te beschouwen als
de g r on dlegging van de volkstui
nen i n Nederland.
ITet volgende seizoen werden volkstuinen
opgericht in Amsterdam en 's-Gravenhage. In
1911 in Alkmaar en Rotterdam en later zijn
de voornaamste plaatsen van ons vaderland
hierin gevolgd.
Aanvankelijk ondervonden de arbeiderstui-
nen alhier heel wat tegenkantingvan ver
schillende zijden werd oppositie ge
voerd, zoodat voor de 38 geprojecteerde tui
nen slechts21 liefhebbers zich aanmeldden
Later kwamen er nog 5 bij, zoodat het eerste
jaar 26 tuinen geëxploiteerd konden worden.
Zeker een klein begin, als wij zeggen
dat er verleden jaar alleen 600 aanvragers om
een tuin afgewezen moesten worden, omdat
ondanks grooteuitbrei ding alles ver
huurd was.
De oppositie is geheel verstomd. Vele tegen
standers zijn voorstanders gewor
den, omdat zij door eigen aanschou
wing hebben geleerd wat het waard is, dat
de werkman, die den geheelen dag in de fabriek
of in de werkplaats heeft vertoefd, gelegenheid
heeft om zijn vrije uren nuttig en gezellig
met zijn gezin door te brengen in een volkstuin
hebben gezien, wat een heerlijke afwis
seling en heilzame wisselwerking het verblijf
in de vrije natuur teweegbrengthebben
ondervonden, dat een volkstuin den
huurder nieuwe levenskracht en frischheid
schenkt, wat zijn geheele bestaan en aldus
de geheele Maatschappij ten goede
komt.
De vraag naar arbeiderst inen nam vanaf
de oprichting snel toe. Ook vroegen beter gesi
tueerden naar een tuin. Zij die zich moesten
vergenoegen met e'enpotjeopeenplank
van een balcon of in een dakgoot,
of de bewoners van benedenhuizen, die begluurd
door zóóveel blikken, zich in hun klein
tuintje niet vrij konden bewegen, ook zij
wilden een tuintje buiten de stad.
Dat was de stoot tot den aanleg van de fami-
lietuinen in Februari 1913 en van de Volkstui
nen in Januari 1914.
In September 1913 werd in den Haag een
congres gehouden van een aantal bestuurders
van Volkstuinen in Nederland, waarop Schie
dam vertegenwoordigd was door den heer T. S.
Goslinga, destijds wethouder van het Grond
bedrijf, en den heer Dominicus, Hoofdopzichter
der plantsoenen en landerijen, en viel de eer
te beurt aan den heer Goslinga om benoemd
te worden in de Commissie tot het samenstel
len van een rapport omtrent den stand der
Volkstuinen in Nederland.
lntusschen was de groote Wereldoorlog uit
gebroken en daarmede naderde voor ons allen
een tijdperk van schaarsch te aan le
vensmiddelen Alles moest in het werk
worden gesteld om de productie van voedings
middelen te vermeerderen. Toen dan ook
de Nederlandsche Heidemaatschappij ons Ge
meentebestuur adviseerde om een Commissie
in het leven te roepen die alle zaken, de productie-
vermeerdering rekende, zou behandelen, werd
daarop oogenblikkelijk ingegaan. En op 30
Maart 1917 werd door mijn geachten ambts
voorganger in de Raadszaal geïnstal
leerd: „de Commissie voor de bevordering
van de productie van levensmiddelen". In
deze Commissie waren door B. en W. benoemd
de heeren T. S. Goslinga, als Voorzitter; M. C.
M. de Groot, Arij Prins, G. Olieman en J. K.
Dominicus als secretaris. Al aanstonds
trad de heer Lagerweij op, om tijdens de ziekte
van den heer Goslinga het voorzitterschap waar
te nemen.
Deze Commissie nam het werk, door den heer
Dominicus opgevat, over en gaf daaraan uit
breiding en spoorde alle middelen op, die aan
het doel bevorderlijk konden zijn.
De Commissie zag prachtige resultaten op
haar werk. Het Gemeentebestuur g i n g v o o r,
om alle terreinen, die daarvoor eenigszins in
aanmerking konden komen voor het klein-Tuin-
bouwbedrijf beschikbaar te stellen, en de di
recties der fabrieken „Apollo", „Gusto", „Uto"
en de „Nieuwe Waterweg", z ij volgden.
Op eigen, of op gehuurd terrein legden zij tuin
tjes aan voor hun personeel. Ik herinner u aan
het gewaagde voorstel van deze Commissie om
het Zuidergors, de geliefde IJ s b a a n
v a n de Schiedammers, om te zetten in
tuinland. Alles werkte mede en 14
dagen nadat het besluit genomen was om dit
voorstel bij Burgemeester en Wethouders in te
dienen, stonden reeds 180 menschen het weiland
te scheuren en wederom twee weken later waren
ook deze 11 H.A. omgezet in tuinland en reeds
gedeeltelijk met aardappelen en groenten be
plant.
Zoo konden in 1919 1270 gezinnen in de be
hoeften van eigen groenten en aardappelen
voor een groot gedeelte voorzien, waarvoor 64.5
H.A. land in gebruik was genomen.
Midden in den gespannen tijd viel het 10-
jarigbestaan der volkstuinen in Schiedam.
Er kon en mocht toen aan geen feestelijke
herdenking gedacht worden. Alles moest in
gespannen worden om de productie te vermeer
deren.
Mijne heeren, ik grijp deze gelegenheid aan
om hier een woord van groote erkentelijkheid
tot die Commissie te richten voor het vele goede
dat zij in die moeilijke jaren in het belang van
allen heeft verricht.
Nu thans de sterke behoefte
aan levens mi d d e 1 e n niet meer gevoeld
wordt, nu, (al zijn de tijden er niet veel rusti
ger op geworden), de kleine tuinbouwer althans
zich rustig aan zijn arbeid kan wijden, n u heeft
de Commissie voor de bevordering van de pro
ductie van levensmiddelen de behoefte gevoeld
om de belangstelling in en de waardeering
vóór den arbeid van den kleinen
Tuinbouwer aan te wakkeren om eens
hetgrootepubliektedoenzien wat
daar in stilte, in vrije uren wordt
gepresteerd om eensaantetoonen van
hoeveel waarde het bezit van volkstuinen i s
in het sociale bestaan, om te doen
zien dat bij goeden wil ook de leek veel berei
ken kan.
De Commissie heeft gemeend dat te moeten
doen door het organiseeren van een Oogstfeest
op de Volkstuinen en daaraan een e e n d a a g-
sche tentoonstelling van in het
Klein-Tuinbouwbedrijf gekweekte
producten te verbinden.
Zij heeft daartoe de medewerking verkregen
van een drietal heeren, de heeren Jurgens,
Oosterhoff en Geurtsen om als Oogstfeest
commissie de leiding der feesten in handen te
nemen en vond u, mijne heeren, aanstonds
bereid in het eere-comite zitting te willen nemen.
Enbenevensdatallesverbonden
zich reeds een 60-tal beoefenaars van het Klein
Tuinbouwbedrijf, om op de tentoonstelling in
te zenden.
De tijden zijn veel veranderd in de elf jaren,
die voorbijgingen sedert de eerste
Volkstuinen werden opgericht.