Dagblad voor Schiedam en Omstreken. Gratis-Ongevallenverzekering Vrijdag 5 November 1920. Mo. 12880. 0) WlJê BureauKoemarkt 4. Telef. 85, na kantoortijd no. 148. Postbus39. Abonnementen per 3 maanden f2.per week 15 cent, franco per post 2.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 3 cent. Advertentiën: ■5 regels f 1.75elke regel daarboven 35 cent, 3 maal laatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 et. per regel, ipeciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvrage toegezonden. Incassokosten worden berekend. De vMzekeTlng wordt gewaarborgd dooi de Uellan&ictn Algtm«»a« V«rz«k«ila|ifa»"U u Schiedam. VU levenslange geheele invaliditeit bQ veilles van een wijsvinger MI verlies van eiken ande> ren vingerj Buitenlandsch Nieuws. FRANKRIJK. In een conferentie van ministers is het pro gramma der viering van het 50-jarig bestaan van de Fransche republiek op 11 November als volgt vastgesteld Het hart van Gambetta, dat in een urn is gelegd, zal in den tuin worden ontvangen door vier ministers, die de regeering vertegenwoor digen. Het zal worden gedragen door een in valide van 1870 en geëscorteerd door twee onderofficieren, die aan den laatsten veldtocht hebben deelgenomen. Het zal per automobiel worden vervoerd naar de porte-Maillot, waar het op een kar zal worden geplaatst. Tegelijker tijd zal het lichaam van den onbekenden sol daat worden geplaatst, door een afdeeling van 24 onderofficieren, op een kanon van 15.5 c.M. De troepen, die deelnemen aan den optocht, zullen worden opgesteld op de Avenue de la Grande Armee, langs de versterkingen en in het bosch van Boulogne. De stoet zal bestaan uit de verminkten en de veteranen van Elzas-Lotharingen het mili taire bestuur van Parijs de kar van Gambetta een afvaardiging van onderofficieren van ade wapens het kanon van 15.5 c.M., waarop het 'ichaam van den so'daat is geplaatst de pre sident van de republiek en de leden van de regeering, en talrijke troepen van alle wapenen. Waar de president van de republiek en de leden van de regeering niet in den tuin aan wezig zijn geweest, zullen zij, met de leden van de griffie van de Kamers den stoet opwach ten bij den Are de Triomphe. Een salvo van 101 kanonschoten zal worden gegeven van den oever van de Seine op het oogenblik, waarop de karren onder den Are de Triomphe zullen doorgaan. De stoet zal zich opstellen op de Avenue des Grandes Armé'es. De weg, dien de stoet, die om 9 uur onder den Ars de Triomphe passeert, zal volgen is Champs Elysées, Place de la Con corde, linksgaande langs de standbeelden van Rijssel en Straatsburg, Pont de la Concorde, Boulevard Saint Germain, Bou'evard Saint Michel en Rue Soufflot. Bij de aankomst aan het Pantheon zullen de twee karren stil houden voor den hoofdin gang, en de president zal, na de trappen te hebben beklommen, het lichaam van den sol daat in de urn, die het hart van Gambetta bevat, ontvangen. Na de plechtigheid zal een eerewacht blijven bij het lichaam van den soldaat en het hart van Gambetta, tot aan de overbrenging naar een voorloopige chapelle ardente, die om 4 uur zal plaats hebben. DE FINANCIEELE TOESTAND VAN DUITSCHLAND. Aangaande den financieelen toestand, waarin Duitschland zich bevindt, zeide Helfferich in den Rijksdag het volgende De Rijksminister van Financiën is waar schijnlijk wat voorbarig geweest, toen hij zeide, dat hij voor de eerste maal sedert den oorlog weer een begrooting kon indienen, waarvan de uitgaven en de inkomsten in evenwicht waren. Tegenover de honderd milliard uitgaven staan slechts dertig milliard inkomstenzeventig milliard zijn slechts gedekt door de bankbil- jettenpers. De Minister van Financiën befeid ons erop voor, dat de toestand in het volgende jgar nog ernstiger zal zijn het deficit zal toe nemen met A1j1 milliard mark, nog afgezien van het tekort der spoorwegen en posterijen. Daarbij ziet hij echter over het hoofd, dat de Rijksschuld het volgende jaar een aantal milli- arden meer zal eischen. Bij het uitbreken van den oorlog bedroeg de Duitsche Rijksschuld ruim 4 milliard, einde Mei 1916 bedroeg zij 40 milliard, sinds Novem ber 1918 140 milliard en thans 290 milliard. Den 31 sten Maart 1921 zal de Rijksschuld 320 milliard méér bedragen. In 1914 waren voor 8 milliard bankbiljetten in omloop, einde Mei 1916 voor 25 milliard, einde November 1918 Voor 75 milliard. Onze toestand is erger dan een staatsbank roet, zeide Helfferich. Het bankroet is voor den schuldenaar een weldaad, die hem van zijn ver plichtingen ontslaat. Door een bankroet wordt het rijk echter niet van zijn verplichtingen ont slagen, ook niet van de verplichtingen tegenover de Entente. Slechts van een deel van zijn ver plichtingen zou het rijk door een bankroet ont heven wordener zouden nog verplichtingen ten bedrage van ongeveer 90 milliard blijven bestaan. De depreciatie- van ons geld uit zich in dé eerste plaats in den terugloopenden koers vat de mark. In het binnenland komt deze depre ciatie echter tot uiting in den eeuwigen strijd tusschen loonen en prijzen, in de ontwrichting van ons economisch leven en de vernietiging van het kapitaal, niet alleen van het groot kapitaal, doch ook van het kleine; De kleine renteniers en ambtenaren hebben het meest te lijden van den noodtoestand in Duitsehland- Het ontbindingsproces wordt nog verhaast door onzen huidigen „uitvoer" van mijnen, fabrieken, landerijen en nationale productie middelen tegen belachelijke prijzen. Dit be- teekent voor ons hopelooze armoede, slavernij voor het geheele Duitsche volk. DUITSCHLAND EN RUSLAND. Gisteren werd uit Berlijn het volgende ge meld In den rijksdag is het ontwerp van wet be treffende verschillende overeenkomsten tus schen de Duitsche regeering en de Hongaarsche Tsjecho-Slowaksche en Oostenrijksche regee ringen ingediend. Alle drie der verdragen, wel ke een zuiver economisch karakter hebben en waarbij een speciale overeenkomst, met Tsjecho- Slawakije, betreffende de aflossing van de oorlogsleening en coupons van schuld-obliga ties van genationaliseerde particuliere spoor wegen, alsmede over de toepassing van artikel 297 van het verdrag van Versailles komt, zijn door de betrokken regeeringen in den loop van dit jaar onderteekend, en worden thans aan het oordeel van de volksvertegenwoordigers onder worpen. Van deze overeenkomsten is die van Duitsch land met Tsjecho-Slowakije verreweg de be langrijkste, vooral daar een reeks van kwesties van economischen en finantieel-politieken aard geregeld worden, die voor het Duitsche rijk van groote beteekenis zijn. De grondslag waarop beide contracteerende partijen steunen, is het principe van de weder: zijds meest-begunstiging in alle kwesties van in-, uit- en doorvoer, alsmede van douaneta- j rieven. Daardoor is voor Duitschland een gun- 1 stige gelegenheid opengesteld met Rusland het transitoverkeer te openen. j Verder bevinden zich in het verdrag belang- rijke bepalingen over de liquidatie van de j Duitsche eigendommen in Tsjecho-Slowakije, I waarvan principieel wordt afgezien, en die j slechts in bijzondere gevallen zal plaats heb ben, waar het de behartiging van algemeene, economische belangen betreft. Maar ook hier zal rekening worden gehouden met den geest 1 van volstrekte rechtvaardigheid. Alzoo zullen de Duitsche vorderingen, die in Tsjecho-Slo wakije in beslag genomen zijn, vrijgegeven worden. Anderzijds zullen ook de in artikel 297 van het verdrag van Versailles voorziene liquidaties van Duitsche ondernemingen van Tsjechosche zijde niet worden uitgevoerd. Een verder belangrijk punt betreft de kolen- overeenkomst, volgens welke Duitschland tot het einde van dit jaar den uitvoer van 105000 ton steenkool en cokes per maand naar Tsjecho- Slowakije toestaat. Als tegenprestatie krijgt Duitschland maandelijks 200.000 ton Boheem- sche bruinkoolen en 4000 ton Pilzner bruin- kolen. Een verlenging van deze overeenkomst wordt reeds voor een* tweede halfjaar in het vooruitzicht gesteld. Ook omtrent de Oostenrijksche oorlogslee ning, welke dodr Duitsche onderdanen die in Tsjecho-Slowakije woonachtig waren, getee— kend is, is overeenstemming bereikt, waardoor de Duitsche onderdanen dezelfde rechten zul len genieten als cle Tsjechische. De Duitsch-Oostenrijksche overeenkomst die eveneens gesloten is, beteékent over het geheel slechts een herstel van de oude Duit-Oosten- rijksche, Duitsch-Hongaarsche handelsover— eenkomst, waarbij nog slechts eenige bizon- dere bepalingen betreffende zekere kwesties I gekomen zijn. De Duitsch-Hongaarsche econo- mische overeenkomst sluit zich daarentegen maar vorm en inhoud geheel bij die met Tsje cho-Slowakije aan. Ook hier heerscht het prin cipe van wederzijdsche meest-begunstiging. ENGELAND. Het werk is gisteren in vele kolenmijnen her vat, voornamelijk in Yorkshire en Northumber land, maar de volledige arbeid zal niet bereikt worden voor Maandag, wanneer, naar men hoopt, de normale treinendienst zal zijn hersteld. Het blijkt, dat de raadgeving van de mijn werkersleiders, om het werk onmiddellijk te hervatten, over het algemeen is aanvaard. SPANJE. Uit Saragossa meldt men De politie heeft een vakvereenigingsleider gearresteerd, die er van verdacht wordt, on langs verschillende bomaanslagen gepleegd te hebben. De politie gelooft thans de aanstich ters van de terroristische beweging, waarvan Saragossa sedert eenige maanden het tooneel is, op het spoor te zijn. De leden van het bestuur der vakvereeniging van metaalbewerkers zijn gearresteerd, met uitzondering van den voor zitter. Ook de voorzitters van verschillende andere vakvereenigingen zijn in hechtenis ge nomen. GRIEKENLAND. Havas seint dd. 4 dezer uit Athene Het verkoopen van een oppositie-blad met een groot portret van den gewezen koning Con- stantijn erbij, werd de aanleiding tot twee be toogingen een ten gunste van V'enizelos en een van Constantijn. Door het ingrijpen van enkele officieren werd de orde hersteld. Er werden enkele revolverschoten gewisseld, waar door drie personen werden gewond. De regee ring heeft onmiddellijk maatregelen genomen om de handhaving der orde te verzekeren. Binnenland. De Staatsbegrooting. Aan de Memorie van Antwoord op de alge meene beschouwingen over de Staatsbegrooting is'het volgende ontleend Het is onjuist, dat minister Aalberse onder voogdij zou staan van minister van IJsselsteijn. Een wetsontwerp tot regeling van Lager en Middelbaar landbouwonderwijs heeft het De partement van Landbouw verlaten. Ontwerpen tot herziening der landarbeiderswet en tot re geling van het binnenscheepvaartbedriif zijn gereed. Een nieuwe Boschwet en een ontwerp tot re geling der winkelsluiting zijh in voorbereiding. Overwogen wordt de vraag of de renten en dus ook de premiën der arbeidersverzekering verhoogd moeten worden. In het nieuwe ontwerp-Duurtewet zal ook de prijsopdrijving door trusts worden tegengegaan. De minister van Financiën zal spoedig de Me morie van Antwoord in zake van het ontwerp- grondbe'asting en de wijziging der successiewet inzenden. Hij hoopt dat de Kamer deze ontwer pen en ook het ontwerp tot heffing eener tabaks- be'asting, spoedig za' behande'en. De regeering heeft het denkbee'd overwogen van een belasting op buiten'andsche reizen. Zij is daarop echter teruggekomen. Voor Zwitser land zijn dit jaar 3088 passen afgegeven. Als gevolg van de indertijd door de Tweede Kamer aangenomen bezuinigingsmotie-Rink is een voorste1 uitgewerkt en in handen geste'd van de secretarissen-generaa1. Deze hebben ad vies uitgebracht en de ministerraad heeft thans een bezuinigingsontwerp met memorie van toe- 'ichting vastgeste'd, dat binnenkort wordt in gediend. De regeering geeft haar sympathie met den Vo'kenbond te kennen. Zij herhaa't, dat zij abso'uut niets afwist van de komst van den Duitschen Keizer in ons 'and. De regeering hoorde het pas nadat hij in ons 'and was. De minister van Oor'og is geen Chef van de Staf meer. Deze functie wordt tijde'ijk door een ander waargenomen. De geest onder het personeel van leger en vloot is, naar de Regeering zegt, over het algemeen goed. De regeering streeft naar vermindering van militaire lasten, maar kan geen genoegen nemen met enkel een politieleger. Verschillende wijzigingen van het Burgerlijk Wetboek, welke de verhouding der echtgenoo- ten betreft, waaronder ook een voorziening ten aanzien van de toelage, bij echtscheiding aan een der echtgenooten toegekend, zijn reeds in bewerking. De nieuw-benoemde Gouverneur-Generaal stemt in met het regeeringsbeleid van het Ka binet. Ten aanzien van het bijzonder onder - wijs zal dan ook op dezelfde wijze worden voort gegaan. Revolutionaire bewegingen in Indië zullen krachtig wórden tegengegaan. De regeering stelt zich op het standpunt dat het vrije verkeer op economisch gebied zooveel mogelijk moet worden hersteld en dat Neder land zijn plaats als export-mogendheid moet handhaven. Ingrijpende maatregelen in zake de boycot door leveranciers van bouwmaterialen, uitge sproken tegen de centrale bouwmaterialenvoor- ziening, zijn moeilijk te nemen. De regeering ontkent, dat de schuld van de duurte bij den tusschenhandel zou liggen. De minister van Onderwijs verdedigt zijn be leid en ontkent dat hij eer samenwerking zou zoeken met links dan met rechts. Een raming van de kosten, die de nieuwe Lager -Onderwijs wet zou meebrengen, kan nog niet worden gegeven. De regeering komt op tegen de conclusie van vele leden, dat de minister van Financiën niet voor zijn taak berekend zou zijn. De regeermg verklaart, dat zij niet zal af wijken van haar bekende standpunt in zake .een militair verbond met andere naties. Het inter view van Mr. Patijn te Brussel is hier te lande niet geheel juist weergegeven. De regeering weigert beslist er toe mede te werken, om aan de besluiten van de Centrale Commissie voor georganiseerd overleg in sala riszaken meer bindende kracht te geven. De commissie moet een adviseerend karakter blij ven dragen. Binnen enkele dagen zal een wetsontwerp worden ingediend in zake ontginning van de aardolie-bronnen in Djambi. Het gezantschap bij het Vaticaan Aan het voorloopig verslag van het afdeelings- onderzoek van Hoofdstuk Buiten], zaken is het volgende ontleend Het voorstel tot instelling van een vast gezantschap bij den Pauselijken Stoel ontmoet te bij vele leden bedenking. Van verschillende zijden werd gewezen op de bezwaren van staats rechtelijken en historisclien aard daartegen. Toen in 1915 werd besloten tot aanstelling vaneentijdelijkengezant stopten vele Iepen over bezwaren heen wegens het groote landsbelang, dat in die dagen bij een vertegenwoordiging van den Paus heette betrokken te zijn. Die leden zouden thans, nu een vaste vertegenwoordiging woret voorgesteld, alleen dan wederom de ge noemde bezwaren kunnen ter zijde stellen en ook aan dit voorstel hun stem kunnen geven, wanneer zij overtuigd zouden zijn, dat het be lang van ons land door het gemis van zulk een vertegenwoordiging in ernstige mate zou wor den geschaad. Deze overtuiging kon hun echter o.a. geenszins worden bijgebracht door de re sultaten tijdens den oorlog met het tijdelijk gezantschap bereikt. In verband hiermede wordt verder betoogd, dat wel gezegd, doch niet bewezen is, dat het Vaticaan als een belangrijk centrum van diplomatiek verjkeer en interna tionale onformatie is te beschouwen. Het moge een niet onbelangrijk aantal staten zijn, dat bij het Vaticaan door vaste zendingen is vertpgen- woordigd, men vergete niet, dat het bijna uit sluitend katholieke landen zijn, welke daartoe behooren. Deze hoedanigheid verhoogt de waarde hunner vertegenwoordiging bij den Paus, uit algemeen diplomatiek oogpunt beschouwd. Verschillende leden zouden het -afgezien van de vraag, of een gezantschap in den eigenlijken zin van het woord tusschen souvereine staten en andere lichamen bestaanbaar is in elk geval onjuist achten, dat de Staat een vertegenwoor diger zou zenden naar het hoofd van een kerk genootschap, waartoe slechts een deel der bur gers behoort. Door deze zending toch zou de Staat a.h.w. erkennen, dat de kerk, waarbij hij is vertegenwoordigd, haar invloed ook op poli tiek terrein behoort te doen gelden en zou hij dus zij het indirect den invloed dier kerk op het maatschappelijk leven bevorderen. Bovendien zou de Nederlandsche regeering door het instellen van een blijvend gezantschap bij den paus diens geestelijke souvereiniteit erkennen en daarmede de hiërarchie der R. K. kerk en de opvatting dier kerk omtrent de plaats- bekleeding van Christus door den paus. Hier door zouden velen, zeker niet in de' laatste plaats de Protestanten van orthodoxe beloofs- belijdenis, ernstig in hun godsdienstige gevoelens worden gekrenkt. Op grond van een en ander ver klaarden deze leden zich met 's minister's Voor stel niet te kunnen vereenigen. Van verschillende zijdpn werd er op gewezen, dat de in het onderhavige voorstel gelegen af wijking van het beginsel, dat alleen door souve-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1920 | | pagina 1