„Au bon Marché" aan onze eliëntèle. Zie de étalage. delen, waarvan de deugdelijkheid door onderzoek niet of niet voldoende kan worden vastgesteld, onmogelijk maken. Verzocht wordt, het ontwerp niet aan te ne men, tenzij door uitzonderingsbepalingen aan bovengenoemde bezwaren is tegemoet gekomen. De onderwijzerssalarissen. De heer Lamers, secretaris van den Bond van Nederl. Onderwijzers, heeft aan Het Volk meege deeld, dat thans zeer waarschijnlijk zal besloten worden tot een verscherpte actie inzake de be perking van de opleiding van onderwijzers, zoo mogelijk tot een algeheele stopzetting daarvan. Als tweede maatregel voor de verscherpte actie wordt overwogen het tekort, dat aan onderwijs krachten bestaat, te concentreeren op één stad of op één provincie Daarvoor zou wellicht den Haag of Zuid-Holland in aanmerking komen. Dit zou betreffen het uitspreken van een boy cot over een stad of provincie, zoodat daarheen door geen enkelen onderwijzer meer zou worden gesolliciteerd. Dergelijke daden, heeft men van roode bonden te verwachten G. W. W. Baron van Hoevell tot Nyenhuisf In Den Haag is, 72 jaar oud, overleden de heer G. W. W. C. baron van Hoevell tot Nyenhuis, oud-Gouverneur van Celebes, Ridder in de Orde van den Ned. Leeuw, Eereridder der Johanniter Orde. De a.s reis van den nieuwen Gouverneur- Generaal. De nieuwbenoemde G.-G. van Nederlandsch- Indië, mr. D. Fock zal 3 Febr. 's-Gravenhage verlaten om later te Napels scheep te gaan op het s.s. „Prins der Nederlanden", dat den 19 en d.a.v. uit Amsterdam vertrekt. Naar wij ver nemen zal mr. Fock behalve door mej. Tellegen als particulier secretaresse verge zeld worden door de zuster van generaal Kroesen, chef van den staf in Indië, ten einde den G.-G. bij te staan bij de ontvangst op Bui tenzorg, en om de hoofdleiding over de huis houding op zich te nemen. (Corr. Bur.) Naar Wilna. Naar het Correspondentiebureau uit par lementaire kringen verneemt, zou het met den wensch der regeering strooken, wanneer aan het gisteren ingediende wetsontwerp be treffende het zenden van een Nederlandsch detachement naar Wilna een zoodanige spoedige behandeling, ook door de Eerste Kamer zou wor den verzekerd, dat het ontwerp vóór 1 Januari wegens het urgente van de zaak tot wet zou kunnen zijn verheven. Nederland en Servië. De correspondent van de „Tel." te Belgrado meldt over de oorzaak van de plotselinge uit wijzing van den heer Rapaport, hangende de diplomatieke onderhandelingen met Den Haag, het volgende De Serviërs hadden indertijd het Oostenrijk- sche archief uit den tijd der bezetting van Bel grado bemachtigd en vonden daarin een brief, geschreven door den heer R. aan een Holland- schen journalist over de toestanden in Belgrado gedurende de Oostenrijksche bezetting. Wat in dezen brief verteld werd, moet nu juist niet vleiend voor da'Serviërs geweest zijn. De Ser vische couranten hebben van dien brief een een uittreksel gegeven, waarin de Servische leiders van vóór den oorlog valsche profeten werden uitgekreten. Waarop de Servische regee ring kort en bondig den heer R. het land uitwees. Nu erkent de heer R. zijn brief geschreven te hebben naar aanleiding van het verzoek om inlichtingen van den Hollandschen journalist Hij beweert echter, ^dat hij dien brief heeft - moeten schrijven op bevel van den Oostenrijk- schen generaal, die hem, zoo hij geen gevolg gaf aan het verzoek van den Hollander, dreigde met hem, Rapaport, gevangen te doen nemen. Hij ontkent echter, dat hij de Servische leiders van vóór den oorlog valsche profeten heeft ge noemd, doch vertelt niet, wat hij in waarheid geschreven heeft. De brief is niet afgezonden, omdat de Oostenrijkers hem niet mooi genoeg vonden en is in het Oostenrijksche archief ver zeild geraakt. Levensmiddelen voor Oostenrijk. Een telegram uit Weenen van 21 Dec. meldt Het financieele bestuur verzekerde zich van 60.000 ton Hollandsch graan, ter waarde van 12 millioen gulden. Dit kon worden verkregen door de verzending van buitenlandsche waarde papieren, welke zich in het neutrale buitenland bevonden. De bezitters zijn voorloopig niet schadeloos gesteld, daar deze papieren niet wor den gerealiseerd, doch slechts verpand. Opheffing uitvoer-certificatenbureau. De minister van landbouw, nijverheid en handel brengt ter algemeene kennis, dat met ingang van heden wordt opgeheven het Uit voer-certificatenbureau als tijdelijke afdeeling van zijn departement, met toekenning van eer vol ontslag aan den heer mr. dr. R. Tj. Mees als directeur van dat bureau onder dankbetui ging van de door hem als zoodanig aan den lande bewezen diensten. De verdere afwikkeling van de nog loopende zaken van het Uitvoer-Certificatenbureau zal plaats vinden in het perceel Noordeinde no. 35, en wordt opgedragen aan den heer F. K. J. Heringa, regeeringscommissaris der Nederland- sche Uitvoermaatschappij. Staten-Generaal. TWEEDE KAMER. Vergadering van Woensdag, 22 December. Begrooting van Buitenlandsche, Z ak en. De heer Van R a v e s t e y n (C. P.) houdt een interpellatie in verband met de instructie van onze regeering aan de Ned. delegatie naar de Volkenbond te Genéve. Regeling van werkzaamheden. Beslotenwordt aan de agenda o.a.toe te voegen het wetsontwerp tot verhooging van den gedistil leerd-accijns en morgenochtend 10 uur in de afdeelingen te doen onderzoeken het wetsontwerp betreffende uitzending van troepen naar Wilna. Stemmingen. Het amendement-Dresselhuys tot verhooging van het subsidie voor de volksuniversiteiten wordt verworpen met 37 tegen 33 stemmen. De Begrooting van onderwijs wordt goedgekeurd zonder hoofde lijke stemming. De heer KRUYT (C. S.) verklaart geacht te willen worden te hebben tegengestemd. DE BEGROOTING VAN MARINE WORDT AANGENOMEN met 48 tegen 22 stemmen. Tegen waren de sociaal- en vrijzinnig-demo craten, de revulutionnairen en de heeren van de Laar en A. P. Staalman Buitenl. Zaken. DeMinistervanBuitenlandsche Z a k e n, de sprekers beantwoordende, zegt dat wij het passenstelsel nog niet kunnen afschaffen. Aan handelsbetrekkingen met sovjet-Rusland zal de regeering niets in den weg leggen. Inzake de Servische kwestie zegt de Minister, dat het thans het meest wenschelijk is, af te wachten. Spr. zet uiteen, dat hij er naar streeft zooveel mogelijk publiciteit te geven over het beleid van zijn departement. Van een geheime diplomatie wil de minister niets weten. Doch dat beteekent niet, dat over alles en nog wat in het openbaar kan worden gesproken. Wat de Volkenbond betreft, zegt de Minister, dat Ne derland niet het recht heeft sceptisch te staan tegenover dien bond. De alg. beschouwingen worden gesloten. G ezantsc hapb ij den H. Stoel. Bij artikel 8 (Gezantschap bij den H, Stoel) verklaart de heer D e|S avornin Loh man (C. H.) dathijtegenhetgezant schap zalstemmen. De vraag is nu, na den oorlog of onze Koningin als hoofd van onzen staat den Paus erkennen zal als hoofd der Christelijke Kerk. Zou men deze vraag bevestigend beant woorden, dan zou het rechtsgevoel van een groot deel des volks worden gekrenkt. Wij heb ben in Nederland volkomen scheiding van kerk •en staat doorgevoerd, en nu mag men op geenerlei wijzen meer pogen dien band te leg gen. De minister beschouwt dezen post alleen van den diplomatieken kant, maar ook van dien kant is er veel tegen aan te voeren. Tal van landen zijn niet geaccrediteerd bij het Vaticaan. Als sprekers fractie 'tegen dit gezantschap is, dan is dat niet uit anti-Katholicisme, maar al leen op grond van reformatorische beginselen, waarvoor onze voorvaderen goed en bloed heb ben geofferd. De heer Troelstra (S. D. A. P.) gelooft, dat we hier te doen hebben met een verzoek tot het verleenen van een welwillendheid aan andersdenkenden, voldoening aan een wensch van de meest belangrijke minderheid des volks, Zulk een welwillendheid kan echter niet van ons worden gevergd, wijl in naam van den Paus en van de Kerk hier te lande een steeds feller campagne tegen de socialisten wordt gevoerd. De regiering is er niet in geslaagd het staats belang aan te toonen, dat gelegen is in de be stendiging van het gezantschap. Wat het diplo matiek contact betreft, is er een nieuw diploma tiek centrum gekomen in den Volkenbond, zoo dat daarnaast geen behoefte is aan speciale vertegenwoordiging bij den Paus. De Soc. dem. zullen hun stem niet aan dezen post geven. De heer v. d. Laar (G h r. S. P.) verklaart zich tegen dezen post. De voorzitter deelt mede dat de heeren Lohman, Snoeck Henkemans. Schokking, Weit- kamp en van de Laar een amendement hebben ingediend om den post te schrappen. De heer Dres^elhuys (V. L.) weerlegt de bezwaren van den-heer de Savornin Lohman, doch is tevens van meening, dat de Minister de gevoeligheden van onze „Protestantsche na tie" had dienen te ontzien. Sprekers conclusie is, dat we beter over eenige jaren kunnen oordeelen over het punt van het gezantschap. Hij dient daarom, met de heeren Rink, Drion, van Rappard en De Buisonjé, de volgende motie in „De Kamer van oordeel, dat er geen aan leiding is thans wijziging te brengen in het karakter van het gezantschap bij den Pause lijken Stoel, gaat over tot de ordevan den dag." Deze motie wordt dadelijk behandeld. De heer Nolens (R.K.) kan het voorstel van den Minister niet beschouwen als een wel willendheid jegens de katholieken. Principieel is de zaak reeds beslist in 1915. Het gaat dus niet om het herstel van het gezantschap, maar om het afbreken van een reeds hersteld contact. Op de principieele kwestie wil spreker niet verder ingaan. Hij wijst echter op het belang van het gezantschap, op grond van welk belang alléén Frankrijk enEngeland diplomatiekebetrekkingen met het Vaticaan onderhouden. Bij de over weging dermotie-Dresselhuys dient men rekening te houden met de waardigheid met de andere partij. Aanneming der motie zou wezen beneden de waardigheid van Dengeen, bij Wien wij blijde waren in 1915 een gezantschap te mogen vesti gen. Dan ware het beter den heelen post te schrappen Indien men nu het gezantschap niet wilde, omdat men er geen nut meer in zag, maar het later wel weer zou prefereeren, dan zou niemand zeker meer willen medewerken aan het herstel van het gezantschap. In het Vaticaan ligt veeleer een centrum van diplomatiek verkeer dan in het Quirinaal. De heer Beu m e r (A. R.) zal op gronden van het stellig vollenrechtelijk belang vóór het voorstel stemmen. De heer T r c u b (E. B.) zal in 's lands belang vóór den post en tegen de motie stemmen. De M i n i s t e r meent kort, te kunnen wezen. Hij treedt niet in volkenrechtelijke beschou wingen noch in de vraag der subjectiviteit van den Paus. Hij rekent slechts met de realiteit en dan staat voor hem het belang van dit ge zantschap vast. Zijn meening was, dat hij ver plicht was met dit vorstel bij de Kamer te komen. Men heeft hier nauwelijks het nationaal be lang gevoeld, dat bij dit voorstel is betrokken. Ook de heer Lohman gevoelde dat nationale belang eigenlijk niet, dat toch een leidende functie in de overwegingen van dit voorstel vervulde. Het groote nationale belang ligt in het diplomatieke milieu van het Vaticaan, niet in het wisselen van stukken, maar in het dage- lijksch verkeer in dat milieu, om zoo mogelijk ook invloed te kunnen uitoefenen. Dit belang ziet men ook in Frankrijk en in andere landen in. Wat Nederland op dit oogenblik moet doen, dat is overal in de wereld zijn positie te bevesti gen. Van voortdurende groote waarde is het, om, overal gerepresenteerd te zijn in interna tionale kringen. Spreker vraagt den heer Loh man, of het hier eigenlijk wel gaat over her stel der betrekkingen, wijl de Paus steeds een afgezant bij ons Hof had, en of hij dan niet erkent het belang der wederkeerigheid. De motie geeft geen lichtsnoer. Wil zij zeg gen, dat het voorloopig nut heeft een gezant bij het Vaticaan te benoemen, dan komt zij overeen met het voorstel. Beteekent zij iets an ders, dan is zij niet duidelijk Spreker heeft de zaak niet nog langer aangehouden, omdat hij het standpunt der Kamer wilde leeren ken nen. De heer Lohman repliceert. De beraadslagingen worden gesloten. De stem mingen, ook die over de begrooting, worden bepaald op morgen, en de vergadering verdaagd tot morgen 11 uur. Gemeenteraad. GEMEENTEBEGROOTING 1921. (Vervolg). De voorzitter stelt thans de uitgaven aan de orde. Volgn. 1106117 worden ongewijzigd vast gesteld. Bij volgn. 118, Druk- en bindwerk, zegt de heer D i n k e 1 a a r, dat hij niet inziet, waarom de gemeente het drukwerk niet zou kunnen uitbesteden. Weth. mr. Van Velzen merkt op, dat indertijd door den drukker ook gewerkt werd toen er verlies op het drukwerk werd geleden. Wij zullen overwegen wat in deze kan worden gedaan, De heer V a n P e 11 merkt op, dat de druk ker indertijd toch bijslag heeft gehad. De voorzitter zegt, dat B. en W. zullen overwegen wat in deze te doen. Volgn. 118 wordt goedgekeurd. Bij volgn. 119, Kosten van onderhoud enz. Stadhuis, geeft de heer K o r p e 1 het college in overweging de zaak van een betere huisves ting ter hand te nemen,. Uitbreiding van het stadhuis zal toch noodig zijn, wegens de ver meerdering. van het aantal Raadsleden. Hij hoopt, dat B. en W. spoedig met voorstellen zullen komen. De voorzitter zegt, dat, wegens de hooge kosten, de plannen voor een betere huisvesting zijn blijven liggen. Het aantal Raadsleden zal eerst na de volgende Raadsverkiezing worden uitgebreid. B. en W. meenden, dat de zaak niet zoo erg urgent is. Volgn. 119 wordt aangenomen. Volgn. 120123 worden eveneens goedge keurd. Bij volgn. 124, kosten van aanplakken en omroepen, zegt de heer Van'den II o e k, dat deze post, in verband met het reeds genomen besluit tot salarisverhooging van den omroeper, zal moeten worden verhoogd. De post wordt met 240 verhoogd en goed gekeurd, waarna ook volgn. 125143 worden aangenomen. 1 Bij volgn. 144 bepleit de heer mr. Kave laars het inschrijvingsbiljet voor de Gem. Ink. belasting in overeenstemming te brengen met de betrokken verordening. Weth. B o d d e s zegt, dat het noodzakelijk zal zijn de gemeentelijkeverordeniug in overeen stemming te brengen met de Rijks inkomsten belasting. Vóór Mei 1921 zal een nieuwe veror dening bij den Raad aanhangig worden gemaakt. De heer Van den Hoek dringt op spoed aan. Weth. B o d d e s verklaart, dat verschil lende ontwerpen reeds zijn overwogen. De zaak is in voorbereiding. Spoedig zal men met een ontwerp bij den Raad komen. Volgn. 144 en de volgende tot 156 worden goedgekeurd. Bij volgn. 157, Belooning voor twee deskun digen, belast met het schouwen der distilleer ketels en helmen in de branderijen en distilleer derijen, vestigt dé heer Schreuder er de aandacht op, dat de schouwers dikwijls tever geefs komen en er aan de bevelen totvernieuwing der ketels geen gevolg wordt gegeven. Hij wijst er op, dat x>p het Hoofd onlangs een ongeluk met een ketel is gebeurd en in het Groeneweegje een afgekeurde distilleerketel nog steeds niet vernieuwd is. Het prestige van het gemeente- Injjezonden Mededcelingen. Schiedam. 10506 15 bestuur lijdt er onder., indien aan deverordening de hand niet wordt gehouden. Hij dringt aan op toepassing der strafbepalingen. Met het oog op de werklieden en het brandgevaar, raadt hij aan streng toe te zien. Weth. Houtman antwoordt, dat de be trokken ambtenaren een brief over één ketel hebben geschreven. Die brief is pas ingekomen. Het omstandig verhaal, dat de heer Schreuder doet, was het college niet bekend. De schouwers deden beter zich bij den weth. of den burge meester te vervoegen, dan mededeelingen te doen aan een Raadslid. Men moet wel verschil maken tegen de methoden van nu en vroeger. De ruwketels De heer VandenHoek: Over de ruwketels is nooit een schouw gedreven. Weth. Houtman zegt, dat do distilleer ketels geen groote rol meer spelen in het bedrijf. De heer Schreuder verklaart, dat de schouwers rapport hebben uitgebracht van B. en W. en handhaaft zijn standpunt, dat goed toezicht noodzakelijk is. Volgn. 157 wordt goedgekeurd, voorts ook volgn. 158—160. EÏij volgn. 161, kosten van den woningdienst, vraagt de heer Korpel of de weth. bereid is. het resultaat van het onderzoek naar de wer king van de Haagsche Aannemers Mij. aan den Raad mede te deelen. Hij bepleit verder de wenschelijkheid om de financieele regeling tus- schen Rijk en gemeente te vereenvoudigen. Voorts dringt hij aan op reorganisatie van het woningbedrijf, de woningvoorziening enz. Hij meent, dat de tijd gekomen is, om geen stam kapitaal meer van de bouwvereenigingen te eischen. Is thans het tijdstip voor de gemeente niet aangebroken om den woningbouw zelf ter h and te nemen Weth. mr. Van Velzen antwoordt, dat hij zijn best zal doen om over de H. A. M. meer te weten te komen. De heer Korpel wil radicale maatregelen en de gemeente zelf laten bouwen. De gem. woningbouw is echter een kwestie van dubbeltjes. Dat vereenvoudiging van de fin. verhoudingen inzake woningbouw tusschen Rijk en gemeente wenschelijk is, geeft weth. graag toe. Hij meent echter, dat de gemeente daaraan niets kan veranderen. Wat het stam kapitaal betreft, kan weth. den heer Korpel maar één wenk geven energiek sparen Intusschen kan men nog wel eens overwegen, of er iets herzien kan worden met betrekking tot de grootte van het stamkapitaal. De grond, dien de heer Korpel wil hebben, zal nog wel bewaard blijven. Ten aanzien van het bouwen door de gemeente zelf meent weth., dat zij veel personeel daarvoor zal noodig hebben, terwijl de gemeente nog geen verdiensten heeft op dit terrein. Over den bouw- rijpen grond zegt weth., dat deze kwestie spoe dig zal worden opgelost. De heer Houtman zegt, dat er nu wel over woningbouw gesproken wordt, maar de kwestie over het tekort aan bouwvakarbeiders is niet aangeroerd. Weth. zal gaarne de verlang de stukken grond geven, doch hij vraagtwaar blijven de woningen Indien er geen bezwaar bestond om een paar honderd buitenlandsche arbeiders hier te halen, zou er meer kunnen wor den gebouwd. Ook verlenging van den arbeids tijd van 8 tot 10 uur zou al gunstig werken. Wanneer de noodige bouwvakJhrbeiders beschik baar zullen zijn,t wee weth. wel een goeden ar chitect te vinden, die een plan ter hand kan nemen. De heer Korpel constateert, dat weth. Van Velzen in principe niet tegen gemeentelij ken woningbouw is. Over het tekort aan bouw vakarbeiders is spreker's meening, dat men eerst eens meer organisatie moet brengen onder de bouwvakarbeiders. Als dit gebeurd is, zullen de bouwvakarbeiders wel uit de fabrieken komen. Volgn. 161 wordt goedgekeurd. Volgn. 162174 worden goedgekeurd. Bij volgn. 175, onderhoud van markten, beur zen en hallen dringt mevr. Koeten Ooms aan op een betere verlichting van de Vischmarkt. De voorzitter zegt, dat deze kwestie reeds bij B. en W. in behandeling is. De heer C o 11 vraagt om een betere loon regeling voor het personeel der vischmarkt. De heer mr. Kavelaars wenscht, dat er meer samenwerking tusschen de hoofden van dienst zal worden gezocht teneinde het onop houdelijk opbreken der straten te voorkomen. De voorzitter zegt, dat B. en W. een en ander in overweging zullen nemen. f (Wordt vervolgd). Stads- en Gewestelijk Nieuws. Oplichting. Vrouw N„ wonende Nieuwe-Haven, heeft bij de politie aangifte gedaan, dat zij gistermorgen is opgelicht voor een bedrag van 7.50. Een haar onbekende man had zich aan haar woning vervoegd, zeggende dat haar man moest over- Kerstgeschenk

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1920 | | pagina 2