Dagblad voor Schiedam en Omstreken. Gratis-Ongevallenverzekering 44ste Jaargang. Woensdag 25 Mei 1921. No. 13044. Bureau: Koemarkt 4. Telef. 85, na kantoortijd no. 148. Postbus: 39. Abonnementen per 3 maanden ƒ2.per week 15 cent, franco per post f 2.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 3 cent. Advertentiën: 15 regels ƒ1.75; elke regel daarboven 35 cent, 3 maal plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 ct. per regel. Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op[_aanvrage toegezonden. Incassokosten worden berekend. 0« vanknlii Dit nummer bestaat uit twee bladen EERSTE BLAD. Wegens H. SAGRAMEN ISDAG zal de NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT", dagblad voor Schiedam en omstreken, DONDERDAG-AVOND NIET VERSCHIJNEN. Bij oï krachtens wetten ol verordeningen voor geschreven en andere ollicieele al- en aan kondigingen van het Gemeentebestuur. HINDERWET. Ingekomen is een verzoek van lo. M. A. PERSOON om vergunning tot uit- breidnig van de broodbakkerij n het pand Vlaardingerstraat 3, kadaster Sectie C. Nos. 235 en 236, door verplaatsing van de twee ovens en 2o. D. KROES om vergunning tot oprichting van een broodbakkerij in het pand Noordmolen straat 62, kadaster SecLie A. No. 1060. Deze verzoeken zijn met de bijlagen op de Secretarie ter visie gelegd. Op Woensdag 8 Juni 1921, des voormiddags 11 uur, zal ten Raadhuize gelegenheid worden gegeven om bezwaren tegen bet toestaan v an deze verzoeken in te brengen en die mondeling of schriftelijk toe te lichten. Gedurende drie dagen voor het tijdstip, hier- bovengenoemd, kan op de Secretarie der Ge meente van de schrifturen, die ter zake zijn in gekomen, kennis worden genomen. Volgens de jurisprudentie zijn niet tot beroep op een beslissing ingevolge de Hinderwet ge rechtigd zij, die niet overeenkomstig art. 7 dier wet voor het Gemeentebestuur of een of meer zij ner leden zijn verschenen, teneinde hun bezwaren mondeling toe te lichten. S c hie dam, 25 Mei 1921 Buitenlandsch Nieuws. OPPER-SILEZIE. Een telegram uit Parijs meldt Volgens de jongste berichten uit Oppeln zou het Duitsche offensief, waaromtrent zekere bla den overdreven berichten hebben gegeven, niet langer dan een dag hebben geduurd. Dit is het gevolg van de stappen welke de intergeallieerdo commissie bij den Duitschen vertegenwoordiger heeft gedaan. De commissie had Zaterdag aan hem doen weten, dat indien de Duitschers vol hardden in hun optreden, de geallieerden voorne mens waren, om de Fransche en Italiaansclie troepen terug te trekken. Dit optreden van de commissie hetwelk in de oogen der Duitschers een besliste uiting van de geallieerde solida riteit beteekende, had tot onmiddellijke uit werking, dat de aanvallen der Duitsche vrij korpsen geheel ophielden. Het zou dwaas zijn, om de positie van de bezettingstroepen gevaarlijk te noemen. Het blijkt intusschen een feit, dat hun effectief niet grooter is dan 12.000 man, terwijl de Duitsche strijdkrachten op 40.000 welgewapen de manschappen worden geschat. Om tot een bevredigende oplossing van de Opper-Silezische kwestie te geraken, is een eendrachtig optreden van de geallieerden noodzakelijk. De pers constateert, dat er aanzienlijke vor deringen tusschen de Ententekanselarijen zijn bereikt. Van Duitsche zijde bericht men het volgende De Duitsche pers neemt ten opzichte van de gebeurtenissen in Opper-Silezië een zeer gere serveerde houding aan, hetgeen voor een deel ook het gevolg xs van de gebrekk'ge verbindingen. Hec. schijnt wel vast te staan, dat het Duitsche offensief in Opper-Silezië, dat met den aanval op den Annaberg begonnen is, niet verder zal worden voortgezet. Alle gematigde bladen spo ren de bevolking aan, zich wat Opper-Silezië betreft zoo passief mogelijk te gedragen en geen gehoor te geven aan het gestook der nationalis ten anders zal het aan de regeering niet lang meer mogelijk zijn, de gevoelens van het Duit sche volk ten opzichte van Opper-Silezië in toom te houden. Uit Berlijn meldt men nader Oe politie-maatregeleh tot sluiting der Opper Silezische grens zijn ten uitvoer gebracht en de grens is thans gesloten. Het Pruisische ministerie Hg lmulu|i gehetl* lavalltltelii w«e» it j w uu,u* uil |tviirkii|l taai da Hailjuaiieha üügnnaase Tan«karia|ifcaah te SahlelwB. vaiUea van fcB tarlls* aan daim t kQ vciUai va* aea wQivlngei M veiiiai -wub elke* uda- >aa vlagai van Binnenlandsche Zaken heeft 900 manschap pen der veiligheidspolitie naar de grens gediri geerd, die voorkomen zullen, dat gewapende Duit. schors zich naar Opper-Silezië zullen begeven, terwijl zij uit dit land komende gewapende per sonen zullen ontwapenen. Dr. Mayer de Duitsche gezant te Parijs, heeft aan Briand bevestigd, dat zijn regeering de meest strenge maatregelen heeft genomen tot slu'Png van de Du'tsch-Sdez'sche grens, de ontbmd'ng der vrijwdl'gerskorpsen en de afkond'g'ng van den staat van beleg -n de betwste geb'eden. Brand verklaarde aan de delegate van Kamerleden, dat er sancGes zijn voorbereid voor omstand'gheden, welke bepaald zijn voor zekere schendingen van het vredesverdrag, lot dusver waren de omstandigheden, welke een interventie zouden wettigen, nog niet aan wezig. Briand is van oordeel, dat de gebeurtenissen in Opper-Silezië er op wijzen, dat men er meer naar streeft aan de wenschen der geallieerden tegemoet te komen. Betreffende het Fransche verzoek nopens een gezamenlijke!* stap der geallieerde gezanten te Berlijn, in zake de Opper-Silezische kwestie, betoogt de „Daily Telegraph", dat Lord d'Aber- non uit den aard der zaak bij herhaling aan Duitschland heeft te kennen gegeven, dat het de plicht van dit land is, het smokkelen van wa penen, levensmiddelen, troepen en geld over de Opper-Silezische grens te voorkomen. Inderdaad was het te danken aan d'Abernon's krachtige stappen, dat de Duitsche regeering een tweetal proclamaties heeft uitgevaardigd, op de dooi den gezant aangegeven grondslagen. Daarom is men te Londen van meening, dat het voors hands niet gewenscht is, verdere gezamenlijke stappen te doen, aangezien zulk een stap de reeds verkregen resultaten wederom te niet zou kunnen doen. Reuter verneemt, dat te Londen bericht is ontvangen, dat majoor Powell, de Engelsche of ficier-gedelegeerde in de intergeallieerde com missie voor Opper-Silezië door de Poolsche op standelingen gevangen is gemaakt. De majoor ondervond tijdens zijn gevan genhouding een zeer onwaardige bejegening van de zijde der opstandelingen, die zelfs dreigden hem te zullen doodschieten. Hij werd gevangen genomen, terwijl hij in een derde-klas-coupé der spoorwegen toezicht hield op eenige Duit sche gevangenen. Door toedoen van een Fransch officier is de majoor wederom op vrije voeten gesteld.Hij bevindt zich thans op weg naar Lon den. De Engelsche regeering heeft om ophelde ring van dit incident verzocht. Gisteren heeft Brian in de Fransche Kamer liet woord gevoerd bij de behandeling der inter pellaties. Hij herinnerde er aan, dat bij de behandeling van het vredesverdrag de geallieerden eerst met algemeene stemmen besloten hadden Opper- Silezië aan Polen toe te kennen. Op het verzet van Duitschland, heeft de Raad van Vieren toen besloten een volksstemming uit te schrijven, Frankrijk, dat het vredesverdrag eerbiedigt, wenscht, dat dit besluit op eerlijke wijze wordt uitgevoerd. Opper-Silezië behoort historisch niet bij Duitselv land, naar zoowel de Fransche en Engelsche encyclopediëen, als de meest bekende Duitsche atlassen toegeven. Twee eeuwen geleden is het met geweld steeds tegen blijven verzetten. Wat de economische en geografische zijden van het geval betreft, blijkt uit het vredesverdrag, dat zij niet mogen leiden tot het maken van onder scheid tusschen de rijke en arme streken. Men moet dus den wensch van de bevolking bestu- deeren en daarbij rekening houden met den uit slag van de volksstemming, gemeente voor «gemeente. Polen heeft in de mijndistricten zoowel de nominale meerderheid, als d,e meerder heid in de verschillende gemeenten. Bovendien grenzen de districten met een Poolsche meerder heid aan Polen, wat een reden te meer is om den Franschen vertegenwoordiger in de commissie voor de volksstemming in het gelijk te stellen. Het voorstel van het Engelsche lid der commissie zou beteekenen, dat slechts 40 percent van het deel der bevolking, dat voor Polen gestemd heeft, bij Polen gevoegd zou worden. Aangezien het vraagstuk voor een andere instantie gebracht is, rust op de Fransche regeering de plicht de recht vaardigheid van haar stelling te handhaven, maar de geschillen dienaangaande mogen niet leiden tot een breuk tusschen de geallieerden. Briand verzekert, dat dit ook ongetwijfeld de meening is van Lloyd George. Wat den oorsprong van de onlusten in Opper- Silezië aangaat, deze zijn ontstaan op het gerucht dat de kwestie met de overeenkomst van Parijs in voor Polen ongunstigen zin zou zijn opgelost. Wat vermochten de 12000 Fransche soldaten te gen 80.000 opstandelingen Hadden zij ten koste van stroomen bloeds de orde moeten herstellen. Niettemin hebben zij de grootst mogelijke voorzorgen genomen. Doch de hoofden van de Duitschers zijn verhit geraakt en de pan-ger- manisten hebben misbruik gemaakt van den toestand. De woorden van Lloyd George, ver keerd begrepen en verkeerd overgebracht, hebben hen aangemoedigd. Met het oog op deze gisting heeft Briand aan Duitschland laten weten, dat er voor dat land ernstige gevolgen uit zouden kunnen voortvloeien. De Duitsche regeering en pers hebben dit begrepen, maar benden heb ben gedaan, wat aan de rijksweer niet mocht worden toegestaan. Het gevolg is een conflict geweest. Thans is de orde hersteld. Intusschen heeft Briand de Duitsche regeering de noodzakelijkheid onder het oog gebracht de benden te ontwapenen en de grens te sluiten. Van ochtend heeft de Duitsche regeering laten weten, dat zij dientengevolge maatregelen heeft genomen. Briand brengt hulde aan de openhartig heid en de eerlijkheid van Wirth. Frankrijk, zoo vervolgde hij, heeft de kracht om zich te laten gelden. Zijn belangen zijn door dn regeering op de beste wijze behartigd en het land beseft zulks. Zij, die een andere politieke gedragslijn noodig achten, dienen dit duidelijk uit te spre ken. Men zou dadelijk tot die andere politiek zijn toevlucht moeten nemen, indien het pro bleem de levenslangen van Frankrijk aantastte Maar Briand zal alles doen, wat mogelijk is om den vrede te handhaven met de middelen van druk, waarover hij beschikt. Briand bracht vervolgens hulde aan de sol daten, van de lichting 1919 voor het welslagen van de mobilisatie. Hij zette daarop uiteen, dat wederzijds toege felijkheid tusschen de geallieerden noodzakelijk is. Hierop kwam hij op de resultaten van de bij eenkomsten van Parijs en Londen. Het zou gemakkelijk genoeg zijn geweest de lichting 1919 op te roepen en het Roergebied te bezetten, in welk geval hij bij zijn terugkeer zeker zou zij geweest van de toejuichingen. Hij streeft niet naar een dergelijke populariteit. Niettemin, wil men die politiek volgen, dan is dat nog mogelijk. Het Roergebied ligt open en 200.000 man staan gereed o.m het te bezetten. Hij voor zich echter heeft zijn best gedaan om tot een vriendschappe lijke regeling tusschen de bondgenooten te komen, langs den weg door België aangegeven,en is daarin geslaagd en is teruggekeerd met de erkenning van Duitschland van zijn toestand van overwonnene en van zijn oorlogsschuld. Is het niet beter zijn kracht te toonen, dat ze te gebruiken Briand heeft geen enkele druk uitgeoefend op de vertegenwoordigers van Frankrijk in de com missie voor de vergoedingen. Hij besloot met op te merken, dat koelheid kracht niet uitsluit en dat theatrale gebaren niet altijd een juiste uitdrukking zijn van de kracht, welke er achter schuilt. Hij zal trouw blijven aan zijn stelsel en verzoekt de Kamer zich duidelijk uit te spreken na de volledige en openhartige uitleggingen, die hij haar verstrekt heeft. loopen, doch ook zouden de belangen van beide staten er door gebaat worden, dat er een goede nabuurschap bewaard bleef. Nadat spre ker nog verschillende kwesties* had .opge noemd, welke voortgevloeid waren uit de grensverlegging na de volksstemming, ant woordde von Körner, de voorzitter der Duit sche delegatie, dat ook aan zijn zijde, allen van oordeel waren dat de onderhandelingen zouden worden gevoerd in een geest van goeden wil, welke tot een spoedige vriendschappelijke en bevredigende oplossing zou leiden, waarbij beide landen en beide grensbevolkingen in dezelfde mate gebaat zouden worden. DENEMARKEN EN DUITSCHLAND. Uit Kopenhagen meldt men Bij de opening van de onderhandelingen tus schen de Deensche en Duitsche vertegenwoordi gers over de kwesties betreffende overgang van Noord-Sleeswijk aan Denemarken, welke giste ren in het Reentz Thetts Paleis te Kopenhagen begonnen, hield de leider der Deensche gedele geerden, de minister van Buitenlandsche Za ken Scavenius een rede, waarin hij o.a. zeide, dat de te behandelen kwesties van de groot ste beteekenis waren voor beide partijen. Hij verwachtte dan ook, dat de uiterste pogingen zouden worden gedaan, om tot een bevredi gende oplossing van de vraagstukken te gera ken Aan Deensche zijde was dat geheel de be doeling en men zou daar alleen met de werke lijkheid rekening houden en elke politiek ge heel buitensluiten. Indien dat doel werd be reikt, zouden de onderhandelingen niet alleen in het belang van beide grensbevolkingen ver- ENGELAND EN JAPAN. Do „Sunday Times" kreeg uit Australië een uitvoerig verslag van de redevoering die Hughes de Australische premier, dezer dagen heeft ge houden. Daaruit blijkt, dat hij op de Britsche rijksconferentie welke de volgende maand te Londen begint, zal voorstellen om het Engelsch- Japansche verdrag te hernieuwen in een vorm, die even aannemelijk voor Amerika en Australië als voor Engeland en Japan zal zijn. Hughes zeide o.a., hoewel wij er op gesteld zijn, Ja pan tot vriend te houden, kunnen wij van Amerika geen vijand maken. Australië en Amerika nemen dezelfde houding aan jegens Japan, moge dit echter geen reden voor dit land zijn, zich daarover te beklagen. Wij be schouwen de Japanners volstrekt niet als onze minderen, integendeel, hun moed en va derlandsliefde en hun ontwikkelingsgang wor den door ons het meest gewaardeerd, doch zooals ik den vertegenwoordiger van Japan op de vredesconferentie vertelde wij zijn de vriend van Japan en beschouwen de Japanners als onze gelijken. Men noodigt evenwel zijn vrienden niet altijd bij zich aan huis. Wij heb ben onze idialen en de Japanners hebben de hunne. Als zij zich beklagen over zone wetten, dan wijs ik er op, dat geen vreemdeling grond in Japan mag bezitten, dat ongeschoolde Brit sche arbeiders niet mogen wonen buiten de vreemdelingenkolonie zonder de toestemming van de regeering, terwijl Japan zoo ontzag gelijk vaderlandslievende zonen heeft, dat deze door naturalisatie in een vreemd land niet ophouden onderdanen van Japan te zijn." Ten slotte verklaarde Hughes „hoe men in Australië in het algemeen ovtr het Engelscli- Japansch verdrag moge denken, ik voor mij acht het in het belang van Australië, dat het verdrag wordt hernieuwrd in een vorm, voor Amerika even bevredigend als voor het Brit sche Rijk en Japan. FRANKRIJK EN IIET VATIC A AN. Jonnart, buitengewoon gezant van Frankrijk bij het Vaticaan, is gisterochtend uit Parijs naar Rome vertrokken. ITALIË EN RUSLAND. Volgens Stefani heeft de Russische handelsmis sie aan de consulta haar passen gevraagd om naar Rusland terug te keeren, aangezien de haar gegeven waarborgen niet voldoende lijken om haar taak te vervullen. POLEN. Volgens een bericht uit Warschau aan het „Berliner Tageblatt", is aan alle te Warschau vertoevende vreemdelingen aangezegd, de stad binnen veertien dagen te verlaten. Het verblijf van vreemdelingen in alle steden van congres-Polen is aan beperkingen onderwor pen. ENGELAND EN DE ONTWAPENING IN BEIEREN. Reuter verneemt, dat, hoewel het antwoord van Duitschland nopens de uitvoering van de bijzonderheden der ontwapeningsvoorstellen niet is verschuldigd vóór 31 Mei, er niet genoeg den nadruk op kan worden gelegd, dat gedraal van de zijde der Beiersche regeering bij het ten uitvoer leggen van de verplichtingen, welke de Duitsche regeering dienaangaande op zich heelt genomen, niet zal worden geduld door de Engel sche en andere geallieerde regeeringen ZWITSERLAND. Uit Zwitserland wordt gemeld, dat bij c t volksstemming over het nieuwe grondwe^ar tikel, dat den Bondsraad machtigt, voorsenm- ten betreffende het automobielverkcer uit t vaardigen, het artikel met 202,950 tegen 134.402 mum ii in i man min i 11 n jfr'—r-ii mwnirir «rwpirrrwnnrriTi i mi imiiiii aim lamnnr

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1921 | | pagina 1