DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN. FEUILLETON. Virginia's levensloop. 44ste Jaargang. Donderdag 25 Augustus 1921. No. 13120. Bureau: KOEMARKT 4. Telefoon Intercommunaal 85. Postbus: 39. Abonnementen per 3 maanden f 2.per week 15 cent, franco per post 2.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 3 cent. Advert entiën: 15 regels 1.75 elke regel daarboven 35 cent, 3 maal plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 ct. per regel. Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvraag toegezonden. Incassokosten worden berekend. Buitenlandseh Nieuws. RUSLAND. Het Russische blad „Golos Rossii" te Ber lijn orgaan van Milioekof schrijft Van bevoegde zijde vernemen wij, dat Duit- sche, Engelsche en Amerikaansche kapitalisten te Berlijn bijeenkomsten hebben gehouden ter bespreking van het vraagstuk der concessies, om de steden Petersburg en Odessa weer in orde te brengen, de exploitatie der tramwegen, electrische stations enz. Volgens onze nauwkeurige inlichtingen zullen de concessies, die de regeering te Moskou ver leent, voor veertig jaren gelden. De kapitalisten overwegen de sovjet-voorstellen en waarschijn lijk zullen zij de concessies voor de steden Odes- sa en Petersburg krijgen. Alle schepen van de Finsche Scheepvaart maatschappij en de maatschappij Sjitor in Petersburg zijn aan de eigenaars teruggegeven. De regeering van Moskou gelast in een decreet het herstel van het vrije verkeer op de spoor wegen in het land. De bijzondere vergunningen zijn opgeheven. sche zaken te Weenen het vredesverdrag tus- schen Oostenrijk en de Ver. Staten geteekend. GRIEKENLAND. De minister van oorlog heeft, naar Belga uit Athene meldt, een verklaring afgelegd betreffende de beweegredenen voor de her vatting van den veldtocht. Wij willen naar Angora oprukken zeide hij niet om daar te blijven, maar om technische waarborgen te verkrijgen tegen invallen van alle rebellen, die de beslifcsingen van Europa schenden. Na er aan herinnerd te hebben, dat de Tur ken Griekenland tot den oorlog dwongen daar zij het verdrag van Sèvres niet eerbiedigden en evenmin de 'overeenkomst betreffende de wapenstilstand, zeide minister, dat een nieuw verdrag rekening zal moeten houden met de offers, die het Grieksche volk bracht. Hij schatte de nationalistische strijdkrachten op 64.000 man. Hij besloot met de woorden Wij gelooven dat wij binnen een maand de zaak ten einde gebracht zullen hebben. HONGARIJE. Naar de „Times" uit Bern verneemt, zijn de berichten over een aanstaand vertrek van Karei van Habsburg naar elders ongegrond. Ge lijk men zich herinneren zal had hij na den mis lukten staatsgreep in Hongarije beloofd, dat hij Zwiterland vóór Sept. verlaten zou. Het wordt thans waarschijnlijk geacht, dat de Vergunning om m Zwitserland te vertoeven, zal worden ver lengd, totdat een internationale regeling omtrent zijn verblijfplaats zal zijn tot stand gekomen. Op het oogenblik vertoeft Karei van Habsburg nog op het slot Hertenstein aan het Vierwoud- stedenmeer. TSJECH O-SLOW AKIJE. De fsjecho-Slovaaksche regeering heeft aan een consortium, bestaande uit de Banque de Paris et des Pays Bas, de Tsjechisch Agrari sche bank van Praag, en uit de Lünder bank van Weenen de concessie overgedaan, welke vroeger aan de Landerbank was gegeven. Dit nieuwe consortium zal een kapitaal fourneeren van 80 millioen Tsjecho-Slovaaksche kronen de bank zal den naam dragen van onafhankelijke bank voor handel en nijverheid President der bank zal Jules Gambon zijn. OOSTENRIJK EN DE VER. STATEN Gisteren is op het ministerie van buitenland- 61 „Zoo antwoordde Hornby min of meer nurks, en werkelijk was de arme jonkman blijkbaar zoo uitgeput en teleurgesteld, dat Amyott's pogingen, om het voorval van een minder ernstige zijde op te nemen, ten eenen- male mislukten. Bovendien was Virginia's vroo- lijkheid verdwenen. De zinspeling van Mr. Horn by op een soort van afspraak tusschen haar en tante Johanna ergerde haar. Zij was bleek, koel en deftig, en zóó geheel anders dan gewoonlijk, dat er een zekere gedwongenheid tusschen gast heer en gasten begon te heerschen. Amyott be greep, dat men geen ooren meer had voor een vroolijk praatje en zweeg. Hornby's gewoonlijk zoo joviaal en tevre den gezicht had iets bezorgds en ontstemds gekregen, dat hem hinderde. Zijn geweten be gon hem verwijten te doen. Was hij een ver rader van zijn vriend geworden. Had hij zich laaghartig jegens zijn vriendelijken, edelmoe- digen, openhartigen gastheer gedragen De minste zweem van een dergelijke gedachte was voldoende, om elke scherts in beginsel bij hem te smoren. Voor allen was 't daarom een verlichting, toen weinige minuten later miss. Lethebridge, eveneens ontstemd en ze- ^wachtig van haar gesprek met Mrs. Hornby, de kamer binnentrad, Het laat zich denken, dat BARANYA. De Engelsche kolonel Tosset, het hoofd der intergeallieerde commissie in Hongarije heeft aan generaal Soos, die belast is met de leiding der herbezetting van Baranya, een telegram ge richt, waarin hij hem ter gelegenheid van de her- eeniging van Baranya met Hongarije, de beste wenschen der intergeallieerde commissie aan biedt. Generaal Soos heeft telegrafisch zijn dank hierover betuigd. zwarende punten zouden worden opgeheven, of veranderd. ITALIË. De „Giornale d'Italia" meldt, dat op last van den minister van buitenlandsche zaken huiszoeking is gedaan bij het consulaat van Montenegro. De politie heeft het gebouw bezet. De bladen te Rome gelooven dat de huis zoeking in het consulaat van Montenegro in verband staat met de actie van eenige Monte- negrijnen, die op Italiaansch grondgebied een tegen Italië vijandige propaganda voeren. ALLERLEI. (Jit Helsingfors wordt gemeld, dat de toestand te Astrakan wanhopig is. De stad is in zulk een staat van verschrikkelijke vervuiling gekomen, dat het niet mogelijk is met gewone desinfectie- middelen de cholera en de pest te bestrijden. De plaatselijke sowjets autoriteiten zijn geheel machteloos tegenover de epidemieën en hebben thans voorgesteld, dat de geheole bevolking van Astrakan naar Siberië gebracht en de stad dan verbrand zal worden. De Entente heeft aan de Deensche re geering ter verkoop aangeboden de groote Zeppelinloodsen, welke te Tondern (Sleeswijk) door de Duitsche regeering tijdens den oorlog zijn gebouwd. Penemarken zal dit aanbod waar schijnlijk aannemen. Binnenland. Het personeel der Koninklijke. Naar men verneemt heeft de heer Deter- ding in gevolge zijn belofte bij zijn 25-jarig jubileum gedaan, in het ondersteuningsfonds v. het personeel der Koninklijke Ned. Petroleum- Maatschappij een bedrag van 50.000 pond ge stort. De Tabaksbelasting. In de gehouden ledenvergadering van den Neutralen Bond van Sigarenfabrikanten te Eindhoven, aangesloten bij het Verbond van Sig. fabr. Vereen, in Nederland, werd naar het „Hbld." meldt besloten het hoofdbestuur te berichten, dat de Eindhovensche Vereeni- ging voorstandster is, van het systeem om de sigaren stuk voor stuk van belastingzegels te Voorzien, met uitzondering van de z.g. „kleine verpakkingen" (510 en 20 stuks), waarvan ver ondersteld mag worden, dat ze per doosje of kistje worden verkocht, en die dus van eene banderolle konden worden voorzien. In zake al of niet voortzetting van het col lectief arbeidscontract na 16 Maart 1922 werd geen besluit verkregen, daarover zal nader van gedachten worden gewisseldwel werd uit de vergadering voorgesteld, om het con tract niet op te zeggen en onderhands wijzi gingen met de arbeidersbonden te redigee- ren, waardoor de meest voor het bedrijf be- zij volstrekt niet in een stemming verkeerde, om langer in een huis te blijven, waar zij in haar gevoeligste plek de waardigheid der familie Lethebridge meende beleedigd te zijn. De weinig hoffelijke wijze, waarop zij zich tegenover den armen Geoffrey gedroeg, maakte zijn teleurstelling volkomen, en gaf hem aanlei ding, toen de dames eindelijk waren weggereden, om zijn gemoed naar hartelust rust te geven. „Zie nu eens aan Wees zoo knap als gij wilt, maar wie begrijpt er iets van zulke nukken en grillen zei hij tot Amyott. „De oude dame scheen min of meer ont- steriyd," stemde de jonge man toe. „Wat zou er gebeurd zijn „Och, het een of ander ruzietje met mijn moeder. Ze kijven altijd 't Heeft niets om 't lijf. Maar de andere Virginia. Wat drom mel scheelde haar toch vroeg hij nijdig. „Scheelde haar iets? Ik heb er niet zoo bijzonder op gelet zei Amyott, met een po ging om te glimlachen. „Niet opgeletDan zijt ge zoo blind als een mol, beste jongen. Ze sprak geen woord en wilde me niet eens aanzien. En ze is anders zoo druk en opgeruimd, zoo vroolijk De duivel haal' hen allen. Zou ze het misschien kwalijk genomen hebben, dat ik geen thee voor haar ge schonken heb vervolgde hij op een minder tra gischen toon. „Zou het dat misschien zijn Maar t was mijn schuld niet. Ik had twintig pond ge geven, om bijtijds terug te zijn maar dat ver- wenschte paard Beschadigde zilverbons. Op de vragen van het Kamerlid Braat betref fende vergoeding van beschadigde zilverbons luidt het antwoord van den minister van Finan ciën aldus Rechtstreeksche opzending van zilverbonsdoor postambtenaren aan het agentschap, komt, voor zoover bekend, niet voor. Het is niet gewenscht te bevorderen, dat steeds de volle waarde van beschadigde zilverbons wordt uitgekeerd, daar eene dergelijke handelwijze, zooals de practijk heeft aangetoond, tot fraude leidt. Tot voor eenige jaren gold als regel, dat voor 2/4 gedeelte van een zilverbon de volle waarde werd vergoed, Het bleek echter, dat menigmaal van twee bons een vierde gedeelte werd verwij derd, om die stukken werder als een halven bon aan te bieden. Vandaar dat sedert eenigen tijd, behoudens in zeer bijzondere omstandigheden, als brand enz., voor 3/4 zilverbon slechts de halve waarde van een bon wordt vergoed. Voor de helft, onver schillig welke, wordt de halve waarde verstrekt omdat het herhaaldelijk voorkomt, dat een bon door het vele vouwen over de lengte is doorge scheurd, terwijl dan de bezitter een van beide helften heeft verloren. Voor 1/4 zilverbond wordt geen vergoeding veleend. De thans gevolgde gedragslijn behoort te wor den gehandhaafd. De geldigheidsduur van paspoorten. Het antwoord van den Minister van Buiten- lcndsche zaken, mede namens den Minister van Justitie op de vragen van den heer van Embden betreffende den geldigheidsduur van paspoorten luidt als volgt 1. Ten einde aan de bezwaren van belang hebbenden zooveel mogelijk te gemoet te ko men, is nader overwogen of, hetzij de normale geldigheidsduur van het Nederlandsche pas poort verlengd kan worden, om den geldig heidsduur van het eenmaal afgegeven pas poort te verlengen. II en III. Voor zoover bekend, hebben de meeste Staten een geldigheidsduur aangeno men van 1 jaar of minder, daarentegen is de duur der Engelsche en Belgische paspoorten op 2 jaar bepaald. Tegen een termijn van 2 jaar of langer worden echter de volgende bezwa ren aangevoerd a. in vele gevallen zouden de paspoorthou ders zich genoodzaakt zien vóór het verstrij ken van den geldigheidsduur van het paspoort een nieuw paspoort aan te schaffen, aange zien hun paspoort geen plaats meer zou bie den voor de verschillende visa en stempels, en het invoegen van aanvullingsbladzijden niet wenschelijk is, daar op die wijze de mo gelijkheid tot paspoortfraude wordt vergroot, om welke reden in sommige landen het visee- ren van dergelijke paspoorten wordt gewei gerd b. de moeilijkheden, die voortspruiten uit het in niet behoorlijken staat geraken van een paspoort, zouden veelvuldiger worden c. in geval van verlies of ontvreemding is het beter dat het paspoort een beperkten gel digheidsduur heeft. IV, V em VI. Het tweede middel om aan de bezwaren zooveel mogelijk te gemoet te ko- Hij zette zijn toespraak voort voor een on zichtbaar gehoor, daar Amyott met een gesmoor- den zucht was opgestaan en de kamer had ver laten. HOOFDSTUK XXI. De oorzaak van Madame Mercier's minder spoedige overkomst was, hoewel verre van aangenaam, volstrekt niet zonder voorbeeld in de jaarboeken van haar huwelijksleven. Haar echtgenoot had zich namelijk verplicht gezien, om wegens de een of andere duistere daad in den even duisteren kring, waarin hij verkeerde, zich onder bescherming der wet te stellen met andere woorden zich naar de gevangenis te begeven. Zijn loslating vereischte tijd en geld, en voor het laatste was, als naar gewoonte, een beroep op Fraser gedaan. Bovendien was zijn persoonlijke tusSchenkomst in Frankrijk raad zaam, ten einde de noodige stappen te doen, pm ruchtbaarheid en schandaal te voorkomen. Woe dend over die nieuwe belemmering, waardoor hij weder genoodzaakt werd, zich met de aan gelegenheden van zijn stiefmoeder af te geven, was hij met het vaste voornemen naar Frankrijk gegaan, om er voor goed een eind aan te maken en zijn moeder de keuze te stellen tusschen haar echtgenoot en haar zoon, daar het hem als getrouwd man niet mogelijk zou wezen, het be staan van iemand als de heer Pierre Mercier te men, wordt echter door de Regeering aanvaard. Zij is bereid er toe mede te werken, dat aan de Nederlandsche autoriteiten, in Nederland gevestigd, de bevoegdheid wordt toegekend, die Nederlandsche consuls in het buitenland reeds bezitten, n. 1. den geldigheidsduur der paspoor ten te verlengen door eenvoudige afstempeling. Daartoe is echter een wijziging van de wet van 9 Mei 1890 tot nadere regeling van de heffing en de bestemming der kanselarij leges noodzakelijk. Door het ontbreken immers is die wet van een bepaling gelijk in de „wet tot regeling der kanselarijrechten te heffen op diplomatieke en consulaire posten" voor komt, zou de heffing van een recht voor de verlenging van den geldigheidsduur van een paspoort hier te lande een wettelijken grond slag ontberen, en derhalve onmogelijk zijn. Dit laat de toestand van de schatkist niet toe. Daarom zal bij het ontwerp van wet tot wijzi ging der wet van 9 Mai 1890, hetwelk eerlang bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal zal worden aanhangig gemaakt, tevens wor den voorgesteld een legesheffing voor het ver lengen van paspoorten in het leven te roe pen. En is deze wijzigingswet tot stand gekomen, zoo zullen Nederlandsche paspoorten ook hier te lande verlengbaar zijn. Die verlenging zal echter niet kunnen plaats hebben, indien het paspoort niet meer in goeden staat verkeert, of niet meer voldoende open ruimte biedt. Schriftelijke vragen. Door den heer Van Zadelhoff zijn aan den Minister van Oorlog de volgende vragen ge steld 1. Is het bericht in de dagbladen juist, dat eerstdaags een „wetsontwerp" is te verwach ten, regelende de vrijstelling van den dienst plicht wegens gemoedsbezwaren, als bedoeld bij de motie-Drion 2. Zoo ja, is Zijne Excellentie bij 't verschij nen er van bereid te bevorderen, dat de zich in arrest bevindende principiëele dienstwei geraars onmiddellijk in vrijheid worden ge steld, zij het als voorloopige maatregel, tot het „wetsontwerp" bovengenoemd, wet zal zijn geworden Departement van oorlog. Naar de „Tel." verneemt zal de heer A. J. Doorman, secretaris-generaal van het depar tement van Oorlog, met ingang van 1 Jan. a.s. wegens vergevorderden leeftijd, zijn functie neerleggen, en in het genot van pensioen worden gesteld. Als zijn opvolger zal worden bestemd de heer mr. J. Woltman, hoofd van de 1ste af- deeling van dat departement. De pasvisa 15 Sept. afgeschaft. Met ingang van 15 September a.s. zijn de con sulaire pasvisa zoowel voor Belgische als Neder landsche onderdanen afgeschaft. Jaarbeurs te Utrecht. Beniso neemt deel aan de internationale jaarbeurs te Utrecht met een uitgebreide inzen ding betreffende de rietcultuur en de suikerfa- bricage, door de cultuurafdeeling van het proef station samengesteld. De inzending wordt op 27 Juli verscheept. (Sum. Post). erkennen. Gelukkig was het ongeval dien heer in min of meer onbekende plaats van het zuiden overkomen, en het was dus niet zeer waarschijn lijk, dat het in Engeland ruchtbaar zou worden. Fraser kon zich dus met de gedachte troosten, dat de voorgewende verontschuldiging, voor het wegblijven zijner moeder voldoende zou zijn. Maar hij was die voortdurende kwelling moede. Met afgrijzen dacht hij aan de mogelijkheid, dat Madeline ooit in de verste verte, door zulk 'n schandelijke verwantschap bezoeldeld zou wor den. Het stond bij hem vast, als hij eenmaal ge huwd zou zijn, er een scherpe grenslijn moest getrokken worden, waardoor zijn vrouw tegen elke onbehoorlijke toenadering van dien kant beveiligd zou worden. Het bezoek vóór zijn huwelijk kon hij zijn moeder moeilijk weigeren, omdat zij er zóó op gesteld was en hem onder het oog had gebracht, dat zij vroeg of Iaat toch met zijn vrouw moest kennis maken. Bij nader overweging had Fraser het beter gevonden, dat de zaak hoe eer hoe liever haar beslag kreeg en men het voor de toekomst eens werd. Bovendien was hij werkelijk ten einde raad, om Madeline uit haar verdooving op te wekken, of haar tenminste de mogelijkheid te doen inzien van een huwelijk in een niet al te ver verwijderd tijdstip. Hij had in een teederen zaak als deze veel vertrouwen in 't doorzicht en den tact zijner moeder maar bovenal in haar liefde voor hem. En niet ten onrechte, want hij was haar eenig kind en zij dweepte met hem. Wordt vervolgd) NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1921 | | pagina 1