gezelschap vreemdelingen ontvangen, die ter
gelegenheid van de Jaarbeurs in ons land ver
toeven en Zaterdag een bezoek aan de residentie
hebben gebracht.
De gasten bestonden uit vertegenwoordigers
van kamers van koophandel en andere officeele
en particuliere instellingen op het gebied van
handel, nijverheid en jaarbeurswezen mede
waren eenige Belgische, Deensche en Fransche
journalisten genoodigd.
Nadat de thee was rondgediend, vertoonde de
heer Willy Mullens de Jaarbeursfilm en een deel
van de Nederlandsche film. Na afloop hiervan
bleef men nog eenigen tijd bijeen, terwijl ver-
verschingen werden aangeboden.
Op een tafel in de hall waren verscheidene op
Nederland betrekking hebbende uitgaven van
het departement van landbouw, van de Vereeni-
ging tot bevordering van het vreemdelingenver
keer, enz. uitgestald. De gasten konden hiervan
exemplaren meenemen. Gekleurde grafieken
geven een beeld van de toeneming van de Ne
derlandsche koopvaardijvloot en van de ont
wikkeling van het scheepvaartverkeer van Ne
derland.
De mclkvoorziening.
Vanwege denAlgem. Nedcrl. Zuivelbond wordt
meegedeeld.
In verband met enkele berichten in de dag
bladen, als zou er reeds nu hier en daar een te
kort aan consumptiemelk ontstaan, lijkt het
ons gewen=cht er op te wijzen, dat deze klachten
over een melktekort niet veroorzaakt worden
door een te geringe productievanconsumptiemelk
doch dat deze het gevolg zijn van prijsverhou
dingen in de melk- en zuivelindustrie. Zoo
is het ons bekend, dat een zuivelbedrijf in de
omgeving van Den Haag pogingen aanwendt,
een bepaald kwantum melk voor de consumptie
van de hand te doen, doch hierin niet kan slagen
zonder twijfel doordat de inkoopers van consump
tiemelk nog voldoende hoeveelheden melk
kunnen betrekken tegen logeren prijs dan voor
deze industriemelk betaald móet worden.
Het standbeeld voor Willem III.
Dc Koningin zal niet persoonlijk het standbeeld
van Willem III te Breda op 8 Oct. onthullen.
Op de uitnoodiging van het natonaal-comité
dat zich indertijd heeft gevormd om, de tot
standkoming van het beeld voor te bereiden,
heeft zij dezer dagen aan den voorzitter, luit.
generaal Cool doen berichten, dat Zij tot ha°r
leedwezen verhinderd is, daaraan gevolg te ge
ven.
De conferentie van Washington.
Hét Belgische ministerie van Buitenlandsche
Zaken bevestigt het bericht uit New York
dat België (evenals Nederland) zal worden uit-
genoodigd deel te nemen aan de Washington-
sche conferentie. De officieele uitnoodiging
is echter nog niet ontvangen.
Mr. van Groenendaal.
Het Tweede Kamerlid mr. Van Groenendaal
is Maandag naar Frankrijk (Anger) vertrokken,
waar hij uitgestrekte landgoederen heeft aange
kocht cn zich defititief zal vestigen.
Naar de „Tel." uit goede bron verneemt,
zal hij tot het einde van de zittingsperiode lid
van de Tweede Kamer blijven, doch zich niet
meer candidaat stellen voor de nieuwe Kamer.
H.M. de Koningin-Moeder.
De KoninginMoeder is van plan Maandag
12 September Friedrichshafen, alwaar Hare
Majesteit een bezoek bracht aan Hertog en Her
togin Wilhelm van Wurtemberg, te verlaten
en voor korten tijd naar Tribcrg in het Schwarz-
yald te gaan. De Koningin-Moeder is zeei wel
varend.
Nederlandsche stoomvaartlijnen.
Het Reiswezenbureau te Weltevreden heeft
bekend gemaakt, dat, aangezien op Nederland
sche mailschepen voldoende plaats is voor het
vervoer van landsdienaren, het voorloopig niet
vergund zal zijn met booten van andere natio
naliteiten te reizen.
Mr. P. C. 't Hooft.
Het Eerste Kamerlid mr. P. C. 't Hooft is,
zoo meldt de ,,N. Arnh. Crt." ernstig ziek. Hij
heeft een operatie ondergaan en wordt te'Leiden
veipleegd.
Het passenslelsel.
De Amsterdamsche Reisclub heeft den minis
ter van justitie verzocht, ten spoedigste het
passenstelsel op te heffen of altham, een eenvou
diger regeling te treffen voor gezelschapreizen.
De opheffing van het processieverbod
uitgesteld.
Uit de Memorie van Antwoord inzake de
Grondwetsherziening, blijkt, dat het voorstel
tot opheffing van helprocessie-verbod door
de Regeering wordt teruggenomen.
Nqdat de Staatscommissie waarin alle pa-
tijen waren vertegenwoordigd, tot de opheffing
had geadviseerd en de Regeering het toelaten
der processies als een geheel zelfstandige quaestie
aan de Staten-Generaal had voorgesteld, wordt
het voorstel samengekoppeld aan de regeling
van de financieele verhoudingen tusschen de
Kerkgenootschappen en den Staat. Al is het
leggen van dit verband, met het oog op ,de
algemeene politieke situatie in den lande, een
begrijpelijke en voorzichtige regeeringsdaad,
die het wijze beleid van den kalmen staatsman
kenmerkt, toch zal dit uitstel van een ons toe
komend recht, door al de Katholeken pijnlijk
worden gevoeld. Te meer omdat in de Staten-
Generaal voor de opheffing een meerderheid
bestaat.
Hopen wij nu maar, dat ons offer ook iu de
Protestantse he kringen, waar nog dezer dagen
de groeikracht der Katholieke Kerk als een
„Roomsehen aanval" werd voorgesteld, zal
worden gewaardeerd als een blijk van verregaan
de gematigdheid.
(Tijd.)
P. D. Buyze f.
Te Oegstgeest is, 65 jaar oud, overleden de
heer P. D. Buyze, generaal-majoor b.d. ridder
in de Orde van Oranje Nassau.
De grondwetsherziening.
Aan de Memorie van Antwoord van den
minister van Binnenlandsche zaken op hetVoor-
loopig Verslag der Tweede Kamer nopens de
wetsontwerpen tot het in overweging nemen van
een voorstel tót verandering van het le, Ilde,
lilde, IVde, Vde, Vide, Vilde, VlIIste, IXde
en XI de hoofdstuk en de Additioneele Artikelen
der Grondwet, is het volgende ontleend:
Inkomen der kroon.
Gelijk reeds werd medegedeeld, heeft de
regeering nu daarop ook in het Voorloopig
Verslag wordt aangedrongen, alsnog overge
nomen het voorstel der Staatscommissie tot
verhooging van het inkomen der koningin.
Dientengevolge wordt nader bij de Nota van
Wijzigingen voorgesteld, art. 24 der Grondwet
als volgt te lezen:
Behalve het inkomen van de domeinen, door
de wet van 26 Augustus 1822 afgestaan en in
1848 door wijlen koning Willem II tot kroon
domein aan de Staat teruggegeven, geniet
de koning een jaarlijksch inkomen ten laste
van 's Rijks kas van 1.200.000.
Binnen twee jaren na een troonsbeklim
ming kan dat bedrag voor den duur van de
regeering van den koning, die den troon heeft,
beklommen bij de wet worden gewijzigd.
Ko 1 o n i n.
Met voldoening is door den minister verno
men, dat de door de regeering voorgestelde
wijzigingen, die de strekking hebben het zelfbe
stuur der koloniën te bevorderen, door vele le
den worden toegejuicht. De meening van som
migen onder hen, dat in het regeeringsvoorstel
de grondslagen daarvoor worden vastgesteld in
een vorm, die weldra veranderd zal blijken,
wordt door hem niet gedeeld.
Wat het oordeel betreft van de regeering
over de door de Indische Herzieningscommissie
ontworpen grondwettelijke bepalingen, waar
naar door enkele leden is gevraagd, dit oordeel
blijkt uit de voorstellen, door de regeering tot
wijziging der Grondwet gedaan. Uit die voor
stellen toch volgt, dat de regeering in het
algemeen instemt met het uit het verslag der
commissie blijkende streven om de staatsin
stellingen van Nederlandsch-Indië te herzien
in de richting van meerdere zelfstandigheid,
doch dat zij zich niet in allen deele kan ver
eenigen met de daartoe door de commissie ge
dane voorstellen.
Voorloopig zullen zoowel de wijze van be
heer en verantwoording der koloniale geldmid
delen als het muntstelsel bij de wet geregeld
blijven, terwijl ook later, indien de wetgever de
regeling van deze onderwerpen, hetzij aan
den Koning opgedragen, hetzij aan in de ko
loniën gevestigde organen overgelaten mocht
hebben, ingevolge het bepaalde bij het vierde
lid van artikel 62 de wetgever die regeling te
allen tijde weder aan zich kan trekken.
De eerste kamer.
Wat de wijze- van verkiezing betreft, de
bezwaren verbonden aan een keuze door de
Provinciale Staten, zijn herhaaldelijk onder
de oogen gezien, maar niemand is er in ge
slaagd een aannemelijker kiesstelsel voor te
dragen. Rechtstreeksche verkiezing voor de
kiézers van de Tweede Kamer met beperkte
verkiesbaarheid roept alle bedenkingen op,
aan deze laatste verbonden. Verkiezing door
de leden der Twede Kamer zou aan de Eer
ste Kamer een karakter geven, dat met de
onderlinge onafhankelijkheid van beide takken
der Volksvertegenwoordiging kwalijk veree-
nighaar ware. Groepeering Van Provinciale
Staten ter wille van de Verkiezing is een denk
beeld, dat nader uitwerking zou behoeven
om zich te eigenen voor een vruchtdragende
bespreking. Op het eerste gezicht gevoelt de
Regeering er al evenmin Voor als de groote
meerderheid welke in het Voorloopig Verslag
aan het woord is.
Tweede Kamer.
Nu zoowel het algemeen vrouwenkiesrecht
als de evenredige vertegenwoordiging in ons
Staatsbestel een plaats hebben gevonden, ware
het een terugtred, indien de Grondwet het
mogelijk maakte daarop te reageeren zonder
grondwetsherziening.
Verlaging van den kiesgerechtigden leeftijd
kan slechts bepleit worden door hen, die de
oogen sluiten voor de uiterst gewichtige en
ingewikkelde problemen welke den kiezers
worden voorgelegd.
Vergrooting van het aantal leden der Twee
de Kamer moet de Regeering blijven ontraden.
Inderdaad is het gewenscht de eischen van
verkiesbaarheid in zoover te verscherpen, dat
zij ,die van de uitoefening van het kiesrecht
zijn uitgesloten, ook geen zitting mogen ne
men in vertegenwoordigingslichamen. De daar
toe noodige wijzigingen zijn aangebracht.
S t e m p 1 i c h t.
De Regeering moet toegeven dat de onder
vinding met den stemplicht opgedaan, niet
bemoedigend mag heeten. Een niet onbelang
rijk aantal kiezers beschouwt de oplegging
van de verplichting om te stemmen, of althans
zich bij het stembureau aan te melden, als
een onduldbaren dwang. Daarbij komt, gelijk
ook in het V.V. wordt te berde gebracht, dat
practisch de stemplicht in vele gemeenten
niet te handhaven bleek, zoodat de eerbied
voor dc wet wordt ondermijnd.
Een en ander leidde de regering tot het
voorstel om in zooverre terug te komen op de
in 1917 genomen beslissing, dat de Grondwet
niet meer zal nopen den stemplicht op te leg
gen. De gewone wetgever kan dan vrijelijk dit
vraagstuk onder de oogen zien.
Schadeloosstelling en pensioenvanKamerleden
De minister merkt op dat het wel weinig tegen
spraak zal uitlokken, dat een bedrag van 3000,
hetwelk nog in 1917 voldoende werd geacht voor
jaarlijksche schadeloosstelling thans feitelijk een
veel lagere schadeloosstelling beteekent en dat
een vermeerdering tot ƒ5000 slechts kan be
oogen, het eenmaal billijk geachte bedrag op
peil te houden. Hetzelfde geldt van de pen-
sioenverhoogingen. In dit licht bezien, kun
nen de bezwaren tegen het regeeringsvoorstel
ingebracht, niet anders dan overdreven ge
noemd worden. Een inkomen van /5000 zal in
deze tijden waarlijk niet de strekking hebben
om in het Kamerlidmaatschap de eenige bron
van inkomsten te zoeken.
Het Engelsche Eskader.
Het Engelsche vlootdeel bestaande uit den
kruiser „Coventry" en 9 torpedojagers onder
bevel van den vice-admiraal Hodges, liep Za
terdagmiddag om half één te IJmuiden binnen.
De Nederlandsche torpedobooten „Z.5." en
„Z.6." respectievelijk onder commando van de
lt. le kl. ter zee J. Mackay en O.D.T. de Rid
der, die tevens groepscommandant is, waren te
10 uur van IJmuiden vertrokken om het es
kader tot aan de territoriale grens tegemoet
te komen. Bij het binnenkomen van de „Coven
try" werden van het pantserfort IJmuiden de
gebruikelijke saluutschoten gelost, welke door
de „Coventry" werd beantwoord.
Behalve de kruiser stoomden door naar Am
sterdam, de vijf torpedojagers „Velox", „War
wick", „Vancouver", „Wallace" en „Vertigern"
de vier jagers echter, „Versatile", „Walker",
„Watchmann" en „Whirlwind",, die R'dam be
zochten, blijven tot Woensdag te IJmuiden lig
gen.
Om 4 uur Zaterdagmiddag liepen de Britsche
oorlogsbodems onder het donderen der saluut
schoten de Amsterdamsche haven binnen, waar
de schepen op de reeds vermelde plaatsen lig
plaats kozen.
Na de aankomst der oorlogsvaartuigen, wel
ker binnenkomst, door tamelijk veel pupliek
werd gadegeslagen, werden door den Britschen
commandant en de Nederlandsche marine-autori
teiten de gebruikelijke officieele bezoeken ge
wisseld.
Schriftelijke beantwoorde vragen.
Op de vragen van den heer Scheurer be
treffende het houden van van Rijkswege ge
organiseerde demonstraties voor lichamelijke
oefening op Zondag luidt het antwoord van
den heer de Visser, minister van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen
De regeling van het driejaarlijksch provinciaal
onderzoek, bedoeld in art. 22 der beschikking be
treffende de lichamelijke oefening is overgelaten
aan de daarvoor aangewezen commissie.
De bepaling van dat onderzoek voor de
provincie Gelderland op Zondag 11 Sept. is
zonder medeweten Van den ondergeteekende ge
schied. Zoodra hij echter kennis had gekregen v.
de keuze van dien datum, heeft hij den inspec
teur van de Lichamelijke Opvoeding in de eerste
inspectie opgedragen het onderzoek op een ande
ren datum te doen plaats hebben.
Wijzigingen arbeidswet.
Woensdag 1.1. waren de organisaties van
werkgevers zoowel als van werknemers in de
gelegenheid gesteld tegenover commissie 3 uit
den Hoogen Raad van Arbeid hunne bezwaren
tegen de voorgestelde wijzigingen in de Ar
beidswet te bespreken en toe te lichten. Daarbij
bleek dat de werkgevers met de wenschen en
verlangens der drie organisaties rekening hadden
gehoudenhet essentieele punt van verschil
nog bleek te zijn het aanvangsuur. Op voorstel
van een der leden van den Hoogen Raad zullen
dan ook de verschillende organisaties v. patroons
en gezellen nogmaals te zamen komen om te
trachten tot een eensluidend Voorstel te komen.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Bezoek H.M. dc Koningin.
Ter gelegenheid van haar bezoek aan Rotter
dam, bezocht H.M. de Koningin met den Prins
ook het groote Wilton-dok alhier.Tegen half een
arriveerden de hooge gasten en verdere autori
teiten met de „Stad Rotterdam" en werden door
de heeren Wilton ontvangen, waarbij het zoon
tje van den heer B. Wilton eén bouquet aanbood.
Ook waren bij de ontvangst nog tegenwoordig
de heer Mr. Fruin, secretaris van de commissaris
sen, de heer Ruys, van de R'damsche Lloyd en
de heeren Wiersma en Piek van de Holland
Amerika Lijn.
Bij de rondleiding liet H. M. met hartelijke
belangstelling zich alles verklaren en sprak haar
groote waardeering er over uit. In het dok lag
hetvroegereDuitsche thans Engelsche s.s. „Prinz
Ludwig". Op den achtersteven hiervan stonden
de rijen werklieden opgesteld en brachten harte
lijke hulde aan H.M.
Om kwart over een begaf H.M. en de Prins met
gevolg zich weer aan boord van de „Stad Rot
terdam" en werd teruggestoomd naar Rotter
dam.
Jubilé.
Op Zondag 18 Sept. a.s. hoopt de heer P. C.
Wuisman den dag te herdenken waarop hij voor
40 jaar lid werd van het College Collectanten in
de kerk van Q.L. Vr. van den A. H. Rozenkrans,
waqrvan hij sedert vele jaren bestuurslid is.
Receptie zal worden gehouden van 11/i tot
3 uur Singel No. 152a.
RotterdamSchiedam.
In het artikel in het Tweede Blad van Zater
dag zijn een paar zetfouten geslopen. Er staat
dat Schiedam voor den grond in N. Matenesse
3.087.75 zal ontvangen en een verschil van 1.-
per M2. een bedrag van 200.585 uitmaakt.
Men leze in plaats van ƒ3.087.75: ƒ3.087.750
en in plaats van 200.585 205.850.
In plaats van art. 20, in het begin van het
artikel, moet staan 2°..
Zondag hield de vereenining
„de Postduif" alhier een wedvlucht vanaf Apel
doorn (Afstand 107 K.M.)
le4e11e15e pr. C. J. Don, 2e pr. J.
Christen, 3e pr. J. Vrijlandt, 5e8e9e16e pr.
Gebr. Groeneweg, 6e10e13e18e pr. L.
Sloot, 7e pr. W. Batenburg, 12e pr. N. in 't Hol,
14e17e pr. B. Zondag,
le duif 10.24.56 uur, laatste 10.40.39 uur.
Zaterdag werd uit baldadig
heid van de distilleerderij der Fa. Duis en Co.,
Nieuwe Haven, een dertiental ruiten ingegooid.
Door den hevigen wind woei
dezen morgen aan den Noordvestsingel, nabij
't Hermes-terrein een boom om, die in z'n val ook
eenige telefoondraden naar beneden trok. 't
Personeel der Gemeentewerken had de versper
ring echter spoedig uit den weg geruimd.
Op 't hoofdbureau van politie
is gedeponeerd een valsche gulden, dragende de
beeltenis der koningin, met opgestoken haar en
diadeem, 't jaartal 1914 en ook 't randschrift.
De munt is dof van klank en kleur.
UIT ROTTERDAM.
't Reeds lang te voren aangekondigde be
zoek heeft H.M. de Koningin en Z.K.H. Prins
Hendrik Zaterdag gebracht.-
Juist op tijd, 6 min. over elf, arriveerden de
hooge gasten met gevolg, bestaande uit de hof
dame jkvr. Van Swinderen, de dienstdoende
grootmeester baron Bentinck, de kamerheer en
particuliere secretaris baron Van Geen, de rit
meester van de Koningin jhr. Van Reigersberg
Versluys, en de adjudant van den Prins, kapi
tein ter zee jhr.von Muehlen.aan het Maasstation
waar de burgemeester, mr. A. R. Zimmer
man, de hoofdcommissaris van politie de heer
Sirks, de kamerheer van Hare Majesteit in
buitengewonen dienst C. W. F. P. baron Sweerts
de Landas, voorts de stationschef en de onder
chef de heeren L. W. F. Sesseler en B. C. Droste
ter verwelkoming aanwezig waren.
Bij 't station had zich ook een groote menigte
opgesteld, die H.M. en den Prins met luide toe
juichingen ontvingen.
Met rijtuigen werden nu achtereenvolgens de
verschillende bezoeken gebracht en overal waar
men doorreed, stonden aan beide zijden breede
rijen enthausiastie toeschouwers. De tocht ging
allereerst naar 't paviljoen van de roei*- en zeil-
vereeniging „de Maas". Hier werd overgestapt
op de salonboot de „Stad Rotterdam", waarmee
men een rondvaart door de havens begon.
Behalve de reeds genoemde autoriteiten maak
ten den tocht op de „Stad Rotterdam" mee de
wethouders Van Aalten, De Jong en Nivard, de
voorzitter van de Kamer van Koophandel, de
heer De Monchy, de heer Burgdorffer, directeur
van gemeentewerken, de heer Willinge, haven
meester, en de heer Lugt, directeur van de veren.
Op dezen vaartocht, onder goed weer, en
prachtig opgeluisterd door talrijke vlaggen en
wimpels op schepen en werven, werd ook het
Wilton-dok bezocht (zieonderstadsnieuws). Zeer
voldaan over alles, keerden H. M. en de Prins
naar het „Maas" paviljoen terug, waar men weer
in rijtuigen plaats nam, om een voetbalwed
strijd op 't Sparta-terrein bij te wonen. Dit was
de eerste maal dat IT. M. door haar tegenwoordig
heid van haar waardeering voor 't voetbalspel
blijk gaf. Keurig werden de koninklijke gasten
door de Spartanen ontvangen en waardig toon
den zich de Sparta-mannen deze groote eer, door
in een goeden wedstrijd V.O.C. met 31 te klop
pen.
Na den match werd 't nieuwe stadhuis met
een bezoek vereerd. In de prachtige Burger
zaal richtte de burgemeester 't woord tot H. M.
Spr. heette H. M. en den Prins hartelijk welkom
in 't nieuwe gebouw en achtte zich gelukkig te
kunnen constateeren, dat Rotterdam zijn konin
gin zoo goed had ontvangen. In 't kort vertelde
spr. verder den loop van den bouw van 't nieu
we raadhuis en hoopte, dat van hier uit een steeds
meer welvarend en bloeiend Rotterdam mocht
worden bestuurd. H.M. dankte hierop, ook na
mens den Prins voor de grootsche ontvangst, hun
door de burgers bereid en de hartelijke woorden
hun toegesproken, 't Was H. M. een groote vol
doening, thans 't stadhuis waarvan zij den eer
sten steen had gelegd, te hebben bezocht en
hoog prees IT. M, de kracht en 't doorzettings
vermogen van Rotterdams burgers.
Eenige malen verschenen de hooge gasten ook
op 't balcon. Luide werden ze door de duizenden
op den Coolsingel toegejuicht, terwijl een groot
koor (meer dan 2000 heeren en dames) verschil
lende vaderlandsche liederen ten gehoore brach
ten. Prachtig was de aanblik der tallooze veree-
nigingsvaandels, voor 't stadhuis opgesteld.
Ten slotte werd het Burger-weeshuis nog 'be-
zooht, waar de voorzitter der regenten, de heer
Mr. Dr. de Visser, de welkomsrede uitsprak,
waarvoor H. M. in korte woorden dankte. Dan
werd de terugrit naar 't Maasstation aanvaard,
vanwaar na 'n hartelijk afscheid de trein goed op
tijd vertrok. Geestdriftig en op grootsche wijze
heeft Rotterdam weer eens z'n aanhankelijkheid
en liefde voor 't Vorstenhuis getoond.