De Heer i. Polak als
Zedenmeester.
DE AMERIKAAN.
DAGBLAD WOOD SCHIEDAM EN OMSTREKEN.
~F EU ILL ETON.
45ste Jaargang.
Woensdag ld October 1922.
No. 13468.
JBuitcnlandsch Nieuws.
Geen
schoonheidsspeciöli teit"
kan meep vjyp U doen dan I
U zelf kunt doen met
LIFEBUOY
De eenvoudige natuurlijke
Lweg tot een gezonde huid.
Zuivere roode p&lmolïe
geef? de ROODE kleur.
aan LIFEBUOY
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COUR
Bureau KOEMARKT 4. Telefoon Intercommunaal 85. Postbus39.
Abonnementen per 3 maanden ƒ2.per week 15 cent^ franco per
post 2.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 3 cent.
Advertentiën: 1—5 regels 1.75 elke regel daarboven 35 cent, 3 maal
plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 ct. per regel.
Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvraag'
toegezonden. Incassokosten worden berekend.
De socialisten toonem zich waardige erfge
namen van de liberale erfenis op godsdienstig
terrein. Hoe kan het ook anders Is het so
cialisme niet consequent uit het liberalisme
voortgekomen De oude leuzen van het li
berale stelsel leven in de socialistische leer voort
en vinden zelfs onthaal bij de voorname mannen
of kopstukken.
Zoo ook bij H. Polak. „Zoolang de priester,
schreef hij onlangs, zich bepaalt tot de uit
oefening van zijn heilig ambt zal het niemand
invallen iets te zeggen, te schrijven, te teekenen
of te doen, dat hem, of dengenen, in wier geeste
lijke behoeften hij voorziet, zou kunnen kwetsen,
of zelfs maar onaangenaam zijn." Dit wil zoo
veel zeggen als daL de priester alleen voor de
geestelijke belangen vande geloovige kudde moet
zorg dragen, dat hij in de sacristie thuis hoort
en daar moet blijven en dat het verkeerd van
hem is zich op ander terrein te begeven en
zich te mengen in de arbeidersbeweging.
O heilige onnoozelheid van den heer H. Polak.
Is die heer dan zoo blind, zoo doof, zoo buiten-
wereldsch geworden En leest hij dan geen socia
listische bladen En kent hij dan niet de lage
verdachtmakingen, die daar vooral tegen den
priester verspreid worden
[jg Waar om worden in de socialistische pers de
priesters altijd voorgesteld als op bewuste Duit-
schc schilderijen als menschen van lekker niets
doen,van een goed leven op kosten vanden arbei
der Toen in de pers eens gesproken werd van
den dikken Ebert, kwam er een deftig protest
uit dien hoek, maar van geestelijken mag dat
wel, deze mogen wel belasterd worden, dat oude
leuterpraatje moet er in blijven, bij het volk;
dat zijn eerlijke argumenten van hoogstaande
menschen
De heer Polak schijnt de zijnen al heel slecht
te kennen.
„Laat de priester blijven, waar hij behoort, in
de kerk en laat hij ons laten, waarwij behooren;
in de arbeidersbeweging dan blijft zijn heilig
heid onberoerd. Als er thans ontwijding van het
priesterkleed plaats heeft, dan is dat de schuld
van den drager zelf, die zich begeeft in het ge
woel van den maatschappelijkenstrijd, om daar
aan actief deel te nemen."
De heer Polak is al zeer achterlijk in zijn op
vattingen en zeer duf in zijn uitingen. Het zijn
artikelen, die hij verkoopt, uit de oude doos. De
mot zit er in, ondanks de kamferlucht.
Weet dan de heer Polak niet, dat het zelfs
door zijn partijgangers al heel dikwijls aan de
Katholieke Kerk en aan de geestelijken verweten
is, dat zij niets deden voor den werkman, dat
zij alleen zorg droegen voor de brandkast
van de patroons en dat zij voor een avondje met
een goed glas wijn' alle nooden der werklieden
aan hun laars lapten
En doen zij nu opeens weer te veel 1
Als de priesters steeds dit goedkoop advies
van den heer Polak hadden opgevolgd, dat zou
er met de katholieke arbeidersbeweging'niet zoo
schitterend voor staan. Misschien is hij wat blind,
zoodat hij niet ziet, dat de arbeiders in hun
streven onnoemelijk veel aan de Katholieke kerk
en aan den steun en de leiding der geestelijken
te danken hebben Ik heb ten minste de over
tuiging, dat er wel vooraanstaande socialisten
zullen zijn, die ons mannen als Aengenent, Ariëns
e.a. benijden.
Doch de heer Polak schijnt nog van den ouden
stempel te zijn en te meencn, dat het katholiek
geloof alleen in dc'kerk tot uiting behoeft te
44
„Ik zit hier in het venster naast u. Ik geloof
beter te doen met u te waarschuwen Enid, om
dat gij altijd gaarne weten wilt, waar ik ben,
wanneer gij bezoek van heeren ontvangt."
De diepe stilte, welke er volgde,werd door
juffrouw Anstruther afgebroken.
„Maud, zeg toch niet zulke leelijke dingen.
„Maar het is de waarheid.Gij weet wel, dat
gij nooit wildet, dat ik er bij was, wanneer de
andere kwam."
i&Enid stond op. Een toornige trek lag er op
haar gelaat, een traan van spijt blonk in haar
oog. Met trillende lippen, doch op vasten toon
sprak zij
„Zoolang gij niet geleerd hebt eerbied voor
mij te hebben en niet te liegen, ga de kamer
uit en kbm er niet weer binnen."
„Neen antwoordde Maud,het venster ver-
latendq, „en als gij boos wordt, zal ik hem zeg
gen
Zij kon niet uitspreken. Enid had de deur
wijd geopend.
„Indien gij niet dadelijk gaat en vandaag
nog eens weer hier binnen komt, zal ik aan uwe
komen. Wat weet hij er dan nog weinig van. Hij
zal nu toch langzamerhand wel genoegzaam
door de katholieke sociologen de leer hebben
hooren verkondigen, dat heel de arbeidersbe
weging maar niet een economische kwestie is,
doch een van.godsdienstig-zedelijken grondslag.
En waarom moet dan een geestelijke in zijn
hoedanigheid als geestelijke beleedigd, bespot
en beklad worden,a Is hij inde arbeidersbeweging-
staat Vindt Polak het zoo natuurlijk, dat iede
re tegenstander door scheldwoorden en belcedi-
gingen wordt afgemaakt
Ik voor mij geloof niet, dat die heer Polak
zoo achterlijk is en ik veronderstel, dat zijn be
wering wel een dieperen grond zal hebben dan
de liefde voor het priesterkleed en zijn vrees,
dat dit kleed ontwijd zal worden. Men kent in
het vijandelijk kamp de onoverwinbare kracht
der kerk en den grooten invloed van den pries
ter op den goedwillende mensch en men beseft
het heel goed en men weet het uilondervinding,
dat,waar het geloof levendig,et leven godsdienstig
is en waar de priesters de vrienden van den
werkman zijn, daar het socialisme niet welig
tiert en de roode bende er heel weinig bereiken
kan en deze overtuiging verbittert en dit besef
kweekt godsdiensthaat en vandaar in de roode
buurten uitden mond van de arbeiders en in de
deftige wijken uit den mond vande intellectueelcn
'die scheldpartijen en die giftige 'aanvallen tegen
de kerk en tegen onze geestelijken.
O zeker als de priester alleen in de sacristie
bleef en zich niet met alle kracht midden in de
arbeidersbeweging wierp, dan zou het er voor
de socialisten heel anders uitzien, dan zouden zij
er heel wat sterker voorstaan, doch dan zou het
er al heel wat ellendiger uitzien in ons land en
daarom staan wij met onze opinie lijnrecht tegen
den heer Polak en consorten en zeggen Goddank,
dat de priesters zich met de arbeidersbeweging
bemoeien en dat zij zoo vooraan staan in het
gewoel van den maatschappelijken strijd.
Om verbetering te krijgen vanmisstanden moet
ons volk zijn geloof niet ontnomen worden. Want
als de godsdienstige gevoelens in 's menschen -
hart worden uitgedoofd endemensch niets boven
natuurlijks meer gelooft of gevoelt, dan zullen
de hartstochten in den mensch zich ontketenen
en dan komt het „béte huinaine" voorden dag en
dan worden er toestanden geboren als thans in
het oude Czarenrijk.
Wij betreuren daarom de kortzichtigheid van
den heer Polak en wij vinden het jammer, dat
hij als vooraanstaande figuur in de arbeiders
beweging niet ons gevoelen deelt. Ja wij betreu
ren zijn onkunde ten opzichte der principieele
en praktische zijde der sociale kwestie.' De
mensch leeft niet van brood alleen en de over
tuiging dat er een God bestaat en een eeuwigheid
en dat de mensch een onsterfelijke ziel bezigt,
geeft de hooge waarde aan den mensch. Het ge
mis dezer overtuiging veilaagt den mensch tot
een gewoon dierlijk wezen.
De overtuiging, dat er een alwetende en recht
vaardige God bestaat, dat de mensch eenmaal
rekenschap voor Hem moet afleggen en daarvan
zijn eeuwig heil of wee afhangt, is voor den
mensch een prikkel om zedelijk goed te, zijn. Mist
men die overtuiging, waarom zal men dan het
goede doen en de deugd beoefenen
Het socialisme met zijne ongeloovige theoriën
moge den mensch met alle morccle vragen op
de hoogte stellen,maai wat zal het hem kunnen
'geven om de driften te wederstaan.
Daarom veroordeelcn de groote paedagogen
van den laatsten tijd de opvoeding zonder gods
dienst en de heer Polak moest toch weten, dat
er in den laatsten tijd juist bij de socialisten een
groote behoefte naarhet godsdienstige zich open
baart „omdat, zooals een Rotterdamsch socialist
gouvernante Vertellen gij weet wel, wat
Maud vouwde smeekend de handen samen.
„O, neen, neen Ik bid er u om," zeide zij en
vluchte verschrikt weg.
„Ja, ja," zoo wendde juffrouw Anstruther
zich tot Barnes, terwijl zij om licht schelde en
zonder hare plaats bij het venster weder in te
nemen. „Ik heb altijd de ecne of andere mis
daad van Maud in voorraad, waarvan hare
gouvernante niets weet, zoodat ik haar in ge
vallen van ernstige weerspannigheid steeds
naar mijne hand kan zetten. Zonder dat hulp
middeltje, zoude het mij onmogelijk zijn met
haar te leven. En wilt gij mij nu een dienst
bewijzen
„Zeker."
„Zeg mij dan, wat mijne reis u gekost heeft.
Er zijn mannen, die geantwoord zouden heb
ben „Niets". Maar Barnes, die Amerikaan was
wat de zaken cn man van de wereld, wat zijne
manieren betreft, haalde zijn zakboekje voor
den dag en noemde de som.
Het jonge meisje gaf hem het geld, zeggende
„Het voorgeschotene kan ik u teruggeven,
maar nooit kan ik u genoeg erkentelijk zijn
voor uwe goedheid. Mijn broeder herinnert
zich niet, u ooit ontmoet te hebben hij heeft
mij evenwel verzocht u ook in zijn naam te be
danken"
Dit gaf Barnes de gelegenheid, welke hij zocht.
zelf schreef, meji anders geen kracht vindt tegen
de lagere driften, in den mensch. En daarom is
het gelukkig, dat de priesters zich ook op het
terrein der vakbeweging begeven, en zich ook
op maatschappelijk gebied met de arbeiders
bemoeien, omdat zij de bovengenoemde waar
heden den arbeiders inprenten cn aldus steunend
opde christelijke princiepen de arbeidersbeweging
in goede banen leiden.
W.
DE A.S. VREDESCONFERENTIE.
De conferentie in zake het Nabije Oosten zal
waarschijnlijk 6 November plaats vinden.Frank-
klin Bouillon heeft er bij Poincaré op aange
drongen om de conferentie te Smyrna te doen
houden, maar verwacht wordt, dat. geallieerden
zich tegen de keuze van die plaats zullen ver
zetten uit materieele en moreele overwegingen.
Daarentegen wenscht de regeering van Angora
de conferentie niet in een stad in Zwitserland te
houden. Dientengevolge is het waarschijnlijk
dat de conferentie in Frankrijk of Italië zal
plaats hebben.
Volgens de bladen heeft Italië het voorstel,
door Engeland aan Frankrijk en Italië gedaan,
aangenomen, om tegen 20 October té Londen een
Conferentie van technische experts bijeen te
roepen ter opstelling van de economische en finan
cieele clausules voor het nieuwe vredesverdrag
met Turkije. Frankrijk zag liever Parijs voor deze
conferentie aangewezen.
DE ONTRUIMING VAN OOST-TIIRACIE.
Een communiqué vanhet geallieerde algemeene
kwartier meldt, dat de militaire ontruiming van
Thracië geheel overeenkomstig de genomen maat
regelen geschiedt.
De Grieken zijn begonnen met de ontruiming
van de steden en dorpen van Oost-Thracië.
De geallieerde en Kemalistische officieren,
die belast zijn met de afbakening van de neu
trale zone, zijn te Guebze bijeengekomen.
Het vluchtelingen-probleem gaat er ernstig
uitzien. De Grieksche autoriteiten in Oosl-
Thracië lieten overal een proclamatie aanplak
ken, waarin de Grieksche bevolking wordt ge
machtigd, te zamen met het Grieksche leger te
vertrekken. Dit heeft ten gevolge, dat de over-
groote meerderheid van de niet-Turksche in
woners, de geruststellende proclamatie van
generaal Harington ten spijt, pogingen doet
om Oost-Thracië te verlaten om over zee naar
Griekenland of over land naar West-Thracië
te gaa'n. De 35000 vluchtelingen uit Klein-Azië
die zich op Gallipoli bevinden, willen zich bij
den stroom van vluchtelingen aansluiten, ter
wijl ook velen uit Gonstantinopel vertrekken.
De hoofdredenen van hun uittocht zijn het ont
breken van iedere amnestie-bepaling in de wa
penstilstandsconventies vair Mo.edania, het ver
langen van de Turken om in Oost-Thracië
de geallieerde controle ter zijde te schu'ven en
de vrees van de Christelijke bevolking, dat de
mannen van 18 tot 45 jaar hetzij gedeporteerd,
hetzij bij het Turksche leger zullen worden in
gelijfd, waardoor de gezinnen van hun kost
winners zullen worden beroofd. De gevolgen
van het Grieksche verlies van Ironie en Oost-
Thracië zullen economisch zeer noodlottig
zijn, zoowel voor Turkije, dat minstens een half
millioen nijvere inwoners zal verliezen, als voor
Griekenland dat evenveel vluchtelingen krijgt te
verzorgen, terwijl zijn fianciën in een benarden
toestand verkeeren.
Volgens te Athene ontvangen berichten
werden aan de Bulgaarsche grens van Thracië
concentraties waargenomen van Turksche troe-
Indien gij een portret van hem hadt, zoude
ik meer zekerheid hebben."
„Ik heb het, in mijn medaillon, al sedert
twee jaren."
Zij reikte hem het medaillon over.
„Vindt gfij, dat hij op mij lijkt Het was
het portret van een man met donker uitziekt,
van ongeveer dertigjarigen leeftijd.
„Niet in het minst," antwoordde Barnes,
die een zucht van verlichting liet hooren, toen
hij zag, dat het de officier van het duel niet
was. „Hij is donker als de nacht en gij zijt blond."
„Onmogelijk Laat mij eens zien."
En zij nam hem het medaillon uit de han
den.
„Maar dat is mijn broeder nietriep zij
uit, terwijl haar gelaat door een hevigen blos
werd overtogen en hare oogen van veront
waardiging schitterden „Dat is alweder een
leelijke streek van dat verschrikkelijke meis
je Maud Chartris heeft het portret van mijn
broeder er uit genomen en het vervangen door
dat van een vriend."
„Anders niet zei Barnes op eenigszins bit
teren toon. Hij werd al jaloersch op dien man.
„Indien ik een een minnaar had, die
mij zoo dierbaar was, dat ik zijn portret bij
mij droeg, zoude ik hem niet aan anderen oaten
zien. 'Dat spreekt van zelf en ik behoef u daar
over, denft ik, geen nadere verklaring te geven."
DE lZVER'5 ZEEP M?
VLAARD1NGEN
Fabrikanten van Lux en Twlnk.
pen, blijkbaar met de bedoeling in Oost-Thracië
■door te dringen en daar de zeven bataljons Turk
sche gendarmerie, die volgens de conventie van
Moedania in Thracië zullen worden gevestigd,
te versterken. De Grieken zien in dit plan een
rechtstreeksche bedreiging tegen de geallieerde
bezettingstroepen.
HET HERSTEL.
De Fransche voorstellen aan de Commissie
van Herstel inzake de stabiliseering van de mark,
welke thans bestudeerd worden op het ministerie
van Financiën, zijn gister officieel aan de Com
missie van Herstel overhandigd. Deze zal daar
na verschillende officieelc zittingen houden,
waarin een aantal belangrijke kwesties zal wor
den behandeld.
Gister is de Commissie van Herstel in ge
wone zitting bijeengekomen om verschillende
vraagstukken in verband met het vredesverdrag
te bespreken, nl. de reconstructie van de biblio
theek van Leuven, de levering van materialen,
enz.
HONGEREND RUSLAND.
Naar het Nansen-comité voor hulpverleening
aan Rusland mededeelt, hebben de sovjet
autoriteiten erkend, dat in Rusland ontzaglijke
oppervlakten volkomen onbebouwd liggen en
dat een zeer groot aantal boerderijen geheel ver
laten zijn. Ook van dié boeren, die hun boerderij
en hadden kunnen bebouwen, hebben zeer velen
hun voorraden en werktuigen verkocht. In de
hongergebieden telt men thans nog 11/2 millioen
menschen, die geheel en al gernineerd zijn en
voor wie niet alleen tot den volgenden oogst
levensmiddelen moeten worden aangeschaft,
maar wier boerderijen ook hersteld moeten wor
den. De Sovjet-regeering schat het aantal per
sonen, die reeds in het vorige jaar honger geleden
hebben op 10 percent der totale bevolking en in
de hongergebieden alleen op minstens 31/2 mil
lioen. Zij erkent openlijk, dat de hulpmiddelen
van den staat niet voldoende zijn om don hon
gersnood meester te worden.
DUITSCIILAND.
Volgens de „Vorwarts" hoeft het rijkskabinet
zich gisteren beziggehouden met het wetsont
werp betreffende de uitgifte van waardevast
papier, luidende op goud. Het blad schrijft, dat
Volstrekt niet," mompelde Barnes. „Zijt
gij zeker, dat die kleine het gedaan heeft!"
„O, ja, Lord zij hield op en borg het
medaillon weg, „de persoon, van wicn dit
portret is
„Oh, oh!De andere is een lord",dacht de Ame
rikaan. Gelukkig, dat zij ecne Engelsche is.
Indien Enid Anstruther evenals ik van de an
dere zijde van den Oceaan kwam, zou er .voor
mij niet veel kans bestaan."
Het binnenkomen van Lady Chartris bracht
eene verandering van 'gesprek te weeg.
,Het was eene gezette darne van vijftig jaar,
die alles aanwendde om jonger.te schijnen dan
zij was en zich steeds beklaagde, dat zij zoo
alleen stond in de wereld, hoewel zij drie kin
deren had.
„Deze is de oudste," zeide zij, Mand op de
hand kloppende, die moed had gevat en hare
moeder in het salon gevolgd was.
„Ja een heel lief kind," zeide Barnes. Hij
wilde een wit voetje bij de moeder trachten
te krijgen en voegde er met een effen gezicht
bij
„Zij is elf jaar oud niet waar
„Ja, bijna twaalf. Gij raadt goed."
„O, ik wist wel, dat gij niet ouder kon zijn
ik had u maar aan te zien.
Zij is nog al groot voor haar leeftijd.
Wordi vervolgd).