DE AMERIKAAN.
DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN
FEUILLETON.
Als het Socialisme er maar
eenmaal is.
45ste Jaarpang.
Zaterdag 18 November 1922.
No. 13494.
Advertentiën: 15 regels f 1.75 elke regel daarboven 35 cent, 3 maal
plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 ct. per regel.
Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvraag
toegezonden. Incassokosten worden berekend.
Bureau KOEMARKT 4. Telefoon Intercommunaal 85. Postbus39.
Abonnementen per 3 maanden 2.per week 15 cent, franco per
post 2.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 3 cent.
Dit nummer bestaat uit twee bladen
en een Geïllustreerd Zondagsblad.
EERSTE BLAD.
Bij of krachtens wetten of verordeningen voor
geschreven en andere officieele af- en aan
kondigingen van het Gemeentebestuur.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam
hebben bij hun besluit van 16 November 1922
Vergunning verleend aan C. in 't VEEN tot op
richting van een ondergrondsche benzine-be-
waarinrichting op de open plaats achter het
pand Lange Haven 60, kadaster Sectie C. No. 84.
Ja, dan is het gedaan met alle uitbuiterij, uit-
zuigerij, gedaaD ook met alle machtswellust en
verdrukking dan is er verzoening en vrede op de
wereld, want dan zijn we allemaal partijgenooten
en kameraden. Dan werken en offeren en lijden
we voor elkander, deelen alles samen en leven
en streven wij in eensgezindheid als echte broe
ders en zusters. Ten minste, zoo leeren ons de
socialisten zelf. Alleen kunnen zij er thans niet
bij stil zitten. Zij moeten den weg effenen naar
hét beloofde land en ons gewone stervelingen
door woorden daad daarop voorbereiden.
Alles goed en wel. Maar woorden wekken,
voorheelden trekken. En zóólang de voorbeelden
der roode broeders en zusters niet voorbeeldiger
zijn, kunnen zij ons voor het socialisme en den
toekomstigen heilstaat nog niet warm maken.
Daar hebt gij b.v. den heer Duys„den geweldi
ge", die eens met groote vreugde ais een held
in het roode Zaandam is binnengehaald die
daar het zaakje in Zaandam zou opknappen, die
daar alles veel beter en eerlijker zou doen dan een
ander ooit gedaan had.
Een tijdlang heeft men geloof geslagen aan
zijn bewering en liet men zich door zijn zoet ge
fluit verleiden, doch wat is de burgerij van Zaan
dam bedrogen uitgekomen. De geweldige heeft
daar wel de lakens uitgedeeld, snoepreisjes uit
de gemeentekas naar het buitenland georgani
seerd, maar of hij alles beter en eerlijker heeft
gedaan Hoe het zij hij heeft er thans genoeg
van - hij is uit Zaandam gevlucht in de blijde
zekerheid, dat hij behalve zijn wachtgeld van
2200 aan de Rijksverzekeringsbank, nu nog een
jaarlijks wethouders-pensioen van 1600 zal
genieten. Of die slim is over de ruggen der ar
beiders heen do baantjes in te palmen. Maar of
het ook fair is
Nu heb ik bij gerucht vernomen, dat hij broe
derlijk samendeeltennietiederenwerklooze, diebij
hem aanklopt met een kluitje in het riet, maar
met een hand vol geld de deur uit stuurt. Of het
waar is
Nog een ander voorbeeld, 't Is van den heer
Hermans, de man van ,,de Roode Duivel." Vroe
ger een doodeenvoudige jongen, thans wethou
der van Arnhem, en met het hooger stijgen op
de maatschappelijke ladder heeft hij zijn dood
eenvoudigheid afgelegd. Sinds ook hij over
de ruggen der arbeiders tot het magistraat-schap
is geklommen, schijnt 't hem ook in den bol ge
slagen te zijn.
Verbeeld u, daar ontmoet hem een haastig zoe
kend ambtenaai in het Gemeentehuis en vraagt
67
,,Gaat gij rechtdoor naar Londen?" vroeg
Enid haar.
,,Ja als er ten minste niets in den weg
komt."
„Wilt gij u dan met dit pakte voor Burton
belasten en het hem ter hand stellen, zoodra
gij aankomt, Hij zal u een bezoek brengen, want
ik zal hem uw adres telegrafeeren. Zeg hem,
dat ik gaarne met u zoude vertrokken zijn,
maar dat ik moet blijven om Edwin's huwelijk
bij te wonen."
Eenige oogenblikken vóór het vertrek van
den trein was er een heer op het perron, die
met de meeste opmerkzaamheid naar Lady
Chartris keek. Hij was klaarblijkelijk pas aan
gekomen, want zijn kleederen waren geheel
met stof bedekt. Na eenige oogenblikken te heb
ben nagedacht, naderde hij de dame en zeide
haar groetende
„Verschoon mij, mevrouwik ben graaf
Musso Danella, de voogd van mejuffer Paoli
Ik heb het genoegen gehad, u te Nizza te zien,
doch ben niet zoo gelukkig geweest, aan u voor
gesteld te zijn. Dat allerliefste dochtertje van
den hoogmogenden heer, of hij X. den man, die
gezocht werd, soms niet gezien heeft. Wat een
brutaliteit van dien simpeien ambtenaar en heet
uit de hoogte klinkt het antwoord van den heer
magistraat Hermans „Denk je soms, dat
ik de bode ben
Die was raak. Maar of de ambtenaar dat van
zoo'n rooden democraat verwacht had en mocht
verwachten
Een derde voorbeeld. Heel Parijs liep dezer
dagen te samen om een uitgestalde peignoir te
bewonderen. Die peignoir was van grijze zijde,
in een onberispelijke tint met kostbare kant
voorzien en in heerlijke kleuren bestikt. Voor wie
was dat kostbaar kleedingstük Zeker voor een
prinses, voor een of andere rijke dame uit de
„boerzwasie" of misschien wel voor een of andere
schoonheid uit de halve wereld. Misgeraden. Dat
kostbare kleedingstük was door het voorname
Parijsche modehuis gemaakt voor hare Sovjette-
rige Nederigheid en Bolsjewistische Eenvoudig
heid, Mevrouw Tsjitserin de communistische
echtgenoote van den Russische Volkscommissaris
ziedaar drie voorbeelden van recenten datum.
We zouden ze kunnen vermeerderen, ook uit onze
onmiddellijke omgeving. Misschien dat deze
voorbeelden sommigen mogen trekken om ook
over de ruggen der arbeiders om hoog te klimmen
op de maatschappelijke ladder en dan ook broe
derlijk met de gesjochte arbeiders te deelen
doch zoolang deze voorbeelden voor het grijpen,
zijn, trekken ze ons niet voor het socialisme en
kunnen wij het bewuste proletariaat niet bewon
deren, dat aan zulke leiders trouw zweert.
W.
Buitenlandse!» Nieuws.
DE VREDESCONFERENTIE.
Lord Curzon, vergezeld door sir William Tyrrel
is gistermiddag uit Londen naar Parijs ertrokken.
Hij zal heden met Poincaré luncben en men
verwacht, dat hij Zondag naar Lausanne zal
dooneizen.
Curzon zal te Lausanne ook, zoodra de ge
legenheid zich daarvoor zal voordien, een on
derhoud hebben met Mussolini.
Ismet Pasja is gisteravond naa Lausanna ver
trokken.
De Zwitsersche Bondspresident Haab zal de
openingszitting van de conferentie te Lausanne
presideeren.
DE SULTAN GEVLUCHT.
Uit Constantinopel verluidt
De sultan heeft gistermorgen een toevlucht
gezocht aan boord van het Britsche slagschip
Malaya" dat onmiddellijk daarop naar Malta_
vertrok.
Het vertrek van den sultan in gezelschap van
zijn zoon Ertogroel en zes bedienden, had onge
merkt plaats, en zonder dat er een incident voor
viel. Toen hij zich aan boord van de „Malaya",
begaf, verklaarde de sultan met nadruk, dat hij
door zijn vertrek niet afstand deed van den troon,
doch slechts week voor het dreigende gevaar.
DUITSCHLAND.
Dr. Cuno heeft gistervoormiddag te Hamburg
aan een algemeenc vergadering der Hamburg
Amerik,a-lijn deelgenomen en een langdurige
bespreking met mr. Harriman van|hetAmerikaan-
sche scheepvaart-concern gehad. Om halfeen is
hij weder naar Berlijn vertrokken.
Hij verklaarde vol vertrouwen te zijn in
een spoedige oplossing van de kabinetscrisis.
REDE POINCARE.
Poincaré heeft gister in de Kamer weer eens
u heb ik al dadelijk herkend. Maud, heef ze, niet
waar
„Geraden," zeide het meisje.
„Waarmede kan ik u van dienst zijn, graaf
vroeg Lady Chartris min of meer verwonderd.
„Marina heeft mij in een harer brieven me
degedeeld, dat hare bekoorlijke vriendin me
juffer Enid Anstruther in uw gezelschap reist.
Gij verlaat Monaco. Gaan die jonge dame en
haar broeder met u mede?"
„Neen. Zij zijn beiden in het Grand-Hotel.
Maar, met uw verlof, graaf, ik zal den trein
missen."
Musso hielp de weduwe en hare familie in
een rijtuig. Toen hij het portier wilde sluiten,
vroeg hij
„Marina zou mij gisteren te Nizza ont
moeten. Ik heb haar niet gezien. Zij is toch
niet ziek
„Zij ia volkomen gezond en zoo gelukkig
mogelijk riep Maud. i
Zij zonde er nog iets hebben willen bijvoegen,
doch de trein stoomde weg.
Dannella groette nogaals. Eene eigenaardi
ge glimlach van voldoening plooide zijn ge
laat. Hij mompelde
„Hij is te Monaco Goed Marina zal mij
niet langer mijn belooning wiegeren."
Toen Lady Chartris te Parijs aankwam, viel
het haar in, dat zij er eenige inkoopen moest
doen en dat zij er dus wel een dag of twee kon
een rede gehouden, waarin hij voor de zooveel-
ste keer 't zelfde heeft herhaald.
Tot slot zeide de premier
Frankrijk kan niet blijven voortgaan met
te blijven vasthouden aan de uitsluitend ne
gatieve politiek welke Engeland tegen Duitsch-
land voert. De geallieerden kunnen ,geen mo
ratorium toestaan zonder sancties, zonder
waarborgen, zonder een serieuze controle op
de Duitsche financiën.Spreker rekent op de daad
werkelijke sympathie van alle geallieerden, zoo
wel die van thans als van voorheen. De zaak van
Frankrijk is die van het Recht. Een Frankrijk
geruineerd door het in gebreke blijven van
Duitschland, zou een krenking van het recht
beteekenen en een besmettelijke zweer in de
flanken van Europa, welke ernstig genoeg
zou blijken om het geheele lichaam te verkan
keren. Laten wij ons echter niet aan zulke
somberen overpeinzingen overgeven en daai
Frankijjk het gelijk en het goede recht aan
zijn zijde heeft, met den vasten wil naar Brus
sel gaan, om het dat recht te verschaffen. (Toe
juichingen,)
IERLAND.
Dinsdagnacht werd een trein van Limerick
naar Nenagh door lersche republikeinen nabij
Castleconnell tot staan gebracht.
Nadat zij de passagiers hadden gedwongen,
uit te stappen, besprenkelden zij de wagons
met benzine en staken zij den trein in brand.
Daarna dwongen zij den machinist, den trein
in beweging te brengen.
De brandende trein reed eenige kilometers
over de lijn, gelukkig zonder onheil te veroor
zaken, en kwam aan den voet van een steile
helling tot staan.
Tenslotte kwamen regeeringstroepen uit Cast-
leconell opdagen, die den brand biuschten. Alle
wagons, op één na, bleken nog bruikbaar te zijn.
ITALIË.
De Kamer nam met 306 tegen 116 stemmeneen
motie aan, waarin vertrouwen wordt uitgespro
ken in de macht van het land en de regeerings-
verklaring wordt goedgekeurd.
AMERIKA EN MEXICO.
De Mexicaansche regeering, die nog altijd
niet door de Vereenigde Staten is erkend, richt
te tot het departement van Buitenlandsche Za
ken twee nota's, die volgens berichten uit Wash
ington in tamelijk krachtige bewoordingen zijn
vervat.
De Mexicaansche regeering beklaagt zich
over den ondragelijken toestand, welke in Texas
is ontstaan, en beweert, dat aldaar in de laatste
drie maanden meer dan twintig Mexicaansche
burgers werden gelyncht.
In de eerste nota wordt er op gewezen, dat
in weerwil van het verzoek der Mexicaansche
regeering de lynchers nog altijd niet werden
vervolgd.
In de tweede nota wordt beweerd, dat twee
nachten geleden driehonderd man door de
straten van een stad in het petroleumgebied
trokken, en alle Mexicanen, die zij op straat
ontmoetten, beleedigden. Zij verklaarden, dat
alle Mexicanen de stad moesten verlaten, daar
zij er anders uitgezet zouden worden. Toen
de Mexicanen een beroep deden op den burge
meester, beweerde deze, aldus de nota, dat
hij niet voor hun bescherming kon zorgen.
MEXICO.
Ook de republiek Mexico heeft reeds zijn fas
cistische beweging, die dagelijks veld wint. De
blijven. Maar Men kan beter rekenen op de
postzegels dan op de vriendschap wanneer het
de spoedigste bestelling van een brief of pakje
geldt.
In het Grand-Hotel zag Danella het register
na en vergewiste zich, dat Lady Chaitris de
waarheid had gesproken. Vervolgens ging hij
naar zijn kamer en kleedde zich met de grootste
zorg, terwijl hij een vroolijk Fransch deuntje
neuriede. Eensldaps echter werd hij ernstig
en begon na te denken over den uitslagvan zijn
bezoek aan Gibraltar. Zoodra gij in de Engelsche
vesting was aangekomen, had hij ontdekt, dat
drie officieren zich daar, als passagiers, aan
boord van „de Gier" hadden ingescheept om
zich naar hun eigen vaartuig in Egypte te be
geven, hetgeen genoegzaam verklaarde, waarom
hunne namen niet voorkwamen op de lijst, welke
zij van de Engelsche Admiraliteit verkregen
hadden. Het waren Charles Maruon Philips,
George Fellow Arthur en Edwin Gerard Anstrut-
ther. Bij eenig nadenken kon men geen twijfel
meer koesteren, dat een dezer drie mannen de
tegenstander van Paoli was geweest, daar bet
voor een gewoon officier van „de Gier" onmoge
lijk geweest zoude zijn op den ochtend van het
vertrek verlof te bekomen en't schip teverlaten.
Er liggen altijd een groot aantal Engelsche
oorlogsbodems te Gibraltar en men kan er nog
al gemakkelijk inlichtingen krijgen over het
doen en laten der mari eofficieren. Danella
fascistische organisatie is geheel op Italiaansche
leest geschoeid. Evenals daar te lande, is ook
hier het hoofddoel de bestrijding van het com
munisme.
DE BANDIETEN IN CHINA.
Het „Journal" maakt melding van een bericht
uit Peking, volgens hetwelk de Vereenigde
Staten van Amerika, Groot-Brittannië, Frank
rijk, Italië en Zweden een ultimatum aan de
Chineesche regeering zouden hebben doen over
handigen, waarin geëischt wordt, dat de lien
buitenlanders, die door Chineesche bandieten
ontvoerd zijn, binnen een week in vrijheid wor
den gesteld. De mogendheden hebben verklaard,
dat, indien de gevangenen niet binnen den ge
stelden termijn bevrijd worden, de Chineesche
regeering gelijkgesteld moet worden* met een
landbestuur, dat, niet in staat ook maar het
geringste gezag uit te oefenen, hulpeloos over
geleverd is aan de willekeur van rooversbenden.
ALLERLEI.
Uit Dusseldorp De staking wordt als geëin
digd beschouwd. Tachtig procent van de stakers
hebben den arbeid hervat.
Uit Constantinopel
Naar verluidt zou de Turksche torpedojager
„Akdenitz" gistermorgen beproefd hebben, uit
den Gouden Hoorn te ontsnappen. Men had ge
tracht het schip te camoufleeren door enorme
balen hooi op de brug van den torpedojager
op te stapelen. Een Britsche patrouillevaartuig
bemerkte den toeleg echter en noodzaakte het
Turksche oorlogsschip terug te keeren.
De staking der Duitsche studenten te
Praag, die nog steeds voortduurt, heeft zooals
gemeld aanleiding gegeven tot een botsing met
Joodsche studenten. De stakende studenten
hebben, na de zalen te hebben ontruimd, wacht
posten ingesteld. De communistische studenten
dreigen tot gewelddaden, ingeval de colleges niet
voor 25 November worden hervat.
BlnnenUs d,
De uitsluiting in de textielnijverheid.
Gistermiddag heeft te Amsterdam een ver
gadering plaats gehad van vertegenwoordigers
van de vijf vakcentralen en de besturen van de
landelijke organisaties in de textielnijverheid
ter bespreking v. de uitsluiting in die nijverheid.
Het bestuur van het Nederl. Arbeids-sccreta-
riaat deed de volgende voorstellen
1. Tegen de poging van de textielfabrikanten
om het verzet van de arbeiders tegen den loon-
aftrek op de kantfabriek van de firma De Jong
en Van Dam teliengelo te breken door uitslui
ting, wordt door de vijf vakcentralen een ge
meenschappelijk en daadwerkelijk afweerfront
gevormd.
2. Hiertoe wordt een gemeenschappelijkesteun
beweging georganiseerd, welke zal dicmn ter
ondersteuning van alle bij het huidige conflict
betrokken arbeiders.
3. Voorts wordt door de vijf vakcentralen een
commissie, waarin de voorzitters en eerctaris-
sen van de vakcentralen zitting hebben, gevormd
die de algemeene leiding in het conflict heeft.
4. Aan deze commissie worden de voorzitters
der landelijke organisaties van textielarbeiders
als technische adviseurs toegevoegd.
5. Aan de organisaties in de textielindustrie
wordt de leiding in het conflict als zoodanig
gelaten.
De overige vakcentralen verklaarden zich alle
tegen deze voorstellen en waren, evenals de
vertegenwoordigers van de bij haar aangesloten
landelijke organisaties van textielarbeiders, van
had aldra kennis aangeknoopt met de helft van
het garnizoen. Hij onthaalde de officieren aan
den wal en werd door hen aan boord aan hunne
tafel uitgenoodigd. Hij vernam, dat Charles Ma
rion Philips naar Indië was vertrokken en dat
George Fellow Arthur in Egypte op de „Zwa
luw" gesneuveld was. Mijnheer Anstruther, hij -
wist het reeds, diende op hetzelfde schip, dat
juist van Nizza was aangekomen.
Mijnheer Barnes, verliefd op de zuster van
den jongen luitenant en dezen waarschijnlijk
te Nizza ontmoet hebbende, was eensklaps een
zoodanig belang gaan stellen in de gelofte van
Marina, waarom hij zich nooit van te voren
had bekommerd dat hij getracht had haar
er van af te brengen, door haar de laatste woor
den van haar stervenden broeder mede te
deelen en haar de vervolging te doen opgeven
van den man, die hem gedood had.
De Amerikaan had ongetwijfeld Anstruther
herkend als den officier van het duel. Met hem
moesten zijne naspor ngen zich dus vooral bezig
houden. Graaf Danella wist een uitnoodiging
te verkrijgen om aan boord van „De Zeezwa
luw" te dincercn.
Aan tafel maakte hij kennis met Anstru
ther en zij werden vrienden, kameraden bijna.
Musso kon zich allerinnemendst voordoen,
wanneer zulks met zijne belangen overeen
kwam.
(Wordt vervolgd)
NIEUWE
ËDAMSCHE