Te veel
TE VEEL BELANGSTELLING.
De opening van, het geweldige nieuwe Stadion te
Wembley, die naar men verwachtte, verleden Zaterdag
op een schitterende wijize zou plaats hebben, doordat er
de Cup-final zou worden gespeeld, is geheel en al
bedorven door de meest zonderlinge incidenten. Dit
Stadion is gebouwd voor 125.000 toeschouwers.
De aftrap was op drie uur bepaald. Een uur voor
dien tijd waren er reeds 90.000 toeschouwers op de
groote tribunes aanwezig.
Toen reeds bleek, dat de staantribunes onvoldoende
waren om de geweldige menigte, die nog binnen
stroomde, te bevatten. Ofschoon er overal ordemaat
regelen waren getroffen en daarvoor 3000 man politie
waren gerequireerd, slaagde de menschenmenigte er in,
de afzettingen te verbreken en stroomde het speel
terrein op.
Toen tegen drie uur de Koning op het terrein aan
kwam, was er geen grassprietje meer van het speel
terrein te bekennen. Het geheele speelvlak werd inge
nomen door een dicht aaneengesloten menschenmassa.
Men schat, dat er op dat oogenblik daar wel 10.000
menschen waren saamgedrongen. De aanwezige politie
was machteloos tegenover zulk een overmacht.
Toen de bereden politie aanrukte, slaagde men er in,
na drie kwartier hard werken, het speelterrein weer
vrij te maken van toeschouwers. De politie vormde een
cordon rondom het terrein en dreef de menschen zoover
terug, dat zij niet meer over de kallklijnen kwamen. Tot
belangstelling. (Zie bijschrift.)
op die lijnen evenwel stonden de toeschouwers dicht
opeen, hetgeen buitengewoon hinderlijk was voor 't spel.
Aangezien de controleurs ook de controle in den steek
hadden gelaten, omdat zij niet bij machte waren, het
publiek tegen te houden, konden 301000 personen zich
toegang verschaffen zonder te betalen. In het gedrang
zijn honderden menschen gewond of vielen in zwijm.
Het Roode Kruis had daardoor banden vol werk.
De correspondent van de „Times" meent, dat het
geenszins overdreven is, te zeggen, dat een millioen
„optimisten" de reis naar Wembley had gemaakt.
EEiNIGE ANECDOTEN VAN THIERS.
Uit de menigte anecdoten uit het leven van Thiers
deelen wij eenige bijzonder karakteristieke mee. Thiers
was de liberaalste van alle ministers van Louis
Philippe, die in den loop der jaren elkaar zijn opge
volgd. Ook tegenover den koning maakte hij gebruik
van zijn scherpe tong, altijd gedachtig aan den
revolutionnairen oorsprong van de Juli-monarchie,
sprekend zonder aanzien des persoons, zeer sterk op zijn
stuk staande als het er op aan kwam voor de rechten
van het volk te ijveren, en het gevaarlijkst als hij nu
en dan vleide. Koningin Amélie placht te zeggen:
„Guizot heeft mijn man nooit gevleid en zich altijd
geschikt; Thiers heeft zich altijd verzet en dikwijls
gevleid."
Louis Philippe zelf lachte als een boer, die kiespijn
heeft, over de verhouding van den koning tot zijn
minister Thiers.
„Die verhouding," zei
de hij eens, „gelijkt oip
een goeden echt, met dien
verstande evenwel, dat
de minister altijd den
geheelen beddedeken naar
zich wil toehalen."
Dikwijls kwam het tot
een hevigen twist tus-
schen hen beide.
„Sire," zeide Thiers op
zekeren dag bij zulk een
gelegenheid, „ik zal mij
genoodzaakt zien, u mijn
portefeuille terug te
geven."
„Kom, kom; zij is u
veel te dierbaar."
„Sire, ik verzeker u,
dat het mij een overwin
ning op mjj zeiven kost,
om ze te behouden."
Louis Philippe begon
daarop hartelijk te
lachen, wat Thiers deed
zeggen:
„Sire, toen gij tot oni
in Juli 1830 zeidet, dat
het u een overwinning
op u zeiven kostte, de
kroon aan te nemen, heb
ik niet gelachen."
Stakende midinettes.
De duizenden Pai-ysche ateliermeisjes, bekend onder den naam „midinettes"zijn, ondanks het feit, dat de
patroons de uitsluiting opgeheven hebben, in staking gebleven. Men ziet hierboven de anders zoo' nijvere
■werkstertjes op een vergadering.
Druk en
Groothertogin van Baden, f
Groothertogin Louise van Baden is in d^J'
ouderdom van jaar overleden. Zij was
dochter van Keizer Wilhelm I en de moed
der Zweedsche Koningin.
Uitgave Uitgevers-Maatschappij s,Neerlandia"-
Na het Mei-oproer van
het jaar 1839, ontmoette
Thiers, die weder in de
gelederen der oppositie
was teruggekeerd en als
hoofd der parlementaire coalitie de Regeering
op leven en dood bestreed, zekeren heer de
Montméron, een vriend van den kort te voren
overleden prins Talleyrand. Die bezorgde man
was volstrekt niet ingenomen met de heftige
oppositie-politiek en vroeg, met het hoofd
schuddend:
„Waar wilt gij toch heen? Als gij zoo voort
gaat, leidt gij ons nog tot de Republiek.
„Welnu, wat zou dat? Va po-ur la Républir
que!" antwoordde Thiers, „ik zal haar presi
dent zijn."
De heer de Montméron, niet vermoedend,
dat de scherts te eeniger tij d waarheid zou
worden, glimlachte en zeide:
„In dat geval geef ik u den raad, Louis
Philippe tot uw eersten minister te benoemen."
M ERKW AARD IG B E SP ARIN GS S Y S TE EM
Mevrouw: „Kijk eens man, door dit goed t«
koopen, heb ik op zijn minst zeventien gulden
uitgespaard."
Mijnheer: „En waar zijn die 17 gulden dan?"
Mevrouw: „Die heb ik natuurlijk niet!"
Mijnheer: „Och ja, dat had ik moeten beden
ken. Als jij ze gehad hadt, zou je er natuurlij!'
weer een ander koopje voor gekocht hebben en
daardoor nog meer hebben uitgespaard!"