DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN
F EUiLLSTOW.
Het spookhuis.
47ste Jaargang.
Vrijdag 11 Juli 1024,
No. 111994
Bureau: KOEMARKT 4. - Telefoon Intercommunaal 85 - Postbus: 39. Advertentie: 1-5 regels 1.75; elke regel daarboven 35 cent, 3 maal
Abonnementen per 3 maanden —70, per week 20 cent, Iranco per plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 ct. per regel.
Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvraag
toegezonden. Incassokosten worden be ekend.
post ƒ3.per kwartaal. Afzonderlijke nummers 4 cent. Zaterdagavondnummer
met Officieel Kerkbericht 10 ets.
Gratïs-Ongevullenvcrackermg f 500 bij J©venslange geheele invaliditeitf 200 bij verlies van een hand, voet of oog f 200 bij dood f 200 bij verlies van een
du!m;tjR?»ij verlies van een mjsvmgjer; 11_5 verlies van eiken anderen vinger. De verzekering wordt gewaarborgd door de Holl.Algem. Verz.bank te Schiedam
Buitenlandse!* Nieuws,
DE I1ERSTELKWEST1E.
De Britsche premier MacDonald werd gister
middag bij zijn verschijnen in het Lagerhuis van
alle zijden hertelijk toegejuicht. Na op eenige
vragen te hebben geantwoord, legde hij de vol
gende verklaring af
Te Parijs was een betreurenswaardige toe
stand ontstaan, die de getroffen regeling voor
het houden van een conferentie in zake de toe
passing van het experts-rapport dreigde te
vernietigen. Daarom ging ik naar Parijs om
te trachten de moeilijkheden uit den weg te
ruimen. De Britsche regeering is van mee
ning, dat alles in het werk moet worden ge
steld voor de onverwijlde uitvoering van het
rapport. Deze noodzakelijkheid is nog toege
nomen door den tijd, welke is in beslag ge
nomen door de regeeringswisselingen op het
Continent, gedurende welke geen besprekingen
konden worden gevoerd. Het houden van
genoemde geallieerde conferentie is beslist
noodzakelijk, omdat voor de voorbereiding
van de uitvoering van het experts-rapport
vele details moeten worden behandeld, terwijl
sommige daarvan uitvoerig moeten worden
besproken.
De Fransche natie is niet bereid te gedoo-
gen, dat het experts-rapport wordt beschouwd
als een substituut voor de bepalingen van
het Verdrag van Versailles. Zij wil echter wel
instemmen met het rapport, wanneer dit is
bedoeld als een nieuwen en beteren weg voor
de' oplossing van de herstelkwestie.
Aan den anderen kant ligt aan het rapport
ten grondslag het toestaan van een leening
van 40 niillioen pond sterling. Een zoodanige
leening is evenwel niet mogelijk, tenzij dege
nen, die op de leening willen inteekenen, eenige
garanties zullen ontvangen, dat het door
hen belegde geld niet verloren zal kunnen gaan
door een militaire of politieke natie van eenige
geallieerde regeering of van Duitschland.
Met het oog op den toestand te Parijs, vond
ik het bij aankomst aldaar noodig, deze kwes
tie verder te bespreken dan te Chequers was
gebeurd en te trachten, met de Fransche re
geering een voorloopige overeenstemming t,e
bereiken.
De Britsche regeering wenscht niet terug te
komen op de door haar geopperde meening
omtrent de kwestie van de bevoegdheid der,
C. v. H. maar zij kon er mede instemmen
die kwestie niet tot een definitieve oplossing
te brengen voordat de toepassing van het
rapport ter sprake zal komen.
Voorts kon niet worden beweerd, dat de
geldbeleggers op de leening zullen inteekenen,
zoolang de politieke en economische garanties
van den Duitschen staat te niet gedaan kunnen
worden door een herhaling van wat zich verleden
jaar heeft voorgedaan.
Wij kwamen overeen, om, als de C. v. H.
aan de hand van het rapport, een in gebreke
blijven van Duitschland moet behandelen, aan
die commissie een Amerikaan toe te voegen.
Ten behoeve van de belangen der beleggers
zouden wij dan van de diensten van dezen
Amerikaan gebruik kunnen maken door hem
te laten fungeeren als Amerikaansch contro
leur voor de schadevergoeding.
Engeland was van meening, dat hij zou
moeten optreden als scheidsrechter, als de
commissie geen eenparige beslissing kon nemen.
De Fransche regeering verzocht tijd tot het
46
,,Maar men kan ons hier beluisteren."
„Is de zaak, die gij mij mede te deelen hebt,
dan zoo ernstig
,,Ik zou mij hebben laten dooden, zoo mijn
weeklaag de opmerkzaamheid had kunnen op
wekken."
Messire van Lotharingen greep de hand van
liet kind en voerde het mede.
Een minuut later stonden beiden aan het af
gelegen venster, de een met de armen op de
vensterbank geleund, de andere naast hem op
een voetbankje gezeten.
Toen verhaalde Petit-Jehan want de moe
dige knaap was niemand anders dan de kleine
bediende uit den Bekroonden Beker, al de
bijzonderheden der door den graaf van Damp-
martin beraamden overval van 't klooster
welke ten doel had nog in denzelfden nacht
prins Karei op te lichten en naar Bretagne te
voeren, waar zijn oom hem overheerschen en in
een vadsige rust in slaap wiegen kon, om zelf
de teugels van het bewind in handen te ne
men.
„Is de herbergier uw vader?"
„Neen, messire," antwoordde Petit-Jehan,
„ik ben een wees."
overwegen hiervan. Zij zal haar beslissing
dienaangaande aan de Londensclie conferentie
overlaten. Intusschen zullen wij financieele
experts voor deze aangelegenheid raadplegen'
Alleen als dit vraagstuk kan worden opgelost
kan de leening succes hebben.
Dan is er nog de kwestie der intergealli-
eerde schulden. Reeds op The Chequers hadden
wij Herriot gewaarschuwd, dat die zaak niet tot
in de oneindigheid kon blijven slepen. Wij vroe
gen hem aan het Fransche departement van
Financiën te verzoeken, die kwestie ter hand te
nemen op het punt, waar zij was gebleven, toen
lord Curzon in Augustus van het vorig jaar zijn
nota zond. Daarom stelden wij te Parijs voor, dat
vertegenwoordigers van het Fransche departe
ment van Financiën naar Londen zouden komen
om die zaak op ons ministerie van Financiën
te behandelen. Wij van onzen kant zouden daar
bij alle omstandigheden in aanmerking nemen.
De Fransche regeering wenschte ook de
kwestie der veiligheid ter sprake te brengen,
maar de Britsche regeering maakte het duide
lijk dat geen voorstellen omtrent een militair
pact konden worden overwogen op het oogen-
hlik, doch ik herhaalde verlangend te zijn, de
besprekingen daarover voort te zetten, vooral
met betrekking tot een regeling door middel
van den Volkenbond, een ontwapeningscon
ferentie en andere aannemelijke middelen
Van de Duitsche avondbladen zijn het vooral
de organen van de partijen van den Rijkskanse
lier en van den minister van Buitenlandsche
Zaken, die zich reeds wat uitvoeriger bezighou
den met de besprekingen te Parijs.
Beiden achten het een gunstig verschijnsel,
dat het gevaar geweken is, dat de conferentie
van Londen bedreigde, door de tegenstellingen
tusschen Frankrijk en Engeland.
De „Germania" (Centrum) schrijft, dat men
erin geslaagd is, ten minste een grondslag voor
de conferentie van Londen te vinden.
Het te Parijs genomen besluit acht het blad
teleurstellend, daar daarin zoo goed als geen
sprake meer is van de definitieve punten van4>
het op The Chequers samengestelde program.
Het Centrum-orgaan troost er zich echter mede,
dat ten aanzien van die kwesties het zwaarte
punt is verlegd naar de conferentie zelve en
legt er ten slotte den nadruk op, dat de bedoe
lingen van de Duitsche politiek precies dezelf
den gebleven zijn.
Nog sterker den nadruk legt hierop het or
gaan van den Rijksminister vail Buitenlandsche
Zaken, dr. Stresemann, „Die Zeit", welk blad
er aan herinnert, dat, volgens de op The Che
quers getroffen overeenkomst, binnen veertien
dagen, na de aanvaarding door den Rijksdag
van de wetten ter uitvoering van het plan der
experts, Frankrijk en België alle verordeningen
in het bezette gebied zal opheffen en Levens de
administratieve autoriteit en de economische
en financieele eenheid van die gebieden zouden
worden hersteld.
gaderd. Hier werd besloten de kwestie Maandag
in de algemeene vergadering te behandelen.
ENGELAND.
De regeering heeft gister andermaal een neder
laag geleden, dit keer in de vergadering van de
Lagerhuiscommissie, die het wetsontwerp tot
regeling van de loonen der veldarbeiders moet
bespreken. Ondanks 't verzet van den minister
van Landbouw Buxton, nam de commissie
met 27 tegen 17 stemmen een liberaal amende
ment aan, waarbij bevoegdheden der in te stellen
loonraad zoodanig worden ingekrompen, dat
een Labour-afgevaardigde in de commissie het
wetsontwerp daardoor waardeloos geworden
achtte.
De minister schortte de verdere behandeling
door de commissie op. Hij vond deze nederlaag
zoo ernstig, dat, naar hij zeide, de positie der
regeering dient te worden overwogen.
Dit is dan ook reeds de achtste nederlaag
van de regeering tijdens haar nog kort bestaan.
AMERIKA.
Davis, de pas gekozen democratische candidaat
voor het presidentschap heeft als candidaat voor
het vice-presidentschap naast zich gekregen
Charles Bryan, gouverneur van Nebraska en
broeder van den bekenden staatsman William
Bryan. De gebroeders Bryan hebben zich gedu
rende den geheelen duur van de conventie krach
tig verzet tegen de verkiezing van Davis, dien
zij, als rechtsgeleerd adviseur van het bankiers
huis Morgan als een werktuig van Wallstreet
beschouwen.
Ch. Bryan zal zich nu onder de vlag van
Davis hebben te scharen. Davis zelf denkt niet
ongunstig over een verzachting van de drank
wet, welke William Bryan juist zeer streng
toegepast wenscht te zien.
DUITSCHLAND.
Het seniorenconvent van den Rijksdag heeft
gister vergaderd ter bespreking van het voorstel
der communisten, die de bijeenroeping van het
parlement verlangen naar aanleiding van de bij
hen gehouden huiszoekingen.
Om dezelfde reden als het seniorenconvent
van den Rijksdag heeft ook de huishoudelijke
commissie van den Pruisischen Landdag ver-
„Gister waart gij een wees heden zal ik de
plaats uws vaders bekleeden, en Karei van
Frankrijk zal uw beschermer zijn."
„Dan blijf ik bier," sprak Petit-Jehan
„het is reeds genoeg geslagen te zijn gewor
den mijn meester in den Gekroonden Beker
zou mij dooden."
„Blijf, mijn jongen," hernam Jehan van Lo
tharingen „hebt gij ontbeten
„Ja, gister," antwoordde de knaap.
„Wacht hier in de zaal tot ik terugkom
zoodra men u te eten brengt, gebruikt het
dan als een man, die een Franschen prins het
leven heeft gered."
„Ja, missire", antwoordde de knaap glim
lachend.
Jehan van Lotharingen keerde tot den her
tog van Normandië terüg, gebruikte inderhaast
Z1jn avondmaal en vroeg zijn jongen meester
verlof zich te mogen verwijderen.
„Verveelt gij u in dit groote klooster, mijn
trouwe leenman
„Waar zich mijn prins bevindt, is 't mij wel."
En toch verlaat gij mij."
„Om u te dienen^ monseigneur."
En zachter voegde hij er bij
„Ik smeek u, prins, verlaat onder geen enkel
voorwendsel de zaal en, zoo gij er gelegenheid
toe hebt, speel dan een partijtje kaart met den
graaf van Dampmartin."
„Gij weet dat ik een slechte speler ben,"
hernam de prins schouderophalend.
ALLERLEI.
Uit Essen. Het gemeentebestuur van Duisburg
heeft gister aan den rijkskanseier en den rijks
minister van Buitenlandsche Zaken een telegram
gezonden, waarin herinnerd wordt aan het feit
flat het bruggeboofd van Duisburg sedert 1920,
teh spijt van de protesten der rijksregeering
nog steeds bezet wordt gehouden. Het gemeen
tebestuur wijst er op, dat Duisburg door de
nauwe betrekking met het Roergebied ver
bonden is en efscht, dat de rijksregeering niet
slechts op de bevrijding van het Roergebied,
maar ook op opheffing van de bezetting van
Duisburg zal aandringen.
Een telegram van gelijke strekking is ook
verzonden door de Kamers van Koophandel
te Duisburg en die te Wezel.
Uit Dresden. In de gister gehouden zitting
van den Saksischen Landdag werd in laatste
lezing een wetsontwerp aangenomen in zake het
geschil tusschen den vrijstaat Saksen en het
voormalige koningshuis.
Volgens dit ontwerp ontvangt het huis
Wettin een bedrag ineens van 300.000 mark
voorts verplicht de staat zich, voorloopig tot
1928, een jaarlijksche rente te betalen van
39.000 mark.
De kunstschatten zullen in een speciale ver
zameling worden vereenigd. Deze wet schept
de mogelijkheid, dat, met toestemming van alle
partijen, gedeelten van deze verzameling ver
pand of verkocht kunnen worden.
Uit Weenen. Naar de bladen uit Boekarest
melden, is aldaar gearresteerd, een beambte van
het Roemeensche ministerie van Buitenlandsche
„Toch hoop ik hem al de partijen te doen
verliezen," voegde Jehan er bij.
„Wanneer komt gij terug, mijn trouwe leen
man
„Zoodra mijn tegenwoordigheid in het kloos
ter noodig is, prins."
Jehan vanLotharingen groette en verwijderde
zich de hertog van Normandië,die zijn gehecht
heid kende en wist dat hij hem nooit een nutte-
loozen raad gaf, liet den graaf van Dampmartin
roepen, vroeg naar speelkaarten, die zijn vader
vroeger voor hem had laten schilderen en
begon de partij, welke hij trouwens voorbedach-
telijk met verstrooidheid speelde, om zijn tegen
stander te doen winnen.
Intusschen was Jehan van Lotharingen snel
naar de stad gegaan en klopte bij den aarts
bisschop en de heeren van het Parlement aan.
Binnen twee uren was hij er in geslaagd de ge
heele stad Rouaan ten gunste van den nieuwen
meester te stemmen.Hij schilderde hem als goed
en zachtmoedig af sprak van de gevaren die
zijn vrijheid en leven vanwege zijn heersch-
zuchtigen oom bedreigden bezwoer alle mannen
van Normandië's hoofdstad, tot welken stand
in de maatschappij ze belmoren mochten, Karei
van Frankrijk te ondersteunen, den aanslag van
Frans II af te wenden en hem te redden, door
hem tot hertog van Normandië uit te roe
pen.
Op het oogenblik dat Jehan de taak op zich
nam den jongen prins te redden, was deze den
Zaken, wegens het onderhouden van betrekkin
gen met Sovjet-kringen.
'Uit Kaapstad. De prins van Wales heeft de
uitnoodiging der regeering aanvaard om in
1925 Zuid-Afrika te bezoeken.
Stateu-Generasl.
EERSTE.KAMER.
Vergadering van Donderdag10 Juli
De Kamer heeft na eenig debat het wetsont
werp betreffende grensuitbreiding van Dokkum
aangenomen met 26 tegen 11 stemmen.
De zitting is verdaagd tot 17 Juli 2 uur.
B I it n e n s itd.
De reis van (le koninklijke familie.
De Koninklijke familie is te Aandalsnes iu
Romsdalfsfjord aangekomen. Het geheele ge
zelschap was wel.
Oud- viee-admiraal jhr. J. A. Roëll. f
In den ouderdom van bijna 86 jaar is in Den
Haag overleden de gepensionneerde vice-admi-
raal jhr. J. A. Roëll, oud-minister van marine,
adjudant van de Koningin in buitengewonen
dienst.
Hij is van 1898 tot 1901 in het ministerie-
Pierson minister van marine geweest.
Oud-gouverneur-generaal Van Ilcutz.
Uit Montreux wordt gemeld, dat de gezond
heidstoestand van oud-gouverneur-generaal Van
Heutz langzaam achteruit gaatde hem be
handelende medicus acht het einde nog slechts
een kwestie van eenige dagen, in het gunstigste
geval enkele weken.
Het cnoflict in Twente.
De R.K. Textielarbeidersbond St. Lamber-
tus heeft gedurende het Twentsche Textielcon-
flict uitgekeerd een bedrag van f 517.000.—.
De cumulatie van pensioen en salaris.
De heer ter Hall heeft den min. van Fi
nanciën gewezen op het bekende geval van het
hoofd eener school in een Friesche Plattelands
gemeente (bedoeld moet zijn Rostergaast), die,
na wegens invaliditeit in een vroegere betrekking
als schoolhoofd in een andere Friesche ge
meente (vermoedelijk Nijerhorne) te zijn gepen-
sionneerd, doch daarna, na zijn lichamelijk her
stel weer als schoolfhoofd te zijn aangesteld in
eerstbedoelde Friesche gemeente, nevens zijn
tegenwoordige jaarwedde van circa ƒ3000, het
hem intertijd toegekende pensioen onverminderd
geniet, zelfs plus de 40 pCt. bijslag op pensioenen,
welke inmiddels bij de wet zijn toegekend.
Ten gevolge van welke wetsbepaling is deze
cumulatie van jaarwedde en pensioen mogelijk,
vraagt hij en zoo ze werkelijk steun vindt in
eenigerlei wetsbepaling, is het dan niet geboden
spoedig een wetswijziging in te dienen-, waardoor
het allerzonderlingste, onbillijke en den Staat
benadeelende geval, dat iemand pensioen ge
niet zoolang hij voor hetzelfde werk nog vol
tractement verdient, tot de onmogelijkheden
komt te behooren
Invoerrechten en accijnzen.
Bij het afdeelingsonderzoek der Eerste Kamer
van het ontwerp tot aanvulling der Algemeene
Wet betreffende de heffing der invoerrechten en
accijnzen en der wettelijke bepalingen, betref
fende den gedistilleerdaccijns werd opgemerkt,
dat de al te hoog accijns het smokkelbedrijf zeer
bewoners van Rouaan volmaakt onverschillig
niemand beminde den knaap, wien men den
tijd niet gunde den mannelijken leeftijd te be
reiken,maar Jehan van Lotharingen bezat die
onwaardeerbare gave der welsprekendheid, welke
aller harten medesleept en reeds vooraf van den
goeden uitslag zeker is. Op die wijze wist hij
alle bewoners van Rouaan voor zijn meester
te winnen de groote heeren zwoeren hem te
erkennen en te verdedigen, het Parlement be
loofde hem zijn steun en de aartsbisschop sprak
volgenderwijze
„God zal u eenmaal vergelden wat gij dezen
dag deed.t, messire ik begeef mij naar de kathe
draal en gij zult ei' mij van het geheele kapittel
omringd vinden."
Jehan van Lotharingen wilde geen talrijk ge
volg medevoeren, uit vreeze van de samen
zweerders op het spoor zijner plannen te bren
gen-
Weldra was hij in de groote zaal der abdij te
rug, waai de prins nog altijd met den graaf van
Dampmartin kaart speelde.
„Ik heb weinig geluk van avond, mijn leen
man," sprak de prins, zich tot Jehan van Lo
tharingen wendende.
„Begunstigt het toeval den graaf?"
„O, op een ongehoorde wijze."
(Wordt vervolgd)
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT