DAGBLAD VOOiSCHIEDAMOmSTREf€EÜÊ.
Kasteel Jet Onweersnest"
FEU ILLiTOW.
49ste Jaargang.
Woensdag 24TMaart" 1926
No. 14512
Gratis-Ongevallenverzekering i 500 bij levenslange geheele invaliditeit200 bij verlies van een hand, voet oï oog1 200 bij dood
duim; f 60 bij verlies van een wijsvinger; f 15 bij verlies van eiken anderen vinger. De verzekering wordt gewaarborgd door deNJiolkAJ
200 bij dood 20o bij verlies van een
gem. Verz.bank Schiedam
Baan tjesjagers.
Buitenlandsch Nieuws.
Statea-Gencraal.
Binnenland.
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
Bureau KOEMARKT 4. Telefoon Intercommunaal 68085 Postbus 30. Adverter. tiën: 1—5 regels 1.75 elke regel daarboven_35 cent, 3 maal
Postbus 30.
A b'o nnementen per 3 maanden 2.70, per week 20 cent, tranco per
post 3.— per kwartaal. Afzonderlijke nummers 4 cent. Zaterdagavondnummer
met Officieel Kerkbericht 10 ets.
plaatsen wordt 2 maal berekend. Ingezonden mededeelingen 75 et,, per regel.
Speciale conditiën voor herhaaldelijk adverteeren. Tarieven worden op aanvraag
toegezonden. Incassokosten worden berekend.
In een hoofdartikel „Het kabinet-De Geer"
in het jongste nummer van „De Vrijheid" het
orgaan van den Vrijheidsbond, onder journali
stieke leiding van mr. J. J. v. Bolhuis, parlemen
tair redacteur van de „Nieuwe Rotterdamsche
Courant", leest men onder meer het volgende
„Zelfs de heer Waszink zal, wat de Roomsche
bladen dan ook mogen vertellen, niet terstond
heengaan, als van Nispen's dagen in Rome in
derdaad, gelijk in de rede schijnt te liggen, ge
teld mochten zijn. De Katholieken mogen zoo'n
dwarskijker wel, die bovendien nu en dan een
behulpzaam duwtje kan geven, als ergens in
Nederland een eergierig katholiek, ook buiten
de sfeer van het departement van onderwijs,
naar snelle promotie snakt."
Gelijk men ziet, mr. van Bolhuis, die minister
Waszink misschien niet eens persoonlijk kent,
weet het alles heel precies.De katholieke Minister
zit als dwarskijker in het Kabinët-de Geer al
leen om „eergierige" geloofsgenooten onverdiend
snelle promotie te laten maken
„Zooals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten"
dachten we, en in deze meening werden we ter
stond gesterkt, toen we de liberale ,Haagsche
Post" van de vorige week inzagen.
In een vertrouwelijk babbeltje met de lezers
over de vacant komende betrekking van gou
verneur-generaal van Indië, verklapte het wel
ingelichte blad, dat er wis en zeker geen katho
liek benoemd zal worden, orndal de nieuwe minis
ter van koloniën, dr. Koningsbergen, liberaal is.
Merkwaardige tegenstelling.
Op de veronderstelling van partij-benoeming
schrijft men giftige stukjes tegen den katholieken
mr. Waszink en om het feit van partij benoeming
wordt de liberaal dr. Koningsberger bewierookt.
't Is 'n frissche boel in Nederland
Ons katholieken verwijt men wel eens, dat we
geen goede vaderlanders zijn.
Indien dit werkelijk waar was, zou het noch
tans zeer begrijpelijk zijn, want ook nu nog ver
trapt men onze burgerrechten.
HONGARIJE.
De „wortel van het kwaad."
De Hongaarsche Nationale Vergadering heeft
gister de behandeling der valsche-munters-
affaire ten einde gebracht en met de stemmen
der beide regeeringspartijen het meerderheids
rapport der parlementaire commissie van on
derzoek aangenomen, dat de regeering van
iedere verantwoordelijkheid vrijspreekt.
De gisteren door een lid der regeeringsparLij
gedane mededeeling over aanstaande nieuwe
verkiezingen is lieden officieel slechts een par
ticuliere meening van dien afgevaardigde ge
noemd.
Naar liet Wolffbureau nog meldt, heeft de
premier, Bethlen, aan het slot der delfatte»)
verklaard Het verwijt, als zou de regeering
met een zekere oppervlakkigheid en lichtvaar
digheid zijn opgetreden, moet ik van de hand
wijzen. Een argument van meer belang, dat
tegenover de regeering zou kunnen worden ge
bezigd, is gelegen in de vraag, waarom zij het
kwaad niet bij den wortel heeft aangevat. De
wortel van het kwaad is echter gelegen in het
vredesverdrag van Trianon, in het moreele
en cultureele verval van Hongarije.
DUITSCHLAND.
Deregeeringk r ij g t 'n meer d e r h ei d
In den Rijksdag werd gister de door de com
munisten tegen de geheele rijksregeering in ver
band met haar politiek te Genéve ingediende
motie van wantrouwen zonder hoofdelijke stem
ming verworpen. Vóór de motie stemden de
Duitsch-nationalen. de communisten en de
Völkischen. De hoofdelijke stemming, die ver
volgens plaats had over de motie van wantrou
wen der Duitsch-nationalen, gericht tegen den
rijksminister van Buitenlandsche Zaken, dr
Stresemann, had tot resultaat, dat de motie
verworpen werd met 259 Legen 141 stemmen
der Duitsch-nationalen, Völkischen en cor~
munisten.
Naar aanleiding van de .door de Völkischen
ingediende motie van vertrouwen in de regee
ring werd dool' de regeeringspartijen een voor
stel ingediend om over te gaan tot de orde van
den dag. Dit voorstel werd aangenomen met
264 stemmen voor, 139 legen en één blanco.
De motie der Völkischen was daarmee van de
baan.
De goedkeuringsmotie der regeeringspartijen
werd daarop zonder hoofdelijke stemming aan
genomen vóór stemden de regeeringspartijen,
de sociaal-democraten en een deel der Econo
mische Verfeeniging.' Het resultaat der stem
ming werd met levendige bijvalsbetuigingen
begroet.
ENGELAND.
Na Genève.
Het debat over de gebeurtenissen te Genève
werd gistermiddag in het Lagerhuis geopend
door Lloyd George, den leider der liberalen, die
verklaarde, dat de vergadering van Maart is
geëindigd in eene tragedie. De Locarno-mogend-
heden zijn verantwoordelijk voor de mislukking
te Genéve, welke veel schade aan het vredes
werk heefL berokkend. De procedure te Genéve
had blijkbaar ten doel, Duitschland tot den
bond toe te laten. Indien de mogendheden
Locarno zich daaraan gehouden en aan
gedrongen hadden op het uitstellen van alle
andere eischen, zou- niemand er aan hebben
getwijfeld, of Duitschland zou zonder eenige
moeilijkheid toegelaten zijn. In plaats daarvan
begonnen de mogendheden van Locarno, met
inbegrip van Britannië, te onderhandelen, te
confereeren, te manoeuvreeren, te marchan-
deeren, en gingen zij zelfs over tot internationale
bedreigingen, ten einde hunne candidat.en te
doen aannemen. Hóe kan men onder deze om
slandigheden een blaam werpen op Brazilië
Zweden sloeg den rechten en moedigen weg in,
en vertegenwoordigde de openbare meening
van Engeland.
Sir Austen Chamberlain verdedigde zijn beleid
en verklaarde, dat hij aftreden zou, indien er
een motie tegen hem werd aangenomen.
MacDonald zeide, dat Chamberlain's houding
geleid heeft tot de hoogste mislukking der En
gelsche diplomatie in lange jaren. Dit land heeft
zich laten betrekken in een diplomatieke actie
die vijandig gezind is tegen den Volkenbond zelf
en wij hebben de vergadering verlaten te midden
van verwarring en neerslachtigheid, terwijl
er in Europa een egoisme heerscht, zooals sedert
den oorlog niemand gekend heeft.
Baldwin verdedigde Chamberlain.
35)
Eerst nu, nadat zij zich overtuigd had, dat
een omlaagvallen van het luik, wanneer dit
eenmaal gesloten was, niet stond te vreezen,
zoolang er niemand op het bewuste knopje
drukte dat zij derhalve ongehinderd en on
bevreesd over de deur kon loopen en er op kon
staan of er boven gaan zitten, al naar gelang
de omstandigheden zulks meebrachten, trok
zij de deur door middel van haren riem omhoog
en sloot haar toe.
it:;. Wij behoeven niet bevreesd te zijn, zeide zij
tot Pitapat, terwijl zij het vloerkleed weder
recht legde, deze muizenval is niet gevaarlijk
Nochtans, zegde zij in gedachte er bij, is het
een huiverig iets, boven zoo'n afgrond te wonen.
Alsnu begaf zij zich ter ruste, terwijl Pitapat
harerzijds zich op een stroozak naast het ledi
kant van hare gebiedster neervleide.
Nadat zij haar avondgebed had verricht,
sloot Capitola de oogen. Haar laatste gedachte,
voor zij insliep was ik zou waarlijk bang wor
den, als ik niet Capitola heette
Een motie vuil Lloyd George, welke het pup-
treden van Chamberlain te Genéve laakte, is
verworpen met 325 tegen 136 stemmen.
ALLERLEI.
Uit Moskou wordt gemeld, dat generaal Feng-
Yoeh-sjiang Maandag met zijn gezin te Oerga
in Mongolië is aangekomen.
- Uit Peking wordt gemeld, dat verschei
dene leden van de regeering zijn gevlucht. De
vroegere minister van Buitenlandsche Zaken
Wang, heeft een toevlucht gezocht in de bui
tenlandsche concessie.
Uit Washington President Coolidge heeft
den Amerikaanschen gezant Gibson aangewezen
als leider der Amerikaansche delegatie naar de
voorbereidende ontwapeningsconferentie te Ge
néve.
Uit Beyroeth De opstandelingen hebben
Katana aangevallen. Zij doodden den comman
dant der gendarmerie, maakten een aantal
gevangenen en staken eenige gebouwen in
brand
Naar draadloos uit Berlijn wordt gemeld,
heeft de Canadeesche regeering te Washington
medegedeeld, dat zij met de Amerikaansche
reserves ten opzichte van de toetreding tot het
Int. Hof accoord gaat.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Dinsdag, 23 Maart.
Aan den heer Oud wordt verlof verleend, den
minister van marine a.i. te interpelleeren over
de ramp van den loodsschoener Terschelling 2
op 25 November.
Aangenomen worden zonder debat ol' h.st.
verschillende kleinere wetsontwerpen en con-
elusiën van verslagen.
Aan de orde is de begrooting van binnen-
landsche zaken en landbouw.
De heer L. de Visser (comm.) verzoekt
de Kamer de post verhooging van de salarissen
der ministers te verwerpen.
Minister K a n verdedigt de Verhooging van de
salarissen der ministers.
Een amendement-de Visser, om het minister-
tractement terug te brengen op 15000, wordt
niet ondersteund. Het desbetreffende artikel
wordt aangenomen met 78 tegen 2 stemmen.
De heer B r a a t verzet zich tegen artikel 5
(kinderbijslagen), dat z.i. een fokpremie is.
Het artikel wordt aangenomen met 79 tegen
2 stemmen. Tegen stemmen de heer Braat en
per abuis de heer Duys.
De subsidie voor de vrijwillige burgerwacht
wordt bestreden door de heeren van Zadel
hof (S. en L. de Visser; verdedigd door
den minister.
Het artikel wordt aangenomen met 58 tegen
23 stemmen.
De heeren BraatenL. de Visser he
strijden de regeling vari verlofstractementen
voor Kamerleden, welke verdedigd wordt dooi
den Minister.
De lieer S c li a p e r (S. D.) keurt het uptreden
van de heeren Braat en de Visser af.
Steeds stemming vragen kost het land geld,
ook ten nadeele van kleine boertjes.
De post wordt goedgekeurd met 80 tegen
1 stem.
Art. 65 (subsidiën werkverschaffing).
De lieer S c h a p e r (S. D.) gaat niet op de
vraagstukken in, maar wenscht alleen te wijzen
op het dringende van een spoedige hetere steun-
verleening.
De M i n i s t e r antwoordt, dat het onmoge
lijk is de voorwaarden gelijk te maken aan die
in het vrije bedrijf want dan is het geen werk
verschaffing' meer.
De heer Rutten (R. IC.) dringt aan op
uitbreiding van het aantal lagere land- en tuin
bouwscholen die Rij een zegen 'acht voor ons volk.
De Minister zal er alle aandacht aan
wijden.
Bij art. 100 betreurt de heer Van Voorst
tot Voorst (R. K.) de afschaffing der toe
lagen voor hen die hun acte-examen hebben
wordt een aanmoediging
VIII.
De onthullingen van den majoor.
Den volgenden morgen stond Capitola vroeg
tijdig op. Nadat zij zich snel had aangekleed,
ging zij naar beneden, om het oude kasteel, dat
zijvoortaan als haar blijvende woonplaats
kon beschouwen, ook van buiten te bezichtigen,
waarbij zij zich voornam, op ontdekking uit
te gaan, of er misschien niet ergens een ingang
was te ontdekken, waardoor men mogelijk in
dat afschuwelijke hol onder hare kamer kon
komen. De morgenstond was schoon en de blau
we hemel, die zich hoven de kronen der slanke,
rijzige hoornen welfde, zoo helder, dat alle
sombere gedachten over de huiverige, akelige
sagen en geschiedenissen, waarmede Capitola
wakker was geworden, weldra alle nevelbeelden
voor den vroolijken zonneschijn wegvloeiden.
Bah zeide zij bij zich zelve, terwijl zij na
lange, vergeefsche pogingen van alle verdere
opsporingen naar den geheimen ingang tot het
onderaardsch hol afzag en zich voornam, alles
op zijn beloop te laten, ik wil er in 't geheel
niet meer aan denken. Het kan trouwens niets
anders zijn dan een oude, onbruikbaar geworden
kelder, waarin zich water heeft verzameld
afgelegd. Daardoor
weggenomen.
De heer Bulten (R. K.) acht het beter door
hetere salarieering de mensehen te trekken.
De Minister zegt, dat de regeling is ge
troffen in overleg met den Minister van Onder
wijs. Het is overigens een geldkwestie die hij
niet vermag op te lossen.
De begrooting werd goedgekeurdslsmede
de begrootingen van Marine en Justitie.
De vergadering werd verdaagd tot hedenmor
gen.
De saiuBiistelling voor het kabinet-Colijn.
„De Standaard", door zijn relatie met den
heer Colijn daartoe beter dan eenig ander blad
in staat, geeft het hieronder volgend overzicht
van den gang van zaken bij de formatie van
het kabinet Colijn in Juli 1925, waarmede tevens
wordt bedoeld een correctie te geven op ver
keerde voorstellingen in het Kamerdebat en een
aanvulling daarvan voor zoover er onvolledig
heid Was.
„Den llen Juli deed H. M. den heer Colijn
weten, op grond der aan haar uitgebrachte
adviezen, tot liet besluit te zijn gekomen hem
een opdracht tot kabinetsformatie te verleenen.
De heer Colijn verzocht echter dien llen
Juli hem vooralsnog geen opdracht te ver
leenen, aangezien hij, zoo 'n rechtsch kabinet
tot stand kwam, op een bepaald punt (het
gezantschap) een spoedige crisis verwachtte.
Daarom scheen het beter eerst eens een be
spreking te hebben met de heeren Nolens en
Schokking, om eerst daarna te beslis^n of hij
de opdracht in beraad kon nemen.
Die besprekingen hadden den volgenden dag
plaats.
Het antwoord van dr. Nolens was op den
man af. ,,U moet er op rekenen, dat eventueel
uit te noodigen Katholieken thans een gelijke
houding zullen aannemen als hun partijgenooten
in het kabinet-Ruys hebben gedaan."
Met die mededeeling van dr. Nolens, in pot
lood genoteerd, begaf de heer Colijn zich ver
volgens naar mr. Schokking.
De heer Schokking meende, dat de C. H.
fractie onder geen voorwaarde bereid zou zijn
on voor het gezantschap te stemmen, doch
wenschte den volgenden dag nog zijn fractie
te raadplegen alvorens een definitief antwoord
te geven.
Den 14en Juli werd van den heer Schokking,
als voorzitter der C.-H. Kamerfractie, een
schriftelijk antwoord ontvangen, dat ten aan
zien van het gezantschap inhield, dat van de
fractie „geen wijziging (van houding) kan wor
den verwacht."
Hoewel dit antwoord iets minder positief
luidde dan het mondelinge, Lwee dagen vroeger
gegeven, omdat de houding der C.-H. niet altijd
dezelfde geweest was één jaar b.v. werd met
een verklaring volstaan en geen stemming over
het begrootingsartikel gevraagd hield de heer
Colijn toch maar liever rekening met den meer
duidelijker) vorm van antwoord en deelde hij
den heer Nolens den 14en mede, dat het defi
nitieve antwoord geen hoop liet op een andere
houding der Christ.-Historische fractie.
Thans rees de vraag, wat er verder gedaan
behoorde te worden en die vraag werd den
zelfden dag uitvoerig met dr. Nolens besproken.
De heer Colijn neigde tot weigering der op
dracht, maar én dr. Nolens én dr. de Visser
waren van oordeel, dat zulks beteekenen zou,
daL er geen Rechtsch Kabinet gevormd zou
kunnen worden, terwijl toch de uitslag der ver
en al die vertelseltjes van sluipmoorden en ge
raamten, waarbij iemands haren te berge rijzen,
zijn niets dan onnoozele praatjes, die oude wijven
in lange winteravonden oprakelen, om zich den
tijd te korten.
Over dit punt met zich zelve op zoo'n ver
standige wijze eens, keerde zij naar het kasteel
terug en begaf zich naar de eetzaal, daar in
middels het uur voor 't ontbijt was aangebroken.
De oude heer bevond zich reeds daar en
kapittelde voor afwisseling weder eens zijn
beredderaar, den armen Wool, wegens de een
of andere onhandigheid, waaromtrent Capitola
niets naders vernam, daar het luide schelden
en tieren van den majoor overging tot een dof
gemompel, dat gelijk de donder, die in de verte
aftrekt, langzamerhand verstomde. Hij beant
woordde Capitola's groet met een tamelijk brom
merig, kort afgebeten „goeden morgen" en zette
zich zonder verder een woord te spreken aan
tafel. Na het ontbijt liet hij zich door Wool
hoed en stok brengen, om zich naar zijne plan
tage te begeven, waar hij zijn opzichter Will
Cay, met al zijn negers geducht de levieten wilde
lezen, daar die luie slungels, naar hij beweerde,
zijne afwezigheid slechts gebruikt hadden, om
hun gemak te nemen.
Capitola, thans weder alleen, doorliep nu de
kamers van het kasteel, en overtuigde zich, dat
mistress Codiment ze volgens waarheid als
vochtig en onbewoonbaar had afgeschilderd
toen begaf ze zich naar haar eigen vertrek, dat
haar thans, nu een heldere winterzon het vroo-
lijk bescheen, en vooral nu zij de andere kamers
had bekeken, reeds niet meer zoo leeg en onge
zellig voorkwam als daags te voïen.
Zelfs de oude meubelen bleken bij nauwkeuri
ger beschouwing geen wormstekige rommel te
zijn, maar integendeel kostbare antiquiteiten,
welke Capitola niet meer droevig aanstaarden,
maar er zich over schenen te verheugen, ei
beschikking te staan van een zoo lieve mees-
teresse.
Opgeruimd en zonder nog om den valkuil en
zijn geheimen te denken, begon Capito a iare
koffers uit te pakken en de menigte fraaie zaken
welke zij aan de onbegrensde vrijgevigheid van
den majoor had te danken, een plaats te geven.
Niet alleen in New-York, maar ook in Was
hington had de majoor tot zijne nicht gezegd
Kindlief een oude vrijgezel als ik, heeft gee
verstand' van de toiletbenodigdheden eener
jonge dame. Ik geef je derhalve onbepaalde
volmachtje moogt kiezen en kooPe"' J^r
hebt. Ik zal de rekeningen betalen.
je zin in
[Wordt vervolgd).