WEEK-REVUE. Voor huis en hof. Rechtzaken. Faillissement. Opgeheven: O. Gcrdemann, handel drij vende onder den naam Dr. Krüger en Co., wo nende te Duisburg, kantoor houdende alhier, Schie 19. De veroordeelde militairen in hoojjer beroep. De in verband met het militair oproer te Ede veroordeelde soldate i H. Koring, G. Fer'oema J. Óvereem en A. de Vries hebben honger brroep sangeteekend tegen het hun opgelegde vonnis. Ook J. Rutgers, betrekt en bij de relletjes te Assen, is in hooger beroep gegaan. W. Wester- hove berust ia zijn vonnis, terwijl de beide ande ren, die betrokken waren in het geval te Ede nog geen besluit hebben genomen. De moord op de Noordermarkt. Tegen den dader van den moord op de Noor dermarkt te Amsterdam werd heden 12 jaar gevangenisstraf geëischt. Overdrijving schaadt, wordt belachelijk en Ie ridicule se tue het belachelijke doodt zich zelf. Een zeker deel der pers mocht daaraan wel eens denken. Er was eens we beginnen niet aan een fabel, maar aan een brokje historie er was eens een kindje, dat vergeten weid op school en daarin van Zaterdag tot Maandag opgesloten bleef. Het geval verwekte levendige sensatie en onrust. De pers berichtte het gebeurde meei dan uitvoerig en vermocht er zelfs tal van nieuwe feiten van eenzelfde strekking bij te ontdekken. Vroeger las of hoorde men nooit zoo iets^maar opeens kreeg „Het vergeten schoolkind" een vaste rubriek in de dagbladpers. Hadden de onderwijzers dan plots allen een of andcie cr senkronkel in hun hoofd gekregen? Volstrekt niet. „Het vergeten schoolkind heeft geleefd, zoolang er scholen bestaan, maai gelukkig heeft de controle, of het knjschend keel-, c.q. bonsend armen- en beenengeluid van het slachtoffertje de onvrijwillige gevan genschap tot een kwaad halfuurtje beperkt. Tot een apatisch of fatalistisch gestemde kleine die meende, dat men ook in een schoolka» wel slapen kon, den gevangenisduur tol een ongeleenden omvang had weten op te voeren en daarmee alle vader- en moederhar ten t ee kloppen van schrik. Toen waren de meest onbelangrijke gebeur- 1 ijk hei dj es van dien aard plots vreeselijke feiten geworden. De berichten kwamen zóó rege ma ig af, dat het publiek er ten slotte geen belang meer in stelde; eenige variaties, als ,,etn vei geten politieagent", deden het nieuwe rubriekje nog wat voortleven, maar het einde kwam toen spoedig en thans is er voor plaatselijke corres pondenten geen kwartje meer te verdienen aan een „vergeten schoolkind." De treindienst in ons land is niet zoo heel slecht; vergeleken met het buitenland ma en we zelfs een goed figuur, wat de verlegen..ei betreft. Het ongeluk bij De Vink echter dat eenige dooden eisehte, wekte toch ontze mg en angst. We mogen inderdaad van de spoor wegen eischen, dat voor de veiligheid van het publiek niets wordt nagelaten. Wie op zekere bladen geabonneerd is, kan nu echter geen krant meer opslaan of hij -vin onder meerderlci bombastische „hoofden eeïl nieuw spoorwegongeluk vermeld en niet a tea rnet de pen, maar ook met de teeker.stitt woi de indruk gesuggereerd, alsof een plan tot een spoorreis gelijk staat met een voornemen tot zelfmoord. Als men zich niet door de sensatie-wekken e wijze van die berichtgeving laat misleiden, maar de feiten objectief beoordeelt, kom men tot de conclusie, dat bijna al die „spoorweg ongevallen" op rangeerterreinen of eerug dood spoor hebben plaats gehad en in beteekeius niet' uitgaan boven de geregelde gebeurlijkheid- jes op zulke emplacementen, als het uitwippen uit de rails van een of enkele wagens, hetgeen ter plaatse volstrekt geen gevaar voor personen oplevert en met eenvoudige hulpmiddelen wordt hersteld. Zoo iets moet men toevallig zien om er notitie van te nemen; het personeel ze t vindt het niet eens de moeite waard om elkaar zulke voorvallen over te \crtellen. Ook vroeger gebeurden die dingen natuur lijk, maar de pers achtte het en terecht niet noodig daarvan melding te maken. Nu ze echter voor een scnsationeele en tendentieuse voorstelling van zaken kunnen dienen, worden ze in overdreven bewoordingen weergegeven. Totdat het publiek het vooze van zoo'n jour nalistiek begint te begrijpen, dan is het weer afgeloopcn. We meenden echter door deze rege len te moeten trachten om de zaken nu reeds tot haar normale proporties terug te voeren, opdat er onder het publiek niet een ongegronde angst voor het reizen zal ontstaan of voort duren. Er zijn wel andere dingen, die ons leven, al thans onze gezondheid, meer bedreigen- Ondanks alle voorzorgen worden we telkens weer door vreeselijke en besmettelijke ziekten bedreigd. Daar hebben we nu weer de pokkengevallen in Maastricht. Kenden we de vaccinatie nog niet, d°u zouden nu vermoedelijk reeds honderden slachtoffers gevallen zijn de medische wetenschap echter heeft de voortschrijding der ziekte blijkbaar reeds kunnen stuiten en tot heden liet slechts één patiënt het leven. Toch blijft voorzichtigheid geboden. Heel Maastricht heeft zich thans laten herenten, maar we moesten zoo verstandig zijn om niet zoo lang te wachten tot het gevaar dreigt. Het publiek rneent maar al te vaak, dat het „pok kenbriefje" uit de kinderjaren een vrijbrief voor het pokkengevaar is. Die meening is on juist. De vaccinatie maakt ons lichaam slechts een zekeren tijd immuun (onvatbaar) voor de ziekte en wie in dat opzicht de grootst mogelijke zekerheid wenscht, moet zich om de 7 jaar laten r<rvaccineeren. Het is van algemeene bekendheid, dat de justitie machteloos staat tegenover z.g. fles- schentrekkers, d.z. personen, die allerlei goe deren koopen, die ze maar geleverd kunnen krijgen, zonder te kunnen of te willen betalen en alleen met het doel om die goederen weer dadelijk tegen contant geld van de hand te doen. Die machteloosheid leidt telkens tot het geven van „waarschuwingen" tegen die per sonen door de politie verder kan ze niet gaan. Een paar flesschentrekkers in het groot, de Fa. Kühne en Co., Duitschers, die zich te Rot terdam gevestigd hadden, zijn -verleden week vrij gesproken. De heeren kochten heele wagon ladingen van de meest uiteenloopen.de goe deren en verkochten die aanstonds voor lage prijzen in een paar vliegende winkels. Voor referenties verwezen ze naar een anderen fles- schentrekker, die op zijn beurt weer naar „Kühne en Co.", verwees. Ze zijn vrijgesproken, niet omdat ze onschul dig zijn, maar omdat het tenlaste gelegde nu eenmaal niet strafbaar is voor de Nederlandsche wei. De justitie mag er dus geen verwijt van ma- ken maar op de weiijevende macht rust het odium van plichtsverzaking, dat ze de eer lijke Nederlandsche handel sinds jaar r-n dag overgeleverd houdt aan de practijken can zulke parasieten, door na te laten de wet op dit punt te herzien. Buitenland. In Lithauen heeft zich vorige week 'n staats- greep voltrokken, die van internationale be- teekenis is. Lithauen is een der randstaten, die zich tijdens de bolsjewistische revolutie van Rusland heb ben losgemaakt en die nu een harriëre vormen tusschen Rusland en Midden- en West Europa. De barrière, waarbij Europa veel belang heeft, begon wat tc deuken, doordat in Lithauen bols jewistische sympathiën groeiende waren, tot uiting komende o.a. door de verkiezing van een sterk links georiënteerde volksvertegen woordiging en het afsluiten dezer dagen van een vi iendschaps- en veilighcidsverdrag met Rusland. Door deze koerswijziging in Lithauen leek een makkelijke verbinding tot stand ge komen tusschen Duitschland en Rusland, twee partijen, die vér van elkaar afstaan, maar die elkander toch geregeld zoeken, omdat ze beiden grootere gemeenschappelijke vijanden in West- Europa hebben. De omwenteling in Lithauen heelt voorloopig aan Duitsche en bolsjewistische verwachtin gen een einde gemaakt, doordat de Lithausche legerleiding de regeering heeft „overgenomen" en de „afgetreden" staatspresident met zijn ministers gevangen heeft gezet. De West-Europeesche mogendheden en Polen zullen dezen gang van zaken niet ongaarne gezien hebben en men beschuldigt de laatste mogendheid er zelfs van de omwenteling geïn spireerd te hebben. Indien Polen op blijvend succes wil rekenen, zal het evenwel wat vrien delijke! tegen zijn Lithauschen nabuur moeten gaan doen, want deze is nog niet vergeten, dat Polen hem de stad Wilna en omgeving een paar jaai g' e en heelt ontroofd. Velen vermoeden, dat Polen het met Lithauen op een aceoordje za wi en gooien en dat het een zekere bestuurs- eenheid met dat land nastreeft in de verre historie zijn beide landen trouwens al eensver- eemgd geweest. In China bevestigen de Zuidelijken (Cantonneezen) meer en meer hun macht en de groote mogendheden blijken niet ongeneigd te om hun positie te erkennen en met ze te onder handelen. t Lukt ons inderdaad de verstandig ste manier om de Russische linvloeden te ni- vel ie eren. In Japan volgt het volk met groote belangstel- "ig e zie eproces van den keizer, over witn m te afgeloopen week dagelijks overlijdenbe- richten inkwamen, maar die nu weer beterende schijnt. De keizer is onder het volk blijkbaar zeei ge ie t ïeeds sinds eenige jaren is hij ech ter van de regeering uitgescliakelt en oefent zijn zoon, prms Hiro-Hito, die na den oorlog ook ons land nog een bezoek bracht, het keizer lijk bestuur als prins-regent uit. De keizer zelf is u. 1. geestesziek. rr "nvruchtbare boomen. Herhaaldelijk hoort men klachten over boomen, die maar geen of heel weinig vrucht willen geven. Dezer dagen een ouden jaargang van de „Erfniter Fhurer nasnuffelend, kwam ons een artike tje onder de oogen, waarin eenige behar- tenswaardige wenken werden gegeven omtrent de onvruchtbaarheid van boomen. We geven het hier vrijwel letterlijk vertaald terug, in de verwachting, dat verschillende lezers hun nut ermee kunnen doen. Dikwijls komt het voor, dat onze boomen in 't geheel met of zeer weinig vrucht opleveren. Dit kan men in den regel wel verhelpen, doch in de eerste plaats dient men te weten, wat de oorzaak is van het niet dragen van den boom. In de verschillende gevallen, die zich kunnen voordoen, moet men dan ook verschillende mid delen toepassen. Die gevallen zijn in hoofdzaak de volgende lste. De boom draagt niet, maar groeit ove rigens goed. Dit is in den regel het gevolg van (eenzijdige) mesting jaren lang achtereen, dik wijls met stalmest. Men moet hiermede nu eenige jaren ophouden en een bemesting toedienen van kalk en thomasphosphaat. 2. De boom is te dicht, zoodat de zonnestra len belet worden, er binnen in te komen. Men moet dan flink dunnen, zorgdragende, dat men de één- en tweejarige scheuten zoo min moge lijk wegsnijdt, daar anders de kroon in den zomer nog dichter wordt. 3e. De grond is te koud en te vochtig, Men moet dan' trachten op alle mogelijke manieren deze warmer, droger en luchtiger te maken, (humusrijke bemesting, turfstrooisel, kalk). 4e. De boom is onvruchtbaar, zonder dat men de eigenlijke oorzaak weet, Bij deze moet men de wortelsnoei toepassen. Gewoonlijk ver krijgt men dan het tweede jaar de eerste vruch ten. 5e. De boom is onvruchtbaar en groeit slechtmen moet dan mesten en nog eens mes ten met goed verteerden stalmest, gier enz. Ook toevoeging van een weinig kalk geeft goede resultaten. 6e. De boom maakt wel flink blad doch geeft geen vrucht (juist als onder 1). Bij d'eze past men de ringvormige afschorsching toe. 7e. Ligt de onvruchtbaarheid van den boom aan de soort, dan moet men niet aarzelen, deze door een vruchtbaarder te vervangen." Hiermede eindigde het artikeltje in de „Erfür- ter Fuhrer". Wij voor ons zouden nog gaarne eenige pun ten eraan hebben toegevoegd we zullen dan ook zoo vrij zijn nog even te vervolgen 8ste. De boom groeit slecht en geeft weinig vrucht. Oorzaak te diepe planting. Is de boom betrekkelijk nog jong en is er weinig kans op mislukking, dan moest men hem zoo spoedig mogelijk hooger zetten. Is de boom reeds te groot om te verplanten, den handelen als hoven 3. 9e. De boom is. totaal uitgeleefd. Men ziet het dikwijls bij heel oude hoornen (kersen en pruimen behoeven niet eens zoo heel oud te zijn), dat de opbrengst ieder jaar minder wordt, om ten slotte aihil te zijn. Door oordeelkundige bemesting krijgt men misschien nog eens een vruchtje, maar hier is 't uitstel van executie. Hoe eerder zoo'n uitgeleefde boom opgeruimd' en vervangen wordt door een' ander, hoe beter. Planting liefst op een andere plaats is dit niet mogelijk dan de oude aarde uit het plantgat vervangen door versche. 10. De boom is verwaarloosd we hebben vergeten te snoeien, te mesten, schoon te maken enz. enz. De vorm is verloren, het vruchthout zit op de verkeerde plaats, het mos groeit, welig op stam en takken hier helpt geen pairen raadgeving. Een zeer bekwaam vakman, die den boom per soonlijk Onder handen neemt, is de eenige, die hier nog iets redde i kan. Frambozen plan te n,... Het is heter frambozen in 't najaar te planten dan in 't voorjaar. Het is nu nog een zeer geschik te tijd en daarom willen we hier mededeelen, hoe ze geplant moeten worden. Vroeger was de teelt op pollen het meest in gebruik en al wordt ze ook tegenwoordig nog wel toegepast, toch neemt de rijenteelt hoe langer hoe meer toe. Wil men ze bepaald op pollen zetten, dan plaatst men ze op minstens 1.50 M. afstand en van 4 ol 5 stokken bij elkaar. We bedoelen hier met stekken de I-jarige scheuten waaraan reeds wortels zitten. Er wordt dan een stok bijgezet, die dient om ze.aan te binden. Vooral niet strak aanbinden, want dan hangt men ze op. De uit komst van zoo'n pollenteelt kan wel goed zijn, doch het nadeel schuilt meestal in de manier van aanbinden. Vooral heeft men dé gewoonte om de scheuten ook in 't midden vast te hinden, waardoor meer netheid aan 't geheel wordt gegeven, doch hier tegen willen wij ernstig waarschuwen. De pol lenteelt heeft toch al tegen, dat men sommige oogen van het licht berooft, en nu wordt door dien band in 't midden, dat kwaad nog verergerd. Veel beter is het om de scheuten boven aan de stok zoo vast te binden, dat elke scheut gebo gen wordt. Indien men dit niet goed kan of rneent dat het niet net genoeg staat, dan kan men er ook zeer goed een hoepeltje inbinden. Door deze wijze van aanbinden, profiteert iedere scheut van het licht en bovendien worden de middenoogen, door het buigen der scheuten gedwongen uit te botten. De rijenteelt voor de frambozen wordt meer toegepast. Men plant ze daarvoor op rijen van ongeveer 1.50 afstand terwijl dan de scheuten op 15-20 c.M. komen te staan. Ook bij deze teelt wordt zeer dikwijls vergeten dat de oogen, die op het middengedeelte van de scheut voor komen, het best volvormd zijn, omdat ze midden in den zomer zijn ontstaan. Wanner men ze nu op rijen teelt en de stokken waarlangs een lat wordt aangebracht, onmiddellijk naast de rijen plaatst, (soms zelfs in 't midden ook nog een lat bevestigt, waaraan de scheuten worden gebonden), dan zullen ook hierbij de middenoogen blijven slapen en alleen de oogen aan de top uitloopen. Dus ook voor deze teelt, is het ver standiger de palen zoo'n halve meter van de rij te zetten en de lat zoo hoog aan te bregen, dat het goed mogelijk is, om de gewoon ontwikkelde scheuten er nog aan te binden en wel op zoo'n wijze, dat het bovenste topeind, dat in den regel toch onvoldoende rijp is, er kan worden afge sneden. Door deze manier van planten worden dus ook de scheuten gebogen en verkrijgt men de gewenschte resultaten. Sommigen binden de frambozen het jaar der planting heel niet aan, doch snijden ze ongeveer op een voet boven den grond af. Als reden hier voor wordt opgegeven, dat de vruchten van het eerste jaar toch niet veel beteekenen en dat men door het terugsnijden bovendien nog het ont staan van nieuwe scheuten voor 't volgend jaar, vermeerdert, 't Spreekt vanzelf, dat men het le jaar zoo goed als in 't geheel geen vruchten plukt, daarom schijnt het ons verstandiger hij de rijenteelt de stekken wat dichter te zetten en dan om de ander een weg snijden. Men bevordert dan het ontstaan van nieuwe scheuten en heeft eveneens kans om nog wat vruchten te oogsten. Vooral als men vroeg geplant heeft en den grond rondom de planten bestrooit met- korten stalmest, waardoor de vruchtbaarheid van den grond wordt verhoogd, het wortelvormen' ge durende den winter wordt bevorderd en teven* het uitdrogen in 't voorjaar wordt voorkomen. Ook bij de oude rijen, waar men te veel sten gels aantreft en welke men niet allen kan vast leggen, omdat men ze nooit dichter bij elkander moet' leggen dan 15 c.M., worden de overtol lige weggesneden. Indien we er nu nog bijvoegen dat de „Hornot" en de „Superlatief" de beide beste soorten zijn, waarvan de eerste het smake lijkste is en de laatste het droogste waarbij nog, dat het niet wenschelijk is nieuwe rijen aan te leggen op grond waar reeds pas te voren frambo zen gestaan hebben, dan hopen we hierdoor de teelt van frambozen voldoende te hebben aange geven. Oo rsprong en wezen der vet planten (IV). Ook hier treft men tal van overgangen aan. De meeste succulente Euphorbia's zijn uitne mend toegerust voor den strijd om het beslaan, w:ant behalve dat de meeste sterk bewapend zijn niet harde, scherpe stekels, zijn ze tevens alle zeer vergiftig.Dit maakt ook, ook al door de weinige concurrentie, die zij in die dorre streken hebben van andere planten, ze zich op bepaalde plaatsen vaak sterk uitbreiden, zoodat, evenals dit met vele Cactussen en Agave's het geval kan zijn, groote uitgestrektheden met een en de zelfde soort zijn bedekt. Ook .de Liliaceae en Ainaryllidaceae tellen vele vetplan ten vormen onder hare soorten, men denke aan de Aloe's uit Zuid-Afrika en de Agave's uit Noord-Amerika, die zich aan de dorre streken hebben aangepast door verdik king der bladeren, waarbij ook weer gepaard ging een verdikking der opperhuid. Beide ge slachten bezitten hunne bijzondere alweer- middelen, de Aloe's in een bittere stof, die de bladeren oneetbaar maakt, de Agave's door een stevige scherpe rand- en topstekels aan de bladen Behalve de genoemde soorten vindt men vet- planten in vele andere plantenfamilies, in die der Geraniaceae, Oxalidaceae, Papilionaceae, Vi- taceae, Gucurbitaceae, Asclepiadaceae, enz. enz., maar daar behoeven we thans niet nader op in te gaan, wijl hare vorming en haar bestaan onderworpen waren aan dezelfde wetten, en zij als evenzoovele variaties op hetzelfde thema zijn te beschouwen. We hopen evenwel er in geslaagd te zijn den lezer een denkbeeld te hebben gegeven van de merkwaardige plaats die de Vetplan ten in de Plantenwereld innemen, en van de merk waardigheid der afzonderlijke soorten en groe pen. Wie zoo zijn veiplanten-verzameling be schouwt en bestudeert, heeft er zijn wonderlijke, grillige Succulenten te liever om, wijl zij een hoogst belangrijke bladzijde vormen iA het levensboek der Natuur. Burgerlijke Stand. Geboren: Dec. 23 Jan Hendrik, z.v. J. Korpel en C. H. Meijer, Zwarte waalschestr. Catharina Margaretha, d.v. J. Romein en A. Buijs, Nieuwstr. - Frits Leendert, z.v. A. Tal- monen M. Groeneveld, Nassaulaan. 24 Hen drik, z.v. L. F. Martijnse en J. Wessel, Vlaardin- gerdijk. Scheepvaart. Hoog water te Hoek van Holland. 27 Dec. v,m. 7.42 n.m. 8.05. 28 Dec. v.m. 8.37 n.m. 9 06. 29 Dec. v m. 9.43 n.m. 10.15. Gem. Hoogwater 74 c.M. 4- N.A.P. Gem. Eaagwatei 87 c.M. N.A.P. SCHIEDAM, 24 Dec. Aangekomen s.s. Sultan van Langkat, va La Pallice. s.s. Tyra, van Stockholm. Deensch s.s. Hita Maersk, van Kopenhagen om hier kolen te bunkeren in de Wilhelminahaven. SCHIEDAM, 25 Dec. Vertrokken s.s. Patin, ■ïaar Santa Marta. s.s. F. M. Werner, naar Loiden. s.s. Stardent, naar Antwerpen. s.s. Schiedijk, naar Hamburg. HARBURG; 26 Dec. Aangekomen s.s., Agi lity, ledig van Schiedam om olie te laden voor Schiedam. Handelsberichten. Beurs van Schiedam. Moutwijn. SCHIEDAM, 27 Dec. Officieele noteering van de Commissie uit de Kamer van Koophandel. Moutwijn 46 15.50. Namens de commissie voor de noteering. H. J. JANSEN. Spiritus. SCHIEDAM, 27 Dec. Men noteert voer Spiritus 100 32. Spoeling. Noteering van de Coöp. Vereen. „Schied. Spoelingvereenigiug". Heden f 2.50 per ketel.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1926 | | pagina 3