ONZE VROUWENRUBRIEK
m
Onze schoolkinderen.
VRIJDAG 1 JULI 1927
DERDE BLAD
Kinderjurkje voor Meisjes van 6-7 jaar
(lengte 70 c.M)
Sterk schoolpak voor Jongens van
6-7 jaar (Heupwijdte 72 c.M.)
Moderne schoenen
en muilen.
In den Kersentijd.
Speldenhanger.
Patronen naar Maat
Uit deMoppentrommel
Feestelijke tafels.
Ss
II.
Hoera! De school gaat uit. 't Jonge
volkje voelt zich vrij, wil armen en
beenen eens terdege uitslaan. Ze hollen,
ze maken pret, de mondjes staan niet
stil, ze hebben elkaar ook zóóveel te
vertellen! Die ontspanning hebben ze
noodig en ze komt hun eerlijk toe. Wij
mogen die heerlijke ongebondenheid niet
tegengaan. Zelfs later, als er huiswerk
wordt gegeven, geef hun dan toch eerst
tijd voor de noodige ontspanning, en de
rust, die zij behoeven, Hebt ge een flin
ke ruimte in den tuin, waar ze niets
kunnen bederven, laat ze niet hun mak
kertjes daarin naar hartelust ravotten
en stoeien, ook bij slecht weer kunnen
ze in de huiskamer of kinderkamer, ja
zelfs op den zolder, de grootste pret ma
ken. Evenals de maaltijden op tijd moe
ten geschieden, lijkt 't me heel ge-
wenscht, dat ook voor de rusttijden
hieraan de hand gehouden wordt. Een
bleekneusje noet zelfs een poosje, al
is 't maar een kwartiertje tusschen de
ochtend- en middagschooluren, op den
divan of desnoods even boven op zijn
bedje liggen. Om 7 uur opstaan en om
7 uur, uiterlijk 8 uur te bed liggen, uit
gezonderd de Zon- en Feestdagen, dan
mag er best een halfuurtje bij, maar
zorg er voor, dat ze niet te druk zijn
zoo vlak voor 't slapen. lederen avond
moeten voor 't naar bed gaan gezicht,
borst, rug, armen en handen flink
met lauw water en zeep grondig ge
reinigd worden. Zoo ook de beenen. Een
of twee maal per week baden en haren
wasschen. Tracht U de vaste gewoonte
eigen te maken, lederen avond de haren
zoowel van jongens als meisjes gron
dig met de stofkam na te zien voor de
ongewenschte en ongenoode gasten.
Werkelijk 't zal U narigheid besparen.
En nu de tanden.
De tanden moeten grondig 's avonds
voor 't slapen gaan geborsteld worden in
de goede richting, dat is: opwaarts en
benedenwaarts en niet van links naar
rechts of omgekeerd, met een goeden
stevigen tandenborstel, die aan 't uit
einde een verhooging aan de haren heeft
om de achterste kiezen te bewerken.
Na iederen maaltijd behooren gelijk met
't handen wasschen (hetgeen grondig
vóór iederen maaltijd ook moet geschie
den), de tanden ook een beurtje te krij
gen en dient de mond goed gespoeld te
worden om de etensresten te verwijde
ren, Wilt U verzekerd zijn, dat ze hun
goede sterke witte „pareltjes" behou
den, tracht dan 't vele snoepen tegen
te gaan. Al uwe zorgen worden ruim
schoots beloond geen droevige bezoeken
aan den tandarts zijn dan noodig, geen
kiespijn, en boven alles geen leelijke,
ongelijke of miskleurige tanden zult U
Mj uwe kinders ontdekken.
CORMA.
Renoodigd: 2K el stof van 100 c.M.
breedte, of 1% el van 130 c.M. De groo-
te vacantie nadert, en daarmede ook de
dag, dat Moeder's kleine meid naar de
groote school zal gaan. Voor dien tijd
zou Moeder graag een paar degelijke
en toch aardige jurkjes voor haar kind
hebben. Nevenstaand jurkje kan men
maken van mousseline, mouliné, tra
vers, kortom van alle sterke wollen stof
fen. Neemt men stof van 130 c.M.
breedte, dan kan men voor- en achter
kant van het jurkje naast elkaar knip-
pen, en de mouwtjes daaronder. Men
maakt eerst een patroon, legt het daar
na op de stof, en knipt het jurkje met
1 c.M. naad uit, terwijl men aan
den anderen kant nog 6 c.M. extra
aanrekent voor een zoom.
Men stikt de zijnaadjes van rokje en
bovenstuk, zoo ook de schoudernaadjes
dicht, terwijl men de rafels wegwerkt
door de naadjes om te slingeren. Dan
zoomt men den 6 c.M. breeden zoom in,
waarna men de stolpplooien inrijgt op de
daarvoor aangegeven lijnen. Middenvoor
maakt men een split je, hetwelk 7 c.M.
lang wordt, terwijl men dan het rokje
aan den voorkant van 't bovenstuk stikt
zóó, dat de rafels naar den verkeerden
kant komen. Deze werkt men later met
'n boorlintje af. Het kraagje knipt men
36 c.M. lang, en 15 c.M. breed, men 6tikt
het vooraf in ruiten ter grootte van 2
C.M. waarna men de zijkantjes dicht-
stikt. Vervolgens wordt het kraagje aan-
gestikt, en overgezoomd. Nu het mouw
tje. Eerst stikt men weer den naad, en
werkt dezen af. De onderkant wordt inge-
rimpeld, 2 c.M. vanaf den naad te begin
nen.
Het manchetje wordt 22 c.M.
lang en 9 c.M. breed geknipt, in ruiten
doorgestikt, en aan het mouwtje beves
tigd, waarna men het aan den achter
kant overzoomt. Het mouwtje wordt in-
gestikt, zóó, dat de naad van het mouw
tje 3 c.M. meer naar voren komt dan de
zijnaad van het jurkje, waarna men de
rafels aan den achterkant weer weg
werkt met een boorlintje. Het ceintuur
tje knipt men 85 c.M. lang en 9 c.M.
breed. Het wordt evenals het kraagje
en de manchetjes doorgestikt, en dubbel
gelegd. Tot slot het dasje, hetwelk men
kan maken van dezelfde stof als het
jurkje, en waarin men aan de kanten
een smal zoompje maakt.
DINY.
Benoodigd: 3 lA el Manchester van 80
c.M. breedte, ZYi el voering, H el crème
tussor, 6 lichte knoopjes, 6 donkere
knoopen. Men maakt volgens de aange
geven maten het patroon van jas, mouw,
kraag en broek. Dan legt men het pa
troon op de stof en knipt het met één
c.M. naad uit, terwijl men bij jas en
broek onderaan nog 4 c,M, extra bij
knipt voor een zoom. Men begint met
het jasje. Hier worden eerst op de lijnen,
die op het patroon aangegeven staan, de
4 c.M. breede biezen, aan weerszijden
opgestikt, terwijl men dat gedeelte, waar
de ceintuur door moet, los laat. Op de
zelfde manier handelt men met de zak
ken, waar men eveneens de bovenste 4
c.M. van den zijkant niet opstikt. Dit ge
deelte maakt men later op de ceintuur
vast. Middenvoor rijgt men de 4 c.M. te
rugslag in. Dan stikt men zij- en schou
dernaadjes en strijkt deze eerst plat voor
ge het op gelijke wijze in elkaar gestikte
voeringjasje er in zet. Het spreekt van
zelf, dat men de naden van beide jasjes
op elkaar legt. Vervolgens rijgt men ook
den zoom in, zóó, dat ge het voeringjasje
middenvoor en onderaan tegen kunt zoo
men. Op gelijke wijze handelt men met
het mouwtje, terwijl men 't 22 c.M. lange
9 c.M. breede manchetje aanstikt, en aan
den achterkant overzoomt. De mouw
wordt zóó ingestikt, dat de naad van de
mouw 3 c.M, meer naar voren komt,
dan de zijnaad van het jasje, terwijl men
later de rafels wegwerkt door met de
voering van de mouw over te zoomen.
Voor het kraagje neemt men één laagje
stof, één laagje voering. Dit wordt langs
de buitenzijde gestikt, omgekeerd, en
door middel van een schuin biesje opge
stikt, en ovérgezoomd, zóó, dat het
kraagje midden voor precies tol elkaar
komt. De overige 2 c.M. van den overslag
worden tegen elkaar ingeslagen. De broek
is door de zakken en het split je nog iets
ingewikkelder. Ge begint met de zakken.
Voor iederen zak knipt men twee als op
de teekening aangegeven stukken voe
ring. Ter hoogte van de acculade stikt
men één stuk stof op, zóó, dat de goede
kanten van de stof op elkaar komen te
liggen. Dan kan de zak dichtgestikt wor
den, Aan den voorkant van het broekje
stikt men van de voornaad 6 c.M. dicht.
Voor het splitje wordt rechts een stukje
aangezet in den vorm als op de teeke
ning is aangegeven, terwijl men links een
dubbel stukje tegen zet voor de knoops-
gaatjes in te maken. Dan stikt men ook
de achternaad en de kruisnaad dicht. De
zijnaad stikt men op, met uitzondering
van de breedte van de zak. Onderaan
rijgt m encle breedte van de zoom om,
terwijl men bovenaan een omslag inrijgt.
Dan zet men het voeringbroekje op ge
lijke wijze in, als men- het jasje heeft in
gezet. Als aardige garneering maakt ge
op het pak een licht kraagje met man
chetjes. Dan nog een paar stevige bretel
les, en het geheel is voltooid.
DINY.
Dank zij.den korten rok, is 't moderne
schoeisel luxueuzer dan ooit te voren.
Niet alleen aan de avondschoentjes, maar
vooral ook aan de namiddag-schoenen
wordt buitengewoon veel zorg besteed.
Onze ill, geeft U daarvan eenige voor
beelden:
Ook de nieuwe muiltjes getuigen van
een ongekende weelde en worden ver
vaardigd van Iuxueuse zijde of satijn
en versierd met bloemen, lint, borduur
sel. en struisveeren.
Het allernieuwste is echter het muiltje,
dat geheel van opgeplakte veertjes is
vervaardigd en zoo mooi van vorm en
klein, dat men bij het aanschouwen er-
van onwillekeurig aan het verloren
muiltje van Asschepoester denkt.
MARGUERITE.
IIHI
lossing. De practische kant is, zooals
eigenlijk al half gezegd is, dat men weet
waar men die ''onontbeerlijke veiligheids^
spelden kan vinden- Er bestaan, zooal[
van alle voorwerpen, een heel groot aam
tal verschillende vormen. Een heel een
voudige is, dat men een vrij groote bee.)
nen ring neemt (middellijn ring 2 c.M£
daar 2 of 3 reepen lint aan bevestigt
van verschülende of van gelijke lengt^
die aan het eind ook weer voorzien zij<
van een klein' beenen ringetje, waaraal
de spelden komen te hangen.
o _o _0—O—0—-ó-
c*
Officieel is t Mei! Officieus roept de
kersenkoopman nog begin Juli: „Mei
kersen!" in elk geval is 't de vrucht
van den vroegen zomertijd en de cos-
tuumpjes van de jeugd behooren ermede
ia overeenstemming te zijn. Vandaar ze
ker, dat de vroolijke gekleurde cretonne-
jutken zoo in trek zijn. Onze illustratie
geeft U een drietal voorbeelden van der
gelijke jurken, welke smaakvol en tevens
gemakkelijk zelf te vervaardigen zijn.
No. 158 is een jurk voor meisjes van 8
tot 12 jaar. Het lijfje is recht en het
rokje aangerimpeld. Het geheel is gegar
neerd met kraag, manchetten en cein
tuur van effen stol in de lichtste tint van
het motief.
No. 159 is een smaakvol trois-pièces
costuum bestaande uit een cretonne
rokje, dat aan de voorzijde door eenige
platte plooien wordt verwijd, een wit
voile blouse in overhemdsmodel en een
cretonne vest. Een zijden das en lakcein
tuur in bijpassende kleur voltooien het
geheel.
Het cretonne kinderjurkje No. 160
heeft haar succes hoofdzakelijk te danken
aan den heerlijken grooten zak, welke
er van voren is opgestikt en een onmis
bare bergplaats voor speelgoed en lek
kers is. Behalve eenige ingestikte plooit
jes aan voor- en achterzijde is het jurkje
geheel recht. De garneering ervan be
staat uit kraag, manchetten en zak gar
neering van effen stof.
Aangezien een dergelijk jurkje het
aardigst staat wanneer het een beetje
kort is, raden wij onze lezeressen er een
broekje van dezelfde stof bij te maken.
MARGUERITE.
Deze hanger is een zeer practisch
voorwerp en kan tegelijk heel onprac
tisch zijn. Het niet practische ervan ligt
nogal voor de hand. Iedereen heeft nog
al eens een veiligheidsspeld noodig.
(Het is natuurlijk een hanger voor veilig
heidsspelden). Nu is het ontzettend ge
makkelijk, als men weet, in die kamer
is een speldenhanger aanwezig. Maar
wee dengene, wiens eigendom het is.
Den eersten tijd is het verdwijnen der
spelden niet erg merkbaar, maar na ver
loop van eenige weken ziet men tot zijn
schrik een duidelijk merkbaar slinken.
Langzaam maar zeker gaat het en als de
No. 1. Een Engelsch schoentje, werd
b.v, vervaardigd van wit geitenleer en
versierd met zwart appliqué werk en
zwarten hak.
No, 2. Een zeer moderne „Pump" van
zwart lakleder, welke met hagedissen-
leer is versierd.
No. 3. Toont U een riemschoentje van
zilvergrijs chêvreau-leer, dat met vlecht
werk in iets donkerder tint is afgewerkt.
No. 4, Zagen wij in beige lakleder uit
gevoerd, met hak en versiering van bijpas
send fantasie-leer.
No. 5. Geeft U het beeld van een rood
chêvreauschoentje met garneering van
echt slangenleer.
Een andere schoen van hetzelfde genre
was vervaardigd van zwart peau de suède
en versierd met zwart gevlekte kalfs-
huid. Dit laatste is evenals reptiliënleer
op 't oogenblik bijzonder en vogue, niet
alleen voor tasschen en schoenen, maar
ook ter garneering en vervaardiging van
hoeden en mantels vinden deze materia
len veel bijval.
Een nieuw snufje zijn schoentjes, welke
van wit hagedissen-leer zijn vervaardigd.
Dit leder is zoodanig gepolijst, dat men
het voor zilver zou aanzien. v -l. j
speldenhanger na eenige weken nog 2 a
3 spelden bezit, mag men heel blij zijn.
Deze laatste 2 of 3 blijven er dan ook
meestal trouw aanhangen. Niemand durft
ze meer weg te nemen, daar er dan
zeker de kans bestaat, dat de eigena
resse ervan een onderzoek zal instel
len. Het is jammer, dat het dikwijls zoo
gaat. Maar als nu allen zich zoon spel
denhanger aanschaften, zou dan het ge
vaar van het plunderen niet wat vermin
deren?
Dit lijkt mij werkelijk de eenige op-
De hanger op deze figuur is meer inge
wikkeld, Er bestaat een soort stramien
van heel dun karton, men zou haast
beter stevig papier kunnen zeggen. Dit
stramien wordt nu in den vorm geknipt
zooals op de teekening te zien is, het
welk vervolgens met kralen wordt be
werkt. Het is met twee verschillende
kleuren gewerkt. De kralen kan men in
kleine slrengeti koopen. Teekening B
geeft de bewerking op vergroote schaal.
Waar men kan zien, dat één rij 2 maal
gewerkt wordt, omdat bij de eerste
keer tusschen de twee kralen telken-
een opening blijft voor nog een kraal.
Het is heel eenvoudig werk en men kan
er zich niet mee vergissen. Alleen moet
men er voor zorgen, dat de kralen netjes
naast elkaar komen te liggen. Is het
stramien bewerkt, dan knipt men het
hr.t^ in vijven, twee aan twee, in ver
schillende lengte, alleen de middelste
is korter. Ze worden van onderen pun
tig afgemaakt en daarna van een beenen
ringetje voorzien. Van boven worden ze
aan den achterkant van het stramien
bevestigd, terwijl men ook aan den bo
vensten kant van het stramien een rin
getje of busje maakt, om de hanger op
te hangen. Een roode speldenhanger is
altijd erg frisch, b.v. met blauw voor het
patroontje^ Dan moet men er ook rood
lint bij nemen en er kleine driehoekjes
van blauw op werken, zooals op de tee
kening. Zooals van zelf spreekt, is men
bèelcmaal vrij in het kiezen der kleuren,
t Liefst zal men een kleur nemen in
overeenstemming met de kleur van de
kamer.
NELLY.
Prijzen der Patronen.
No. 161 Japon met vest 1.
No. 162 1.—
No. 163 0.75.
Venijn.
Schoenpoetser: Schoenen poetsen,
meneer?"
Nijdige mijnheer: „Nee".
Schoenpoetser: „U kunt Uw gezicht
er in spiegelen, als ik ze gepoetst heb".
Nijdige mijnheer: „Nee".
Schoenpoetser: „Nou, ongelijk kan ik
u eigenlijk niet geven".
Stille wenk.
„Mevrouw ik ben de pianostemmer",
„Ik heb je niet besteld, man".
„Neen, dal weet ik mevrouw, maar
de buren hebben gezegd, dat ik hier
moest zijn".
Als -er gasten komen, maken we al
tijd een beetje meer van het eten, een
extratje natuurlijk, en geven we de ta
fel een feestelijk aanzien. Dit laatste
wordt wel eens vergeten, en toch de
spijzen alleen doen het niet zoo goed.
Op de wit gedekte tafel behooren voor
al bloemen, bijvoorbeeld een wijde vaas
of bokaal, gevuld met donkerroode ro
zen, met lange slingers afhangend groen.
Roode of roze anjers leenen zich ook
bijzonder goed voor tafelversiering.
Van lathyrus staan alle kleuren door
elkaar heel mooi.
In den winter kunnen we nog een of
meer brandende lampjes op tafel plaat
sen of kandelaars met brandende kaar
sen. Allen zullen verrukt zijn over het
prachtige effect.
De ontbijttafel kan ook zo» gezellig
gemaakt worden, vooral tegenwoordig
met dat aardig gekleurde steengoed. U
kent wel van die gekleurde jampotjes, in
den vorm van een vrucht die staan toch
zoo goed. De ontbijtkoek in een lief
trommeltje, een flinke gekleurde melk
kan op de tafel, (Heusch de ontbijttafel
mag wel wat bont zijn). Dan bestaan er
van die vroolijke dekkleedjes met fris-
sche bloempatronen (beslist wasch- eu
chloorecht).
Op de ontbijttafel mogen ook vooral
geen bloemen ontbreken. Als we een
eigen tuintje hebben, kunnen we zelf
snijden (ik zou U toch altijd raden een
klein hoekje voor snijbloemen te hou
den); ook staat een bouquet boterbloe
men of een tuiltje boschviooltjcs op Uw
ontbijttafel allerliefst.
j .i£i>mo-iiSSlie- DINA.