ie.uil.lET DONDERDAG 14 JULI 1927 DERDE BLAD PAGINA 2 Een standbeeld omgerukt. NIEUWE RICHTING IN DE 5ANATORSUM- VERPLEGING TE BERG EN BOSCH DE WEGENBELASTING ER KAN NIET WORDEN VOLSTAAN MET EEN ZORGVULDIGE TOEPASSING VAN EEN RUST- EN WANDELKI IJR. t.a oefenperiode in een of andere werkzaamheid, die zooveel mogelijk met den eigenlijken arbeid van den patiënt overeenkom!. WIL DUITS OIIL AN D IJSLAND BEROOVEN Een vinnig antwoord uit Berlijn. treinbotsing IN OHIO. AL IS DE LEUGEN NOG ZOO SNEL HIJ DACHT GEMAKKELIJK ZIJN SLAG TE SLAAN. Maar werd bij het weghalen van den buit gesnapt. VRACHTAUTO DOOR LOCOMOTIEF GEGREPEN. De chauffeur uit den wagen geslingw d. 8090.scliade. HET GEHEiM VAN DEN ROGDEN MOLEN. DE SLA Gr DER LULDEN SPOREN. De viering in Vlaanderen. Onze Antwerpsche correspondent meldt d.d. tl Juli De viering van den Guldensporenslag, den feestdag der Vlamingen, werd gisteren reeds Ingezet met verschillende plechtigheden, geor ganiseerd door het Verbond der Katholieke jVlaamsche Wachten. Des morgens werd in de St. Paulus een H. Mis opgedragen, waarbij de eerw. pater Andries O.P. een preek hield over den Vlaamschen strijd en de plichten van den Katholieken Vlaming. Des avonds gaf dezelfde organisatie een schit terend geslaagd kunstfeest. Vandaag woei van alle openbare gebouwen de Belgische driekleur; op het stadhuis en van eenige particuliere woningen hing de Leeuwen vlag. In den namiddag gaf de bekende Viaamsche firma Gevaert aan zijn 2700 werklieden en familieleden in den Dierentuin een prachtig eoncert. Des avonds op alle pleinen concerten en hs- tooging. Daar de Vlamingen van verschillende schakeering nog altijd in twist leven, manifes teerden alleen de fronters. Hun optocht stond in het teeken der amnes tie. Hij was nog ^korter dan vorige jaren en huiten eenige spandoeken en enkele ridders te paard viel er in tegenstelling met vroeger geen enkele aardige groep of wagen in te bewon deren. De geestdriftige 11 Juli-betoogingen schijnen ook voor de Antwerpsche fronters voorbij. Onze Brusselsche correspondent meldt nog: De jaarlijksche Guldensporenfeesten zijn achter den rug. Overal in Vlaanderen waren zij op touw gezet, hetzij Zaterdag of Zondag, hetzij op 11 Juli zelf. Verschillende afzonderlijke vergaderingen en feesten, verschillend naar gelang van de po litieke overtuiging der vereenigingen en lichamen volgden op sommige plaatsen elkaar gedurende de drie dagen op. Ernstige inci denten hebben zich niet voorgedaan. Te Gent en elders werden de Fransche teksten van of- ficieéle aanplakbiljetten zwart, geverfd. Te Gent werd ook, gedurende den nacht, een ge- dengteeken van Raadsminister Mechelynck, die een groote rol in het anti-Vlaamsch gezind kamp heeft gespeeld, van zijn voetstuk gerukt. In den nacht van Zondag op Maandag, zijn na een Vlaamsch-extremistisch buurtfeest in een communistisch locaal in de Priemstraat, eenige betoogers, onder wie drie jonge meisjes en een vrouw met een kind van ee,n jaar of drie naar het politiecommissariaat gebracht. De viering had dus een uiterst kalm verloop en bestond uit buurtfeesten, beiaard-conoerten gelegenheids-vergaderingen, optochten, enz. Te Brugge voornamelijk, waar zich het gedenk- teeken Rreydel en De Coninck bevindt, had de viering een plechtig karakter, daar ook het gemeentebestuur er aan had medegewerkt. Vrijstelling van auto's uit handelsvoorraad. Een bericht in de „Temps" gewaagt van Duitsche aanspraken op IJsland. Het blad ziet verhand tusscben de aanwezigheid van den Duitschen gezant te Kopenhagen op IJsland en de separatistische neigingen der IJslanders, die zich van Denemarken willen afscheiden. Naar TVolff uit Berlijn seint is de Duitsche gezant te Kopenhagen~7nderdaad op reis en heeft hij o.a. ook IJsland bezocht. Het is echter zeer onwaarschijnlijk, dat Duitsche geleerden en Duitsche zakenmenscben de rijkdommen van IJsland zouden begeeren, want die rijkdommen bestaan in hoofdzaak in watervallen, en daarop willen de Engelscben .-".as legsen. Uit Toledo in den Amerikaanschen staat Ohio wordt gemeld, dat bij een botsing tus scben een passagiers- eu een goederentrein 11 personen zijn gedood. Een conducteur van den goederentrein lag geheel hegraven onder een der wagons, die met cement waren géi aden. Dezer dagen werden in het Sanatorium Berg en Bosch te Apeldoorn nieuwe afdeelingen in gebruik genomen voor de huisvesting van een 40-tal tuberculose-patienten, die voor nazorg in aanmerking komen. Hoewel dit aantal nog betrekkelijk gering is, moet de totstandkoming van deze nazorg-ko lonie toch als een feit van beteekenis worden aangemerkt, omdat hiermede een geheel nieu we waarde aan de Sanatoriumbehandeling wordt toegevoegd. En dit niet alleen omdat nu de gelegenheid bestaat de patiënten die daaraan behoefte hebban ook na de gewone kuur nog geTuimen tijd goed te verzorgen, maar ook omdat de organisatie van de nazorg kolonie ten nauwste verband houdt met een goede organisatie der arheidstherapie. Reeds vele jaren heeft men ingezien, dat eau Sanatorium, dat er naar streeft een zoo groot mogelijk herstel van validiteit te bereiken, niet kan volstaan met een zorgvuldige toepassing van een rust- en wandelkuur. De ervaring leerde, dat op deze wijze al te vaak onvoldoen de blijvende resultaten werden verkregen en leidde vanzelf tot de opvatting, dat de sana- toriumkuur niet volledig was zonder een oefen periode in een of andere werkzaamheid, die zoo veel mogelijk met het werk dat den patient hij zijn terugkeer in de maatschappij te wachten staat, overeenkomt. Dit beginsel van de at; beidskuur werd reeds voor 25 jaar in ons land ingevoerd door Dr. B. II. Vos te Hellendoorn, maar de krachtige ontwikkeling van de toe passing der arheidstherapie in de sanatoria voor Tbc-lijders in de nieuwe richting, waarin ook Berg en Bosch is gegaan, dateert eerst van de laatste jaren. Voor de toepassing van de arheidstherapie en de nazorg heeft men de beschikking over twee werkplaatsen, één voor de mannen en één voor de vrouwen. Beide werkplaatsen staan onder zeer bekwame artistieke leiding. Een groot deel van de patiënten vindt hier gelegenheid tot passend werk, maar ook op de terreinen en in de gebouwen vindt men hen bezig. Er wordt immers naar gestreefd zooveel mogelijk dat werk te verschaffen, dat het meest verband houdt met het beroep en den aanleg van den patient. Zoo ziet men dan ook de meest verschillende vormen van arheids therapie; houtbewerking, metaalbewerking, kleermaken, boekbinden, horlogemaken, riet- vlechten, tuinierqu, weven, riafia-verwerking, waschbehandeling, naaien enz. Principieel wordt hij den verkoop der arti kelen nooit gespeculeerd op den liefdadigheids zin van het publiek. De werkplaatsen Berg en Bosch staan ook bij den verkoop op een zuiver zakelijk standpunt, en zoeken hun afzet in de eerste plaats bij den handelaar, die al leen koopt, als hij betere waar voor aanneme- lijken prijs krijgt Met nadruk moet erop gewezen worden, dat tijdens de arbeidskuur de medische verzorging der patiënten met de grootste nauwgezetheid wordt voortgezet, omdat de ervaring getoond heeft dat juist in deze periode van hervatting der gewone bezigheden, bijzondere oplettend heid van d-en medicus noodig is. De organisatie der arheidstherapie in den vorm van een gewoon bedrijf, dat artikelen vervaardigt, gfootendeels bestemd voor den handel, bracht vanzelf de gelegenljeid voor ze keren vorm van nazorg, en wel de Kolonie nazorg. De behoefte daaraan heeft zich al zeer lang doen voelen, en is vooral in deze tij den van werkloosheid, nu zelfs een groot aan tal volwaardige arbeidskrachten niet in hup onderhoud kunnen voorzien nog grooter ge worden. Het eigenaardig chronisch karakter van de tuberculose brengt mede, dat hij de ernstige gevallen de reconvalescentie zeer langzaam gaat. Als deze ernstige patiënten na een zorg- vuldige soms zeer lange sanatoriumkuur ein delijk zoover zijn gekomen, dat zij 5 uur daags in bedaard tempo kunnen werken onder de gunstige omstandigheden die het Sanatorium biedt, zijn zij dikwijls nog niet geschikt om te rug te keeren in de maatschappij wijl ze geen voldoende gunstige arbeids- en levensverhou dingen vinden. De nazorg-kolonie van Berg en Bosch heeft als doel dergelijke patiënten te geven, wat zij noodig hebben. Reeds in 1925 werden enkele patiënten op deze wijze geholpen, en in 1926 werd de proef tot een 14-tal personen uitgebreid. De kolonisten volgen eten eigen leefregel, die hun door den dokter wordt voorgeschreven, en die naarmate de beterschap toeneemt, een steeds grootere mate van vrijheid toelaat. Er zijn er, die behalve de voorgeschreven middagrust van 1 uur, leven en werken als een normaal arbeider. Het verblijf in de nazorg-kolonie is in alle opzichten erop berekend een overgang te vor men van de sanatoriumkuur tot het gewone leven van den arbeider. De opname in de nazorg-kolonie is beperkt tot patiënten, die een kuur in het Sanatorium Berg en Bosch hebben doorgemaakt, en ge schiedt hij voorkeur in directe aansluiting daarmee, maar bovenal geldt als principe, dat alléén diegenen opgenomen worden, die de be doeling van de nazorg ten volle begrijpen, en gaarne in alle opzichten willen meewerken, die dus hart hebben voor de zaak. Dr. Bronk- horst wijst de nieuwelingen er altijd met allen nadruk op. dat de kolonisten de nazorg-kolonie als hun eigen zaak moeten beschouwen, en zelfs dus het hardst aau den opbouw moeten mee werken, niet alleen door met allen ijver te wer ken, maar ook door den goeden geest onder elkaar te bevorderen. De ervaringen van de proefperiode zijn in dit opzicht buitengewoon gunstig geweest. Ongetwijfeld verdient deze organisatie der arheidstherapie, en vooral de eerste Neder- landsche nazorg-kolonie die daaruit voort sproot, de bijzondere belangstelling, niet alleen van degenen, die zich meer in het hijzonder bezig houdan met de zorg voor tuberculoselij ders, maar ook van ieder ontwikkeld Neder lander, die meeleeft met het lijden van zijn medeburgers. "Want hier wordt een charita- tief-sociaal werk gedaan, dat hulpbehoevende tuberculoselijders onttrekt aan armoede en moreele ellende, en hun in een opwekkende gezonde omgeving oen leven van nuttigen ar beid verschaft, waardoor zij minstens een deel vaak zelfs hun geheele onderhoud kunnen ver dienen, en hen zoo weer tot blijmoedige flinke menschen maakt. HET GEBRUIK DER WAGENS TOCH GEOORLOOFD. Bij Kon. besluit is het volgende bepaald: Artikel 1. Aan fabrikanten van en hande laren in motorrijtuigen, die geen gebruik ma ken van de vrijstelling van belasting voor motorrijtuigen, gebezigd tot het doen van proefritten, verleend bij artikel 6, eerste lid letter b, der Wegenbelastingwet, wordt, on der de in dit besluit vermelde en de nader door Onzen Minister van Financiën vast te stellen voorwaarden en bepalingen, gedeelte lijke vrijstelling van wegenbelasting verleend voor de van hun handelsvoorraad deel uit makende motorrijtuigen, welke zij uitsluitend in de uitoefening van hun bedrijf van fabri kant of handelaar bezigen. Artikel 2. De in het vorige artikel bedoelde gedeeltelijke vrijstelling wordt verleend in dier voege, dat den fabrikant of handelaar wordt vergund met alle van zijn handelsvoor raad deel uitmakende motorijtuigen op den openbaren weg te rijden of te doen rijden, tegen betaling van belasting voor niet meer motorrijtuigen dan gelijktijdig op den open baren weg worden gebezigd. Artikel 3. In de door den fabrikant of han delaar in te leveren aangifte en in de na betaling van de volgens die aangifte verschul digde belasting uit te reiken belastingkaart wordt melding gemaakt van de in artikel 9, eerste lid, sub. Ie., der Motor- en Rijwielwet bedoelde kenteekens, volgens alle aan den fa brikant of handelaar uitgereikte nummerbe- wijzen, terwijl als verdere kenmerken, noo dig voor het vaststellen van de identiteit, alleen worden vernield het eigen gewicht en de soort der banden van het hoogst belaste van de motorrijtuigen, waarvoor de aangever de kaart wil doen dienen. De aldus afgegeven belastingkaart wordt gedurende haar geldigheidsduur voor de toe passing van artikel 15 der Wegenbelasting- wet ten aanzien van elk van den handels voorraad van den houder d,eel uitmakend motorrijtuig, waarvoor de belasting niet ho> ger is dan die van het in de kaart omschre ven motorrijtuig, als een geldig bewijs van betaling aangemerkt. Artikel 4. Aan dengene, die van de bij dit besluit verleende gedeeltelijke vrijstelling van belasting misbruik maakt of zich niet ge draagt naar de bij dit besluit of de door Onzen Minister van Financiën vastgestelde voorwaarden en bepalingen, kan door ge noemden Minister het recht op toepassing van die vrijstelling worden ontzegd. Onder den valscjien naam F. als koloniaal naar Indië. In de villa „Ten Vijver"» hij de Waterpartij in de Scheveningsche Boschjes, is in den nacht van Maandag op Dinsdag ingebroken. Eenige voorwerpen van weinig /waarde zijn medegeno men. De inbreker, had nog eemge_ voorwerpen klaar gezet, maar kon vermoedelijk niet meer dragen. Daar de villa reeds langen tijd onbe woond is, was er alle gelegenheid dit in den loop van den dag weg te halen. De politie, door den tuinman gewaarschuwd, was echter op haar hoede. Toen dan ook een man met een kar kwam en énkele tinnen bloembakken weghaalde, werd hij door eenige rechercheurs gearresteerd. Het bleek te zijn de 24-jarige P. v. Z., een goede bekende van de politie. Hij as m bewa ring gesteld. HIJ KWAM MET DEN SCHRIK VRIJ. Aan den spoorwegoverweg in de kom der ge meente Zevenbergen werd de vrachtauto van den heer van Gils, voerman te Klundert, door een losse locomotief gegrepen en geheel ver nield. De chauffeur werd uit den wagen ge slingerd en kwam met den schrik vrij. De losse locomotief was noch door den spoor weg wachter, noch door den chauffeur opgemerkt, daar juist een personentrein gepasseerd was. DE WARE F. BOFTE NOG. In 1919 trok een Nijmeegsch jongmenscb a'3 koloniaal naar de Oost, doch na eenigen tijd het leven in de tropen te hebben meegemaakt, had hij al spoedig berouw van zijn verbintenis en zijn verlangen naar het moederland werd steeds grooter. Daar hij echter eon remplasant niet kon be talen, begon hij zich slecht te gedragen in de hoop, op oneervolle wijze uit den dienst weg to komen. Hetegen dan ook gelukte. Weer in Hol land gearriveerd, kon hij geen betrekking krij gen, zootlat hij naar België toog, waar hij een baantje als buffetehef kreeg. Maar doordat hij een stapel borden liet vallen, kwam hij weer op straat te staan. Na diverse wederwaardigheden kwam hd weer in Nijmegen verzeild, waar hij op straat een militair zakboekje vond. Nog maar steeds werkloos rondloopend, vatte hij het plan op maar weer naar Indië te gaan. Daar hij echter wel begreep, dat hij hij het Indische leger toch niet meer zou worden aangenomen, maakte h'-J van het gevonden zakboekje gebruik om op den daarin vermelden naam F. een geboorte bewijs aan te vragen, alsmede een bewijs van Nederlanderschap en een van goed gedrag. Ge wapend met deze stukken toog hij naar de koloniale kazerne, waar hij een verbintenis tee- kende onder den naam F. Wederom werd hij uitgezonden en maakte ge durende anderhalf jaar het militaire leven in de tropen mee, waarin hij zich allesbehalve on berispelijk gedroeg. Op zekeren dag kwam het bedrog uit en werd hij ten tweede male terug gezonden. Voor het valschelijk teekenen van zijn ver bintenis had hij zich thans voor de rechtbank te Arnem te verantwoorden. -Het was de 26-ja- rige F. W„ thans chauffeur te Nijmegen. Verdachte bekende. Get. T. F., te Nijmegen, was degene, die het bewuste zakboekje had verloren en van wieus naam verdachte gebruik had gemaakt. Get. had zich al verwonderd, waarom hij nimmer meer voor herhalingsoefeningen onder de wapenen moest komen. Doch nu begreep hij het! Men dacht, dat hij in Indië zat! De officier van Justitie eisehte tegen verd., die al verschillende veroordeelingen achter den rug heeft, drie maanden gevangenisstraf. Uitspraak over 14 dagen. AUTO TE WATER. PAARD OP HOL. Dinsdag is te Amsterdam een personen auto dien men uit de garage aan de Keizers gracht had gereden, doordat men verzuimd had de handremmen vast te zette,u in het wa ter terecht gekomen. Persoonlijk werd nie mand getroffen. De auto, die door het reddingstoestel van de brandweer op het droge werd gebracht was min of meer ernstig beschadigd. Een jongetje gedood, een ander gewond doof het omslaan van den wagen. Dinsdag sloeg te Schinnen een paard op hol dat gespannen was voor een melkwagen, waar op behalve de melkknecht drie jongens gezeten waren. Op een gegeven oogenblik sloeg de wa gen om, met het treurig gevolg, dat een zoontje van A. S. een schedelbreuk bekwam en onmid dellijk dood was. Het zodhtje van J. N. lieP zware verwondingen op. Het derde jongetje als mede de knecht wisten bijtijds van den wagen te springen. De toestand van het zoontje van J. N. i3 naar omstandigheden redelijk. RIJNAAK TEGEN DE BRUG TE DOESBURG. BRANDEN. To Terborg Is de woning vap den heer Sale- mink- door onbekende oorzaak afgebrand. De bewoners konden zich met moeite over het dak redden. Niets werd gered. Alles was verzekerd. Men meldt ons uit Doesburg De brug heeft het door eeu aanvaring met een groote Duitscli®. Rijnaak lselijk te verduren gehad. Het huis]®» waarin de brug electrisch geopend en gesloten wordt, is geheel vernield; ook het electriscli bedrijf is verstoord. De schade naar schat ting 3000 zal door de Duisburgsche maat-» schappij vergoed worden. dooi DETECTIVE DUNN wiaar t Ëngelsch), 39.) Hij was nog zeer op z'n hoede of niemand hem bespiedde toon hij naar huis ging, maar hij ontdekte niets en redeneerde dan ook dat hij dat wel maar gedacht had. Immers toen hij met z'n auto in de buurt van Chalworth naar Londen wus gereden had hij ook niets verdachts ontmoet, dus meende hij, dat alles op 't oogen- biik voor hem er goed voor stond. Z'n sluwe aard dreef hem er niettemin toch toe, om niet rechtstreeks naar huis te rijden. Hij nam een grooten omweg tot Kings Gross met den ondergrondsche en toen naar Pic cadilly Circus met de Picadilly-Brompton lijn. Onderweg hield hij z'n geest bezig met z'n toestand eens nauwkeurig na te gaan, de balans eens op te maken, om zoo te zeggen. Ten eerste: Grisdale. Het was zoo zeker als goud, meende hij, dat deze geruimen tijd ge- vangenisbewoner zou zijn. In ieder geval wist hij niet, dat Dartnoll z'n ouwe compaguon Alf Blackstock was. Sam de Spin. Die lag met z'n schedelbreuk, veroorzaakt' door den slag met den stole met looden knop, tusscben leven en dood in 't hos pitaal. Mocht hij toch nog herstellen, dan werd hij dadelijk voor de rechtbank gevoerd, wegens den aanslag op dr. Julius Hardingham. Het was niet aan te nemen, dat hij zou bekennen, bij den diefstal in de Willows betrokken te zijn geweest. Zou hij 't doen, dan kon hij toch niet weten, welke rol Blackstock hij die poging tot diefstal yan 't servies, liad gespeeld. Jim de Potlikker. Jim was dood en met hem yiel dus geen rekening meer té houden. Diana Carew. Diana w^s er, zoover hij wist, leven erg aan toe als Sam de Spin. Veronder steld, dat zij er toch nog" bovenop zou komen, dan zou dat vrfor hem niet onrustbarend zijn Immers, nu Jim de Potlikker dood was, zou nooit iemand kunnen beweren, laat staan be wijzen, dat hij 'de aanstoker was van de verra derlijke daad, die Diana haast het leven kostte. En wat de andere vrouwen betrof. Had de detective Dewhurst gelijk, met te zeggen, dat een vrouw meestal de ergste vijand was, waar voor een schelm bevreesd moest zijn. Hij heeft 't niet ver mis, dacht Blackstock. Nu wat mij aangaat, ik heb maar één vrouw, die mijn vijandin is: Diana, maar die is hu on schadelijk. Ik ben nu niet bang voor de vijan din, maar voor de dwaze vrouw. De kleine Ivy Greenwood kan mij, zonder 't te willen, neel wat meer last veroorzaken, dan Diana Carew. Ontmoeten die twee elkaar en beginnen ze over «lij te spreken en de zaak uit te pluizen, dan komt de heele comedie aan 't licht. Maar ik heb m'n maatregelen ook hiervoor genomen en Ivy herhaaldelijk voor Diana gewaarschuwd. Zij scheen me toe alles te gelooven wat ik haar vertelde en daarom zal zij de eerste weken Diana wel niet gaan opzoeken. Tenzijer was altijd een „tenzij" hij Blackstocks berekeningen Ivy mocht hooren van 't ongeluk, dat Diana overkomen was en zij, uit genegenheid, haar een bezoek ging bren gen. Alles te zamen genomen, sprak Black stock tot zich zelf, zijn er nog heel wat risico's voor mij loopende, maar geen enkel onmiddellijk gevaar, tiet kwade ervan is, dat ieder risico 't andere met zich brengt, 't Lijkt wel een serie vuurwerk. Wanneer een vonk er één aansteekt gaat heel de rest ook aan den gang. Ik ben benieuwd, of 't met mij ook zoo ver zal komen. Enfin! Geen zorg voor den tijd! Hij begon spottend en zorgeloos te lachen, maar eensklaps hield die lach op, alsof z'n ze nuwen een plotselingen schok hadden gekregen Hij zag in 't verschiet, iets opdoemen, dat in de angstige verwarde stemming waarin hij ver keerde hem een rilling van vrees door de leden joeg. Het was iets dat slechts in de verte ver band hield met 't aannemen van de rol van Dartnoll's persoon en toch stond het door een zonderlingen samenloop van omstandigheden ermee in betrekking, Tot aan z'n laatste gesprek met Ivy Green- wood had hij niet meer aan de zaak willen den ken -en zich wijsgemaakt, dat deze begraven was en niet meer te voorschijn zou komen. Nu was hij daar niet meer zoo zeker van en het kwelde hem op 't oogenblik 't meest. Maar, dacht hij: 't geluk heeft me tot n® toe st®e^s ge diend; 't zal nog wel eenigen tijd zoo blijven. Hij was nu in zijn huurwoning in de Jermijn Straat aangekomen. Bij gevoelde zich erg afge mat, maar wist, dat hij n°S een paar flesschen champagne in voorraad had. Een fli®ke tell£ ervan zou hem wel opknappen, dacht hij, en met die gedachte snelde hij vlug de trap op. Hij vond twee brieven in z'n bus. Een ervan was van Laeey, zooals de enveloppe met fh ma naam aanduidde; de andere was geschreven door een dameshand en fijn gepaifumeerd. Blackstock opende eerst den brief van den advocaat. Hij luidde: „Waarde heer Dartnoll, ik zou gaarne wen- schen, dat u zoo spoedig mogelijk óp mijn kan toor kwam'. Ik heb een bezoek gehad van den detective-inspecteur Dewhurst, van Scotland Yard, voor een kwestie die ik met U verlang te bespreken. De inspecteur liet zich niet duidelijk uit maar ik kreeg den indruk dat t ging over de omstandigheden waaronder u uit de gevan genis werd ontslagen. Hij Wensehte met u een onderhoud te hebben op mijn kantoor, maar voor ik hieromtrent met hem afspreek, zou ik u gaarne zelf eerst eens spreken. Uw dienstvaardige, J. Lacey. Dewhurst weuscht ben onderhoud met mij, mompelde Blackstock. Die vervloekte Dewhurst! Maar 't komt er niet op aan, wat hij weiuscht, maar wat ik wensch. Zoo staat de zaak. Nee, dank u wel, meneer de detective-inspecteur Dewhurst. Hij smeet den brief op tafel en nam den an dere op. Hij bekeek het schrift der enveloppe maar treuzelde met openen. Waarom, wist bij zelf niet. Hij twijfelde er geen seconde aan, dat de brief van Esmé Lorrimer was. Vreemd vond hij 't nu, dat toen hij z'n balans in den trein zooeven opmaakte, hij ook niet aan Esmé Lorrimer had gedacht, want zeker zou hij ook met haar vroeger of later rekening moeten houden, tenzij hij voor den tijd zich uit de voeten had kunnen maken. Stomme Esmé! riep hij lachend uit. Eu toch was 't dom van mij, om met haar aan te spannen. Waarom heb ik den eersten tijd mij niet afgehouden van't vrouwvolk? Als ik t goed bedenk is Esmé 't eerste begin geweest van de gevaarlijke posities, waarin ik thans bijna zon der onderbreking verkeer. Dikwijls doet het onverwachte van 't geval iemand erin loopen. Wie zou nu, verduiveld! ooit gedacht hebben, dat zoo'n deftige pop uit de groote wereld op mij 'verliefd zou worden en mfprond den hols zou vallen? En hoe kon ik voorzien, dat die vervloekte dr. Hardingham door <lie liefde, jaloersch geworden, mij nu tracht te door gronden. Hij zonk in een stoel neer en z'n ongerijmde vroolijkheid was nu voorbij. Nog altijd hiel', hij den tweeden brief ongeopend in de hand Z'n lippen waren droog en z'n keel als ver schroeid. Het leek wel, of hij nog de heete lueh van den kelder met het smeltfornuis inademde, en de daar aanwezige schimmelachtige bitter- smakende stof proefde. Hij wierp ook dezen brief op de tafel, keek er eenige minuten verstrooid naar, brak toen de enveloppe open en ontvouwde den brief. Een verduiveld lang epistel, mompelde hij. Net als alle vrouwen; altijd moeten ze een omweg van minttens 'n half uur makeu, als ze ergens naar toe moeten. Ik veronderstel, dat ik iets sentimenteels te lezen zal krijgen. Ge dateerd van drie dagen terug! Ik had hem dus eigenlijk al eerder moeten zien, want ik bei geen drie dagen van hier weg geweest, 't Zou me niets verwonderen als die slimme deugniet Cheffins daar achter zat. Net iets voor hem. Ondanks z'n nieuwsgierigheid om te weten te komen wat Esmé had geschreven, kon Black stock toch niet nalaten, eerst eens nauwkeurig de enveloppe te bekijken, om te zien, of hij soms geopend was geweest. Hij kon echter niets hiervan ontdekken en met een ongeduldig: „Wat kan 't mij eigenlijk ook schelen!" begon hij den brief te lezen. „Lieve Frank," begon hij. Hm! mompelde hij, gewoonlijk was 't lief ste Frank. Maar ik vind 't best zoo. Een bewijs dat 't aikoelingsprocos i» begoanen. 0. De brief luidde als volgt: „Ik hen er van overtuigd dat je er niets vei- wonderd van zult staan te kijken, als ik je zes?» dat ik je den laatsten tijd niet meer begrijp» Wel erljen ik ten volle, dat ge een verschrikke- lijken tijd achter den rug hebt en geloof ik j®» op je woord, dat de ontberingen, die je hel» doorstaan, je gezondheid benadeeld en je zenu wen geschokt hebben, maar soms, beste Frank» ik kan je eigenlijk niet precies zeggen wat er in me omgaat wreede twijfelingen breng®® me in verwarring. Jc hebt me meer dan eep3 verzekerd, dat je tegenwoordige zwakke eu zie kelijke toestand voornamelijk te wijten is aan de behandeling, of nog erger, mishandeling die je van dr. Hardingham hebt ondergaan» Welnu! de dokter verklaart heslist, dat d® geheel en al een verkeerd idee van je is. Indie® je van me houdt, moet je doen wat ik je vraaS»^ den dokter eens ontmoeten en die kwestie tuS" schen jullie uitmaken. Van alle zijden spreek men met den grootsten lof over dr. Hardingha'® en prijst men hem, als 'n man van eerlijk karal^ ter, die buitengewoon menschlievend en vrie® delijk is. Wat jij hem toeschrijft is geheel 1 tegenstelling hiermede en moet een vergjssi' van je zijn. n Om 's Hemelswil! helder die zaak met h op. Ik vind 't treurig, dat zoo iets niet onm deilijk kan plaats hebben. Ik heb gelezen er verschrikkelijke-dingen op de buitenpla® te Chalworth zijn gebeurd. Ik hoop, dat J® J daar niet te veel opgewonden hebt en hei- gezondheid niet beinvloed heeft. Vervolgens kwamen er eenige teedere, '•c liefde zinnen. Blackstock, wierp na lezing, den briet weg. -it:. Hardingham ontmoeten? barstte hu Alsof ik zoo'n idioot zou zijn! Dank je lieve Esmé, daar komt niets van. Ik moet kruit droog houden. Ik zal haar eens 1 antwoorden en geen domme dingen meei c Hij begon aan een brief, die, zonder K®. compromitteeren, Esmé toch de overtiu- moest geven, dat wat zij voorstelde, beslis mogelijk was, j (Wordt vervolg®'''

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1927 | | pagina 10