DONDERDAG 6 OCTOBER 1927
DERDE BLAD
PAG!NA 3
EEN CONGRES VOOR MYSTIEK.
DE SFAANSCHE KONING NAAR
MAROKKO
HET WAPEN DER FASCISTEN
GOEDKOOPERE ELECTRISCHE
STROOM
MIJNBRAND IN SAKSEN
KLOPPARTIJ IN EEN PARLEMENT
APENNIJNSCHE INTERMEZZI
EEN TREINRAMP VOORKOMEN
INGEZONDEN.
UIT VLAARDINGEN
WEEK TER EERE VAN DEN H. JOANNES
VAN HET KRUIS TE BRUGGE.
De tentoonstelling.
(Van een bijzonderen correspondent.)
Brugge, 3 October 1927.
Twee honderd jaar, nadat hij werd heilig-
verklaard, ls de H. Joannes van het Kruis, de
glorievolle Hervormer van de Orde van Car
mel en met de H. Teresia wel de beroemdste
leeraar in het mystieke leven, juist op grond
van zijn verheven leer over de Mystiek, door
den Paus opgenomen in de rij der Kerkleeraren
als doctor mysticus.
Dat dit in de Orde van Carmel aanleiding is
geweest tot feestviering en tot hulde aan hun
grooten leeraar, spreekt vanzelf, maar niet
overal is die hulde uitgegroeid tot. een Congres,
als thans de Vlaamsche Provincie te Brugge
bij de Discalsen heeft georganiseerd. Het kan
slechts overtroffen worden door het groot Con
gres, dat in December in Spanje zal worden ge
houden en in schittering niet zal onderdoen
voor het Congres, enkele jaren geleden gehou
den ter eere van de H. Teresia ter gelegenheid
van het driehonderdjarig feest van hare Hei
ligverklaring.
Brugge is wel een stad voor dit congres.
Men komt er in, als in een andere wereld, een
wereld- van meer ideëele opvatting, van hooger
streven, van oog en oor voor alwat schoon is en
den mensck omhoog voert. Brugge, ook voor den
Carmel, vol heerlijke herinneringen, bewaart
er nog de resten van den ouden Carmel, waar
eens, nog in de dertiende eeuw. een H. Alber-
tus deelnam aan een Generaal Kapittel.waar
mannen regeerden als een Arnold de Bost,
wiens werken en brieven nog heden doen zien,
hoe daar de godsvrucht tot Maria verbonden
was met de beoefening van de humaniora en
de. theologie; waar anderen als de latere wij
bisschop van Utrecht, Joannes van Riet, schre
ven over den drievoudigen weg van het Mys
tieke leven, nog heden in de Stadsbibliotheek
bewaard; vanwaar in den tijd van de Holland-
scho Zending, tientallen Paters naar Nederland
trokken, om in de parochies van Brabant, Hol
land en Zeeland, het geloof te bewaren; dat
met Antwerpen de mannen leverde, die in Ne
derland weer het eerste Carmeüetenklooster
na de hervorming stichtten, te Eoxmeer,
maar terwijl dit -opbloeide ten gevolge van
nieuwe vervolgingen ten grónde ging.
Maar ging dit ten gronde, een ander, dat
der ongeschoeiden verrees en handhaafde de
oude traditie van den Carmel te Brugge en
weer is die Carmel een middelpunt van geeste
lijk leven en vindt vooral de Mystiek er heer
lijke beoefening en beminnaars. Ik noem onder
Velen pater Hieronymus van de Moeder Gods,
ln breeden kring bekend en geëerd als schrij
ver over de Mystiek van den Carmel, van de
gesckoeiden zoowel als van de ongeschoeiden,
den kunstzmnigen en talentvollen organisator
van dit Congres. Naast hem zien wij den pro
vinciaal der Vlaamsche pTovinelë, pater Coeïes-
tinus, die binnen enkele weken de tolk zal
zijn der Vlamingen bij de feesten van den H.
Joannes van het Kruis in Spanje, pater Tho
mas, eens hoogleeraar aan het groot-seminarie
van Brugge, na zijn Intrede in den Carmel
meerdere jaren provinciaal, die het Congres
met een welsprekend woord over „den Heilige
van den Carmel" zal openen. Met hem spreekt
pater Bruno van de Fransche provincie uit
Parijs. Uit de Waalsche provincie spreekt Don
derdag over de Mystiek des Heiligen; pater
Paschalis uit Brussel. De Nederlandsche pro
vincie der geschoeide Carmelieten is vertegen
woordigd door prof. dr. Titus Brandsma uit
Nijmegen, die Vrijdag spreekt over Maria in de
Mystiek van den H. Joannes van het Kruis en
In do plechtige Hoogmis van den sluitings-Zon-
dag de feestpreek zal houden. Van de Engelsche
Carmelieten is er de bekende figuur van pateT
Benedict Zimmerman, uit Londen, die twee
middagconferenties houdt.
Men zon zich echter van het Congres een ver
keerden indruk vormen, zoo men meende, dat
hier slechts Carmelieten samenkwamen om hun
Vader te eeren; naast hen hopen wij te hooren
den hekenden dom Ph. Chevalier vit de Abdij
van Solesmes over: „La Genese du Cantique
Spirituel", den niet minder vermaarden Dom.
Garrigou-Lagrange uit Rome over: La Spiritua-
lité de S. Jean de la Croix et la Théologie de St.
Thomas" en een tweeden avond over: La Puri
fication passive de la Foi". De rector van het
Prinselijk Begijnhof te Brugge, die ons reeds
zulk een belangrijk werk gaf over de H. Tere
sia als schrijfster, de abbé R. Hoornaert zal nog
spreken over: „S. Jean de la Croix, écrivain".
Pater Lebreton, S.J. professor aan het Institut
Catholique te Parijs behandelt: „La Mystique
néo-platonicienne et la mystique de S. Jean de
la Croix", terwijl de reeks der Fransche voor
drachten Zondagavond wordt gesloten door den
gevierden wijsgeer Jacques Maritain, eveneens
Professor van het Institut Catholique te Parijs,
die een conferentie houdt over het onderwerp:
"St. Jean de la Croix et le temps présent".
Is de reeks der Fransche voordrachten bij
zonder belangrijk, die der Vlaamsche geeft niet
minder belangrijke onderwerpen en sprekers.
Wij treffen er niet minder bekende schrijvers
ever Mystiek. Op de eerste plaats den Domini
caan pater Maes uit het klooster te Gent met
het onderwerp: „Waarom de H. Joannes van
het Kruis Kerkleeraar werd verklaard", den
beminnelijken secretaris van het Bisdom Brug
ge kanunnik Mahieu met: „De Grond van de
leering van den H. Joannes van het Kruis".
Een beeldend kunstenaar de Eerw. Heer Ham-
m-enecker zal er verder spreken over: „De
Mystiek en de Kunst", een dichter de Eerw.
heer dr. Eleba-ers van het College van Heren-
als over.' „De Poëzie van De Donkere Nacht",
eeu der schoonste werken van den H. Joannes
van het Kruis. Het is jammer, dat de populaire
volksredenaar de Capucijn pater Tillo verhin
derd is, Vrijdag zijn aangekondigde rede te
houden over: „de beteekenis van den H. Joan
nes van het Kruis tegenover het volk". Gelijk
reeds boven werd gezegd treedt Vrijdagavond
In zijn plaats prof. Brandsma O.Carm. uit Nij
megen op met een inleiding over Maria ln de
Mystiek van den Hervormer van de aloude
Orde der Broeders van Maria, te Brugge nog
van ouds bekend als de „Vrouwbroers". De pas
benoemde hoogleeraar aan de Universiteit van
Leuven Marnix Gijsen verrast wel met een
lezing over: „Do historische omgeving van den
H. Joannes van het Kruis". De reeks der
Vlaamsche laten we liever zeggen Nederland
sche voordrachten wordt gesloten door dom.
Ides bald van Outrijve van de Abdij der Bene-'
tijnen van Leuven, die den Heilige zal be
schouwen als vertegenwoordiger der Katholieke
Mystiek.
Grooter luister dan al deze sprekers gaf
echter aan het Congres de opening gisteren
avond door den 81-jarigen Bisschop van Brugge
Mgr. G. J. Waffelaert, door den eersten spre
ker van het Congres pater Bruno terecht ge
noemd den grooten promotor van de studie der
Mystiek in een tijd, toen daaraan nog niet werd
gedacht den fijnen kenner van Ruusbroec, den
geleerden schrijver van zoo menige verhande
ling over Mystiek in zijn beroemde „Collatio-
nes Brugens-es". Het was een eenvoudig woord
van inleiding, dat de Bisschop sprak. Hij wilde
op dit congres liever leerling dan leeraar zijn,
maar hij kon niet nalaten zijn vreugde uit te
spreken over het feit, dat ln dezen tijd een
drang naar Mystiek, d.i. naar vereeniging met
God zich openbaart.
Het congres wordt gehouden in de Concert
zaal in de St. Jacobstraat. Het is een goede
gedachte geweest, in die anders toch wat koude
zaai en kleine tentoonstelling te organiseeren
van beeldhouw- en schilderwerk en daarmede
het auditorium te verplaatsen in een sfeer,
waarin reeds de H. Joannes leeft. Murillo
heeft er de eereplaats en, laten we het dadelijk
zeggen, al hangt er veel van allerlei meesters,
hij wordt er niet overtroffen. Het schilderij,
dat van hem voor in de zaal tusschen palmen
is opgehangen is van het Engelsch klooster
te Brugge. De H. Joannes ligt er in stille be
schouwing voor het kruis en heel eenvoudig
en ongekunsteld klemt hij het kruis in zijn
armen en drukt het aan zijn hart. De leliën op
de tafel aan de voeten van bet krui®, dat hij
beschouwt, zeggen mij, dat hij de vrucht der
omhelzing en Goddelijke schouwing door zijn
zuiverheid en zijn onthouding verkreeg. Zijn
boeken liggen op den grond. Ontbreken moch
ten ze niet, die heerlijke werken, maar voor
den begenadigden schouwer hebben ze weinig
waarde, nu hij in hooger licht mag staren, uit
rijker bron mag putten.
Een wijle geboeid door dit mooie schilderij,
laten we den blik door de zaal gaan en ont
moeten aan weerszijden van het doek twee
tusschen palmen forsch omhoog rijzende beel
den, een wit, een in kleur, beide den Heilige
gevend in de omarming van een hoog opstaand
krnis. Het mogen geen kunstwerken zijn van
zeer hooge waarde, ze spreken en doen den
Heilige voor ons leven. In het midden is ter
zijde een groot -verguld reliekschrijn opgesteld,
niet mooi als houtsnijwerk, niet mooi door het
al te effen en glinsterend verguldsel, maar toch
tusschen het groen een weinig verscholen een
hulde aan het gebeente des Heiligen, wiens
figuur daardoor alweder nader tot ons wordt
gebracht. Veel beter is het groote uitgesneden
bouten bord, boven het reliekschrijn opgehan
gen, dat den Heilige geeft tusschen twee Enge
len en duidt op zijn omgordiog door hen, beeld
van zijn reinheid.
Het is niet mogelijk, alle schilderingen, etsen,
teekeningen en gravures te bespreken. Het
spreekt wel vanzelf, dat bet kruis er in de
uitbeelding een voorname plaats inneemt: We
zien het kruis, hem tegenstralend uit de wol
ken, we zien het ook als den achtergrond van
zijn geheele figuur. Hier heeft hij het in zijn
handen, daar omarmt hij het voorwerp zijner
liefde, dan drukt hij het aan zijn hart, dan
weder is het hem een voorwerp van innige
beschouwing. Een laat hem de boeken sluiten
om in het kruis nog het eenige boek zijner
leering te vinden, een ander duwt hem het
kruis in de vuist als prediker van de glorie
des kruises, een derde laat c-ns het kruis zien
als een stempel in zijn hart gedrukt. Op tneer
dan een schilderij verschijnt Christus om hem
het kruis voor te houden als onderpand Zijner
liefde, op een ander leidt de Moeder van Car
mel haar kind en broeder tot het Kruis van
haar Zoon.
Aandacht trekken A. Joostens met een schil
derij uit het jaar 1869, dat niet slecht is van
kleur, maar toch slap van lijn en opvatting
moet worden genoemd, C. Stevens met een uit
het jaar 1841, dat na dat van Murillo wel
het beste zal zijn, maar daarmee toch niet te
vergelijken valt, A. J. Meganck met een wat
zoetelijk schilderij uit de kerk der Carmeli-
tessen te Brussel, eindelijk C. Blondeel met
een merkwaardig doek uit het jaar 1859, oud
dus reeds en toch in opvatting en uitvoering
niet vreemd aan het werk van modernen als
Wiegman. Nog zijn er mooie gravures. Heel
mooi is een oude vrij groote van C. Gaile. Ook
ontbreekt bet niet aan goede teekeningen van
modernen. Twee van Van der Smissen uit het
jaar 1927, een de opgang tot, het kruis, de
andere een verzinking in de beschouwing,
spreken fel, haast te fel aan, maar zijn wat ai
te zeer aan de realiteit onttrokken. Gradom
heeft er een blijmoediger kop van den Heilige,
een andere van denzelfden is op de reclame
platen afgedrukt. Het zijn stoere ferme kop
pen maar ze kunnen toch niet halen bij de
mooie gravure van Demarteau, waarvan een
heel mooi exemplaar met het pendant van de
H. Theresia in de zaal hangt. Dit blijft nog
steeds het beste borstbeeld van den Heilige,
al wil de moderne kunst iets anders nog en
beters.
De proeven, welke hier hangen beloven, maar
geven het gezochte nu nog niet. Het beste van
alle lijken nog de teekeningen van W. Aerts,
vooral een ldeln, naar ik van hem hoor, geïnspi
reerd door een oud paneeltje in een biechtstoel
der Paterskerk, dat moeilijk naar de tentoon
stelling kon worden overgebracht. Het geeft
den H. Joannes weer in zoete beschouwing van
een eenvoudig houten kruis en is toch niet zoe
telijk in zijn uitdrukking. De teekening van J.
de Coster is wel mooi in haar opvatting van
den.Heilige zittend in den tuin, het oog ontto
gen aan het meditatieboek en tot hooger schou
wing opgevoerd, maar de uitvoering is al te
primitief om een waren schoonheidsin druk te
geven en te doen medevoelen, wat de schilder
heeft willen uitdrukken. Ik zwijg van enkele
schilderingen, welke de zoo hoog geroemde
beminnelijkheid van den Heilige wat al te veel
geweld aandoen. We behoeven de wereld niet
bang te maken van onze Hieligen.
Gelukkig overheerschen de beelden en schil
deringen, welke St. Joannes van het Kruis in
grooter glorie doen schitteren, zoodat niet
slechts het Congres, maar ook de tentoonstel
ling een heerlijke hulde is aan den Doctor
Twee kruisers en een drietal andere Spaan-
sche schepen zijn Dinsdag te Algesiras aange
komen, om den koning op zijn reis tot Ceuta te
vergezellen.
Men verwacht, dat Fransche, Engelsche en
Amerikaansche torpedojagers aan het escorte
zuilen deelnemen.
Van waar is het symbool der liktoren gard
afkomstig?
Men schrijft ons uit Rome:
Velen zullen zich afvragen, van waar het
symbool, dat de fascistische regeering tot haar
wapen verhief, wel afkomstig mag zijn.
Vele geleerden hebben verklaard, dat de
„Fascio", het symbool van de gerechtigheid bij
de oude Etrusken geweest is, en voerden het
bewijs biervoor aan uit opgravingen in het an
tieke Vetulonia, in Etrurië. Daar zou men een
z.g. liktorengraf ontdekt hebben, waarin de
resten van een bundel roeden met een daar-
uitstekend Btuk ijzer lagen.
Daarentegen verklaarde de onlangs overle
den .Italiaansche geleerde in de klassieke we
tenschappen, prof. Luigi Ceci, dat het symbool
van do liktorengard van zuiver oud-Romein-
schen oorsprong is. Zeker hebben de Etruskers
Iets dergelijks gehad, maar er bestaat 'n groot
onderscheid tusschen dit en het oud-Ro-
meinsche.
Wanneer de Etrusken dezelfde liktorengard
hadden gehad, zou men hiervan althans in de
andere, oude Etruskensteden zooals Tarquina,
Pisa en Volterra een of ander overblijfsel moe
ten vinden, evenals in het verspreidingsgebied
van de Etrusken in klein-Azië en bij de Egeï-
sche Zee. Dit is echter niet het geval en de
vondst in de doodenstad van Vetulonia is eenig
in baar soort gebleven.
Als historisch feit herinnert prof. Ceci er
aan, dat de doodstraf bij de oude Romeinen
met het zwaard in de liktorengartl voltrokken
werd. Nog ouder is de lezing, dat de doodstraf
volvoerd werd door een slag met den roeden-
bundel zelf, want aanvankelijk werd de bijl
alleen bij den godsdienst, bij het slachten van
offerdieren gebruikt. Van hier is de oude naam
liktor (gerechtsdienaar) afkomstig.
In elk geval is echter de liktorengard zoo
wel bij de Etrusken als vooral bij de Romeinen
het symbool van de opperste gerechtigheid ge
weest, hetgeen evenwel eerst de Romeinen en
pas na hen de Etrusken ingevoerd zouden
hebben.
STEEDS SNELLER POSTVERVOER.
De vliegmachine helpt
De behoefte om het handelsverkeer döbr ge
combineerd werken van stoomschip en vlieg
tuig te versnellen, «heeft er toe geleid, dat ook
de Canadian Pacific een dergelijken dienst
heeft ingericht. Dezer dagen werden daarmede
de eerste proeven genomen. Een vliegmachine
van de koninklijke Canadeesche luchtmacht
haalde de mail van de „Empress of Australia"
af en bracht deze naar Toronto, vanwaar zij
eveneens per luchtpost naar de andere groote
plaatsen van Canada werd gebracht. Voor
Toronto, Montreal en Winnipeg werd aldus
een bespoediging van de mailbestelling uit Eu
ropa met van 12 tot 24 uur verkregen.
Kostbare plannen in Engeland
Gelijk men weet, is men reeds lang doende,
groote plannen uit te weTken voor de centra
lisatie der electriciteitsvoorziening in Z.O.
Engeland, teneinde daardoor goedkooper elec-
trisehen stroom te kunnen leveren.
Volgens de nieuwe plannen, die betrekking
hebben o-p een gebied van bijna 9000 vierkante
mijlen, zal bet aantal electrische kracht
stations van 135 op 27 en later op 18 worden
teruggebracht. De andere stations zullen in
transformatorenstations worden omgebouwd.'
Deze wijzigingen zullen een uitgave vorde
ren van niet minder dan 12.300.000 pond ster
ling. Buiten deze som zal de „London and Home
Counties Joint Electrical Authority" nog 2
millioen pond uitgeven voor tweede trans-
missielijnen.
Daartegenover staat, dat er 5 millioen pond
bespaard zal worden in vijf jaren tijds (1929
1934) en dat de jaarlijksohe besparing tot 1%
millioen zal stijgen.
Een plan voor centraal Schotland verkeert
reeds in het eerste Btadium van uitvoering.
In November hoopt men dat de plannen voor
de Midlands gereed zijn, welke in de eerste
maanden van het volgend jaar zullen gevolgd
worden door voorstellen voor de industrieele
districten Yorkshire en Lancashire.
Daarna komen aan de beurt de plannen voor.
Zuid-Wales, Norfolk en Suffolk, de Noord-
Oostkust, Noord-Wales en het overige deel van
Schotland.
In 1940 zullen alle plannen verwezenlijkt
zijn en zullen de voedingslijnen langs alle
landwegen of over de heuvels loopen en naai
de verst afgelegen landelijke districten voeren
en het heele land met een net van lijnen voor
goedkoope stroomlevering bedekken.
In Londen zullen ondergrondsche kabels
worden gebruikt; buiten Londen boven-
grondsche. Deze laatste zullen onder een span
ning staan van 132.000 volts.
Men verwacht, dat het verbruik van elec-
triciteit, dat thans ongeveer 112 eenheden per
hoofd bedraagt, tot 265 eenheden in 1933 en
426 eenheden in 1940 zaI stijgen.
Van 2.2 pence per eenheid zou de gemiddel
de prijs tot 1(4 pence dalen.
Twee mijnwerkers door rook gestikt.
Wolff seint ons uit Bauzeu d.d. gisteren:
In de bruibkoolontginning oiba ln Klein-
Sauhernitz zijn 2 mijnwerkers bij een mijn-
brand door verstikking om het leven gekomen.
Uit Danzig wordt gemeld, dat het gisteren
in de zitting van den volksdag tot rumoerige
tooneelen is gekomen, toen de Duitsch natio.-
nale afgevaardigde dr. Wumbke een voorstel
der socialisten bestreed.
De communistische afgevaardigde Lisch-
newski gaf den spreker een klap, zoodat hij
van het spreekgestoelte tuimelde.
Afgevaardigden van de Duitsch nationale
fractie schoten te hulp en het scheen een
oogenblik alsof bet tot een handgemeen tus
schen communisten en Dnitsche nationalen
zou komen. De overige afgevaardigden wisten
de partijen echter te schelden.
Lischnewski is wegens zijn onbehoorlijk op
treden voor een dag van de zitting uitgesloten,
terwijl de Duitsch nationalen een voorstel heb
ben ingediend, om hem strafrechterlijk te doen
vervolgen, -
GEVOELIGE JOURNALISTIEK.
(Van onzen H-correspondent.)
Rome, 29 September 1927.
Een „gemengd berichtje" maken is heel ge
makkelijk. Maar een gevoelig stukje te schrij
ven over gebeurtenissen, die hoe treurig ook,
bijna dagelijks plaats vinden en daarom het
gros der lezers niet interesseeren, dkt is een
kunst.
Man overreden. Vrouw verbrand. Jongen on
der de tram. Meisje ontvlucht. Ai die mede-
deelingen slaat men meestal eenvoudig over,
omdat het toch allemaal op hetzelfde neer
komt. Derhalve is het een buitengewoon moei
lijke taak, om in de van deze bronnen drin
kende journalistiek wat kleur te brengen.
Hier op de Apennijnen zijn de krantenmen-
schen ware meesters in het vak.
Ze zijn in staat drie kolommen te vullen
met een eenigermate sensationeel voorval in
bet dagelijksche leven onder dezen Zuidelijken
hemel.
Zooals van den verontwaardigden man, die
door zijn eigen barbier z'n eigen vrouw liet
milimeteren, wijl ze het gewaagd had, ondanks
een herhaald verbod, heur lokken tot een page
haardos te laten omknippen.
Of van de waarzegster, die door verontwaar
digde cliënten met stokken werd afgerost
wegens het ergerlijke feit, dat ze de waarheid
niet had gezegd.
Of van het meisje, hetwelk een sexegenoot
den verloofde ontfutseld had en dies door de
broeders der verlatene met messen zoodanig
in het aangezicht werd bewerkt, dat haar
schoonheid absoluut verdwenen was.
Over zulke sensaties is het gemakkelijk veel
te schrijven. Ieder verslindt de daó.r aan ge
wijde pennevruchten.
Maar de Apennijnsche journalisten weten
ook van minder schokkende gegevens iets te.
„draaien", zooals het in vaktermen wordt ge
noemd.
„II Messagero" vertelde onlangs in de vol
gende bewoordingen, hoe een kind uit een
dakgoot viel:
De lieve en mooie kindertjes fladderden als
vlinders heen en weer over het terras van
het huis no. 180 aan de Via Principe Umberto
op den hoek van de Via Oappellini.
Ze speelden met een bal. Die door het ééne
handje werd geworpen, door het andere ge
vangen.
Een kreet van vreugde, een kreet van ver
rassing.
Plotseling een algemeene schrik. De kleine
globe van rubber, door één der kleine speler
tjes te hard geworpen, was over den rand
van het dak verdwenen
Een kind, de eigenaar, begon te weenen. De
anderen keken bedroefd, nu de hal weg was,
konden ze ook het heerlijke spel als geëindigd
beschouwen.
Waarom geëindigd? Ik ga den bal halen!
Ju, en hoe doe je dat Kareltje?
Ik zal het jullie laten zien!
Die dit zei en de dappere daad wilde ver
richten, was de kleine Carlo Angelosanto, een
engeltje van acht jaar, wonende in de Via
Principe Umberto 210.
Zijn makkertjes klapten blijde in de handjes
en Kareltje klom over den rand van het ter
ras.
Met jeugdige vlugheid zat hij in de dak
goot Hij riep vroolijk iets naar de in spanning
wachtende kleinen.
Toen gebeurde de huiveringwekkende ramp.
Om de plaats te bereiken, waar de bal gevallen
was, bukte Kareltje zich te ver naar voren.
De vriendjes zagen hem oreens niet meer,
maar hoorden het geluid van brekend glas.
In hun kleine hersens droog plotseling het
vreeselüke door. Ze vluchtten bleek en bevend
van het terras.
Het was gisterenmiddag te half drie.
Een soldaat van de fascistische militie, die
in de Via Cappellini liep. werd vanuit een
werkplaats geroepen. Een aantal menschen
stond er weeklagend geschaard rond het reeds
levenlooze lichaam van den kleinen Carlo
Angelosanto, dat daar lag in een zee van
bloed.
De kleine engel was van een hoogte van
vijf-en-twintig meter door een lantaarn ge
vallen. Een moedige daad had hem het leven
gekost
Het moet worden erkend, dat de geschiede
nis op zich zelf al treurig was. Daarom is het
volgends verhaal een beter staaltje van jour*
nalistiek kunnen. Het gaat over een vader,
die zijn kind een schop had gegeven tegen de
borst. Ongetwijfeld een ergerlijke handelwijze.
De journalist zette dan ook „Beestachtige
wreedheid van een vader" Doven zijn bericht
van een halven kolom. Daaronder begon hij:
In de grijze, eentonige triestheid van het
leven is een oase van schoonheid, een vreug-
dige veelheid van blü licht: de kinderen.
Men behoeft niet de ziel van een dlchtc-r
te bezitten, nóch het'liefhebbende hart va.n een
moeder, om zich nederig en goed te voelen
tegenover het lachende wonder dezer kleins
wezens, die met klare oogjes de wereld In
kijken.
Het is genoeg, op menscheUjkheid te kun
nen bogen, om van kinderen te houden. Elk
kind is immers Met levende pand van een
heilig contract en het hoogttpunt in ons be
staan.
Dit alles echter schijnt een zekeren Tobia
Romani, oud 44 jaar, totaal onbekend te zijn.
Hij heeft zich beestachtiger getoond dan eei
beest.
Het is beter, dat de lezer in Nederland bet
proza van den man van „II Giornale dTtalia'
niet verder volgt.
Hij zou zich de vuisten ballen, meelevend
den toorn van den schrijver, zich vereenigend
met de regels vol verachting, welke die zekere
Tobia Romani aan zijn adres zag neergeschre
ven
Dat is niet noodig.
Het was Immers alleen om gevoelige jour
nalistiek te doen.
Daink zij den machinist.
Van den exprestrein AberdeenLonden, ge
trokken door twee locomotieven, zijn in het
duister van den nacht één locomotief en vier
rijtuigen ontspoord op een 150 voet hoog via
duct nabij Stonehaven (Kinearstineshire).
Had de machinist van den tweede locomo
tief niet bijtijds gemerkt, dat er iets niet in
orde was en niet langzaam en voorzichtig ge
remd, dan zou een vreeselijk ongeluk niet te
vermijden zijn geweest. Nu bleef het ongeval
beperkt tot beschadiging van het viaduct.
Zes uren lang moest de trein die om 7.50 uur
's avonds van Aberdeen vertrokken was en
den volgenden dag om 8 uur 's morgens te
Euston moest aankomen, blijven staan en hij
arriveerde eerst 's middags om 3 uur 16 te
Euston,
(Buiten verantwoordelijkheid der redactie)
Rotterdam, 5 October 1S27.
Geachte Redactie,
Zoo juist het ingezonden stuk lezend over ons
trampersoneel, besloot ik ook mijn pen ter
hand te neme». Vooreerst sympathiseer ik vol
komen met den schrijver om dergelijke figuren
er uit te zetten. Gisteren toevallig gebeurde het
op lijn 11. Ik kwam uit de stad en op den N.
Binnenweg moesten twee hoogbejaarde juffers
er uit. De conducteur ging eerst naar buiten
teneinde ze te helpen, maar alvorens dit
ta doen, riep hij naar zijn niet veel meer be
schaafden collega van het bij wagentje: „Daar
komen de meisjes". Meerdere passagiers ston
den met mij op het achterbrtlcon, die ook ouder
waren dan ik, vandaar dat ik vond, dat het niet
aan mij was hierover nu te spreken. Maar toen
ik eraf moest was er nog niets gezegd. Eenige
trams later ga ik weer met 11 de stad in en
tref denzelfden conducteur en nu alleen. Direct
onderhield ik hem over het bovenstaande, dat het
tegenover deze juffers hoogst ongepast, onbe
schaafd en onopgevoed was. Waarop de man
nog waagde te lachen en te zeggen: „Dus U
hebt hongezellig gevonden". Voorts zeide ik,
dat dat knipoogjes geven tegen de passagiers
niet te pas kwam. Onlangs op lijn 10, Waar ik
een kerel trof, die het over godsdienst had. Zoo
beweerde hij: „Dat hij zich schaamde een Room-
sche moeder te hebben gehad en dat als je Bar-
tolemeus Greeve hoorde, je duidelijk vernam,
dat hij (B. de Greeve) absoluut tegen de Room-
sche kerk was". Mijn halte was gekomen, maar
ik heb hem gezegd eens naar iemand te gaan die
zedelijk en geestelijk hooger staat dan hij.
Is bet een en het ander geen kaakslag voor
het corps trampersoneel? Zal het nu weer bij
schrijven blijven? of zal ieder die van nu af
eenige gegronde grief heeft tegen zoo'n man,
het de directie der R.E.T.M. kenbaar maken
om zoodoende dergelijke individuen te ver
wijderen. Ik hoop het.
U dankend, indien U voor 't bovenstaande
een plaats geeft, verblijf ik,
D. F. VAN ENTHOVEN.
GEVANGENEN EN BOEKEN.
Door toevallige omstandigheden kwam ik
dezer dagen in kennis met den WelEerw. Pa
ter Schoenmakers, aalmoezenier der strafge
vangenis te Rotterdam. En Pater Schoen
makers die zich onder meer ten gerieve van
de gevangenen belastte met dé vorming en
onderhouding eener bibliotheek, maakt van
Iedere kennismaking gebruik om zijn biblio
theek uit te breiden door n.l. den nieuwen ken
nis te verzoeken zijn boekenkast eens na te
zien of er ook wat uit te missen is.
Boeken, oude of nieuwe, ontspanning, ge
wijde of studielectuur, oude jaargangen van
tijdschriften, annalen enz., gebonden of niet,
wordt in dank aanvaard.
Gaarne wil ik Pater Schoenmakers dit ge
noegen doen, doch waar één boekenkast niet
veel kan oplzveren, kwam ik op de gedachte
het verzoek van den Pater in ruimeren kring
te herhalen om zoodoende onzen gevangenis
aalmoezenier met een ruime aanvulling voor
zijn bibliotheek te verrassen.
Katholieken, wilt gij na dit stukje te heb
ben gelezen ook Uw boekenkast eens nazien
en al datgene wat ge missen kunt, afstaan
voor meergenoemde bibliotheek? Gaarne ver
wacht ik Uw pakketten op onderstaand adres,
indien U mij wilt opbellen (3220) ben ik
gaarne genegen een en ander aan Uw woning
te doen afhalen.
U bij voorbaat beleefd dankend,
M. VAN STAPELE,
23 Korte Hoogstraat, Rotterdam.
NIJVERHEIDSAVONDSCHOOL.
In het groote aantal leerlingen van de 2e
en de 5e klasse der Nijverheidsavondschool
hebben B. en W. aanleiding gevonden, den
Minister van O. K. en W. te vragen, te willen
goedkeuren, een splitsing van de 2e klasse in
3 en van de 5e klasse in 2 parallelklassen. Als
gevolg van deze splitsingen zal noodig zijn
een meerdere uitgaaf aan salarissen, voor
1927 tot een bedrag groot 770, voor het jaar
1928 tot een bedrag groot 1600.
Omtrent het verhoogen van de Rijkssubsi
die met 70 pet. van deze bedragen is reeds met
de Inspectie van het Nijverheidsonderwijs oveT-
leg gepleegd.
B. en W. stellen den Raad voor onder voor
behoud van het verkrijgen van de goedkeuring
van den Minister overeenkomstig bovenstaan
de te besluiten.
VISSCHERIJ.
Alhier binnengekomen van de haringvisr
scherij: VL 160, Th. de Graaf met 10 last;
VL 204 A. v. d. Zwan met 36 last; VL 61, H.
de Jong, met 27 last; VL 128 A. Zuurmond,
met 16 last; VL 211 J. Bos met 32 last en heeft
reeds 8 last versche haring te IJmuiden gelost
en verkocht.
Betaald werd voor: Volle haring J 20.2J—
ƒ22,50; Yle haring ƒ21 per kantje.
DE A.S. RAADSVERGADERING.
Bij den Raad dezer gemeente ls ingekomen:]
1. Voorstel van B. en W. om. in de vacature
ontstaan door de aftreding van den heer F. J.
A. J. M. IJzermans als lid van den gemeente
raad in het bestuur der R. K. bouwvereeni-
ging „Ons Ideaal" te benoemen als gemeente
lijke vertegenwoordiger de heer W. F. J. Reij,
lid van den Gemeenteraad.
2. Aanbieding van B. en W. ter vervulling
van de vacature van lid der Commissie tot
Wering van Schoolverzuim, ontstaan door
het bedanken van den heer J. A. Zurlolie, van
de volgende aanbeveling. 1. H. J. de Vette; 2.
O. J. Kohnen.
3. Te benoemen tot voorzitter der commissie
van advies voor de werkloosheidsverzekering
den heer A. v. Rijn, wethouder alhier.
4. Voorstel van B. en W. inzake uitbreiding
van het net der Licht- en Waterbedrijven in
Vlaard. Ambacht. De kosten hiervan zullen be
dragen ƒ1510.
5. Voordracht van B. en W. ter vervulling
van de vacature aan de school voor buitenge
woon L. O. 1. Mej. M. v. Heijst, alhier; 2. MeJ.
G. Scheffener, Hilversum; 3. Mej. G. J. M.
Sander, Empe, gem. Voorst.
VER. TOT BESTRIJDING DER
TUBERCULOSE.
In de gehouden vergadering van bovenge
noemde vereeniging is tot voorzitter gekozen
de heer H. v. Toor en tot geneesheer van het
consultatiebureau Dr. E. J. Linzer.