DONDERDAG 6 OCTOBER 1927 DERDE BLAD PAG!NA 3 EEN CONGRES VOOR MYSTIEK. DE SFAANSCHE KONING NAAR MAROKKO HET WAPEN DER FASCISTEN GOEDKOOPERE ELECTRISCHE STROOM MIJNBRAND IN SAKSEN KLOPPARTIJ IN EEN PARLEMENT APENNIJNSCHE INTERMEZZI EEN TREINRAMP VOORKOMEN INGEZONDEN. UIT VLAARDINGEN WEEK TER EERE VAN DEN H. JOANNES VAN HET KRUIS TE BRUGGE. De tentoonstelling. (Van een bijzonderen correspondent.) Brugge, 3 October 1927. Twee honderd jaar, nadat hij werd heilig- verklaard, ls de H. Joannes van het Kruis, de glorievolle Hervormer van de Orde van Car mel en met de H. Teresia wel de beroemdste leeraar in het mystieke leven, juist op grond van zijn verheven leer over de Mystiek, door den Paus opgenomen in de rij der Kerkleeraren als doctor mysticus. Dat dit in de Orde van Carmel aanleiding is geweest tot feestviering en tot hulde aan hun grooten leeraar, spreekt vanzelf, maar niet overal is die hulde uitgegroeid tot. een Congres, als thans de Vlaamsche Provincie te Brugge bij de Discalsen heeft georganiseerd. Het kan slechts overtroffen worden door het groot Con gres, dat in December in Spanje zal worden ge houden en in schittering niet zal onderdoen voor het Congres, enkele jaren geleden gehou den ter eere van de H. Teresia ter gelegenheid van het driehonderdjarig feest van hare Hei ligverklaring. Brugge is wel een stad voor dit congres. Men komt er in, als in een andere wereld, een wereld- van meer ideëele opvatting, van hooger streven, van oog en oor voor alwat schoon is en den mensck omhoog voert. Brugge, ook voor den Carmel, vol heerlijke herinneringen, bewaart er nog de resten van den ouden Carmel, waar eens, nog in de dertiende eeuw. een H. Alber- tus deelnam aan een Generaal Kapittel.waar mannen regeerden als een Arnold de Bost, wiens werken en brieven nog heden doen zien, hoe daar de godsvrucht tot Maria verbonden was met de beoefening van de humaniora en de. theologie; waar anderen als de latere wij bisschop van Utrecht, Joannes van Riet, schre ven over den drievoudigen weg van het Mys tieke leven, nog heden in de Stadsbibliotheek bewaard; vanwaar in den tijd van de Holland- scho Zending, tientallen Paters naar Nederland trokken, om in de parochies van Brabant, Hol land en Zeeland, het geloof te bewaren; dat met Antwerpen de mannen leverde, die in Ne derland weer het eerste Carmeüetenklooster na de hervorming stichtten, te Eoxmeer, maar terwijl dit -opbloeide ten gevolge van nieuwe vervolgingen ten grónde ging. Maar ging dit ten gronde, een ander, dat der ongeschoeiden verrees en handhaafde de oude traditie van den Carmel te Brugge en weer is die Carmel een middelpunt van geeste lijk leven en vindt vooral de Mystiek er heer lijke beoefening en beminnaars. Ik noem onder Velen pater Hieronymus van de Moeder Gods, ln breeden kring bekend en geëerd als schrij ver over de Mystiek van den Carmel, van de gesckoeiden zoowel als van de ongeschoeiden, den kunstzmnigen en talentvollen organisator van dit Congres. Naast hem zien wij den pro vinciaal der Vlaamsche pTovinelë, pater Coeïes- tinus, die binnen enkele weken de tolk zal zijn der Vlamingen bij de feesten van den H. Joannes van het Kruis in Spanje, pater Tho mas, eens hoogleeraar aan het groot-seminarie van Brugge, na zijn Intrede in den Carmel meerdere jaren provinciaal, die het Congres met een welsprekend woord over „den Heilige van den Carmel" zal openen. Met hem spreekt pater Bruno van de Fransche provincie uit Parijs. Uit de Waalsche provincie spreekt Don derdag over de Mystiek des Heiligen; pater Paschalis uit Brussel. De Nederlandsche pro vincie der geschoeide Carmelieten is vertegen woordigd door prof. dr. Titus Brandsma uit Nijmegen, die Vrijdag spreekt over Maria in de Mystiek van den H. Joannes van het Kruis en In do plechtige Hoogmis van den sluitings-Zon- dag de feestpreek zal houden. Van de Engelsche Carmelieten is er de bekende figuur van pateT Benedict Zimmerman, uit Londen, die twee middagconferenties houdt. Men zon zich echter van het Congres een ver keerden indruk vormen, zoo men meende, dat hier slechts Carmelieten samenkwamen om hun Vader te eeren; naast hen hopen wij te hooren den hekenden dom Ph. Chevalier vit de Abdij van Solesmes over: „La Genese du Cantique Spirituel", den niet minder vermaarden Dom. Garrigou-Lagrange uit Rome over: La Spiritua- lité de S. Jean de la Croix et la Théologie de St. Thomas" en een tweeden avond over: La Puri fication passive de la Foi". De rector van het Prinselijk Begijnhof te Brugge, die ons reeds zulk een belangrijk werk gaf over de H. Tere sia als schrijfster, de abbé R. Hoornaert zal nog spreken over: „S. Jean de la Croix, écrivain". Pater Lebreton, S.J. professor aan het Institut Catholique te Parijs behandelt: „La Mystique néo-platonicienne et la mystique de S. Jean de la Croix", terwijl de reeks der Fransche voor drachten Zondagavond wordt gesloten door den gevierden wijsgeer Jacques Maritain, eveneens Professor van het Institut Catholique te Parijs, die een conferentie houdt over het onderwerp: "St. Jean de la Croix et le temps présent". Is de reeks der Fransche voordrachten bij zonder belangrijk, die der Vlaamsche geeft niet minder belangrijke onderwerpen en sprekers. Wij treffen er niet minder bekende schrijvers ever Mystiek. Op de eerste plaats den Domini caan pater Maes uit het klooster te Gent met het onderwerp: „Waarom de H. Joannes van het Kruis Kerkleeraar werd verklaard", den beminnelijken secretaris van het Bisdom Brug ge kanunnik Mahieu met: „De Grond van de leering van den H. Joannes van het Kruis". Een beeldend kunstenaar de Eerw. Heer Ham- m-enecker zal er verder spreken over: „De Mystiek en de Kunst", een dichter de Eerw. heer dr. Eleba-ers van het College van Heren- als over.' „De Poëzie van De Donkere Nacht", eeu der schoonste werken van den H. Joannes van het Kruis. Het is jammer, dat de populaire volksredenaar de Capucijn pater Tillo verhin derd is, Vrijdag zijn aangekondigde rede te houden over: „de beteekenis van den H. Joan nes van het Kruis tegenover het volk". Gelijk reeds boven werd gezegd treedt Vrijdagavond In zijn plaats prof. Brandsma O.Carm. uit Nij megen op met een inleiding over Maria ln de Mystiek van den Hervormer van de aloude Orde der Broeders van Maria, te Brugge nog van ouds bekend als de „Vrouwbroers". De pas benoemde hoogleeraar aan de Universiteit van Leuven Marnix Gijsen verrast wel met een lezing over: „Do historische omgeving van den H. Joannes van het Kruis". De reeks der Vlaamsche laten we liever zeggen Nederland sche voordrachten wordt gesloten door dom. Ides bald van Outrijve van de Abdij der Bene-' tijnen van Leuven, die den Heilige zal be schouwen als vertegenwoordiger der Katholieke Mystiek. Grooter luister dan al deze sprekers gaf echter aan het Congres de opening gisteren avond door den 81-jarigen Bisschop van Brugge Mgr. G. J. Waffelaert, door den eersten spre ker van het Congres pater Bruno terecht ge noemd den grooten promotor van de studie der Mystiek in een tijd, toen daaraan nog niet werd gedacht den fijnen kenner van Ruusbroec, den geleerden schrijver van zoo menige verhande ling over Mystiek in zijn beroemde „Collatio- nes Brugens-es". Het was een eenvoudig woord van inleiding, dat de Bisschop sprak. Hij wilde op dit congres liever leerling dan leeraar zijn, maar hij kon niet nalaten zijn vreugde uit te spreken over het feit, dat ln dezen tijd een drang naar Mystiek, d.i. naar vereeniging met God zich openbaart. Het congres wordt gehouden in de Concert zaal in de St. Jacobstraat. Het is een goede gedachte geweest, in die anders toch wat koude zaai en kleine tentoonstelling te organiseeren van beeldhouw- en schilderwerk en daarmede het auditorium te verplaatsen in een sfeer, waarin reeds de H. Joannes leeft. Murillo heeft er de eereplaats en, laten we het dadelijk zeggen, al hangt er veel van allerlei meesters, hij wordt er niet overtroffen. Het schilderij, dat van hem voor in de zaal tusschen palmen is opgehangen is van het Engelsch klooster te Brugge. De H. Joannes ligt er in stille be schouwing voor het kruis en heel eenvoudig en ongekunsteld klemt hij het kruis in zijn armen en drukt het aan zijn hart. De leliën op de tafel aan de voeten van bet krui®, dat hij beschouwt, zeggen mij, dat hij de vrucht der omhelzing en Goddelijke schouwing door zijn zuiverheid en zijn onthouding verkreeg. Zijn boeken liggen op den grond. Ontbreken moch ten ze niet, die heerlijke werken, maar voor den begenadigden schouwer hebben ze weinig waarde, nu hij in hooger licht mag staren, uit rijker bron mag putten. Een wijle geboeid door dit mooie schilderij, laten we den blik door de zaal gaan en ont moeten aan weerszijden van het doek twee tusschen palmen forsch omhoog rijzende beel den, een wit, een in kleur, beide den Heilige gevend in de omarming van een hoog opstaand krnis. Het mogen geen kunstwerken zijn van zeer hooge waarde, ze spreken en doen den Heilige voor ons leven. In het midden is ter zijde een groot -verguld reliekschrijn opgesteld, niet mooi als houtsnijwerk, niet mooi door het al te effen en glinsterend verguldsel, maar toch tusschen het groen een weinig verscholen een hulde aan het gebeente des Heiligen, wiens figuur daardoor alweder nader tot ons wordt gebracht. Veel beter is het groote uitgesneden bouten bord, boven het reliekschrijn opgehan gen, dat den Heilige geeft tusschen twee Enge len en duidt op zijn omgordiog door hen, beeld van zijn reinheid. Het is niet mogelijk, alle schilderingen, etsen, teekeningen en gravures te bespreken. Het spreekt wel vanzelf, dat bet kruis er in de uitbeelding een voorname plaats inneemt: We zien het kruis, hem tegenstralend uit de wol ken, we zien het ook als den achtergrond van zijn geheele figuur. Hier heeft hij het in zijn handen, daar omarmt hij het voorwerp zijner liefde, dan drukt hij het aan zijn hart, dan weder is het hem een voorwerp van innige beschouwing. Een laat hem de boeken sluiten om in het kruis nog het eenige boek zijner leering te vinden, een ander duwt hem het kruis in de vuist als prediker van de glorie des kruises, een derde laat c-ns het kruis zien als een stempel in zijn hart gedrukt. Op tneer dan een schilderij verschijnt Christus om hem het kruis voor te houden als onderpand Zijner liefde, op een ander leidt de Moeder van Car mel haar kind en broeder tot het Kruis van haar Zoon. Aandacht trekken A. Joostens met een schil derij uit het jaar 1869, dat niet slecht is van kleur, maar toch slap van lijn en opvatting moet worden genoemd, C. Stevens met een uit het jaar 1841, dat na dat van Murillo wel het beste zal zijn, maar daarmee toch niet te vergelijken valt, A. J. Meganck met een wat zoetelijk schilderij uit de kerk der Carmeli- tessen te Brussel, eindelijk C. Blondeel met een merkwaardig doek uit het jaar 1859, oud dus reeds en toch in opvatting en uitvoering niet vreemd aan het werk van modernen als Wiegman. Nog zijn er mooie gravures. Heel mooi is een oude vrij groote van C. Gaile. Ook ontbreekt bet niet aan goede teekeningen van modernen. Twee van Van der Smissen uit het jaar 1927, een de opgang tot, het kruis, de andere een verzinking in de beschouwing, spreken fel, haast te fel aan, maar zijn wat ai te zeer aan de realiteit onttrokken. Gradom heeft er een blijmoediger kop van den Heilige, een andere van denzelfden is op de reclame platen afgedrukt. Het zijn stoere ferme kop pen maar ze kunnen toch niet halen bij de mooie gravure van Demarteau, waarvan een heel mooi exemplaar met het pendant van de H. Theresia in de zaal hangt. Dit blijft nog steeds het beste borstbeeld van den Heilige, al wil de moderne kunst iets anders nog en beters. De proeven, welke hier hangen beloven, maar geven het gezochte nu nog niet. Het beste van alle lijken nog de teekeningen van W. Aerts, vooral een ldeln, naar ik van hem hoor, geïnspi reerd door een oud paneeltje in een biechtstoel der Paterskerk, dat moeilijk naar de tentoon stelling kon worden overgebracht. Het geeft den H. Joannes weer in zoete beschouwing van een eenvoudig houten kruis en is toch niet zoe telijk in zijn uitdrukking. De teekening van J. de Coster is wel mooi in haar opvatting van den.Heilige zittend in den tuin, het oog ontto gen aan het meditatieboek en tot hooger schou wing opgevoerd, maar de uitvoering is al te primitief om een waren schoonheidsin druk te geven en te doen medevoelen, wat de schilder heeft willen uitdrukken. Ik zwijg van enkele schilderingen, welke de zoo hoog geroemde beminnelijkheid van den Heilige wat al te veel geweld aandoen. We behoeven de wereld niet bang te maken van onze Hieligen. Gelukkig overheerschen de beelden en schil deringen, welke St. Joannes van het Kruis in grooter glorie doen schitteren, zoodat niet slechts het Congres, maar ook de tentoonstel ling een heerlijke hulde is aan den Doctor Twee kruisers en een drietal andere Spaan- sche schepen zijn Dinsdag te Algesiras aange komen, om den koning op zijn reis tot Ceuta te vergezellen. Men verwacht, dat Fransche, Engelsche en Amerikaansche torpedojagers aan het escorte zuilen deelnemen. Van waar is het symbool der liktoren gard afkomstig? Men schrijft ons uit Rome: Velen zullen zich afvragen, van waar het symbool, dat de fascistische regeering tot haar wapen verhief, wel afkomstig mag zijn. Vele geleerden hebben verklaard, dat de „Fascio", het symbool van de gerechtigheid bij de oude Etrusken geweest is, en voerden het bewijs biervoor aan uit opgravingen in het an tieke Vetulonia, in Etrurië. Daar zou men een z.g. liktorengraf ontdekt hebben, waarin de resten van een bundel roeden met een daar- uitstekend Btuk ijzer lagen. Daarentegen verklaarde de onlangs overle den .Italiaansche geleerde in de klassieke we tenschappen, prof. Luigi Ceci, dat het symbool van do liktorengard van zuiver oud-Romein- schen oorsprong is. Zeker hebben de Etruskers Iets dergelijks gehad, maar er bestaat 'n groot onderscheid tusschen dit en het oud-Ro- meinsche. Wanneer de Etrusken dezelfde liktorengard hadden gehad, zou men hiervan althans in de andere, oude Etruskensteden zooals Tarquina, Pisa en Volterra een of ander overblijfsel moe ten vinden, evenals in het verspreidingsgebied van de Etrusken in klein-Azië en bij de Egeï- sche Zee. Dit is echter niet het geval en de vondst in de doodenstad van Vetulonia is eenig in baar soort gebleven. Als historisch feit herinnert prof. Ceci er aan, dat de doodstraf bij de oude Romeinen met het zwaard in de liktorengartl voltrokken werd. Nog ouder is de lezing, dat de doodstraf volvoerd werd door een slag met den roeden- bundel zelf, want aanvankelijk werd de bijl alleen bij den godsdienst, bij het slachten van offerdieren gebruikt. Van hier is de oude naam liktor (gerechtsdienaar) afkomstig. In elk geval is echter de liktorengard zoo wel bij de Etrusken als vooral bij de Romeinen het symbool van de opperste gerechtigheid ge weest, hetgeen evenwel eerst de Romeinen en pas na hen de Etrusken ingevoerd zouden hebben. STEEDS SNELLER POSTVERVOER. De vliegmachine helpt De behoefte om het handelsverkeer döbr ge combineerd werken van stoomschip en vlieg tuig te versnellen, «heeft er toe geleid, dat ook de Canadian Pacific een dergelijken dienst heeft ingericht. Dezer dagen werden daarmede de eerste proeven genomen. Een vliegmachine van de koninklijke Canadeesche luchtmacht haalde de mail van de „Empress of Australia" af en bracht deze naar Toronto, vanwaar zij eveneens per luchtpost naar de andere groote plaatsen van Canada werd gebracht. Voor Toronto, Montreal en Winnipeg werd aldus een bespoediging van de mailbestelling uit Eu ropa met van 12 tot 24 uur verkregen. Kostbare plannen in Engeland Gelijk men weet, is men reeds lang doende, groote plannen uit te weTken voor de centra lisatie der electriciteitsvoorziening in Z.O. Engeland, teneinde daardoor goedkooper elec- trisehen stroom te kunnen leveren. Volgens de nieuwe plannen, die betrekking hebben o-p een gebied van bijna 9000 vierkante mijlen, zal bet aantal electrische kracht stations van 135 op 27 en later op 18 worden teruggebracht. De andere stations zullen in transformatorenstations worden omgebouwd.' Deze wijzigingen zullen een uitgave vorde ren van niet minder dan 12.300.000 pond ster ling. Buiten deze som zal de „London and Home Counties Joint Electrical Authority" nog 2 millioen pond uitgeven voor tweede trans- missielijnen. Daartegenover staat, dat er 5 millioen pond bespaard zal worden in vijf jaren tijds (1929 1934) en dat de jaarlijksohe besparing tot 1% millioen zal stijgen. Een plan voor centraal Schotland verkeert reeds in het eerste Btadium van uitvoering. In November hoopt men dat de plannen voor de Midlands gereed zijn, welke in de eerste maanden van het volgend jaar zullen gevolgd worden door voorstellen voor de industrieele districten Yorkshire en Lancashire. Daarna komen aan de beurt de plannen voor. Zuid-Wales, Norfolk en Suffolk, de Noord- Oostkust, Noord-Wales en het overige deel van Schotland. In 1940 zullen alle plannen verwezenlijkt zijn en zullen de voedingslijnen langs alle landwegen of over de heuvels loopen en naai de verst afgelegen landelijke districten voeren en het heele land met een net van lijnen voor goedkoope stroomlevering bedekken. In Londen zullen ondergrondsche kabels worden gebruikt; buiten Londen boven- grondsche. Deze laatste zullen onder een span ning staan van 132.000 volts. Men verwacht, dat het verbruik van elec- triciteit, dat thans ongeveer 112 eenheden per hoofd bedraagt, tot 265 eenheden in 1933 en 426 eenheden in 1940 zaI stijgen. Van 2.2 pence per eenheid zou de gemiddel de prijs tot 1(4 pence dalen. Twee mijnwerkers door rook gestikt. Wolff seint ons uit Bauzeu d.d. gisteren: In de bruibkoolontginning oiba ln Klein- Sauhernitz zijn 2 mijnwerkers bij een mijn- brand door verstikking om het leven gekomen. Uit Danzig wordt gemeld, dat het gisteren in de zitting van den volksdag tot rumoerige tooneelen is gekomen, toen de Duitsch natio.- nale afgevaardigde dr. Wumbke een voorstel der socialisten bestreed. De communistische afgevaardigde Lisch- newski gaf den spreker een klap, zoodat hij van het spreekgestoelte tuimelde. Afgevaardigden van de Duitsch nationale fractie schoten te hulp en het scheen een oogenblik alsof bet tot een handgemeen tus schen communisten en Dnitsche nationalen zou komen. De overige afgevaardigden wisten de partijen echter te schelden. Lischnewski is wegens zijn onbehoorlijk op treden voor een dag van de zitting uitgesloten, terwijl de Duitsch nationalen een voorstel heb ben ingediend, om hem strafrechterlijk te doen vervolgen, - GEVOELIGE JOURNALISTIEK. (Van onzen H-correspondent.) Rome, 29 September 1927. Een „gemengd berichtje" maken is heel ge makkelijk. Maar een gevoelig stukje te schrij ven over gebeurtenissen, die hoe treurig ook, bijna dagelijks plaats vinden en daarom het gros der lezers niet interesseeren, dkt is een kunst. Man overreden. Vrouw verbrand. Jongen on der de tram. Meisje ontvlucht. Ai die mede- deelingen slaat men meestal eenvoudig over, omdat het toch allemaal op hetzelfde neer komt. Derhalve is het een buitengewoon moei lijke taak, om in de van deze bronnen drin kende journalistiek wat kleur te brengen. Hier op de Apennijnen zijn de krantenmen- schen ware meesters in het vak. Ze zijn in staat drie kolommen te vullen met een eenigermate sensationeel voorval in bet dagelijksche leven onder dezen Zuidelijken hemel. Zooals van den verontwaardigden man, die door zijn eigen barbier z'n eigen vrouw liet milimeteren, wijl ze het gewaagd had, ondanks een herhaald verbod, heur lokken tot een page haardos te laten omknippen. Of van de waarzegster, die door verontwaar digde cliënten met stokken werd afgerost wegens het ergerlijke feit, dat ze de waarheid niet had gezegd. Of van het meisje, hetwelk een sexegenoot den verloofde ontfutseld had en dies door de broeders der verlatene met messen zoodanig in het aangezicht werd bewerkt, dat haar schoonheid absoluut verdwenen was. Over zulke sensaties is het gemakkelijk veel te schrijven. Ieder verslindt de daó.r aan ge wijde pennevruchten. Maar de Apennijnsche journalisten weten ook van minder schokkende gegevens iets te. „draaien", zooals het in vaktermen wordt ge noemd. „II Messagero" vertelde onlangs in de vol gende bewoordingen, hoe een kind uit een dakgoot viel: De lieve en mooie kindertjes fladderden als vlinders heen en weer over het terras van het huis no. 180 aan de Via Principe Umberto op den hoek van de Via Oappellini. Ze speelden met een bal. Die door het ééne handje werd geworpen, door het andere ge vangen. Een kreet van vreugde, een kreet van ver rassing. Plotseling een algemeene schrik. De kleine globe van rubber, door één der kleine speler tjes te hard geworpen, was over den rand van het dak verdwenen Een kind, de eigenaar, begon te weenen. De anderen keken bedroefd, nu de hal weg was, konden ze ook het heerlijke spel als geëindigd beschouwen. Waarom geëindigd? Ik ga den bal halen! Ju, en hoe doe je dat Kareltje? Ik zal het jullie laten zien! Die dit zei en de dappere daad wilde ver richten, was de kleine Carlo Angelosanto, een engeltje van acht jaar, wonende in de Via Principe Umberto 210. Zijn makkertjes klapten blijde in de handjes en Kareltje klom over den rand van het ter ras. Met jeugdige vlugheid zat hij in de dak goot Hij riep vroolijk iets naar de in spanning wachtende kleinen. Toen gebeurde de huiveringwekkende ramp. Om de plaats te bereiken, waar de bal gevallen was, bukte Kareltje zich te ver naar voren. De vriendjes zagen hem oreens niet meer, maar hoorden het geluid van brekend glas. In hun kleine hersens droog plotseling het vreeselüke door. Ze vluchtten bleek en bevend van het terras. Het was gisterenmiddag te half drie. Een soldaat van de fascistische militie, die in de Via Cappellini liep. werd vanuit een werkplaats geroepen. Een aantal menschen stond er weeklagend geschaard rond het reeds levenlooze lichaam van den kleinen Carlo Angelosanto, dat daar lag in een zee van bloed. De kleine engel was van een hoogte van vijf-en-twintig meter door een lantaarn ge vallen. Een moedige daad had hem het leven gekost Het moet worden erkend, dat de geschiede nis op zich zelf al treurig was. Daarom is het volgends verhaal een beter staaltje van jour* nalistiek kunnen. Het gaat over een vader, die zijn kind een schop had gegeven tegen de borst. Ongetwijfeld een ergerlijke handelwijze. De journalist zette dan ook „Beestachtige wreedheid van een vader" Doven zijn bericht van een halven kolom. Daaronder begon hij: In de grijze, eentonige triestheid van het leven is een oase van schoonheid, een vreug- dige veelheid van blü licht: de kinderen. Men behoeft niet de ziel van een dlchtc-r te bezitten, nóch het'liefhebbende hart va.n een moeder, om zich nederig en goed te voelen tegenover het lachende wonder dezer kleins wezens, die met klare oogjes de wereld In kijken. Het is genoeg, op menscheUjkheid te kun nen bogen, om van kinderen te houden. Elk kind is immers Met levende pand van een heilig contract en het hoogttpunt in ons be staan. Dit alles echter schijnt een zekeren Tobia Romani, oud 44 jaar, totaal onbekend te zijn. Hij heeft zich beestachtiger getoond dan eei beest. Het is beter, dat de lezer in Nederland bet proza van den man van „II Giornale dTtalia' niet verder volgt. Hij zou zich de vuisten ballen, meelevend den toorn van den schrijver, zich vereenigend met de regels vol verachting, welke die zekere Tobia Romani aan zijn adres zag neergeschre ven Dat is niet noodig. Het was Immers alleen om gevoelige jour nalistiek te doen. Daink zij den machinist. Van den exprestrein AberdeenLonden, ge trokken door twee locomotieven, zijn in het duister van den nacht één locomotief en vier rijtuigen ontspoord op een 150 voet hoog via duct nabij Stonehaven (Kinearstineshire). Had de machinist van den tweede locomo tief niet bijtijds gemerkt, dat er iets niet in orde was en niet langzaam en voorzichtig ge remd, dan zou een vreeselijk ongeluk niet te vermijden zijn geweest. Nu bleef het ongeval beperkt tot beschadiging van het viaduct. Zes uren lang moest de trein die om 7.50 uur 's avonds van Aberdeen vertrokken was en den volgenden dag om 8 uur 's morgens te Euston moest aankomen, blijven staan en hij arriveerde eerst 's middags om 3 uur 16 te Euston, (Buiten verantwoordelijkheid der redactie) Rotterdam, 5 October 1S27. Geachte Redactie, Zoo juist het ingezonden stuk lezend over ons trampersoneel, besloot ik ook mijn pen ter hand te neme». Vooreerst sympathiseer ik vol komen met den schrijver om dergelijke figuren er uit te zetten. Gisteren toevallig gebeurde het op lijn 11. Ik kwam uit de stad en op den N. Binnenweg moesten twee hoogbejaarde juffers er uit. De conducteur ging eerst naar buiten teneinde ze te helpen, maar alvorens dit ta doen, riep hij naar zijn niet veel meer be schaafden collega van het bij wagentje: „Daar komen de meisjes". Meerdere passagiers ston den met mij op het achterbrtlcon, die ook ouder waren dan ik, vandaar dat ik vond, dat het niet aan mij was hierover nu te spreken. Maar toen ik eraf moest was er nog niets gezegd. Eenige trams later ga ik weer met 11 de stad in en tref denzelfden conducteur en nu alleen. Direct onderhield ik hem over het bovenstaande, dat het tegenover deze juffers hoogst ongepast, onbe schaafd en onopgevoed was. Waarop de man nog waagde te lachen en te zeggen: „Dus U hebt hongezellig gevonden". Voorts zeide ik, dat dat knipoogjes geven tegen de passagiers niet te pas kwam. Onlangs op lijn 10, Waar ik een kerel trof, die het over godsdienst had. Zoo beweerde hij: „Dat hij zich schaamde een Room- sche moeder te hebben gehad en dat als je Bar- tolemeus Greeve hoorde, je duidelijk vernam, dat hij (B. de Greeve) absoluut tegen de Room- sche kerk was". Mijn halte was gekomen, maar ik heb hem gezegd eens naar iemand te gaan die zedelijk en geestelijk hooger staat dan hij. Is bet een en het ander geen kaakslag voor het corps trampersoneel? Zal het nu weer bij schrijven blijven? of zal ieder die van nu af eenige gegronde grief heeft tegen zoo'n man, het de directie der R.E.T.M. kenbaar maken om zoodoende dergelijke individuen te ver wijderen. Ik hoop het. U dankend, indien U voor 't bovenstaande een plaats geeft, verblijf ik, D. F. VAN ENTHOVEN. GEVANGENEN EN BOEKEN. Door toevallige omstandigheden kwam ik dezer dagen in kennis met den WelEerw. Pa ter Schoenmakers, aalmoezenier der strafge vangenis te Rotterdam. En Pater Schoen makers die zich onder meer ten gerieve van de gevangenen belastte met dé vorming en onderhouding eener bibliotheek, maakt van Iedere kennismaking gebruik om zijn biblio theek uit te breiden door n.l. den nieuwen ken nis te verzoeken zijn boekenkast eens na te zien of er ook wat uit te missen is. Boeken, oude of nieuwe, ontspanning, ge wijde of studielectuur, oude jaargangen van tijdschriften, annalen enz., gebonden of niet, wordt in dank aanvaard. Gaarne wil ik Pater Schoenmakers dit ge noegen doen, doch waar één boekenkast niet veel kan oplzveren, kwam ik op de gedachte het verzoek van den Pater in ruimeren kring te herhalen om zoodoende onzen gevangenis aalmoezenier met een ruime aanvulling voor zijn bibliotheek te verrassen. Katholieken, wilt gij na dit stukje te heb ben gelezen ook Uw boekenkast eens nazien en al datgene wat ge missen kunt, afstaan voor meergenoemde bibliotheek? Gaarne ver wacht ik Uw pakketten op onderstaand adres, indien U mij wilt opbellen (3220) ben ik gaarne genegen een en ander aan Uw woning te doen afhalen. U bij voorbaat beleefd dankend, M. VAN STAPELE, 23 Korte Hoogstraat, Rotterdam. NIJVERHEIDSAVONDSCHOOL. In het groote aantal leerlingen van de 2e en de 5e klasse der Nijverheidsavondschool hebben B. en W. aanleiding gevonden, den Minister van O. K. en W. te vragen, te willen goedkeuren, een splitsing van de 2e klasse in 3 en van de 5e klasse in 2 parallelklassen. Als gevolg van deze splitsingen zal noodig zijn een meerdere uitgaaf aan salarissen, voor 1927 tot een bedrag groot 770, voor het jaar 1928 tot een bedrag groot 1600. Omtrent het verhoogen van de Rijkssubsi die met 70 pet. van deze bedragen is reeds met de Inspectie van het Nijverheidsonderwijs oveT- leg gepleegd. B. en W. stellen den Raad voor onder voor behoud van het verkrijgen van de goedkeuring van den Minister overeenkomstig bovenstaan de te besluiten. VISSCHERIJ. Alhier binnengekomen van de haringvisr scherij: VL 160, Th. de Graaf met 10 last; VL 204 A. v. d. Zwan met 36 last; VL 61, H. de Jong, met 27 last; VL 128 A. Zuurmond, met 16 last; VL 211 J. Bos met 32 last en heeft reeds 8 last versche haring te IJmuiden gelost en verkocht. Betaald werd voor: Volle haring J 20.2J— ƒ22,50; Yle haring ƒ21 per kantje. DE A.S. RAADSVERGADERING. Bij den Raad dezer gemeente ls ingekomen:] 1. Voorstel van B. en W. om. in de vacature ontstaan door de aftreding van den heer F. J. A. J. M. IJzermans als lid van den gemeente raad in het bestuur der R. K. bouwvereeni- ging „Ons Ideaal" te benoemen als gemeente lijke vertegenwoordiger de heer W. F. J. Reij, lid van den Gemeenteraad. 2. Aanbieding van B. en W. ter vervulling van de vacature van lid der Commissie tot Wering van Schoolverzuim, ontstaan door het bedanken van den heer J. A. Zurlolie, van de volgende aanbeveling. 1. H. J. de Vette; 2. O. J. Kohnen. 3. Te benoemen tot voorzitter der commissie van advies voor de werkloosheidsverzekering den heer A. v. Rijn, wethouder alhier. 4. Voorstel van B. en W. inzake uitbreiding van het net der Licht- en Waterbedrijven in Vlaard. Ambacht. De kosten hiervan zullen be dragen ƒ1510. 5. Voordracht van B. en W. ter vervulling van de vacature aan de school voor buitenge woon L. O. 1. Mej. M. v. Heijst, alhier; 2. MeJ. G. Scheffener, Hilversum; 3. Mej. G. J. M. Sander, Empe, gem. Voorst. VER. TOT BESTRIJDING DER TUBERCULOSE. In de gehouden vergadering van bovenge noemde vereeniging is tot voorzitter gekozen de heer H. v. Toor en tot geneesheer van het consultatiebureau Dr. E. J. Linzer.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1927 | | pagina 11