FEUILLETON MAANDAG 7 NOVEMBER 1927 DERDE BLAD PAGINA 2 ST. WiLUBRORDUS OPEN SPOORCOUPé-RAAMPJE EEN VOLKSKANKER IN IN DIÉ Bestrijding van kinderhuwelijken een ernstige pliclit van het Bestuur FLUISTERENDE BOOM EN n. si 7 NOVEMBER. Wat zijn er al tientallen van jaren ver streken, sedert een innig-vrc-om dichter, Pro fessor Van der Ploeg, zijn lied zong ter eere van Sint Willibrord, en het besloot met de smeekïng: O gij, die t kruis hier hebt geplant, Bid voor uw dierbaar Nederland! Duizenden N-ederlandsche Katholieken hebben na hem die bede herhaald, vooral ook om door de voorspraak van onzen apostel den terugkeer onzer afgedwaalde broeders te verwerven. En Sint Wiilïbrord hééft gebeden, niet enkel deze laatste vijftig, zestig jaren, dat wij hem die smeeking toezingen: maar reeds bijna twaalfhonderd jaren, sedert hij, waarschijnlijk in den nacht van 6 op 7 Novemiber 739, ten blijden hemel toog. Toen mocht hij als de vrucht van zijn vijlt/gjairigan arbeid ondeT onze vaderen, en van zijn levenslang gebed, blijde zien, „dat het volk der Friezen voor het grootste gedeelte, gelijk Sint Bonifatius getuigt, tot het geloof in Christus bekeend was'' Zoo hoeft Sint Willibrord hier het kruis geplant. Gedachten op gedachten verdringen zich in onzen geest, waarneer wij dat korte woord overwegen. Overal, waar hij zijn machtige prediking deed weerklinken, daar heeft hij aan onze vaderen liet geheim des kr crises doen keoaiien, den Christus, stervend aan het kruis voor hun '"3heid; en niet enkel den verlossende® kruisdood van den Godmens oh heeft hij hun gepredikt: hij heeft ook voor «n het heilig Misoffer opgedragen, die onbloedige vernieu wing van het kruisoffer, en dat in 1? do kerken en kerkjes, welke hij op onzen bodem heeft doen verrijzen; hij heeft duizgeiden onzer heidensche voorvaderen door het H. Doopsel aan den voet des kruises gebracht, getuige eai herinner© nog zoo menige Sint Willibvordsput in ons land. Hij heeft ham- het kruis geplant, dat^i: hij heeft hier al de zeven sacramenten, die als zeven hedlsibronnen aan liet kruis ont sprongen zijn. toegediend. Hij heeft hier het kruis geplant; dbt is verder: hij heeft onze vaderen Maria doen kennen, die naast het kruis van den goddelijke® Lijder stond en .met Hom leed en had voor de zaligheid aller ver losten; hij heeft hen gewezen op Johannes, den veelgeliefden leerling, aan Wie® Christus Zijn dierbare Moeder als een kostbare nalatenschap achterliet, en die van die stonde af de liefde van Christus en Maria voor de menschen is gaan prediken. Daarom is Neerland's Kerk aan onzen heili gen Patroon zoo dierbaar geweest; en wijl Je liefde in het rijk der hemelen niet vergaat, maar blijft, ein zelfs edeler, vuriger, trouwer wordt: daarom nemen wij met overtuiging aan, dat Sint Williibrord nog voortdurend oij God's troon de Katholi-e, -e Kerk van Nederland blijft bewaken, beschermen beminnen. Laten wij vooral op den dag van heden, den fee: Jag van Sint Wi.- -rord, „dien apostoli- leu man, onzen vader in Christus", gelijk K -cl Martel hem reeds roemde, s dankbaar lhermnere®, dat wij, Katholieken, om met B roe re's woorden te spreken, „uit den onbe vlekten schoot der ware Moederkerk zijn ge boren, dat wij, nog trouwe kinderen van den H. Willifcrordins, één zijn met hem". Herhalen wij dikwerf, en met aandrang en vertrouwen: 0 gij, diie 't kruis hier hietot geplant, Bid voor uw dierbaar Nederland! J. KRONENBURG, •C.-s.s.R. :f CONSULAATWEZEN. De consul der Nederlanden 'te Maracaibo, de heer da Costa Gomez, is met verlof. Gedurende de afwezigheid van voornoemden heer, zal het consulaat worden waargenomen door den heer Frank Brandes. HOOG MILITAIR GERECHTSHOP IVie luit.-generaai Quack sai opvolgen Naar wij vernemen zal binnenkort de 'kolonel M. Belzer. commandant van de He Infanterie Brigade te Ede benoemd worden tot lid van het Hoog Militair Gerechtshof te 's Gravenhage In de vacature ontstaan door het overlijden van luitenant-generaal J. c. H. A. Quack. Een open vraag. EN GOK EEN OPLOSSING? Het Leidsohe correspondenttiebureau uit er zij u verwondering over, dat nog zooveel ge kibbeld kan worden over de bekende twist vraag: moet op verlangen van één of meer der reizigers in een spoorwegcoupé het venster aan de niet-windzijde open staan of wel heeft één of meer der reizigers het recht te eischeo, dat ook dit venster gesloten blijve. Het bureau acht deze vraag geen vraag meer, zoodra men het Algemeen Reglement op .het Vervoer maar naslaat en daar van hot in art. 11 sub 11 bepaalde kennis neemt: „De vensters moeten, wanneer één of meer der reizigers het verlangen, aan de windzijde geslote® zijn". Daaruit leidt het bureau dan af.... dat de vensters aan de niet-windzijde, wanneer ëén of meer der reizigers het verlangen, ge opend moeten zijn. Het wil ons voorkomen, dat degene, dóe deze ooxtolusie uit het geciteerde artikel trok, blijfct van uitleg van wetten, verordeningen en regle menten niet af' dagelijksdh werk. te maken, misschien zelfs er hedemaal geen kaas van gegeten te hebben. Immers...., over de ven sters aan de niet-windzijdezwijgt juist het geciteerde artikel in alle talen, terwijl er vonder in het heele reglement geen enkel ar tikel te vin-den is, dat over déze druk-bedis- cussrieerde venster-s spreekt. Een argument a co-ntrari© is uit de geciteerde bepaling al even min te putten voor bet geopend blijven der vensters aan <ie niet-windzijde. Dit zou wtól he-t geval zijn, indien de memschheld het een-s was over de vraag, wat de normale stand van een venster Is: open of gesloten. Immers, d-an kon men zessen: aoodra omtrent een venster niets is bepaald, blijve het in zijn normalen stanid en is er afgamoe-ne overeenstemming noodi-g, om den abnormale® stand te sanotionneeren. Het vraagstuk is dus door genoemd bureau niet opgelost en e-r zullen nog st-eeds twistende reizigers en toemiddelande conducteurs blij ven, zoolang het Reglement deze materie niet afdoende regelt. Is dit mogelijk? Getuigt niet juisit het feit. ■dat deze kwestie, waarop ongetwijfeld toöh bij „hef samenstellen van het reglement de aand-aoht gevallen is toen de regeling voor he-t sluiten der venstors aan de windzijde werd gemaakt, niet geregeld is, dat men hst te moei lijk vond hier een algemeenen regel te stellen? Ongelufold is hier botsing van belangen: de een verlangt versohe lucht, ae ander he- vi ij-d van tocht te blijven. Wanne-er de ©en d-e lucht vens-ch genoeg acht, vindt d-e ander er reeds een bedenkelijk „luchtje'" aan, terwijl de een reed-s over tocht klaagt als de ander 't ^lekker frisch noemt. Dergelijke menschen tot elkaar ite brengen de practijk in de spoorwegco-upé's bewijst het i-s eon onmo gelijkheid. Er zijn er dii-e m een ©enigszins onfriseehe atmosfeer subi-et dreigen te stikken, er zijn er die hij den geringsten frissehednehtotro-om een kou te pakken krijgen, bronchitis, long ontsteking on andere akelig© kwalen opd-oen en ©veneens het leven er bij inschieten. Het aantal! der regelmatig op reis zijnde Ne derlanders, dat zijn jaarlijksc-Ke of halfjaariijk- seihe influenza aan «en open .raampje van eau spoorwegcoupé te danken heeft, i-s a-et gering. En ©en flinke verkoudheid of influenza is nu eenmaal iets, dat niet alleen op zichzelf hoogst -onaangenaam is en remand dagenlang uit zijn werk kan honden, maai- dat bovendien niet zei den ernstige gevel-gen na zich sileept. Is er werkelijik geen weg te vinden om het elk naar den zin te maken: om de versc.be- lnchtrEaniakJcem met vaLl© teugen de heerlijk© bua,ten! acht te laten inademen en de broeikas- mensohjes behoedzaam bij elkaar ip glazen, doosjes te pakken? We meenen van wel. Men heeft reeds twee soorten coupé's: r.ook- en niet-rookcoupé's. Wanneer men nu de rookcoupé's, waar de meeste behoefte bestaat aan Uichtverversching, eens procla meerde tot „open coupé's", waar ëén reiziger leeds bet recht heeft, te eischen, dat het ven ster aan de niet-windzijde open staat. En de niet-rookcoupé s dan tot „gesloten couDé's" waar één reiziger reeds het recht heeft te eischen, dat het venster aan de niet-winclzijde gesloten blfft. Voor het openen van het venster aan de windzijde blijft in beide soorten coupé's de toe stemming van allen noodig. MISSTANDEN WAARAAN EEN EINDE MOET KOMEN Ook in Nederlandsch-Indië woekert 't kwaad van te vroege huwelijken, zoo lezen wij in „St. Melaniawerk". Eenig denkbeeld hieromtrent verschaft een bericht, dat voor West-Java in het- eerste half jaar 1927 het aantal gesloten kinderhuwelijken 8 a 90-0 aangeeft. Bij schrijven van 14 Dec. 1925 aan de ge westelijke bestuurshoofden wees de Regeeriag er op, dat zij' d© bestrijding als een ernstige plicht van het bestuur beschouwt en gaf haar als wensch te kennen, dat de daarvoor in aan merking komende eigen hoofden der bevolking (regenten e.a.) zullen doen, wat in hun ver mogen is, om het uithuwelijken van meisjes beneden den huwbaren leeftijd te voorkomen. Dientengevolge kwam het reeds in zwang zijnde gebruik, om de jonge meisj'es voor den aangewezen huwelijkssluiter of voor een amb tenaal* van het Inlandsche bestuur te doen verschijnen, vrijwel algemeen in toepassing. Een dergelijke wijze van handelen is echter gebleken niet zonder bedenkingen te zijn, heeft aanleiding gegeven tot ontevredenheid in de Inlandsche maatschappij, door de Partij Sarekat Islam-leiding benut als middel tot agitatie tegen het „bemoeizuchtig" bestuur. Op het Al-Islam congres protesteerde Hadji A. Salim met kracht tegn de huwelijksbepa lingen. Volgens de I slam mag een meisje, als ze den huwbaren leeftijd (15 jaar) bereikt heeft,in het huwelijk treden.De vader of voogd 'heeft geen bevoegdheid om het te verbieden, tenzij de gods dienstbepalingen zich daartegen verzetten; thans moet een meisje, dat zich in het huwelijk wil begeven, daartoe eerst de vergunning heb ben van bet dorpshoofd. Hadji Salim bestempel de dat als dwangopvoeding en kwetsend voor het mensc.helijk gevoel. De zeer begrijpelijke bezwaren, die in bree- d.en -kring Béstaan tegen de ondervraging vau de jonge bruiden, wier leeftijd «en punt van nadere overweging moet uitmaken, omdat de daarbij te stellen vragen kwetsend zijn voor hare gevoelens en die harer familieleden, deden de Regeering een einde maken aan die gedrags lijn. Zij is van meening, dat in deze alleen blijvend resultaat verwacht kan worden van de evolu tie der denkbeelden in de Inlandsche maatschap pij zelve en dat de persoonlijke invloed der Inlandsche bestuursambtenaren er veel toe kan bijdragen om le verwerpelijke gewoonte van te vroege huwelijken tegen te gaan. In overeenstemming hiermede deed de Re geering in den Volksraad een beroep op de leiders en voorgangers van het volk, in de over tuiging dat hune medewerking er meer dan iets anders toe kan bijdragen, dat de pogingen om aan dezen misstand een einde te maken, mc-t goed gevolg worden bekroond. Dat is nu allemaal wel mooi, maar toch ge- looven wij, dat het aanbeveling zou verdienen die „evolutie" 'n stevig duwtje in de gewensehte richting te geven. Onkruid vergaat niet, zegt 'n goed Hollandscli spreekwoord. 'n Volkskanker evenmin. Afdoende 'hulp brengt alleen een kundig, tact vol chirurg, niet een zachte heelmeester. De versche luchtmaniaktoen vinden dan hun gading, de broeiplantjas evenzeer. Of zoodoende een ideale toestand geschapen wordt? Geenszins, Deze zou pas komen met open en gesloten rookcoupé's -en open en geslo ten niet-rookeoupé's. Voegt men dan nog daar bij open en gesloten dames-coupe's dan kreeg men zes soorten en zou de trein in den regel juist vertrekken, wanneer een reiziger uit deze zes soorten, verdeeld over drie klassen, aizoo achttien soorten, er eindelijk in geslaagd was, de ham passende soort te vinden. Een ideale oplossing is daarom niet steeds een practisch uitvoerbare. Dat is echter de boven aahgege-vene wel. NED. VER. VOOR ARMENZORG EN WELDADIGHEID. Onder cucateele-stellen van drankzuchtigen. Onder leiding van den voorzitter, Mr. dr. A. F. baron van Lymd-em van Utrecht vergader de Zaterdag te Utrecht de Nederlandsche Ver- eeniging voor Armenzorg en "Weldadigheid. Behandeld wera het rapport, uitgebracht aan de Nationale Commissie tegen het Alco holisme'betreffende het onderwerp ,,De wensobe- lijkheid va® onder curateele-stelling van draink- zueibbigie® op gelijken voet als verkwisters", De heer Th. W. v. d. Wouden, leider van het medisch consultatie-b rreau voor Alcoholisme te Amsterdam, hiesld in verband hiermee een inleiding, als titel voerende: „Is het wensche- lijik drankzuchtigen onder curateele te kunnen stellen?" Hierbij constateerde spr., dat in de rij van voorzorgsmaatregelen, van Overheids wege genomen ter bescherming van Individu en gemeenschap, iedere maatregel ontbreekt ten aanzien van den alcoholist, tenzij me® boete, hechtenis en opzending naaT werk inrichtingen voorzorgsmaatregelen zou willen noemen. Daarna beschreef spr. uitvoerig wat ten dezen reeds in Engeland, Zwitserland en Noorwegen tot stand werd geibracht. Wil men op het .gebied van de drankbestrijding iets bea-eiken, dan z-al het inzicht omtrent het wezen en den aard van het alcoholisme en van den alcoholist moeten worden verhelderd. "W il men blijvend© resultaten bereiken, dan zal ©en wettelijke "bepaling moeten wordeai gesteld, waardoor paal sn perk wordt gesteld aan wat door dronkaards wordt verricht onder imvuoad van hun kwaal. Hun vrouwen en kinderen moeten kunnen worden beschermd tegen hun willekeur. Zon reeds ©ene bedreiging- met onder curateele-stelling niet veel goad kunnen doen. De gedwongen opname in een asyl, geloofde spr., zou oip zich zelf niet veel kunnen uitrichten, omdat de dronkaard zich niet ais een misdadiger beschouwt. Er mee hunnen dreigen, zal reeds veel succes kunnen hebben en in allen geval zal bij opsluiting van den man in een asyl het geplaagde gezin ©enigen tijd rust krijgen -en zijn weerstands vermogen kunnen versterken. In do middagvergadering werd behandeld het rapport door de daartoe ingestelde com missi© aan de vereeniging uitgebracht, be treffende „Opleiding van Terzorgers van Psyehisoh-Invgliden". Aan de hand van de 12 stellingen, welke den iiiibontd van het sapport samenvatten, ont spon zich eenig© gedaohtenwisseiing, waarbij de heer da Gosta de opvoeding van hulp personeel in gestichten besprak en de heer ©verwater er zijn vreugde over uitsprak, dat de verpleging zal komen in irancien van ge- sob'OGiMe kraakten. Ten-slotte bracht de vooraitfer hulde aan d-e samc-n-stellers van het rapport, di<e hun arbeid hebben verricht op zeer nauwgezette wijze. Daarna ging de vergadering uiteen. NACHTELIJKE WORSTELING TUSSCHEN EEN CHAUFFEUR EN EEN ENGELSCHMAN. Er werd «iet genoeg betaald Zaterdagmorgen heeft de 31-jarige Engelseh- man M. N., bij de Schiedamsche politie aan gifte gedaan van een poging tot beroovrng door eeu taxi-chauffeur uit Rotterdam. N. had zich dien nacht om half 3 per taxi uit Rotterdam naar zjjn schip laten brengen. Op den Vlaardingisohen dijk stapte bij xriit en betaalde voor zijn rit 8.— De chauffeur vond dit te weinig en wilde m-eer hebben, wat werd geweigerd. Daarna ging de ohauf- four mét een onbekend persoon, die «aast hem was gezeten, den Engelsehman te lijf. Deze wiist -Zich los te rukken en ging op de vluclbt. Een lederen tasch met ongeveer 40, moest de Emg-etechman in de taxi achterlaten. De chauffeur reed na de worsteling snel "weg, zoo-dat N. niet in de gelegenheid was 't num mer van d-en auto te noteeren. De po-li tie heef-t een onderzoek 'ingesteld. DOODELIJK ONGELUK. Te Oude Pekel a is gisteren de 8-jarige A. Koers onder een wip-kar geraakt. Het ventje is aan de bekomen verwondingen overleden. PROV. STATEN VAN ZUID-HOLLAND. Benige voorstellen Ged. Staten van Zuid-Halland stellen den Staten dier provincie voor aan de al'deeling Oud-Beyerland van den Bond van Smeden-pa troons in Nederland ten behoeve van een cur sus in hoefbeslag te Oud-Beyer.land tot weder opzegging -een provinciaal subsidie te verlsonen van 200 per jaarcursus, .mits -ook bet Rijk voor dien cursus subsidie verleent. Ged. Staten hebben orftwerp-besluften aan geboden betreffende wijziging van de tarieven voor de Dordtsébe veren, van liet tarief -voor het Veenreclit van Krimpen aan de .Lek en Nieuw Lekker!and, van het tarief voor 't veer- reebt van Gouderak op Moordrecht, van het veerrecht van Nieuw Lekkerland op Lekker- land, van het tarief van 'het „Kleine Veer'' tusschen Capelie en Krimpen aan den IJsel en van het veerrecht SchoonhovenGelkenes. Nog hebben Ged. Staten den Staten der pro vincie aangeboden: een voorstel tot wijziging van de begrooting wegens uitbreiding of verbetering van het ge sticht Oud-Rozenburg voor het jaar 1927; DE NERERLANDSCHE KLOKKEN- 1 EN ORGELRAAD. Eon medeöeeling tegen verwarring De N-eitlerlaudsc-he Klokken- en Orgelraad verzoekt c-n-s plaats voor heit volgende com- miiniiffiié: Dezer dagen werd den Nederlandachen Kerk besturen toegezonden een circulaire van den „Kerkorgelraad voor Nederland en Koloniën", houdend© medede-sliin-g van liet instellen van. Ben adviesbureau voor liet bo-uw-en en resfaiii- resren v®n kerkorgels en waarin belaiSgef-ooze adviezen worde® toegezegd. Mark waardig gend-eg worilt daarin geen ge wag gemaakt van bet bestaan en wel sedert 1917 van -een aoodandg lichaam, d-at den naa-m diraa-gt van: „Nederlandsc-he Klokken- en Or gelraad". Dit instituut, ruim tien jaar gele den ingesteld dco-r den Ne-d. QudiheiLdk. Bo-nd, erkend en gesteund door de Nederiandisohe re- ö'Sai-dug an naai* wi©ns voorb'ssld osniig© wö* ken gel-eden de Duitsche Orgelraad i-s cpge- ri-oht-, verheugt zi-c-h in toen-emeo-de bel-anig- steTMng' en kan met rec-h-tmatigen trots wijzen, op ze-er b-elaiiiigrijke ins-trum-enten en eiv-en be- laaigrijke restairrati-es, dow zijn bennid-deMng tot stand gekamen. Wij wi-Iil-eu n-iet ingaan op de beroepsred-enen welke er toe leidden om di-t nieuwe adviesbureau met een bijna, gélijk- luiidenfl-en n-aam op 1re richten. De vraag ie ge wettigd, waartoe deze n-ieuwe, volkomen over bodige nrata'Jl-iin'g aan een particulier advies- btiToau w-emd ove-rgeg-aam en -oipzetteiijk veir- w-arring gestiich-t moest worden. De tekst van h-et ro-ndig-ea-onden driukweirk van den Ketiterge-lraad (1927) is op sommiiige plaatsen gelijk en geiijiMuiidiend aan difen van den Ne Kle-kken- en DrgeJiaa-d (1917), Wij zulten er on-s to-e be-perken hier de sa- mensteülinig m-ede te doelen van de/n re®ds be- st-aan-d'sn Orgelraad: Br. Jeh. Wa-ganaar, 's-Gravenh-age, Reg«e- ring-slidprof. dr. G. van d-ar Leeuw, Gro- nita-ge-n, voiarzsMter; p-ater dr. Can. Huigeme, O.F.M., Uta-echt, onider-vooraiititer; M. A. Brandts Birys, .Arnhem,; Hub. Ouype-rs, Am-stendaiM; dr. Jos. Th. J. Ouj'pens, Roermond; T. W. vam der Els-t, Utrecht; air. C. J, J. H. van Groa ning,en, Utrecht; W. Petri, Utrecihf; F. Tim mermans, Rotterdam; T. A. Va-s Nunes, Rot terdam; J. A. I-I. Wagenaa-r, Utrecht; C. d» Wolf, Arnh-e-m; A, Brom Jr., Utrecht, He-cr-e- -tari-s. Gedelegeerde voior Ned.-Indië: mr. P. M. H. H.il-d-&taamd te Wel-t-evrecian N. O.-I. LONDON OPINION". 1 Automobilist (tot aangereden slacht- offer): „Hier héb je 5 gulden; geef me je adres, dan zal ik je later nog wat zenden". 1 Slachtoffer.: „Wat denkt u wel? Dacht u soms, dat ik me op afbetaling kan laten overrijden?" 1_ 28). O, zeker.' Maar zij heeft ook de hulp vaai een zeei bedreven toovenaar, antwoordt!© mon sieur Bertrand. Dan keek mademoiselle Eulalie even naar het glimlachende gelaat, van sir Horace en Barbara's jonge hart begon sneller te kloppen, nu ze getuige was, hoe die twee vroegere beminden in den avond van hun loven weer bij elkaar gekomen waren en zoo geluk kig waren in elkanders nabijheid. Zij wist echter niet of hgt vunr van hun vroegere liefde opnieuw op zou vlammen, of dat een rustige en teedere vriendschap hun genoeg zou zijn. Zou n oud mensch zich altijd oud "Blijven voeten, ook als het hart jong bleef? Barbara stelde zich in de kracht van haar frissehen jongen meisjesleeftijd dikwijls die' vraag. In het begin dacht zij vaak dikwijls, dat zij in een huis was gekomen, waaruit alle jeugd ge vlucht was -en waar een rustig overblijfsel vau tevredenheid alles was wat de bewoners be zaten of wat het leven hun te bieden had. Maar naarmate zij geleidelijk de trappen van een sympathieke toenadering besteeg, kwam zij tot heel andere gevolgtrekkingen. De ware minnaar wordt nooit oud. Had zij dat vroeger met eens gelezen in een nu vergeten boek? En zou zij nu de waarheid van deze woorden prac tisch ondervinden? Toen zij Sir Horace voor het eerst ontmoette, vond zij hem ©en oud man. Nu ontdekte zij elkens weer verschillende eigen schappen van een onverwoestbare jeugd in hem. Hij kon zoo echt hartelijk lachen, vooral op hun gezamenlijke, vroolijke tochten door den tuin, of ook als zij samen aan bet werk ware® cn door hun onhandigheid weer heelemaal op nieuw moesten beginnen. Ook scheen dn kloof kf3-1' iewgd aanvankelijk gescheiden had ÜÜL, zooveel oudere broer en zuster, die ;ikaar sekeeht warell, laxg^wer- hand onmerkbaar nauwer te worde®, er ba- ond fteetuiuh geen scheiding meer tusschen ,,J begrepen volkomen haar jongen levens lust die voor hen een heerlijke herinnering was aan hun eigen vroolijke jeugd, en zij van haai- kant stelde groot belang in hun leven met z'n eompenseerende ondervindingen vau den ouderen mensch. Zij voelde duidelijk, dat zij baar d'r jeugd niet benijdden. Daarvoor droegen zij zelf nog te veel de onbedorven pret in hun hart, en zij stonden ook al wat dichter bij het glanzende mysterie van de -eeuwigheid, zooals monsieur Bertrand het haar eens ge zegd had, terwijl .zijn mooie, bruine oogen vol bovennatuurlijken glans wraren. Nu ben je nog te jong, kleintje, om te begrijpen wat het voor ons beteekent om die glanzende poorten steeds duidelijker te zien, waarheen onze voet én steeds dichter naderen: maar als ook jouw tijd -gekomen zal zijn, zul je het wonder en de vreugde daarvan wel vat ten. Als je terug ziet, zie je de mooie schitte ring van een gelukkig verleden; maar toch weet je dat de rozen daar niet zonder doornen waren. Ais je opziet, is de gouden glans vol van het mysterie dat door measchelijke oogen niet doorschouwd kan worden. Toch houdt de wonderlijke schoonheid je vast. Je behoeft niet te vragen wat het is of waarheen het leidt, want door je ziel gaat een schok ten antwoord' die je vertelt dat je door de glanzende gouden poort in Gods tegenwoordigheid gaat, die daar verblijf houdt in de matelooze ruimte der Eeuwigheid Ik weet het ik weet het, sprak Barbara plotseling. Ik heb mijn vader door de poort zien gaan die zich achter hem sloot, en daarna door een andere gvoote deur die zich voor hem opende. Monsieui Bertrand drukte even toeder de vingers van Barbara's hand. an.kun jij je voorstellen, -dat je dappere vader op zijn schreden terug zou willen keeren. Zij schudde het hoofd. Tranen stonden in haar oog-en. Juist. En wij, die de eeuwige poorten zoo -dicht naderen, verlangen ook niet op onze schre de® terug te keeren -op dit ondermaansche. ant öfscfaoon wij na belast kunnen woTden met alle sterfelijke kwellingen, weten we, dait we eens deze voorbijgaande moeilijkheden cn verdrietelijkheden zullen verliezen. Da® zullen wij geen tranen meer kennen, aor^ en verdriet zullen van ons vluchten. Toon monsieur Bertrand zoo sprak, kwam er weer een jeugdige trek op zijn gelaat, zooals men da.t wel vaker ziet bij hen die ingegaan zijn „den vrede Gods die alle measchelijke be grip te boven gaat." Het stond nu bij haar vast, dat dit langzaam naderen van den ouderdom niet noodzakelijk als iets droevigs en zorgwek kends moest worden opgevat. Barbara kreeg verlof om haar jonge reis- vriendin uit te noodigen. Natalie kwam en was in de wolken over alles wat zij zag. Ook met monsieur Bertrand en zijn zuster was zij on middellijk op goeden voet. Zij bezat een schalk- sche speelschheid en levendigheid, waar allen schik in hadtien, terwijl mademoiselle Eulali© zeer dankbaar was voor haar ongeveinsde be wondering voor alles, wat zij zag. Haar leven digheid scheen aanstekelijk te werken op het heeie gezelschap. Zij had aangename, kleine gebaartjes die haar vlugge, ratelende woorden nog verleven digden, en het was werkelijk een genot om te luisteren naar het opgetogen verhaal dat zif gaf over het nieuwe liuis waar zij en haar va der zouden leven tusschen de sinaasappelboo- fflen. Zij deed haar best om zeer wijs over winst en verlies te praten en haar ideën over zaken doen hraobten van tijd tot tijd spotten de trekjes op monsieur Bertrand's gezicht. Maar hij bad er toch schik in om haar honderd uit te hooren spreken over hun nieuwe bedrijf, over het verzamelen van de vruchten, en het transport naar de markt en deed zich tegelijker tijd te goed aan den doordringenden geur van een grooten tak bloesems, dien zij meegebracht liad. Maar als je zoe royaal bent met je bloe sems, lieve dame, hoe stel je je dan voor met die sinaasappelenboomen nog winst te makeu? Dat zegt mijn vader ook altijd, als ik met een vracht bloesems uit den tuin kom; ik be grijp maar niet wat dat nu met het winnen van sinasappelen heeft uit testaan? aar dat hoop ik nog wei eens te leeren. Nfetuurlijk moe- ton sinaasappelboomen sinaasappelen dragen. Waar dienen ae anders voor? Het is jammer genoeg mijn geliefkoosde vrucht niet. Maar de bloemen ha, daar ben ik dol op! En ik zi© niet i-n, dat het schadelijk is voor de vruchten als ik zooveel bloemen pluk als Ik verkies! Zij' lachten allen even hartelijk en Natalie keek met haar lieve gezichtje vol verwarring van de een naar de ander. Ik begrijp niet wat daar nu v-oor vroolijks aan is, zei ze, en monsieur Bertrand fluisterde baar railleerend toe: Que vous me coütez cher, O mon ame, pour vos plaisirs! Barbara nam haar onder den arm en riep: Ga je mee naar den tuin kijken, ik 'moet je zoo'n massa laten zien en vertellen! Als wij terug komen krijgen wij van mademoiselle Eulalie thee o zulke fijne thee! Echte Chi- na-th-ee! Je zult hier wel thee leeren drinken, Natalie, je houdt nog veel te veel van koffie, dat maakt je maar koppig en eigenzinnig. Zij liepen samen lachend weg. Arm in arm wandelden zij door de tuinpaden, terwijl Na talie een stortvloed van details over haar nieu we leven en zijn verschillende aantrekkelijk heden uitgoot. Het scheen of de kleine kring van het stadje vader en dochter reeds met alle gast vil) held en vreugde tot zijn kennissen had gemaakt en Natalie sprak met een mengsel van ernst en zelfvoldoening' over de verschil lende zeer aantrekkelijke personen van het an dere geslacht, die zich sterk schenen te inter- resseeren voor haar persoontje en haar positie. Wat verlegen en toch opgetogen fantaseerde Natalie, wat een voordeel het voor haar zou zijn om een goed huwelijk, te kunnen doen waardoor ze haar vader niet behoefde te ver laten, maar hem juist een flinken schoonzoon in huis bracht, dien hij zeer goed in zijn zaak zou kunnen gebruiken. Natalie's keus was reeds zeer sterk in Engelsche richting georiën teerd. Ei' bleken -onder de kolonie heel wat verkieslijke vertegenwoordigers van dit rijk te loopen. Vooral sinds den oorlog voel ik zeer veel bewondering voor de Engeischen, vertelde zij haar gezellin. Daar komt nog bij dat ik lang zamerhand hun taal «en beetje geleerd heb en zeer veel aandacht heb geschonken aan hun .doen en laten, waarin ik veel goeds vind. Ik zou clus heelemaeal geen stap in bet duister doen. Met de Engeischen die ik in Fjankrijk ontmoet heb, stond ik altijd op den besten voet. En ook hier weer zijn de Engelsche jongelui voor mij het aantrekkelijkst door hun klee ding, hun manieren op de sportvelden, de ty pische uitdrukkingeh, die ze gebruiken, hun losse manieren, die echter zeer correct zijn en niet zonder elegance. Zij gingen zoo nog een heel tijdje verder. Barbara moest telkens lachen over al dat half-inccmsequente bevoordeelen tier Engei schen van Natalie boven haar eigen iandgenoo- ten. Zij informeerde belangstellend naar deze nieuwe kennissen en Natalie overstelpte haar met een regen van allerlei pietluttige bijzon derheden, wanneer die opstond, en waarom of die altijd wat langzamer liep als ze voorbij kwam, of voorbij zou komen. Hoe of gene ten niste, en dat hét toch opmerkelijk was dat mr. So and Se alleen maar met haar wilde dansen, ofschoon er toch werkelijk heel aar dige Engelsche meisjes in de zaal waren. Zijn sympathie ten opzichte van de per sonen van het andere geslacht zal parallel loo pen met de jouwe, zei Barbara lachend. Hoezoo? Wel, hij geeft ook de voorkeur aan iemand „van den overkant". Maar Natalie lette niet op dit steekje onder water en begon weer al lerlei interessante dingen té vertellen over het besloten kringetje kennissen, waarin zij waren opgenomen met de hartelijkheid, die het leven op zoo'n klein plaatsje eigen is. En voor al nu men zoo langen .tijd geheel -gespeend was geweest van vreemde gezichten, deed ieder zijn uiterste best om de nieuw-aangekomenen in zijn clubje binnen te halen. Het ontbrak Natalie da® ook niet aan uitnoodigingen voor allerlei danspartijtjes en huiselijke feestjes. En Barbara luisterde geduldig, tot eindelijk zelfs Natalie niet véél meer wist. En in dat oogen- blik van stilte, dat als een benauwende rust tusschen haar viol, keek Natalie -pkitseimg haar vriendin door de donkere franje van baar lang® mooie wimpers snel «n (onderzoekend aan. (Wordt vervolgd.).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1927 | | pagina 10