Zaterdag 26 November 1927 Tweede Btad Pagina t f POLITIEKE EENHEID EN SAMENWERKING R. K. STAATSPARTIJ VERGADERING VAN DEN PARTIJRAAD CONGRES VAN VOOR EER EN DEUGD In het bisdom Haarlem VEEL LOF VOOR DEN MINISTER De Kamer is gul met lessen en adviezen R. K. DIOC. HAARLEMSCHE BOERENBOND De secretaris van het R. K. Werklieden verbond heeft dezer dagen een rede ge houden over „Arbeidersbeweging en Poli tiek" en aan het slot daarvan heeft hij de wanhopige voorspelling gedaan, dat een splitsing in de Katholieke Staatspartij' langs economische scheidslijn Onvermijdelijk zou zijn in de toekomst. De spreker heeft voor zijn profetie geen enkel bewijs aangevoerd: hij heeft een voudig zijn persoonlijk, bang voorgevoelen geuit. Waar geen bewijzen worden aange voerd, is het al zeer moeilijk tegen-bewijzcn te leveren. Wij - mogen dus volstaan met te zeggen, 'dat wij er niets van begrijpen en vooreerst nog geen redenen zien, die ons nopen aan te nemen, dat onze staatkundige eenheid uit elkaar zal vallen. Tot dusver heeft de partij alle pogingen, die gedaan werden om haar eenheid te verbreken, glansrijk door staan; de N. K. P. is opgeheven en de Volks partij is hard bezig haar eigen graf te graven. Na de hervorming, die de Staatspartij heeft ondergaan, is er ook geen reden meer tot afscheiding, want iedere groep heeft zeggingschap en in het groot geheel kan meer bereikt worden dan in aparte onder onsjes. Het zou een niet te overziene ramp zijn ,voor de positie der Katholieken, indien hun politieke eenheid verbroken werd. Het moge al waar zijn, dat zooals de heer Schutte betoogde, de eenheid van beginsel natuurlijk toch bewaard wordt, maar dat is theorie. Wat hij over het hoofd ziet is de groote waarheid,, dat eenheid van beginsel van weinig waarde is, zoo daarmee geen eenheid van practijk gepaard gaat. Men moet de eenheid van beginsel kunnen zien en hooren; anders blijft zij een drang des geestes, die zeer veel op een onzichtbaren geest gelijkt. Een partij-verband aanvaarden beteekent niet, dat men altijd en overal eigen meening zou moeten opgeven maar wel, dat wie een eigen meening voorstaat, ook bereid is een andere meening te aanvaarden. Dat rt a es maar dat is ook genoeg. Dertig Kamerleden die op één beginsel gekozen zijn, kunnen wel van meening verschillen, maar zij kun nen ook tot een eenheid komen. En de laatste mogelijkheid bevordert liet partij verband. Daarbuiten bestaat zij niet. Organisatie in tucht en vrijheid hebben wij noodig; zij heeft ons groot gemaakt en zij zal ons in de toekomst helpen onze positie te handhaven en te versterken. De Katholieke eenheid is geen kunstmatige en geen uiterlijke, zij wortelt in het ééne be ginsel dat ons allen gemeen is. Het gevaar onzer eenheid is, dat wij te sterk worden en te zwak zijn. Wij zijn de sterkste partij maar moeten er rekening mee houden, dat wij alleen niets vermogen, maar het onderspit moeten delven als allen zich zouden keeren tegen ons. Deze mogelijkheid moet door ons voort durend in het oog worden gehouden en wij moeten den lust bedwingen met het hoofd tegen den muur te loopen. Staat kunde is geen practiseering van afgetrok ken begrippen; zij moet de werkelijkheid in het oog houden. Een isolement, dat de andere partijen van ons afstoot, is even gevaarlijk als de waan, dat wij het alleen voor het zeggen hebben. Wij kunnen niet blijven Jgren van de vei- ontwaardiging over de daad der Chr. Histo- rischen op 11 November 1925. Over de poli tieke moraliteit van die daad is het scherp ste vonnis gestreken, maar nu de zaak een maal historisch is geworden, wordt het dagelijks ontboezemen van verontwaardi ging vrij onvruchtbaar en verliest men de hoofdzaak uit het oog. Die hoofdzaak is, dat ons land geregeeid moet worden en dat voor een behoorlijke regeeringsrneerderheid samenwerking van verschillende partijen noodig is. Bijna een halve eeuw regeerden de recht- sche partijen samen; de leiders verdedigen deze samenwerking nog en een betere is er niet gevonden. Ieder erkent, dat een samen werking van Katholieken en Socialisten nooit anders dan tijdelijk kan zijn. Indien zoo'n samenwerking eens tot stand zou komen, en onze partij zou haar (wat bijna ongelooflijk is) overleven, zou dan daarna een samenwerking met de oude bond- genooten weer mogelijk zijn? En zoo niet, wat moeten wij dan? Maar de Snoeck Henkemansen gaan wel eens ver in hun waan, dat Nederland een protestantsche natie is. Zeker, maar wat hebben wij aan een waan? Alleen met de practijk behoort rekening te worden gehouden en de practijk is, dat zoowel Anti's als Christelijk-Historischen ons als gelijkgerechtigden beschouwen en Öat wij, dank zij hun hulp, dingen bereikt hebben, welke wij anders nooit zouden be reikt hebben. Politieke profetieën zijn aardig en politieke vizioenen zijn mooi, maar politieke historie is leerrijk! DE VOOR ZITTER DOET E ENIG E MEDEDEELINO EN BEHANDELING VAN DE VOORSTELLEN DER R!JKSK!ESKRlNGORGANISAT!ES CHOLERA TE BATAVIA. De stad besmet verklaard- BATAVIA, 25 November. (ANETA.) Batavia Is met cholera besmet verklaard. Do derde vergadering van den Partijraad der R. K. Staatspartij gisteravond om 8 uur aan gevangen in de zaal van het Utrechtsche Jaar beursgebouw. De openingsbijeenkomst was bij den aanvang niet druk bezocht. De vergadering werd voorgezeten door jhr. mr, Ch. Ruys de Beerenbrouck, die op verzoek van den voorzitter van den' Partijraad mgr. dr. Nolens de bijeenkomst leidde en de volgende openingsrede hield. OPENINGSWOORD U allen, leden van den Partijraad der R..IC, Staatspartij, heet ik van harte welkom op de derde vergadering van uw college. De voorzitter van den Partijraad heeft mij verzocht deze avondvergadering voor te zitten. Gaarne spreek ik den wensch uit, dat de bij eenkomst, welke ik het voorrecht heb thans te mogen openen, van groot nut voor onze Partij zal zijn. Het partijbestuur vertrouwt, dat onze beraad slagingen zullen staan in het. teeken eenerzijds van ernst en degelijkheid, anderzijds van on derlinge waardeering van elkanders inzichten. Opdat daaruit te zijner tijd, ik bedoel bij de vaststelling vau ons program van actie, moge voortvloeien de mogelijkheid om op het terrein van het te behandelen vraagstuk tot een ons allen bevredigend programpunt te geraken. Moge op dezen voor onze partij en voor ons volk zoo belangrijken arbeid Gods beste zegen rusten. Daarom open ik deze vergadering met den Christelijken groet: Geloofd zij Jesus Chris tus. Na het openingswoord verklaarde de voor zitter, dat men met groot leedwezen dezer dagen in de bladen het overlijdensbericht zal hébben gelezen van den voormaligen onder voorzitter van den bond van Rijkskieskring- organisaties, den heer J. C. Aarts. Zelden ls hij, zeide spr., op den voorgrond getreden, maar toch was zijn werk voor de organisatie vooral in Limburg van grooten invloed. MEDEDEELINGEN Door den voorzitter werden als punt 5 der agenda de volgende mededeelingen gedaan. HET PARTIJBUREAU. Ie. De eerste mededeeling is m.i. veruit de belangrijkste. Zij betreft de actie voor het Partijbureau. In welken vormi die actie gegoten wordt, hoe wij de zaak zullen aanpakken, ik moet er over zwijgen. Ik volsta thans met drie opmerkingen. Ten eerste, dat de actie voor het Partijbureau een der gewaeihtigiste werkpunten is tooi- onze' Partij-organisatie, die thans aan de orde, actueel zijn. Actueel in hooge mate. Men vraagt en wil een opgewekt, 'n krachtig en actief partijieven. Volkomen terecht. Wij hebben dat beslist noodig. Maar dan moet men ook de materieele mogelijkheid scheppen, om daaraan te kunnen voldoen. Ik spreek het als mijn diepste overtuiging uit, dat, bij allen goeden wil van velen onder ons, die materieele mogelijkheid niet aanwezig is zonder dat Partijbureau. Ten tweede: De Partij-bureau-actie moet zijn een zaak van de gebééle Partij, ja, van het gehééle katholieke volk. Dus niet een voorwerp van zorg of van steun van enkelen. Ten derde: Het sein voor den aanval wordt binnen enkele weken gegeven. Houdt U allen paraat. Blijft niet langs den weg toezien, hoe of „ze dat er af zullen brengen"! Laat alle oude gi leven en kwesties ruisten. Laat alle allen, één van hart en één van willen, samen werken, om het groote, maar ook zoo nood zakelijke doel te bereiken. Tot slot nog dit: Men klaagt wel eens en wel eens terecht dat de plaatselijke Kies- vereeniging in nief-verlciezingstijden zoo weinig weet, wat te doen. Laten allen begrijpen, dat juist dit te verhelpen, een der hoofdtaken zal zijn van het Partijbureau. Als onze 1200. afdeelingen allemaal actief zijn, zullen wre zelf verbaasd staan over wat we kunnen! HET SOCIALE VRAAGSTUK. 2. De tweede mededeeling betreft de volgende Partijraadsvergadering, in het voorjaar 1928 te houden. Het onderwerp is U bekend. „De taak van den wetgever in den tegenwoordigen tijd ten aanzien van het bedrijfsleven". De eenheid ondier ows wordt door zoo goed als alle katholieken een groot goed geacht. En terecht. Tot dn het jongste verleden belichaamde zl.ch diie eenheidsdrang op geheel natuurlijke wijze in het onderwijs-vpaagsftuik. Een beginsel-vraag- stuk van den eersten rang. En met dit voor deel, dat over de praotiische uitwerking van het beginsel geen verschil van meening onder ona bestond. Onderwijs is zaak der ouders, dat was het beginsel, De elseh van de bijzondere school de uitwerking er van. Nu beeft dit vraagstuk zijn bijzondere ac tualiteit verloren, al is de zorg er voor aller minst ten einde. en één der politieke vraag stukken, welke thans de volksmassa bijzonder belang inboezemen, is het sociale vraagstuk. De R. K. Staatspartij heeft deze werkelijk heid te erkennen. Het tegendeel ia struisvogel politiek. En dat niet alleen, doch deze partij heeft als politieke partij in dit vraagstuk haar stand punt te bepalen. De moeilijkheid is nu deze. Onze beginselen op dit terrein der sociale 'politiek zjjn voorop te stellen. We aanvaarden die allen. Doch de uit werking in de practijk is niet zoo eenvou dig gegeven als bij het ouderwijsvraagstuk. Daar ls verschil van waardeer ing in feiten en factoren, verschil - van inzicht in doelmatig heid van dit en dat. Moeten wij nu, uit vrees voor onze eenheid, dit belangrijke vraagstuk maar maast oma laten liggen Neen, meent liet Partijbestuur. Wij moeten het aanpakken. Om nu hiertoe te geraken, is voorlichting van hoogstaande personen noodig, die in hun praead viezeii de beginselen en hun gedachten zuiver en evenwichtig stellend, de basis zullen leggen voor de harmonische oplossing der ver schillen van inzicht. Ernstige persoonlijke inzichten, die daarvan afwijken, hebben wij te eerbiedigen. En nu volgt het „nieuws". Als prae-adviseurs van dit belangrijk werk zijn uitgenoodigd de heeren dr. J. van Beurden, adviseur van den Ned. R. K. Middenstandsbond; C. J. Kuiper, lid der Tweede Kamer der Staten-Generaal, prof. mr. dr, Ch. Raaymakers S.J., hoogleeraar aan de Keizer Karei-Universiteit te Nijmegen, en mr. M. P. L. Steenberghe, directeur der N. V. van Puyenbroek's Textiel Mij. te Goirle. Aan deze bekwame mannen is de prae-advie- seurstaak veilig toevertrouwd! DE POLITIEKE BIJEENKOMST TE AMERSFOORT. 3e. De derde mededeeling betreft de namen' der sprekers op de a.s. Politieke Bijeenkomst te Amersfoort (14 en 15 ;April 1928), Daartoe zijn uitgenoodigd en bereid gevonden voor het onderwerp: „De Kerk en de politiek", prof. dr. J. Kors O.P., hoogleeraar aan de Keizer Karei-universiteit te Nijmegen, en voor het tweede onderwerp: „Wij eh de andere Partijen" mr. A. baron van Wijnbergen, lid der Tweede Kamer der Staten-Generaal en oud-voorzitter van den voormaligen Algemeenen Bond van R.K. Rijkskieskringen in Nederland. 4e. De vierde mededeeling is eigenlijk geen „nieuws". Zij betreft de instructieve lessen voor de K. R. O.-uitzending te geven door den heer J. B. Vesters. hoofdredacteur van het „Huis gezin" en de „Volkskrant" en voorzitter der R. K. Journalisten-vereeniging, over de Geschie denis der R. K. Staatspartij tot 1918, en door onzen Partijsecretaris, over het resultaat dier geschiedenis: de huidige R. K. Staatspartij. Deze mededeeling zij een aansporing om de beluistering dezer lessën door de leden onzer Paftij te bevorderen. 5e. De vijfde mededeeling is eigenlijk even min geheel „nieuw". Zij betreft de bijwoning door de Commissie voor Buitenlandsche Aan gelegenheden en twee andere leden van het Dagelijksch Bestuur (een delegatie dus van vijf personen) van een tweedaagsch Congres te Keulen in Jdli 19271 waar katholieke politieke partijen uit verschillende landen vertegen woordigd waren. Gebleken is, dat het in hooge mate nuttig en leerzaam is, dat de voorman nen der katholieke partijorganisaties de toe standen in de andere landen leeren inzien, tot juistere waardeering ook van eigen toestanden. Doordat de Commissie voor Buitenlandsche Aangelegenheden, ten gevolge der desbetref fende oriëntatie van haar lid Serrarens, dit internationaal contact heeft gevonden, heeft zij geheel gewerkt in de lijn van de opdracht door het besluit der Bondsvergadering van Juli 1926 aan het Partijbestuur gegeven om zich op dit gebied te oriënteeren en contact te zoeken. Het Partijbestuur heeft besloten, bedoeld Congres voor 1928 naar Nederland uit te noo- digen. Uit het hierna uitgebracht verslag van den penningmeester bleek, dat de inkomsten over 1926 13.323.81 hebben bedragen en de uitgaven 15.139.12. VOORSTELLEN DER AFDEELINGEN Aan de orde komen vervolgens de voorstel len der afdeelingen. RIJKSKIESKRINGORGANISATIE ROTTERDAM. De R. K. Rijkskieskringorganisatie Rotter dam stelt voor: „De Partijraad, kennis genomen hebbende de meer dan gewone propaganda, die er wordt gevoerd om jonge lieden tot dienstneming in het leger van Nederiandsch-Indië te bewegen, en overwegende, dat liet van Overheidswege toelaten van het concubinaat in de kazernes aldaar de militairen met een nauwelijks te ont komen moreelen ondergang bedreigt, besluite, dat de Katholieke Staatspartij een hernieuwde krachtige actie zal ondernemen, om aan de bedoelde kazerne-toestanden, die elk beschaafd volk tot schande strekken, voor goed een einde te maken." Praeadvies van het P. B.: Het P. B. vereenigt zich geheel met de algeineene strekking van het voorstel, doch is van meening, dat de Par tijraad zich beter uitspreekt in een motie, welke tot de R. K. Kamerfracties is gericht. Het P. B. geeft daarom de volgende motie aan den Partijraad in overweging: „De Partijraad, kennis genomen hebbende van het voorstel Rotterdam. overwegende, dat zoo spoedig mogelijk een einde moet worden gemaakt aan de concubi- naatstoestanden in de kazernes van het leger in Nederiandsch-Indië, dringt met nadruk bij de R.K. Kamerfracties er op aan, op ondubbelzinnige wijze te doen blijken van de meening, welke ten deze In het geheele Katholieke volk leeft" Zonder discussie werd overeenkomstig dit voorstel besloten, zoodat de R. K. Staatspartij deze kwestie in het bijzonder onder de aan dacht der R. K. Kamerfractie zal brengen. Het tweede voorstel Rotterdam luidt: De R. K. Rijkskieskringorganisatie Rotter dam stelt voor: „De Partijraad, gelet op de besprekingen in den Partijraad van 23 October 1926 ten aanzien van het aan de orde stellen van punten van belangrijken aard, o.a. het militaire vraagstuk; verwijzend naar de toen gedane toezegging door het Partijbestuur bij monda van zijn voor zitter; verzoekt het Partijbestuur op de eerstvolgen de vergadering van den Partijraad het militaire DR. JOHN SEILER DER TOULANE UNIVERSITEIT heeft een bijzondere sportoefening ondernomen. Het is hem gelukt, om van Atlantic-city bij New-York naar Pasadena in Cali- fornië in looppas te loopen, een afstand van 4883.2 K.M. Hij deed hierover 56 dagen en gebruikte -7 paar schoenen, terwijl hij een gewichtsverlies had van 14 pond. Een pracht ontvettingskuur. De hardlooper onderweg. vraagstuk aan de orde te stellen." Praeadvies van het P. B.: Het P. B. erkent gaarne, dat het militaire vraagstuk een onder werp is, dat geschikt is voor behandeling In den Partijraad. Er moet echter een keuze wor den gedaan uit meerdere belangrijke onderwer pen. Zooals bereids is gepubliceerd in de R. K. Pers is door het P. B„ in overleg met den voor zitter van den Partijraad, voor de yoorjaars- vergadering 1928 het Sociale Vraagstuk aan de orde gesteld. Het P. B. meent, dat deze keuze beantwoordt aan die grootere mate van belang rijkheid zoowel als van actualiteit, welke dit vraagstuk eigen is in vergelijking met het militaire vraagstuk. Voorbereidende maatregelen zijn door hel P. B. in dit verband bereids getroffen. Men vergete niet, dat, tengevolge de reorga nisatie in 1926 en 1927 tot stand gebracht, het Partijraadwerk In deze vierjarige periode slechts in twee vergaderingen kan worden ver richt. Einde 1.928 moet het program, volgens art. 15 van het Partijreglement, aan de orde komen. Nadien opent zich veel meer gelegen heid tot' behandeling van groote politieke vraagstukken. Dat het militaire vraagstuk alsdan evenzeer behandeling zal vinden, lijkt het P. B. zeer voor de hand te liggen. Dit voorstel wer-d toegelicht door den lieer A, Bart uit Rotterdam, die zijn "teleurstelling «ver het prae-advies van het Partijbestuur te kennen gaf en een uitvoerig pleidooi hield voor ontwapening- Dooi' spreker werd aan het einde van dit pleidooi aangedrongen op de benoeming van prae-adiviseurs over dit belangrijk vraagstuk. De Zeereerw. Pater mr. dr. de Beaufort O.F.M., deelde mede, dat er een R. K. Vredes- ibond bestaat, waarbij in studie is. „de Katho lieken en de ontwapening". In die commissie zijn niet alleen leeken, maar ook militairen vertegenwoordigd, zoodat de bestudeering van het vraagstuk aan deskundigen is opgedragen Spr. is van oordeel dat hierdoor reeds wordt voldaan aan het verzoek der vorige sprekers. De voorzitter wees er op, dat reeds jaren geleden een tweetal rapporten over dit vraag stuk is uitgebracht. Spr. wil Intusschen aan de eerstvolgende vergadering van het Partij bestuur in overweging geven, dit vraagstuk nader onder het oog te zien. Aldus wordt besloten. De Haarlemsche diocesane boniden zullen het 7e Congres houden te Alkmaar in hotel „Het Gulden Vlies" (Koorstraat) op Donder dag 15 Decemzer (en niet zooals abusievelijk ls gemeld op Dinsdag 13 December). Te half 8 uur de stille H. Mis (ook in de parochiën, waar een afdeellng bestaat), met gemeenschappelijke H. Communie der leden tot welslagen van het Congres. Te half 12 uur de huishoudelijke vergade ring, welke toegankelijk is voor alle leden. Te 3 uur de algemeene vergadering, waar de Zeereerwaarde Pater Rosarius van der Lin den O.P. een zeer belangrijk onderwerp zal behandelen. En te 7 uur plechtige sluiting door den Zeereerw. eere-voorzitter Deken E. Rengs in de St. Jozefskerk aan de Nassaulaan, waarbij feestpredikatie door Pater Rosarius van der Linden. TWEEDE KAMER. BUITENLANDSCHE ZAKEN JHR. VAN BEELAERTS BLOKLAND. Het optreden van den minister van Buiten landsche Zaken, jhr. Beelaerts van Blokland te Genève vormde gis' teren de hoofdschotel van het débat en niets dan lof had hij daar over in ontvangst te nemen, terwijl het bovendien reden tot tevredenihedd gaf, dat Nederland zich dit had kunnen veroor loven zonder het flat der mogendheden eerst te hebben ontvangen. Nu moet de minis ter over acht dagen weer naar Genève en nu ls de Kamer druk bezig zijn koffer te pakken. Van alles krijgt liij mede in den vorm van raadgevingen, lessen ln wereldpolitiek en tal van andere zaken. De heer Heemskerk zorgde voor een groote flesch voor zichtigheid, waartegenover de heer Vliegen weer aan kwam dragen met een fleschje durf, want al te voorzichtig was ook niet goed. De heer Marcbant droeg een dosis ironie en idea lisme aan, wat de heer v. Rijekevorsel zeer gevaarlijk vond en wenschte te neutraliseeren door groote nu oh terlhei<i en kaïhmte. Bij de beschouwingen over den volkenbond zelf liepen de meeningen nogal uit elkander. Dank zij het initiatief van dezen minister kon het werk te Genève weer met nieuwen moed worden aangezet. De beginselen veilig heid, arbitrage, ontwapening waren weder „uit hun slaap gerukt". De volkenhond moet den vrede waarborgen, want alles loopt goed, zoolang niemand 'n onreclitmatigen oorlog ont ketent, want als dat geschiedt, voor men klaar is met de beginselen, dan is het mis. De toestand is nog niet zoo, dat men op dit gebied alles maar door kan drijven, zooals <le vrijzinnig-democraat wil en zeer juist merkte dan ook de heer v. Rijekevorsel op, dat de regeering er voor waken moest nooit den heer Marcbant naar Genève af te vaardigen, want dan maakt hij stukken. De minister zal dan ook wel zoo wijs zijn om na het passeeren van de grens, de bagage van den heer Marchant uit zijn koffer te ver wijderen. Ten slotte is er ook gesproken over het ver worpen Nederlandsch-Belgische verdrag. Vol gens den heer Vliegen waren de Belgen verder dan wij en bestond de kans, dat Limburg de dupe werd van de gebeele historie, vooral nu het ministerie in België gevallen was en den nieuwen bewindsman aldaar een beetje natio nalistische stokerij niet onwelgevallig zou zijn. Hij kon wel zeggen, dat men in België van een regeling van het verdrag bij stukken en brokken niets wilde weten. Mogelijk kan het loodswezen geregeld worden, maar dan houdt het op en een concreet voorstel hebben we niet. De lijst van sprekers ook bij deze begrooting is intusschen nog lang niet uitgeput, want behalve bij de artikelen, zijn er voor de alge meene beschouwingen zeker nog drie inge schreven, voor de minister aan het woord kan komen. De verkiezing van een nieuw bestuur Onder leiding van den alg. voorzitter van den L. T. B„ den heer N. Dekker, hield de R K. Boerenbond ln het bisdom Haarlem een buitengewone algemeene vergadering in ver band met een wijziging der statuten waardoor het geheele bestuur moest aftreden. De voorzitter wees erop, dat deze wijziging ten doel heeft, door een nauwe saamhoorig- heid tusschen de vakgroepen, de algemeene vakbelangen van den boerenstand zoo goed mogelijk te behartigen. De statuten worden daarna artikel „wijze behandelden na eenige wijzigingen in httn ge heel aangenomen. Daarna volgt verkiezing van een nleu- be stuur. Gekozen werden de heeren: W. .V C. Meekel te Buitenveldert, J. J. van Schv* te Haarlem, A. C. Paardekooper te Honselers- dijk, B. Timmerman te Kwadendamme, J. J. v. d. Zwaan te Bovenkerk, A. J. Verkley 'e Sassenheim ep Jos. Sjerps te Hem. Tot voorzitter werd benoemd de heer A. Verkley te Sassenheim, terwijl als leden va» het hoofdbestuur ynerden gekozen de heeren: A. J. Verkley, J. J, v. d. Zwaan, J. J. van Schlé, Jos. Sjerps, g j DE ONDERWIJSWET Een redificatie in liet voorstel van den heer Zijlstra In het voorstel van wet van den heer Zijlstra tot wijziging der wet van 30 Juni 1924 en vau de L. O. wet moet in art. 1 aan het slot in plaats van „31 December 1927" gelezen wor den „30 Juni 1928". TARIEFSVERLAGING BIJ DE SPOORWEGEN? Voorloopig nog een vrome wensch In verband met den door velen geuiten wensch, dat de Spoorwegen zouden besluiten tot verlaging der tarieven voor het reizigers- vervoer, heeft de „Tèl." zich tot de directie der Ned. Spoorwegen gewend om te vragen of het in de bedoeling lag, inderdaad hiertoe eerlang over te gaan. Aan het blad werd medegedeeld, dat ei; dienaangaande geen plannen bestaan. j WASSENAAR'S GASDIRECTEUR De heer J, Manhave, directeur van de gas fabriek te Wassenaar, heeft, volgens „De Te legraaf", als zoodanig ontslag gevraagd. j

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1927 | | pagina 5