ONZE VROUWENRUBRIEK
mÈ ft
li
VERBANDDOOS.
m
ADVENT.
PEIGNOIRS.
m
ZIEKENVERPLEGING IN HUIS.
SCHORTJE VOOR MEISJES VAN 3 JAAR.
mm
BLOEMENPRAATJES.
RECEPTEN.
NOG EENS: DE PORIEN-MISERE
VOOR ONZE HUISKAMER.
VRIJDAG 9 DECEMBER 1927
DERDE BLAD
J»
PATRONEN NAAR MAAT
S
SNU/£ND/G
UITWENDIG
Ö4
.j.
Overcame uit deze rubriek zonder schriftelijke toestemming verboden.
ALS DE CHRISTUS KOMT!
Adventsklokken luiden over de wereld!
Ze luiden 't komende Kerstfeest in! Ze
melden de komst van het Christus-kind!
Ze roepen ons toe van de hooge kerk
torens: bereidt u waardig voor op de
komst van het groote Koningskind, dat om
ons uit den hemel wilde dalen naar deze
koude, donkeie aarde!
En gelijk vrome moeders bij 't naderend
KérsLeest haar kinderen vertellen van 't
schoone kerstkind, dat werd geboren in
de donkere koude velden van Bethle
hem, zóó wijst de Roomsche kerk, die
bezorgde moeder der volkeren, ons, haar
kinderen naar 't oosten, vanwaar de
Christus komen gaat
Op een hoogen slanken toren van een
kerk in Alaska staat een groot kruis, dat
's nachts elcctrisch wordt verlicht en 20
mijlen in den omtrek zichtbaar is. Dat
licht daar hoog op den toren van Alas
ka's kerk heeft al mengien verdwaalden
zwerver, die- dolend rond zwierf langs de
kusten van den Stillen Oceaan het leven
gered. De Eskimo's noemen dat licht
kruis „de witte Ster", die verdwaalden
dolers de haven wijst.
De adventsklokken luiden over de
wereld! Straks zal boven Betlehem „de
witte ster" opgaan, die verdwaalden do
lers de haven wijst, de eeuwige haven
daarboven, aan de verre stranden der
eeuwigheid!
Noemde dat kind van Bethlehem zich
niet eens het „Lux mundi", ,,'t Groote
Licht der wereld" en heeft het niet voor
speld dat allen, die dat Licht volgen, niet
in duisternis zullen verdwalen?
De adventskokken luiden over de we
reld, Ze luiden 't komend kerstfeest in!
Ze melden de komst van het Christus
kind.
Als Hij komt in de wereld zal d e
wereld Hem dan erkennnen, de
wereld, die Hem zoo -bitter noodig heeft,
die zonder Hem al dieper zal wegzinken
in de zwarte kolken der zonden? He
laas, wat Sint Jan, de groote ziener van
Patmos, schreef voor 2000 jaar, geldt nog
voor Hem: „Hij kwam in de wereld en
de wereld heeft Hem niet erkend!" Wat
geeft de wereld van thans om 't arme
Christus-kind in naakten stal; de verfijn
de, grofstoffolijke wereld, die met de
oude heidenen slechts de ééne leuze kent
brood en spelen: Schenkt wijn, vlecht
rozen en viert feest, want morgen kun
nen we sterven; de wufte lichtzinnige
wereld van thans, die van 't leven maakt
'n rumoerigen kermisdag, een rijk voor
ziene feesltatel of 'n bonten, vroolijken
speeltuin, waarin men van den morgen
tot den avond en diep in den nacht,
drinkt en klinkt, zingt en springt, tiert
en pleziert, leest en danst, spot en ont-
eert, alsof er geen God en geen eeuwig
heid bestaat. Hoe zal die wereld 't Chris-
tus-kind ontvangen? Is niet al te waar
wat de ongeloovigc Hélène Swarlh eens
schreef;
„De dag is zoo druk en zoo nuchter,
„Zoo vol van 't stoffelijke alleen.
„De menschen verloochenen -hun ziel tl,
„En of God leeft vraagt geen!
Daarom zal ook deze advenl voor de
wereld weer 'n mislukking zijn!
En wij? Als 't Christus-kind kom! in
Zijn eigendom, zal Z'n eigendom Hem
aannemen? Als Hij komt onder Zijnen,
zullen de Zijnen Hem tenminste ontvan
gen? Zullen wij Hem ontvangeïi als
Marl h 5, toen Hij kwam in haar huis
te Bethanië; alleen denkend aan 't hui
selijk feest aan feestdisch en feestge
schenk, en met allerlei zorgen voor al
lerlei dingen dan tijd van onze bezoe
king verpillen?
O, die drukdoende Martha's, die'aan
alles denken, behalve aan dat ééne, wat
de Meester van haar vraagt; die opper
vlakkige Marlhazielen, die voor alles
zorgen behalve voor dat ééne noodza
kelijke!
Ja, dit is wel de hopelooze kwaal en
bittere tragedie van onzen oppervlahki-
gen, onrustigen lijd; het verspillen van
zooveel kracht en tijd aan allerlei onbe
nulligheden, die evengoed of misschien
beter niet gedaan kunnen worden; die
onbeduidende 'dingen, die toch zoo wei
nig gewicht leggen in de weegschaal der
eeuwigheid!
-Wie heeft er tegenwoordig in de wilde
woeling van het drukke moderne leven
nog tijd om 'n oogenblik rustig aan 's
meesters voeten te zitten?
Onder de concerten, dansen en rede
voeringen, die over heel de wijde wereld
vlakte door 't radio-apparaat over ons
henen stormen, hooren wij nauwelijks
meer de stille stem van Gods genade, die
ons- toefluistert, dat God eeuwig is en
onsterfelijk onze ziel!
De adventskokken luiden over de we
reld! Als straks de Christus komt, laten
wij Hem dan ontvangen, niet ais de be
zorgde, drukdoende Martha maar als de
rustige stille M a r i a, ons niet uitput
tend met duizend zorgen voor allerlei
uiterlijkheden of met de bange vraag, wat
zullen wij eten dien dag en waarmee zul
len wij ons kleeden! Dat doet ook de
heiden en ongeloovige, lichtzinnige we-
reldling!
Laten wij liever rustig knielen voor de
harde naakte kribbe van dat sublieme
koningskind en stil aanbidden 't groot
ste liefde-mysterie, dat hemel en aarde
ooit voltrekken zag! Laten wij Hem ont
vangen, niet in 't luidruchtig gedruisch
of rumoer van den drukken dag maar in
vreedzame stilte en bezonnenheid en
serene rust.
De stilte in de natuur heerscht het
meest in de hooglanden der eeuwige
sneeuw, waar ieder gerucht uit de dalen
wegsterft de stilte, waarin wij opgaan
in God, heerscht alleen in de ziel, waar
in 'l gerucht van den drukken, rumoe
rigen dag is verstomd!
Daarom is ook dat koningskind van
Betlehem een minnaar van de stilte en
rust! Werd Hij niet geboren in de nach
telijke stille van de verlaten velden van
Betlehem? Leeft Hij niet 30 jaar lang in
de verborgen eenzaamheid van Josefs
rustige timmersehuur?
Vastte Hij geen 40 dagen in de majes
tueuze verlatenheid van de woestijn
van Hauran en stierf Hij niet in de bange
stilte op de verlaten kruin van Golgotha
als allen zijn heengegaan, behalve Zijn
Moeder en de trouwe Sint Jan?
Daarom is Hij 'n minnaar van stille,
vreedzame Marla-zielen. Wil deze ad
vent voor ons geen mislukking zijn, dan
moeten wij 't Christus-kind onlvangen in
heilige stilte en vreedzame rusl!
C. VIS, pr.
Onze lezeressen kunnen van onze
mode-ontwerpen nauwkeurig naar maai
geknipte patronen ontvangen, tegen
uiterst billijke prijzen, die voor elk
model afzonderlijk worden opgegeven
Men neme daarvoor zorgvuldig de maat
op de volgende wijze:
Bovenwijdte. De geheele bovenwijdte
wordt genomen over het breedst van
den rug. (volg. voorb.)
Taillewijdte. De taillewijdte wordt
genomen strak om de taille.
Heupwijdtc. De heupwijdle wordt
genomen 15 c.M. juder de taille, vooral
niet te strak.
Voorlengte. De voorlengte wordt geno
men vanuit den hals tot bet bandje.
Zijlengte. De zijlengte wordt genomen
vanuit het oksel tot het bandje.
Ruglengte. De ruglengte wordt geno-
men vanuit den rugwervel tot het bandje
Schouder-, Elleboog- en Polslengte,
waarbij men steeds den centimeter bii
den hals laat liggen, (volg. voorb.)
"Elleboogwijdte. Hierbij houdt men den
arm gebogen, daar anders de mouw te
nauw zou worden.
PRIJZEN DER PATRONEN:
No. 1. 0.90.
No. 2. f 0.90
No. 3. 0.90.
Het Patronenkantoor, Postbus no. 1,
Haarlem.
Een heerlijk warme peignoir is een
zeer practisch kleedingstuk. Voor winter-
peignoirs kiezen we stof (gebloemd of
effen), gestreept, of effen gekleurd flanel,
ratiné, of wollen crêpe.
Voor twee van bovenstaande afbeel
dingen koopen we breede stof, omdat
de mouwen aangeknipt worden.
No. 1 is gemaakt van gebloemde stof
en heeft aangeknipte mouwen. De bies,
langs hals en voorkant, wordt gewoon
aangezet, een reep dus, niet omgeslagen
en is van satijn, of bij een eenvoudige
peignoir, van effen wollen stof of sati
net, in een afstekende tint. Verder heeft
de peignoir heele wijde manchetten,
eveneens van satijn of satinet en is schuin
in de zijde gesloten met een strik.
Heeft men liever ingezette mouwen, dan
moet dit bij het bestellen van het patroon
vermeld worden.
No. 2. Peignoir van effen wo-Uen ralihé,
met lang ingezette mouwen. Shawlkraag
en manchetten van geruite stof. De
peignoir is schuin op zij met één knoop
en lus gesloten. Aan de punt van den
kraag maken we een kwast van gekleur
de wol of zijde.
No. 3 Peignoir van gewerkte of ge
bloemde wollen crêpe. Het model heeft
aangeknipte mouwen, kraagje, manchetjes
en bies van den zak in een afstekende
kleur.
ANEMONE.
EEN PRAATJE OVER MEDICIJNEN.
In ieder huisgezin komen af en toe;
eens zieken voor en 't verdient hier aan
beveling, een speciaal medicijnkastje te
hebben dat op slot kan en dat aan
den muur op de ziekenkamer bevestigd
kan worden, 't liefst naast de waschtafel
en zóó hoog, dat er geen „kleine grijp-
vingertjes" bij kunnen komen.
Een kastje, dat goed op slot kan en
waarvan 't sleuteltje aan een haakje er
naast kan bevestigd worden. In nil
kastje, dat 't liefst in drieën verdeeld
moet zijn, door middel van plankjes, b.v.
op de volgende wijze:
Benoodigd: VA el stof van 70 c.M. breed
1 strengetje gekleurd DMC no. 8. Dit
aardige schortje kunt gc maken van ve
lerlei stof, zooals fijne katoen, reform-
slof, zephir, Brabantsch bant, enz. Als
moeder het patroontje even knipt, kan
verder het geheele schortje door haar
handig 10 of 12-jarig dochtertje in de
Kerstvacantie gemaakt worden. Of 't ook
gemakkelijk is. Is het patroontje ge
maakt, dan legt ge het op de stof, voor-
en achterkant boven elkaar, de schou
dertjes, zakjes en zijstukjes knunen er
naast gelegd worden, terwijl men alles
met één c. M. naad uitknipt. Nu wordt
langs den geheelen buitenkant van het
schortje een zoompje ingeregen van
1/2 c.M. breedte, zoo ook aan den boven
kant van de zakjes, aan de schoudertjes
en de beide zijstukjes, welke 10 c.M.
lang, en 6 c.M. breed geknipt zijn. Dan
wordt dit, zcoals de teekening u laat
zien, omgewerkt met een eenvoudig ge-
Oitr.J
haakt puntje, nl. één vaste, 3 lessen, een
steekje in de bovenlus van den vasten
steek, één vaste, enz. Het spreekt van
zelf, dat ge ook, inplaats van een ge
haakt puntje, een eenvoudig kantje langs
kunt stikken, hetgeen moeder, zoo ze het
zelf wil maken, misschien verkieslijker
vindt.
Onder aan de schoudertjes maakt ge
een inslag naar den goeden kant, terwijl
ze dan aan den goeden kant tegenge-
zoomd, en aan den verkeerden kant op-
gezoomd worden, en zóó worden opge
zet, dat het halsje voor- en achter 12
c.M. wordt.
Evenzoo doet men de zijstukjes, zoo
dat het schoitje over het hoofd wordt
aangetrokken. Langs de zakjes maakt ge
een inslag, terwijl men ze dan op de aan
gegeven plaats opstikt. Voorzeker een
aardig, en tevens een goedkoop schortje,
dat een klein meisje wel pittig zal staan.
DINY.
."V-rr-V-0"y~rV1'ryj
'.KmJlMJLi,U-Ui
kunnen we links de fleschjcs zet
ten voor; Inwendig gebruik, en rechts de
fleschjcs en potjes zalf voor; Uitwendig
gebruik,
't Derde hokje zal u voldoende plaats
laten voor Verbanddoos en diverse
zwachtels, DU hokje kan ook een laadje
zijn. Ik zou u aanraden, om de diverse
aideelingen met wit zeildoek te beklee-
den, om 't eens per week frisch uit te
kunneu zeepen. Een paar stukjes dik, wit
vloeipapier op den bodem gelegd onder
de fleschjes, zullen vlekken op 't zeiltje
en 't houtwerk voorkomen, jodium b.v.
geeft afschuwelijke vlekken, vooral op
marmer.
Boven ieder vakje plakt ge een pa
piertje metInwendig, Uitwendig, Ver
band, goed duidelijk geschreven en 't
woordje „uitwendig" 't liefst met roodc
inkt. Dan is bij 't ingeven vergissen
onmogelijk.
Aan den binnenkant van 't deurtje be
vestigt ge een lijstje met een goed klop
pende opgave van den inventaris van 't
medicijnkastje en controleert dit iedere
maand en vult 't ontbrekende aan.
De verbanddoos moet bevatten;
2 Utermöhlen's snelverbandjes no. 1
1 pak verbandwatten
3 gazen zwachtels 5 M. lang en 4 tot
6 c.M. breed
1 doosje 16/16 steriele verbandjes
1 doosje kleefpleister 90 c.M. lang en
1 c.M. breed
1 doosje of kaartje roestvrije en met
knipjes voorziene veiligheidspelden
1 grooten driekanten doek (in papier
verpakt)
1 pincet (splinter'ang)
1 verbandschaar, platgeknopt en 't
liefst knievormig gebogen (zoonoodig
kleerenschaar)
1 nagelborsteltje en zeep in doos
2 bismuth (brand) zwachtels.
Verder verdient 't aanbeveling, in 't
vakje voor „uitwendig" gebruik", een
doosje witte vaseline (of potje nog beter)
bij de hand te hebben, benevens een
klein potje perubalsem en een fieschje
waterstofsuperoxyde 3 pet, oplossing en
een spateltje voor de zalf.
Met dit lijstje kunt u volstaan in een
gewone huishouding. Den volgenden keer
iets over '1 ingeven van de medicijnen,
CORMA V, 'T LAM-TEEPE.
I.
„Houdt ge van bloemen?" Vraag dit
aan wien ge wilt, en het antwoord is te
lezen, nog voor de mond gesproken
heeft, in de verlevendiging der gelaats
trekken, in den blijden oogslag van den
toegesprokene.
Ja, de liefde voor bloemen en planten
is wél diep geworteld in de kinderen
van Adam, den eersten tuinier ter we
reld. Van den kleinen hummel af, die,
ternauwernood kunnende ioopen, toch
reeds geen bloem kan zien staan, zonder
die te willen plukken, tot het oude moe
dertje toe, dat In haar vensterkozijn een
paar „Graniums" of „Foksiaas" met lief
devolle toewijding verzorgt, in iederen
stand, op eiken leeftijd, zijn bloemen en
planten een rijke bron van vreugde en
genot. Welke huiskamer ziet er niet ge
zelliger uit door eenige los in een vaas
gestoken bloemen ot zelfs een simpel
varenplantje op tafel of schoorsteen
mantel, welke zieke komt niet in blijder
stemming, wanneer vriendelijke handen
het vertrek, waarin hij zoo lange, dik
wijls pijnlijke uren moei doormaken, heb
ben opgefleurd dcor hier en daar een
bosje bloemen te plaatsen, waarop hij het
oog kan laten rusten? Is een fees! denk
baar zonder bloemen, en zijn bloemen
niet altijd eene gelukkige oplossing van
het dikwijls zoo moeilijke vraagstuk, wat
men iemand op verjaardag of bij andere
feestelijke gelegenheden zou kunnen
geven?
Verschaffen bloemen op zich zelf reeds
veel genot, grooter, hooger wordt dit,
wanneer men ze zelf gekweekt heeft. Let
eens op, met welk een trots de liefheb
ber-tuinier u zijn tuin, al is het maar een
stadstuintje van 10 of 20 vlerk. M. groot
laat zien, zoodra gij er maar de minste
belangstelling voor toont, en hoe hij u als
het ware wel bij iedere plant zou willen
doen stilstaan, om ze elk afzonderlijk te
bewonderen.
Zie, hoe hij, vroeg in Januari reeds,
den kalen grond in zijn tuin nauwlettend
staat te bekijken, ongevoelig voor koude
en wind. Wat is daar toch te zien, wat
hem onwederstaanbaar naar buiten trekt,
terwijl het binnen zooveel behaaglij
ker is?
Voor een ander niets, maar onze lief
hebber weet precies, waar zijne sneeuw
klokjes geplant zijn, en hij moet beslist
het eerste puntje van het eerste blaadje
zien verschijnen. Niets ontgaat hem:
eene kleine oneffenheid in den bodem
toont hem, dat daaronder werking zit,
enkele dagen daarna ziet hij dat de aarde
begint te splijten, en, ja hoor, eindelijk
op een vroegen morgen wordt zijn ge
duld en trouw wachthouden beloond: het
puntje is er Van nu al aan krijgt hij het
steeds drukker en brengt meerdere uren
in zijn tuin door. Aan alle kanten toch
begint het te leven, en overal moet hij
opletten want hij zou het als een ver
zuim van zijn kant beschouwen als een
der huisgenooten hem zou komen vertel
len dat de eerste Crocus begint te klets
ren en hij dit zelf niet reeds gezien had
Vanwaar die buitengewone, men zo»
haast zeggen overdreven belangstelling»
Hij heelt zelf zijn tuin beplant, ieder?
struik, ieder plantje en bolletje heeft hl
met eigen handen in den grond gezet el
zorgvuldig met aarde bedekt.
Vanaf dat oogenblik zijn het zijn»
pleegkinderen geworden, hij voelt zorg
ja een soort verantwoordelijkheid voor
wat hij geplant heeft, en eerst in hel
voorjaar, naarmate meerdere van zijn»
beschermelingen zich brginnnen te ver-
toonen, wijkt zijne bekommernis, en geef)
hij zich rustiger over aan het genot val
het zien groeien. Iedere dag brengl iet?
nieuws om te zien, en steeds vindt hij
kleine bezigheden te verrichten. Nu eens
moet een klimroos of wilde wingerd op.
gebonden worden, dan weer valt er iels
te snoeien of moet de een of andere
plant een steun hebben, om niet dooi
regen of wind tegen den grond geslagen
te worden, onkruid moet uitgewied wor
den, kortom, de tuinier heeft het meer
dan volhandig. Geloof echter niet, dal
al dit werk hem ooit verveelt of zwaar
valt. De liefde, die hij voor zijne planten
ëevoelt, maakt hem alles licht en aange
naam, en met plezier offert hij ha vol
brachte dagtaak zijne avonduren op, om
zijn tuin te verzorgen.
Liefde voor bloemen en planten, zie
daar de eerste en onmisbare vereischte
om ze te kunnen kweeken; zonder liefde
gedijen ze evenmin als kinderen. Maar
daarnaast behoort toch ook een zekere
hoeveelheid kennis van de behoeften en
gewoonlen van ieder gewas in het bij
zonder. Daaraan nu ontbreekt het zoo
menig liefhebber en daarom lijden zoo
vele kamerplanten een kwijnend bestaan,
en zien zoovele tuinen en tuintjes er ar
moedig en verwaarloosd uit.
Het doel van deze praatjes is: liefheb
ber-tuiniers en hieronder worden zoo
wel mannelijke als vrouwelijke verstaan
het een en ander omtrent kweekwijze
enz. van bloemen en planten te vertellen,
en hun van voorlichting te dienen bij den
aanleg en 't onderhoud van hunne tuinen
of tuintjes. Ze zijn dus niet bestemd voor
vaklui, ook niet voor die eigenaars van
tuinen, die al het werk door een tuin
man laten verrichten en er zelf niet naar
omzien tenzij om er bloemen uit te snij
den, maar uitsluitend voor de echte
liefhebbers, die, meestal met beperkte
middelen en onder niet al te gunstige
omstandigheden wat ligging, grondsoort
enz. betreft, willen trachten hun stukje
grond zoo aantrekkelijk mogelijk te ma
ken, of die, hetzij uit voorkeur, hetzij
door omstandigheden gedwongen zich be
palen tot het kweeken van bloemen en
planten binnenshuis.
FLORA.
Hier volgen eenige
samentrekkend werken op een grove
huid en open poriën.
Ten eerste., doodgewoon zout water!
Gemakkelijker kan het toch al niet!
Ten tweede, aluin-water, een goed,
eenvoudig, beproefd middel.
Voorts; benzoë-tinctuur, bij den dro
gist te verkrijgen. Dit wordt gebruikt in
het koude waschwater. U hebt maar
enkele druppels noodig.
Tenslotte een lotion van ingewikkelder
samenstelling, die u in een groote
ilesch kunt mengen en voor gere
geld gebruik op uw waschtafel zetten.
Eén deel zoogenaamde „neerslag van
zwavel", waaraan de drogist u eveneens
kan helpen, één deel kamfer-tinctuur,
één deel glycerine en acht deelen rozen
water. Dit kan met goed gevolg meer
malen per dag gebruikt worden, daar de
glycerine en 't rozenwater een te straffe
inwerking voorkomen. Ook tegen de
vetwormpjes is deze vloeistof een uit
stekend middel,
1 Er is ook, van verschillende betrouw-
mengsels, die bare merken, een speciale poriën-crème
in den handel, die tegelijk reinigt en
samentrekt. Deze kan dan inplaats van
cold-cream gebruikt worden, om het ge
zicht schoon te maken, telkens als hel
aan stof en vuil is blootgesteld geweest.
Menschen met vergroote poriën moeten
nog veel meer haast maken met de ver
wijdering van stof en vuil dan anderen!
Vergeet nooit deze algemeene, nuch
tere waarheden; dat warmte (heet water,
stoom) de poriën nog wijder dan anders
opent, dat kou (ijs!) ze doet ineen
krimpen, dat ze zich niet kunnen sluiten
over een mengsel van poeder en huidvet,
en dat ze zich er aan gewennen, zich te
rekken en uit te zetten, wanneer u er
almaar dikke, taaie massa's inperst. Bij
menschen, die zich nooit met schoon
heidsmiddelen ophouden, doet het onvol
doend verwijderd vuil, wat bij anderen
achtergebleven crème of poudre-de-riz
doet. Een fijne, gladde huid beteekent
op de eerste plaats een altijd-schoone
huidl
HET BRADEN VAN GROOT VLEESCH
(op verzoek),
Daar het verzoek tot mij gekomen is,
om 't braden van groot vleesch te be
spreken, wil ik eerst- uitvoerig de alge
meene regels vertellen, die op alle soor
ten groot vleesch worden toegepast.
Als voorbeeld laat ik daarna een re
cept volgen.
Neem op 1 K.G. vleesch ongeveer 10
gram zout voor rollades iets minder,
omdat deze van binnen reeds gezouten
zijn. Voor de hoeveelheid vet wordt
opgegeven 1/10 van hel gewicht van het
vleesch, dus op 1 K.G. vleesch ongeveer
100 gram vet. Deze hoeveelheid is ech
ter voor elk gezin weer verschillend,
omdat in 't eene gezin meer jus ge
bruikt wordt dan in 't andere en daar
mede moet men dus rekening houden
bij 't nemen van de hoeveelheid vel.
Reken voor den braadtijd van rund-
vleesch op 't gas of de kachel 25 minu
ten per pond indien men van rood
vleesch houdt, 15 a 20 minuten per
pond; voor kalfsvleesch 35 minuten en
voor varkensvleesch 40 minuten per
pond.
Kies als vetsoort, die bij het vleesch
hoort.
Voor al het vleesch kan men delfia
met boter samen gebruiken,
Wasch het vleesch met lauw water
af, wrijf het stevig in met zout en laat
het 1 a 2 uur staan. Laat het vet in de
pan héét worden, zóó, dat er een blau- j
we damp opstijgt.
Wentel het vleesch dan aan alle kan-
ten in het heete vet, zóó, dat het ge
heel grijs geworden is. Dit is het z.g.
dichtschroeien van het vleesch. Laat het
vleesch dan op één kant liggen en
braad het vlugger of langzamer bruin,
naarmate men het meer of minder gaar
wenscht. Leg het vervolgens op een
andere zij en ga zoo door, tot het
vleesch aan alle zijden- mooi bruin van
kleur is geworden.
Braad hel vleesch in een gesloten pan.
Gedurende het braden vormt zich op
den bodem der pan een bruin bezink
sel, dat laat men stil vormen, maar pas
op, dat het niet brandt. Is men daar
bang voor, dan voegt men wat water
toe. Doet men dat te gauw, dan zal de
jus te vet worden. Want dat aanzetsel
lost op in water en dat vormt 't bruin
van jus. Voegt men nu te gauw water
toe, dan verkriigt men weinig bruin van
jus in verhouding tot 't vet.
Is het vleesch aan alle zijden mooi
bruin van kleur, dan neemt men 'tuit de
pan en giet over den schuin geplaatsten
deksel bij kleine hoeveelheden tegelijk,
zooveel water, tot het sissen ophoudt
en al het aanzetsel is opgelost.
Heeft het vleesch den vereischten
braadtijd nog niet gehad, leg het dan
weer in de jus en stoof het den verde
ren tijd zachtjes.
De jus is mooi, wanneer het voor 2/3
deel uit bruin van jus en 1/3 deel
vet is.
CATHARINA.
Voor onze huiskamer zijn Oud-Holland-
sche meubelen zeer geschikt. Een ameu
blement, met bekleedsel, heeft in een
kamer, die den geheelen dag in gebruik
is veel te lijden.
Ik heb echter vele Oud-Hollandsche
kamers gezien, die zeer ongezellig aan
deden en dat behoeft toch volstrekt niet.
Op de teekening zien we een gezel-
worden de overgordijnen gemaakt.
Landhuisstof is zeer sterk en men kan
ze tegenwoordig in mooie dessins ver
krijgen.
De ondergordijnen, met een ruimen
strook er aan, worden gemaakt van witte
batist.
Bijzonder aardig staan de gordijntjes,
schuin opgenomen.
EVA-
iige met Oud-Hoilandsche meubelen in
gerichte kamer.
Een flink buffet, stoelen met hoogc
rugleuningen, waarvan eenige met arm
leuningen, een groote uitschuiftafel en
een theekast.
Voor den vloer nemen we een stevig
karpet en over den tafel een aardig ta
felkleed.
Voor de stoelzittingen maken we van
landhuisstof, kussens. Voor de armstoe
len tevens rugkussens. Van dezelfde stof
Een paar roode geraniums in groene
potten voor de ramen, zullen de kamer
zeker een vroolijk aanzien geven. Op
het buffet moeten niet te veel prulletjes
pronken. Een tinnen of aarden kan, ge
vuld met wat bloemen en een fruitschaal
van aardewerk, is reeds voldoende.
Het buffet moet altijd ruim zijn, zoo
dat men vlug wat uit de hand kan zetten
bij tafeldekken enz.
DINA- .1