DINSDAG 7 FEBRUARI 1928 DERDE BLAD HET LOT DER CHINEESCHE MISSIONARISSEN FASCISTISCHE VERGISSINGEN VERWARRENDE REDE OVER GODSDIENSTONDERWIJS PAGINA 2 DE EERBIEDWAARDIGE E. CANORI EEN GEVECHT MET DE CHINEESCHE. BANDIETEN BIJZONDERHEDEN UIT HAAR LEVEN. KARDINAAL SGHULTE He( gevaar nu geweken? MGR. HAYASAKA DE JAVA-FOST. HOLLANDSCHE LIEFDADIGHEID UIT DE GEVANGENISSEN TERUGGANG DER TOTALE BEVOLKING PROF. DR. H. SNELLEN A. BARON VAN DEDEM BIJ ZIJN 90ste» VERJAARDAG De ^Annalen van Scheut'' verhalen deze naand hoe pater van Eten Bossche, overate an Kang-fa-ing-ze en een jonge Chineesehe triester dooi- roevers vermoord werden. „Sedert geruimen tijd had men vernomen, lat kleine rooverbende» van de bergen neder gedaald waren. Zij hielden zich neg schuil, maar hadden toch reeds verschillende heiden- lorpen bezocht. Reeds was een gedeelte van len oogs.t gekapt; maaar er waren nog enkele rustige weken van doen. om hom binnen te kmmen halen. Einde Augustus ging pater i'an den Bossche naar de stad, waar hij jaar- lijksche retraite dor mb-ionarissen- in Swi-yuan mee kon doen. Doch dasr steeds onraad te vreezen viel, bleven pater Tuypens en de Chi neesehe priester beiden te Kang-£a-ing-ze. In den namiddag van 3 September naderde een rooverbende onverwachts het dorp en leidde een dertigtal paarden mee, die buiten de om heining aan het grazen waren. Aanstonds loopem de Christeren naar de residentie om dat aan de priesters te gaan vertellen. Pat-ers, zeggen zij. onze paarden zijn ver loren, zoo wij op staanöen voet de roovers niet achtervolgen. Doet de geweren uitdeelen. De dieven zijn maar een 20 man aterk. Wij zullen ze volgen en hun onze paarden wederom afnemen. D9 Christenen, de Chineesehe priester en vooral de eigenaar* der paarden waren alle voorstanders van de onmiddellijke ackterna- zetting. Pater van den Bossehe, die op Donderdag S September, verjaardag van het afleggen van zijn beloften, zijn retraite geëindigd had, wilde niet langer in de start blijven. Hij was onge rust over het lot van zijn parochie, nam af scheid van zijn medebroeders, en vertrok naar Kang-fa-ing-ze op Vrijdag 9 September. Hij kwam er aan voor het invallen van den nacht, op het oogenblik dat men nog aan het rede. twisten was over het te nemen besluit. Hier. was geen tijd te verliezen. Het kwam er op aan zoo vlug mogelijk te weten, wie de zoovers waren en welke richting zij waren ingeslagen. Zonder uitstel moest men ook de twee gendarmerieposten uit de buurt verwit tigen en hun hulp Inroepen. Dat deed men dien avond zelf. Christenen vertrokken in verschillende richtingen. Pater van den Bossche zelf steeg met enkele Chris tenen te paard en kwam dien nacht terug. Maar nergens in de omliggende dorpen hart men ernstige inlicbtingea kunnen inwinnen. 's Anderdaags in den vroegen morgen kwa men er toch Christenen met nieuws: de roo vers hadden 's nachts het heidenseh dorp Heoe-kwa-ing-ze overvallen, op een uur af stand in 't Zuidwesten. Zij hadden onder doodsbedreiging de inwoners verboden te vluchten en den vrouwen geboden hun een groote maaltijd te bereiden ter gelegenheid van t heidenseh feest der Volle Maan in Septem ber. Wat de gendarmen betreft, die hadden bc- Sofd de Christenen te zulle» helpen: wilden e de roovers achtervolgen, zij zouden mede- gaan. De inlichtingen waren onvolledig. De roovers waren niet slechts 29 man, zij waren met meer dan 50. Het was hier niet een bende van jonge schurken, beginnelingen in het rooversambacht, maar het warengedrilde roovers, die menigen slag met de politie geleverd hadden. Tot overmaat van ramp lieten de twee groe pen gendarmen op zich wachten. Even later toen men het besluit nam samen aan te vallen, hadden de roovers reeds al den tijd om hun beschikkingen te nemen en zich in hinderlaag op to stellen. Dientengevolge zou de espeditie van Zater dag 10 September uitloopen op een ramp voor de Christenen. Twintig vrijwilligers waren uitgekozen. De Chineeschfe priester bood zich aan om te vergezellen en pater Van den Bossche stemde er in toe. Men vertrok uit Kang-fa-ing-ze te 3 uur. Patfer Tuypens bleef met enkele gewapende Christenen thuis om het dorp te bewaken, tot dat zijn medebroeder» terug zouden zijn Hij zou ze niet meer wederzien. 't Schijnt dat de gendarmen zich slechts om 2 of 3 uur bij de Christenen aansloten en dat op dit oogenblik de roovers plots het dorp Heoe-kwa-ing-ze verlieten en 't Zuidwesten in vluchtten. Er waren slechts 16 gendarmen van Soe. borghai ter aangeduide plaatse aangekomen; de anderen waren maar niet te zien. Het schijnt, dat pater van den Bossche toen de achtervolging heeft willen uitstellen tot later, maar de gendarmen en de christenen naren een andere rneening toegedaan De mannen werden ia drie groepen ver deeld en stapten op in de? richting die de roo vers hadden ingeslagen. Doeh de roovers waren niet ver geloope». Bij een gehucht hadden zij hun paarden in veilig heid gesteld en hadden zich verscholen in don op de velden, aan den kant waar de Christenen voorbij moesten komen hJ«h rTeYa VaUeU P0St op laken in het gehueht, om te doen gelooven, dat de boete bende daar was. De roovers, die zich met v«l behendigheid verscholen hadden, lieten tie drie groepen achtervolgers vooruitkomen en op«n- den plots het vuur. De toestand der onzen was niet meer liottrt- haar en een spoedige aftocht drong zich op. De gendarmen waren es- vlug bij om te yiucliten. def*wdn gK°feU ChEÏSten<*b aanvaardden den -lag. Doeh dra viel de Chineesehe priester doodelijk gewond neder Verschillende Christenen, niet ver van hem Werden insfelijks getroffen, en dan lieten de anderen los en verloren vasten voet. Alleen diegenen die met pater van den Bossche wa.' wjjoen den pater niet verlaten eikand6611 *°rt fievecM' waari* men tenen werd*1 bescho<* N<*e» Chris- sche De tiende6 Pater Tai1 dooa en hield 2iCh snappen. der roOTei's °^- der fwe 6rdaaee° Zöndag ver(l€* lijken er luee priesters en der negen Christenen teruggebracht naar Kang.fa-lng-ze. De begra fenfs had plaats op 13 September Het antwoord van de „Osservatore Romano". Men schrijft ons uit Rome: Ter gelegenheid van de opening van het fascistisch cultuurinstituut te Napels, hield afgevaardigde, oud-minister van onderwijs, Gentile, een toespraak, waarin hij ook het on derwerp godsdienst en school aanvoerde, het geen tot een levendige polemiek tusselien de fascistische en Katholieke bladen leidde. De „Osservatore Romano" schreef daarover het volgende: Afgevaardigde Gentile zei o.a., „dat, nadat het vraagstuk van het godsdien stig geweten in Italië is opgelost, ook aan de leekenschooT, den leekenstaat en het geheele maeonnieke program een eind gemaakt moest worden. De schooi moet Katholiek zijn, omdat ze godsdienstig moet zijn. De Italiaansche school kan geen ander geloof dan het Katho lieke hebben, daar de Katholieke godsdienst de godsdienst van den Italiaansehen staat en het Italiaansche volk is. Helaas hebben de ver tegenwoordigers van den godsdienst, de ker kelijke beschermers van het christelijk geloof, nog steeds niet met datgene, wat de Italiaan sche staat hun tot dusverre reeds geboden heeft, genoegen genomen. Dag in, dag uit, moet men de Italiaansche school verdedigen tegen het voortd ringen der dogmatische leer, welke de prilste jeugd in de laagste klassen tot het laatste universiteitskwartaal zou willen ovei*- heerschen. Het is noodzakelijk deze dingen nog eens duidelijk te zeggen, daar de tijd gekomen is het met elkaar eens te worden. Want de samenwerking moet 'n werkelijke vriendschap en geen ondergeschiktheid be teekenen, want, een overgave met gebonden handen, zal de macht van den menschelijken geest nooit toe laten." De „Osservatore Romano" antwoordt daar op, dat men het zeker eens moet worden. Voor al echter over de verbazende verwarring en de openlijke tegenspraken, waarin Gentile is vervallen. De school moet Katholiek zijn, omdat ze godsdienstig moet zijn, en ltan geen ander geloof hebben, dan dat, wat de Katholieke Kerk leert; tegelijk zegt de spreker echter ook, dat de school voor het dogma moet wor den beschermd! Dat beteekent, dat de school godsdienstig, doch niet Katholiek moet zijn, terwijl men zelf kort te voren .juist het tegen deel verzekerd heeft. Thans moet men, zegt de Osservatore", be sluiten. Wanneer de school in naam der maclit van den menschelijken geest meent, dat gods dienst en waarheid, geloof en wetenschap te gengestelde begrippen zijn, zoodat hun innige en bezielende samenwerking voor liet onder wijs en de opvoeding tot het leven met een overgave met gehouden handen overeenkomt en een beschamende onderwerping voor God is terwijl men te zelfder tijd verzekert, dat het godsdienstige vraagstuk opgelost is en zoowel staat als school van den geest der vrijmetselarij bevrijd zijn dan beteekent dat, dat men zich zelf en anderen misleidt. Men moet, gaat de „Osservatore Romano" dan verder, voor oogeu houden, dat degenen, die Gentile vertegenwoordigers van den gods dienst, de kerkelijke beschermers van 't chris telijk geweten noemt, niet met deze godsdien stige school tevreden zijn, daar men in deze z.g. Katholieke school noch het godsdienston derwijs duldt, noch het Katholicisme met zijn waarheden toelaat. Men kan er geen genoegen mede nemen, want in plaats van een vriend schap en veveeniging tusselien geloof en bur gerlijk leven tot het flink en gezond maken van het nieuwe geslacht, beteekent dit een verootmoediging van den godsdienst voor den willekeur der geloof «verklaring. Door 'n der gelijk soort nieuwe leekenscholen is men weer aan het binnendringen van don twijfel en ten slotte van het ongeloof prijsgegeven. Uit er varing weet men, dit de leekensehool de ont binding der maatschappij en der grondslagen van het burgerlijk leven met dezelfde motie ven en met gelijken ijver, welke ketterij en geloofsafval gebracht hebben, heeft veroor zaakt. Zij heeft met één woord die politiek op gegeven, waartegen het fascisme verklaarde zich te verzetten, zooals het met het doel de grondpijlers van de menschel»,ke samenleving nieuw op te bouwen met den godsdienst wilde beginnen. Ook hier moet een beslissing genomen wor den. Men moet tegenstrijdigheden uit den weg ruimen en onbelemmerd naar liet gods dienstige en zedelijke doel opzien, zooals men in het belang van politieke en economische doeleinden ook gedaan heeft. Om sneller tot dit doel to geraken, heeft men gevaarlijk lij kende personen, theorieën en instellingen dit den weg. geruimd. Het zou derhalve volkomen onbegrijpelijk zijn diegenen, die in het belang van de godsdienstige en zedelijke doeleinden het uit den weg ruimen van alle vooroordeeJèn en hindernissen verlangen; die zich te weer stellen voor de oprechte bevestiging van het Katholieke denken en tie vrije uitoefening van het Katholieke geloof, onverzadelijk te noe men. De gouverneur van Swi-yan heeft onmid dellijk een sterk aantal troepen gezonden met last die rooverbende te vernietigen. LONDEN, 6 Februari. (H.N.) Naar de „Ti mes uit Peking verneemt, hebben Chineesehe roovers to Foetchaw drie Duitsche Katholieke missionarissen en een zuster ontvoerd. Een bende van 100 man drong het gebouw van de missie binnen. Er ontstond een gevecht in den loop waarvan een Chinees gedood en anderen gewond werden. De roovers verlangden een losgeld van onge veer 250.000 mark. Deze eisch werd afgewezen en er werden troepen gezonden om de gevange nen te bevrijden. Toen de troepen tot den aan val overgingen, stelden de bandieten de gevan genen voor zich teneinde op deze wijze zichzelf te besthermen. Tijdens het gevecht werd een der Duitsehers gewond, terwijl de zuster van schrik stierf. Kruisen en lijden bleven niet uit In verband met de reeds gemelde behande ling in de Congregatie der Riten van de „cau sa" der Eerbiedwaardige Dienaresse Gods Elisabeth Canori, Romeinsch huismoeder en tertiaris van de orde der Trinitaviërs, valt nog het volgende te vermelden: Elisabeth Canori werd den 21sten Novem ber 1774 te Rome als dochter van Tomaseo Ca nori, een rijken koopman, en Theresla Primoli geboren. In 1796 trad zij in het huwelijk met Cristofo- ro Mora, een gezien advocaat, eveneens Ro mein van geboorte. Na een leven vol kruisen en lijden van aller lei aard, vooral veroorzaakt door de 'ontrouw van haar echtgenoot, stierf Elisabeth op 5 Febrauri 1S25 te Rome. Zij werd in het ordekleed der Trinitariërs begraven en onmiddellijk door het volk als een heilige vereerd. Haar lijk werd in de kleine kerk der Trini tariërs, San Carlino, aan de Via delle Quatro Fontane bijgezet. Negen jaar na haar dood in 1834 werd het stoffelijk omhulsel opgegraven,- in tegenwoor digheid van haar dochter Lucina. Het bleek geheel ongeschonden. Uit de crypte der kleine keTk werd Elisa beth's lijk thans in de bovenkerk bijgezet. Vermeldenwaardig is de vriendschap van Elisabeth Canori voor een andere Romeinsche huismoeder, de reeds zalig verklaarde Anna Maria Taigi, die ook Tertiaris der Trinitariërs geweest is en door het volk van Rome ijverig wordt vereerd. Eenige jaren na den dood van Elisabeth Canori, kwam Lady Herbert, gemalin van den Engelschen pair lord Herbert, naar Rome om zich nauwkeurig van het leven der god vruchtige vrouw op de hoogte te stellen. Lady Herbert toonde haai' groate vereering voor de brave Romeinsehe christians en huismoeder, vooral daardoor, dat zij de in het Franseh verschenen levensbeschrijving der bewonde renswaardige vrouw in het Engelsch vertaalde. Daardoor werd in Engeland onder de Katholie ken de vereering voor Elisabeth Canori zoo groot, dat de Katholieke vrouwenbond te Lon den zich naar baar noemde. De „eausa" voor de zalig- en heiligverklaring werd op 24 Februari 1874 ingeleid. In 1914 had de „congregatione anti-preparatoria" plaats en na 13 jaren de „preparatoria". Met de dezer dagen in tegenwoordigheid van den H. Vader gehouden congregatie-zitting 13 door de erkenning der heldhaftige deugdbeoefe ning van Elisabeth Canori het eerste deel der „causa" afgesloten. Als bijzonderheid zij nog vermeld, dat heden te Rome nog een achterkleinzoon van Elisabeth Canori leeft en wel een geestelijke, mgr. Stanis laus Canori, deken van het college der zooge naamde „Capollani comuni" van den H. Vader. De toestand van den kavdinaa 1 -aartsbisscliop van Keulen, Schulte, is thans zoodanig ver beterd, dat de doctoren van meaning zijn, dat alle onmiddellijk levensgevaar Is geweken. Op zijn terugreis Onze Pavijsche correspondent schrijft ons: Mgr. Hayasaka keert tlranS^naar Japan terug en heeft Zaterdagochtend Parijs verlaten om zich naar Lisienx te begeven. Vandaar vertrekt mgr. naar Ie Havre, waar de Fransche katholie ken hem een plechtig afscheid zullen bezorgen. Woensdag gaat mgr. daar scheep om met de „Do Grasse" de terugreis te ondernemen. Het laatste nummer Gelijk bekend zou, In verband met de uit gave van het Katholiek dagblad „de Koerier" de „Java Post" ophouden te bestaan. Met de jongste mail kwam nu het laatste numnter mede van het wakkere weekblad, dat jarenlang in een behoefte heeft voorzien. DE MISSIëN DER WITTE PATERS. De aflevering Februari van de Annalen: Afrikaansehe M>S8iëa Witte- Paters geeft, behalve zeer Menswaardige lectuur over de Missie en illustraties van het Sint-Panhis-college der W. P- te Sterksel, een overzicht van de werkzaamheden der Sociëteit van 1 Juli 192630 Juni 1927. Missiepersoneel aan priesters, broeders, zus ters en catechisten: tezamen 6042, aldus ver deeld 477 Witte Paters (in de Missiën werk zaam), 59 zwarte priesters, 109 broeders, 369 Witte-Zusters (in de Missiën werkzaam), 294 Zwarta Zusters en 4734 Catechisten werkzaam in 166 Missie-posten, waarvan 7 aan inlandsche geestelijkheid toevertrouwd. Het aantal Doopsels, voor die twaalf maanden is 66.289 waarvan 17.416 aan volwassenen en 23.512 aan kindereu van christenen, waardoor het getal katholieken komt op 482.317. 23.561 Doopsels werden toegediend in gevaar van sterven. De Catechumenen of de doopleerlingen, die reeds twee jaar voorbereiding voor het Doop sel hebben gehad, zijn 189.572. Het werk der priesters is uitgedrukt in ruim twee-millioen-vierhomderd-duizend (2.412.242) biechten gehoord, in ruim zeven-millioen hon derd-duizend (7.101.273) H. Communiën uitge reikt. Het werk der priesters, der zusters en deT onderwijzers in het schoolonderricht is uitge drukt in liet cijfer van ruim honderd-twee-en- zeventig-duizend kinderen (102.620- jongens, 70.312 meisjes is 172.912) en de verzorging van ruim twee-mfflioen (2.096.481) zieken, die de hulp der Paters of der Zusters hebben inge roepen. Armenzorg-statistiek over 1925. VIJF EN VIJFTIG MILLIOEN UITGEGEVEN De armenzorg in ons land kenmerkt zich de laatste jaren door groote veelzijdigheid. AI is de eenvoudigste vorm van ondersteuning van behoeftigen, de onderstand met geld en levens behoeften, verreweg hoofdzaak, zooals hieronder zal blijken, ook andere vormen van maatschap pelijk hulpbetoon, zijn van genoeg belang om afzonderlijk aan een beschouwing onderworpen te worden. Het Centraal Bureau voor de Sta tistiek stelt zich voor op den duur van alle in Nederland voorkomende soorten van weldadig heid gegevens te verzamelen en te pubï-iceeren. Over de jaren 1923, 1924 en 1925 zijn reeds 'van verscheidene vormen cijfers beschikbaar. Die voor laatstgenoemd jaar en voorzoover voor vergelijking van belang ook die van 1923 en 1924. zijn gepubliceerd in de zoo juist versche nen Armenzorgstatistiek over het jaar 1925. Hieruit vermelden wij -het volgende over de behandelde wijzen van armenverzorging en de uitgaven in millioenen guldens (na aftrek van de terugontvangsten) in de jaren 1924 en 1925 volgt hieronder: Onderstand met geld en levensbehoeften (1924) 23,1, (1925) 22,7; uitbesteding in huis gezinnen 1,1, 1,0doen verplegen in gestichten, ziekenhuizen, e.d. 7,6, 8,2; verpleging van arm lastige krankzinnigen (Rijk) 0,3, 0,4, (provin ciën) ü,s), 3,8,. (gemeente) 8,0, 7,8; verzorging in gestichten (godshuizen) 9,5, 9,5; huisvesting in hofjes en vrije woningen 1,2, l,2; werkverschaf fing (philanthropische) 0,5, 0,6. In totaal bedroegen de netto-uitgaven in 1924 f 55.145.308 en in 1925 55.139.775. In deze hooge totaalbedragen, die zich in beide jaren op hetzelfde niveau bewegen, zijn dan nog niet eens meegeteld uitgaven voor verpleging in zie kenhuizen, geneeskundige hulp buiten zieken huizen, zorg voor zuigelingen, verzorging van schoolgaande kinderen, verzorging in door gangshuizen, toevluchten, nachtasyls en derge lijke. Ook worden uitkeerïngen aan werklooze arbeiders in de armenzorg-statistiek niet opge nomen. Op de uitgaven door het Rijk gedaan voor ondersteuning van armlastige Nederlanders in het buitenland, in bovenstaande opgave begre pen in de uitgaven voor onderstand met geld en levensbehoeften, werd in 1925 sterk bezui nigd; een vermindering der uitgaven van 2.200.490 tot f 1.310.398 was daarvan hét 'ge volg. Door de overheid (Rijk, provinciën, gemeen ten, burgerlijke- en gemengde instellingen) werd netto voor de in de statistiek behandelde vormen van armenverzorging aan onderstand 38.985.744 of 70,70 percent van het totaal. Voor de kerkelijke en particuliere instellingen zijn de bedragen belangrijk minder, ml. resp. 12.432.711 en 3.721.320 of 22.55 en 6.75 pCk Aan inkomsten uit bezittingen werd in 1925 bijna 16 millloen gulden ontvangen, aan collec ten 7.4 en aan erfstellingen, legaten en schen kingen 0.7 niUMoen gulden. Voortdurende daling van het aantal gedetineerden. Gp het gebied van strafstelsel en teiMiitvoea'- Heig-ging van et-raften, leven we op het oogen blik hi een. overgangsperiode. Veranderd» in zicht-en leiden er toe, dat met veel van het be staande wordt gebroken en nieuwe regelen tot stand komen of in voorbereiding zijn. Speciaal ten aanzien van toepassing en uitvoering van de vrijheidsstraffen worden wijzigingen over wogen; reeds zijn eenige nieuwe steiseïs ten onzent in werking getreden, (stelsel van af wijk ingemo-pen-luchitg-eva ngente In hoeverre in het jaar 1926 aandacht is ge wijd aan al wat tot verbetering en modarnis-ae- (rlng- van strafstelsel en strafvoltrekking kan worden gedaan, is in de inleiding van de sao- even bij het Centraal Bureau voor de StatóstiSek verschienm Gevangenis-s-taitistiek over het jaar 1926 beschreven. Aan het cijfermateriaal zij -het volgende ont leend De totale bevolking op 31 December in de ge stichten wa;s teruggeloopen van 5097 in 1925 tot 4S40 In 1926. Van 1919 af, voor welk jaar het aantal personen in de gestichten <xp 31 De- -cembei' 7467 bedroeg, is een regelmatige daling te conotateeren. Ook de totale bevolking in den. loop van het jaar 1926, in stjrafgestichten aan wezig geweest, is vergeleken bij 1925 gedaald van 28052 tot 26886. Door 229 mannen werd gevangenisstraf on dergaan in de Rijkswerkinrichting te Veenhui- zen, uit welk gering aantal af te leiden is, dat de selectie van de gevangenen, cliie hiervoor worden aangewezen, zeer streng is. Het verslag; van de Rijkswerkinrichting te Veenhuizea meldt van de zoogenaamde openlnchtgevange- nis, dat zij ten zeerste blijft voldoen. Van de totale bevolking werd slechts 9,2 pCt. tot het lager onderwijs toegelaten. De resul taten van het onderwijs waren gunstig. Bijna alle arbeid door de gedetineerden wordt voor rekening van het Rijk verricht; in 1928 werd slechts 9 percent der arbeidsdagen voor particuliere rekening gearbeid. De geheele gestichtsarbski omvat 22 bedrij ven; de uitgaven van doze bedrijven bedroegen in 1926 1,7 miüioen gulden, de ontvangsten ruim 2 millioen gulden. Wat het stelsel vak afwijkingen van het gewone gevangenisregime betreft, deelt de star tistie-k aan de hand van gesUehtsverslageu ver schillende bijzonderheden mede, die op een gunstige werking van dit instituut wijzen. Toepassing der voorwaardelijk® invrijheid stelling had In 1926 in minder ruime mate plaats dan in 1925. Ten aanzien van 84,5 per cent van degenen omtrent wie een beslissing genomen werd, kwam vast te staan, dat een vervroegde terugkeer in de maatschappij niet kon worden toegestaan. Van het totaal aantal voorwaardelijk invrijheidgestelden, wier proefl- tijd in 1926 eindigde, had t. a. v. 18 percent herroeping plaats tegen 21,5 percent in 1925. In 1926 eindigde de proeftijd t. a. v. 14 personen die in de openluchtgevangenis te Veenhuizen hun straf ondergingen; herroeping behoefde niet uitgesproken te worden. Twee ontslag-aanvragen. EEN KONINKLIJKE ONDERSCHEIDING Naar het D." verneemt, heeft prof dr II. Snellen gemeend tegen 1 Maart a.s. ontslag als geneesheer-directeur van liet Gasthuis voor behoeftige en minvermogende ooglijders te Utreehf, te moeten vragen met het oog op zijne gezondheidstoestand. Prof. Snellen, die hiervan mededeel ing deed in de gisteren gehouden vergadering van het bestuur der Stichting, werd zeer hartelijk toe gesproken door den voorzitter van het College van Regenten, Jhr. mr. K. J. Schorer. De bloei van liet Gasthuis ging liem boven alles, geen moeite- daarvoor was hem ooit te veel. De voorzitter achtte het een voorrecht prof. Snellen te kunnen mededeelen, dat het H. M. de Koningin beeft behaagd liem te benoemen tot rkider in de Orde van den Netlerlandschen Leeuw. r Het bedanken van prof. Snellen als* genees heer-directeur van het Ned. Gasthuis voor oogiijders houdt, naar het blad verneemt, ver band met het feit, dat. prof. Snellen ook het voor-nemen heeft, ontslag- te vragen, wegens gezondheidsredenen ah* hoogleeraar in de oog heelkunde bij de Utrechtseke Universiteit. De haogleeraar in de oogheelkunde is krachten? zijn professoraat aan de Utrechtseke- Hooge- school directeur-geneesheer van het ooglijders- gasthuis. Prof. Snellen heeft dan ongeveer 28 jaar het hoogleraarsambt aan deze univer siteit vervnld. Wanneer dit ontsla» ia aange vraagd, zullen er aan de. Hoogesc-bool vier vacatures bestaan, te weten: de vacature van wijlen pr<*f Magnus en de vacatures Simons, Naber en Snellen. Zooals men weet, gaat ook dit jaar prof. Eykman heen, wegens het be reiken van den 70-jarigen. leeftijd. Alexander baron van Dedem werd bede» negentig jaar. Na zijn militaire loopbaan volbracht te kob ben, nam de heer van Dedem in 1879 zitting in de Tweede Kamer voor Hei kiesdistrict Zwolle om lid van dat College te blijven tot 1913, Zond-er te kort te doen aan de verdiensten op menig ander terrein, meenea we toch te mogen zeggen, dat de lieer van Dedem zich in bijzondere mate heeft onderscheiden op het gebied van den landbouw, steeds blijk gaf fo» weten, wat de landbouw behoefde, en in niet mindere mate, wat voor den landbouwer imo- dig was. En wij duchten dan ook geen tegen spraak, wanneer we zeggen, dat hij den Boe renstand in geheel bijzondere male aa.u aich heeft verplicht. Nimmer hoeft de lieer van Dedem behoord bij zou het trouwens niet hebben begeerd tot hen, aan wie de algemeene leiding op biu- nejilaiuteoli politiek terrein werd toevertrouwd, wêl steeds een heerlijk voorbeeld van trouw gegeven jegens hen, die hij als leiders erkende. Het begrip der Christelijke politiek was iets, dat leefde in hem zelf diep-geloovig Chris ten en dat in- woord en daad tot uiting kom-ead, door anderen gemakkelijk werd op genomen. En zóó was hij dan ook, en niet het minst ia veelbewogen tijden, in geloovig protestani- scheu kring van grooten invloed teneinde daar den juistc-n koer» te. doen houden. En van niet mi^CÏLe 1>eteekeriis was hij, wanneer het op politiek terrein gold eeu goede verstandliou- Cw ,Katjh<jllekeri on geloovig-protes tanten in het leven te roepen of te onderhen- den. - Zelf klimmend in jaren, zag hij' er allerminst tegen op met veel jongeren vriendschappelijk om te gaan. Den sympathieken heer van Dedem op zijn negentigsten verjaardag onze hartelijke geluk- wenseh en getuigenis van on2e diepgevoelde erkentelijkheid., NED. R. K. BOND VAN HANDELS-, KANTOOR. EN WINKELBEDIENDEN. Vergadering van den Bondsraad. NAAR EEN 56--URIOE WERKWEEK Zondag hield, onder voorzitterschap van den -heer A. v. Kamers veld, de Bondsraad van „St. Franciscus van Assisië" in zijn nieuwe samen stelling, zijn eerste vergadering in dit nieuwe jaar. Na een kort openingswoord werden de nieuwe bond«raadsleden geïnstalleerd. Den afgetreden leden werd dank gebracht voor hun belangrijke werkzaamheden. Eenige belangrijke mededeelingen werden ge daan, waaronder een ernstig punt van bespre king uitmaakte het persbericht inzake de aan staand® invoering van de 55-urige werkweek voor de winkelbedienden. Besloten werd om de actie voor het verkrijgen van de wettelijke 50-urigë werkweek zoo krachtig mogelijk te blijven voeren. Over de functionneering van eenige groote afdeelingen werden ernstige besprekingen ge voerd, waarbij de vergadering instemde met de houding van het bond-sbestunr, -zelfs meen den sommigen, dat het bondsbestuur te veel soepelheid had betrac-lit. De gedragslijn -van het bondsbestuur, inzake het ontslag van den bondspropagandist, werd met bijna algemeene stemmen goedgekeurd. Het Bondsbestuur werd gemachtigd, om den afdee-ling'sbesturen vrijheid te laten tot vrij willige extra-heffing van de Incasso-kosten, tot een bedrag van hoogstens 10 ct. per maand, terwijl voor het heffen van tijdelijke vrijwillige bijdragen de goedkeuring van het Bondsbestuur wordt vereisebt. Het voorstel van den heer Vos (Eindhoven) om de onafgewerkte voorstellen van de bonds vergadering, niet in behandeling te nemen, doch ze uit te stellen, tot de bondsvergadering in 1929, om dus. geen buitengewone bondsverga dering te houden, mede in verband met de hier aan verbonden kosten, werd met groote meer- dorheid aangenomen. Uitvoerige besprekingen werden gevoerd over de salarisregelingen van de personeelen der bondskantoren enz,, waarbij de gedragslijn vaa. het Bondsbestuur werd goedgekeurd -

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 10