FEUILLETON
DINSDAG 7 FEBRUARI t928
"'•m
DERDE BLAD
PAGINA 3
GOEDKOOP GESPOT
NATUURLIJK TEGEN ROME
ONZE ZELDZAME RECLAME-VIRTUOZEN
WAT NOG TE LEEREN VALT
BET AUTO-ONGELUK TE OEGSTGEEST.
Höoger Berefp tegen het vrijsprekend
vonnis
Be-handeling voor de Rechtbank
de afsluiting en droogmaking van
HET HOLLAND-HUIS TE BRUSSEL EN
JHR. MR. D. YAN NISPEN TOT SEVENAER
Een aardige attentie
VAN DE LEESTAFEL
WiLL EN TILL-
MODEPRAATJES.
Dr. Brandsma zal spreken
Ds. Bruins Jr., hoofdredacteur van ,,de Blijde
Wereld" beziet van. zijn commandobrug de
dingen des levens altijd ernstig, hij roert hij
voorkeur aan da groote problemen van den dag.
Maar do men-sch, zoo denkt waarschijnlijk
Ds. Bruins, kan niet altijd ernstig zijn en
zeker een hoofdredacteur van ,.de Blijde Wereld"
meent dat zijn lezers op hun tijd weieens
Troolijk moeten zijn.
En dies waagt hij zich aan een grapje.
Een grapje op Röme, en dan een heel
goedkoop,
In hot genre van A. B. K. in „het Volk".
Als die met den godsdienst spot, dan worden
zelfs de socialistische domïné's hoos.
Doch als 't om Home gaat, dan vinden zij
't toch wel gepermitteerd.
En *zoo heeft ds. Bruins 't dan dezen keer
over het „hijgeloovige Rome". „Rome", zegt hij,,
„heeft tweeërlei kleeding. Zij kan er voornaam
uitzien als een deftige moderne dame. Maar zij
komt ook wel in een heel ordinair workvrouwen-
jak tevoorschijn. Er ia een Rome- voor van
Eeden en Toorop, voor propagandavergadering
ónder Protestanten met uitnemend® sprekers,
en er is een Rome voor het Brahantsche hoertje,
Voor de massa, die nog even bijgeloovig is als
een negerstam in Kameroen".
Wat dan wel is deze „bijgeloovigheid" welke
ean vroom Brabantsch hoertje gelijk maakt, aan
een neger uit Kameroen
Ds. Bruins zal 't ons nader verklaren.
Hij heeft n.I. gelezen dat op 7 Januari 1.1.
de Pluimveevereeniging St. Gerardus vergaderd
heeft.
In die Pluimveever-eeniging zit natuurlijk al
da grappigheid. Wat een pret is al niet geweest
°m de R.K. Geitenfokvereeniging.
De leden, van „St. Gerardus" hebben, dat moet
b'ordeu toegegeven, niet kwaad gehoerd.
Want zij hebben op 42 veilingen 11 m Uiteen
eendeneieren en 240.QOO kippeneieren laten
vellen.
Ook hebben zij fosfor aangekoekt voor de
bestrijding der rattenplaag. Maar nu komt vol
gens ds. Bruins het grappige.
Behalve dat de leden vau „St. Gerardus"
hHe stoffelijke middelen aangrijpen om hum
Pluimvee, tegen do rattenplaag te. beschermen,
roepen zij bovendien ook nog God's bescher
ming aan door maandelijks een II. Mis te laten
lezen.
Dat vindt ds. Bruins bespottelijk en ergerlijk.
„Het wonder van het altaar", zoo zegt hij
hier, „het telkens herhaalde, offer van Christus
®en middel tegen kippenluis, snot, pokken,
cholera
„Wat zeggen de vragens- en zoebensmoede
inteileetueelen daarvan, dia eindelijk vrede ge
laden hebben in de kerk?"
Wol, ds. Bruins, als deze intellestueelon hun
geloof even vroom belijden -o eenvoudige
leden van St. Gerardus, dan zullen zij daarin
niet auders dan een zeer geloovige gestie zien.
Dan zullen zij weten, dat ieder geloovige
Katholiek God aanroept om de wereld en hem
vrij te houden „ah omni malo", „van alle
kwaad".
„Van alle kwaad", nat is niet alleen van diea
gruwel van den oorlog', waar ds. Bruins: alleen
maai* hang voor is, maar dat: is ook van alle
1 bezoekingen, die den menseh ook in zijn have
en goed, en dus ook in zijn vee kunnen treffen.,
Als wij jaarlijks bulden voor do vruchten der
darde, waarom zouden ij 't an niet doen
voor het welzijn- van ons vee, dat wij eveneens,
als Gods gezegende gaven erkennen.
Maar wat. deze. intellectueclen wel zullen doe t,
Is zich verontwaardigd afkeeren van een diep
Ergerlijk geschrijf van «en socialisiischen; pre
dikant, die te insinueeren durft, dat 't de-
bviesters zijn, die de missen bed lenen om ge
zondheid en leven in -le kippenhokken te be
schermen.
Wijlen Charles Boissevain heeft eens in een
van zijn „Dag tot Dagjes" enthousiast geschre
ven, dat wij onze taalkracht zouden kunnen
versterken jpet aandachtig de catalogi te lezen
van Hollandsche bloemen- en bollenkweekers.
Deze vakmenschen beschikten naar zijn oordeel
over een zeldzamen rijkdom van taal om de
kleur en de pracht van hun gewassen te be
schrijven.
Wij, krantenmenschen, vooral als wij wat
bedaagd zijn geworden, kunnen soms verlegen
zitten om wat superlatieven. De heer Conijn
heeft verschillende handleidingen geschreven
over de beste methode van adverteeren. Ook
adverteeren is een heelo kunst, en niet allen
zijn zoo gelukkig om zulk een fortuinlijk slag
woord uit te vinden a.Is de bekende firma
C. A.
Maar wie werkelijk op dit gebied eens een
studie wil maken in klinkende superlatieven,
dia kan onder dit opzicht nog wat leeren bij
onze fiïmsxploitanten.
Als wij hier slechts één nummer van zoo'n
vakblad openslaan, dan vragen wij ons toch
af, hoe 't mogelijk is dat de heeren reclame
makers zich elke week weer in krachtwoorden
en suggestieve re'clame kunnen overtreffen.
Telkens denkt go „nu is het hoogste wel
bereikt", maar elke week opnieuw zetten de
heeren ons weer voor nieuwe verrassingen.
Vroeger was een „Schlager" nu eenmaal een
„Schlager", daarmede was zoo goed als alles
gezegd.
Fritz Kirsch noemt zijn nieuwste operette
„lek hab' mein Herz. in Heidelberg verloren"
met recht een „Schlager".
Maar als Tuschinski zijn nieuwste film an
nonceert, dan noemt hij dat de S u p e r-Sehla-
ger van dc Wilton Metro Goldwyn.
Maar wat beduidt nog een Super-Schlager
als hij een pagina de Paramount-film van Emil
Jasuings' „Vader" prijst als „de grootste suc
cesfilm van het seizoen 19271923".
Daarop volgt echter weer de N, V. Universal
Film Agency, en deze- vertelt -van haar niéuw-
sta film „WoeheuendZauber", dat deze is
„de money-maker van het seizoen", „de film
die alle recetten in Duitschland klopt!"
„de film die in Berlijn vier weken voor volle
zalen in Uraufführung liep",
„de film, die in December in S S Berlijnsche
theaters vertoond werd"
De „First National" op haar beurt prijst weer
haar „Traviata" als het „superwerk" van haar
onderneming.
Do „Cine Alliance Film" noemt haar Casa
nova „de groote superproductie".
De ondernemers van de film „de Spooktrein"
doen ©ogenschijnlijk wat kalmer aan, maar
iutroduceeren dezen film en passant toch als
„iets aparts op cinematografisch gebied" en
„de Spooktrein" kan ongetwijfeld beschouwd
worden als een der meest geslaagde films van
het seizoen.
Kout Bornstein geeft zijn „Vlucht over den
Oceaan" het qualitatief mee van te zijn „de
Sensatie van dit seizoen".
Al deze woorden weer eens anders gegroe
peerd, dan krijgen wij weer andere klinkendo
aanbevelingen. Zoo zegt „de Netherlands Fox
Eilm Corporation" in roulatie te brengen „de
buitengewoon sensationeele productie" „East
Side, West Side".
Om dan nog niet té spreken van alle „nieuw
ste meesterwerken", die worden beloofd bin
nenkort in de roulatie gebracht te worden.
En dan moet u nog niet denkeu, dat deze
zeldzame reclame-virtuozen au bout van hun
„latin" zijn. Want als Donderdagsavonds de
bladen verschijnen, die het nieuwe programma
van da week brengen, daar worden wij opnieuw
overstelpt met krachttermen, als „het meest
sterke drama", „het heldendrama'„het film
drama dat men minstens tweemaal gaat zien",
„een film om nooit te vergeten", „het gesprek
van den dag", „de meest geheimzinnige en
sensationeele film, die ooit vertoond is".
Als men dit alles wekelijks savoureert dan
vraagt men zich af, of er in de film voor de
naaste toekomst nog iets te overtreffen valt.
Het is een oud spreekwoord dat zegt, dat
niet alles goud is wat zoo blinkt, maar toege
geven moet worden dat deze heeren zeldzaam
de kunst verstaan oni zelfs de bitterste pil .te
vergulden.
Het O. M. bij de Haagsche Rechtbank heeft
hoog;er beroep aangeteekend tegen het vrij
sprekende vonnis van dat college ten aanzien
van den Belgischen chauffeur A„ beschuldigd
van het veroorzaken van dood door schuld
(auto-ongeluk bij do Haagsche Schouw onder
Gegstgceat.)
HET DRAMA IN DE YAN LIMBURG
STIRUMSTRAAT TE 's-GRAVENHAGE.
Donderdag a.s. zal de Haagsehe Rechtbank
de zaak behandelen, tegen den 33-jarigem K.,
die gearresteerd is in verband met het gerucht
makende geval van abortus provocates in een
perceel aan de van Limburg Stirumstraat, ten
gevolge waarvan, een 21-jarige. Duitsche dienst
bode het leven verloor.
Zooals men zich zal herinneren, werd het lijk
van hot slachtoffer in een duivenhok drijvende
in de Waalhaven te Rotterdam gevonden.
PASTOOR P. SOEPNEL.
Do Zeerecrw. heer P. F. W. Soepnel, pas
toor te Hoofddorp, is voorzien van de H.H.
Sacramenten der Stervenden.
DE ZUIDERZEE.
Een tournee van ür. C. Lely in Amerika.
Op uitnoocliging van de Nederland-American
Foundaitie zal dr. O. Lely, oud-Minister van Wa
terstaat en voorzitter van den Zuiderzeeraad,
zich op 22 dezer per s.s. „Rijndam" naar de
Vereenigde Staten begeven, teneinde in ver
schillende plaatsen enkele lezingen te houden
over de afsluiting en droogmaking van de Zui
derzee.
Pas was de benoeming van Z.Exc. Jhr. Mi'.
O. F. A. M. van Nisp«> tot Sevenaer, tot ge
zant van Nederland te Brussel, bekend, of bet
Holland Huis aldaar nam 'n even interes
sant als origineel initiatief, dat bestond in het
zenden, aan de leden van de Nederlandsehe
kolonie, van een op lasc-papier afgedrukt por
tret met levensbeschrijving van den nieuwen
gezant.
Deze attentie zal er 'niet weinig toe bijdragen
om d® figuur van Jhr. van Nispen tot Sevenaer
populair te maken in '1° Nederlandsebe kolo
nie.
„W elke Richtin g". Een
boek over verschillende stroonwn-
gen in de Vrouwenbeweging. Door
Pater Damasus O. M. C.
De directe aanleiding tot het verschijnen
van dit boekje was het Congres der R. K. Vrou
wenbonden, dat dit jaar in Holland's Residen
tiestad zal worden gehouden en waar afgevaar
digden uit de zes en twintig landen, die bij den
wereldbond van R. IC. vrouwen zijn aangeslo
ten, worden verwacht. Voor deze vergadering
wilde Pater Damasus, de bekende steun der
R. IC. Vrouwenbeweging ln ons land, meer be-
belangstelling wekken en bij grijpt deze goede
gelegenheid aan om ln Holland nog meer alge
meen te laten doordringen, „dat de Vrouwen
beweging geen „noodzakelijk kwaad" is, maar
een gewin In velerlei opzichten."
Konden we er onze mannen en Jonge man
nen, onze vrouwen en meisjes die „nu eenmaal
niets voelen" voor Vrouwenbond en Vrouwen
beweging eens toe kirijgen om dit werkje van
't begin tot 't einde te lezen. Hun argumen
ten (als ze die hebben tenminste: meestal is
run antipathie pure onwetendheid of vrees
voor 'n beetje werk) zouden een voor een weg
vallen door Pater Damasus' logische redenee
ring, dis steunt op zijn open oog voor de noo-
den van onzen tijd en op zijn lcennts van 't
werk dat ge-daan wordt van niet-katholieke
zijde.
De schrijver geeft een overzicht van do drie
hoofdrichtingen ln onze Hollandsche Vrouwen
beweging: de neutrale ,de socialistische en de
katholieke.
Hoe de bond van Soc. Dem. Vrouwenclubs,
die einde 192G ruim twaalfduizend leden telde
(de R. K. Vrouwenbond heeft er een en veertig
duizend) rechtstreeks door en als propaganda
middel voor de S. D. A. P. werd opgericht.,
wordt door Pr. Damasus duidelijk aangetoond
als we dus zien wat het standpunt van de»
soctalistlschen Vrouwenbond is inzake prin
cipieels kwesties als huwelijk, moederschaps-
zorg, („moedertoon"!) kinderopvoeding, dan
zal iedere katholieke vrouw die zich nog niet
aansloot bi] den R K. Vrouwenbond zich scha
men. Ze zal zich scharen hij het leger, dat een
dam wil opwerpen tegen de meest onchriste
lijke beginselen, die oorzaak zijn van zooveel
huidige geestelijke ellende en die openlijk wor
den voorgestaan en verspreid door vrouwen,
en wel vrouwen die begrijpen dat ze slechts
iets kunnen bereiken als ze zich organiseeren.
Bij 't doorlezen van het hoofdstuk over de
neutrale Vrouwenbeweging terecht brengt
schr. buide aan verschillende pioniersters:
zal 't spoedig duidelijk zijn waarom de katho
lieke vrouwen zich met mogen aansluiten bij
neutrale v-rouwenciuba.
't Gaat hier weer om de groote kwesties
als: de volkomen gelijkstelling van man en
vrou-w, de gelijkstelling der geiiuwde en onge
huwde moedeT, de strijd tegen de verbodsbe
paling van den loonarbeid der gehuwde vrouw,
weifee punten alle worden voorgestaan ,joor <ien
nationalen Vrouwenraad, het centrum uer
ruim zestig verscheiden aangesloten neutrale
vrouwenvereeniglngen De duidelijke wijze
waarop schr. de steeds weer herhaalde leuze
„godsdienst is privaatziaak" weerlegt ia reeds
de verspreiding van dit boekje waard.
Teekenend fa een aanhaling die schr. doet
uit een verslag van een door den „NederT.
Bond van Huisvrouwen" (die ook onder de
katholieken reclame maakt.) Georganiseerde
lezing over „Letterkunde en onze jeugd": „Een
zijdig en dus verkeerd is litteratuur, die een
kerkelijk dogma als tendenz heeft."
Het grootste deel van Pater Damasus* boekje
is natuurlijk gewijd aan de R. IC. Vrouwenbe
weging. Na een glasheldere uiteenzetting' van
„Ons Standpunt" en „Ons Doel" wordt zonder
overdrijving een kijkje gegeven in wat tot
stand kwam en wat voor de eerste jaren op bet
program staat. Velen zullen die hoofdstukken
een openbaring zijn, anderen een steun en een
Een verbaal der zonden en deugden van
een tweeling.
In een voorspel en zestien staties
door LüDWIG MATIIAR.
57.)
Zelfs Zondags laat hij er zieh niet zien. Heel
achter in het kapelletje laat hij zich op een
bank neervallen en zit hij naar de nonnetjes
te luisteren, die heldere cantilenen ver
klanken. -
Tot groote spijt van kapitein Strengler, die
vanwege liet IJzeren Kruis wel eens met zijn
beschermeling in De Eeuwige Lamp zon willen
Pronken. Dan zouden ze dien vefwait.cn ambte
naartjes en burgermenschjes eens kunnen lee-
l'en, wat vaderlandsliefde beteekent.
Aan do stamtafel van De Eeuwige Lamp en
s?P do bank zitten zo met ongeduld op hem te
grachten. Zelfs Herr Commerzienrat. laat naar
iSen toestand van Till, dia opnieuw het brand-
Jpunt van aller belangstelling is geworden, in-
forrneeren. Do kapitein heeft hun allen als een
heraut broksgewijs wat nieuwtjes toebedeeld
°ver zijn gedragingen aan het front en nu water
tanden ze om er het l'ijne van te weten te ko
lden en niet minder om dat wonderdier van
*hansehelijken moed eens te mogen zien.
Dounerwetter, als die eens aan het ver-
lellen ging, begint hij tegen De Vette, terwijl
S'Ü 'n paar flesschen wijn uitzoekt, 'n Loop-
Krartf van drie meter met 'n gewonde cverspriu-
'n kleinigheid hoor.
Kapitein Strengler verdwijnt alweer, den.
Verbluften waard achterlatend die tegen zijn
vrouw in de keuken het verhaal overbrieft en
do juiste afmetingen iets vergroot, omdat zijn
.Vrouw wat kortzichtig is uitgevallen.
En waarom schrijft hij niet eens een en an
der in De Stad- en Landbode aan het Hoog®
Ven? Hij kan het. Dat weten ze nog uit zijn
Roemruchte dagen van Till Eulenspiegel in
Sfonie of Stoffel, Laat hij zich heusch maar
Btet geneeren. Al die dolle kwajongensstreken
van vroeger zijn voor goed vergeten en ver
geven.
Zeg- hem dat maar gerust hoor, als het
boodig mocht zijn, redekavelt de vechter vol
uver, om den nieuwen Till weer in hun mid.-,
dm» te zien-
Natuurlijk, die- kerel moet zich weer eens
laten zien in den kring van zijn oude kamera
den! voegt de feestelijk gefriseerd:® kapitein
Seftleufemeijer, de commandant van den land
storm er op wat scherpen commando-toon
aan toe.
Kerel, schreeuwt kapitein Strengler, pur
perrood vrin kwaadheid, het sal'oaoffioiertj®
in zijn gepoederd gezicht, in de loopgraven ken
nen we geen kerels, daar ziju het allemaal
kameraden, begrepen?
Met één teug drinkt hij zijn glas leeg en smijt
dan met een vervaarlijken slag de deur achter
zich dieh-t-
i 'n B-eetjs ruw, die lui van het front, zucht
1 Sehleufemeijer, terwijl hij stiekum in zijn zak-
l spiegeltje loert, of zijn haren door al. dat ver
vaarlijk gesnuif van Strengler niet in wanorde
zijn geraakt. Of zijn hoekjes rond zijn snor
wei netjes zijn uitgeschoren, of er geen schram
metje op zijn gezicht valt te bespeuren.
Feter Arnold, die, nu hij zijn schoonzoon het
volledigs beheer over de „Stad- en Landt)od©
aan het Hooge Ven" heeft toevertrouwd, gere
geld eiken morgen zijn Spezial in het midden
van do bank komt leegdrinken, wrijft zich vol
gens zijn beproefdo gewoonte langs zijn glad
geschoren kin. En terwijl hij zoo boosaardig-
lieflijk glimlacht als hem slechts mogelijk is,
debiteert hij met veel zelfgenoegzaamheid zijn
uitgebroeid© grap:
We moesten eigenlijk in het heel® stadje-
voor hem vlaggen!
En allemaal verduiveld goed. op onze doch
ters letten, spuwt het giftige not ar is je er on
middellijk achterna. Hij is een der weinigen
die met Vlechje Till verdedigd heeft, ook toen
allen hem afvielen, omdat dat beter met hun
opporümitaitspoliti-ek overeenstemde. Welke
rnotievc-n Vlechj® tot die trouw to-t in den dood*
hebben bewogen, weet ik niet. Bij den notaris
sproot zijn vasthouden aan een hardnekkig®
sympathie voor den deserteur voornamelijk
voort uit zijn ongeneeslijke kwaal om t-ege-ii te
spreken.
Peter Arnold is maar zoo verstandig om erg
hard een tweede glas Spezial te bestellen en
te doen alsof hij de spottende opmerking en
do vele hatelijkheidjes aan zijn adres die er
het gevolg van zijn, niet hoort.
Je lieht groot gel ijk hoor Jobelius, gaat
Strengler boven in da- veranda tekeer, dat je
al die eigenwijze pummels in De eeuwige Lamp
op je laat wachten. Laat zo allemaal maar
links liggen. Die ezelskoppen, i-di-oten! En dat
pomniadepoppetje van 'n Schleuiemijer draai ik
vandaag of morgen den nek om, als hij zijn haar
weer durft te laten friseer en. Daar is Buiten
kamp nog een schaap bij, en dio deugt toch ook
niet. Wie beeft ion nu eigenlijk genezen. Bol-
tenkamp met zij» drankjes, waarmee wij do
bloemen vergeven hebben, zoodat zuster Ever-
gilcla zich verwonderd beeft afgevraagd hoe
het toch komt, dat nu ineens al dio planten
sterven of mijn kippetjes en wijntjes, ka
meraad!
En de trouwe hulp van zuster Evergilda,
kapitein. Maar U hebt gelijk, ik zal me niet
meer laten zien. En ik teel er natuurlijk heele-
maal niets voor om- te sc&rijven in een blad,
dat zijn ontstaan aan zulke tragische gebeurte
nissen dankt.
Zeker, zekerk°n; laten we maar weer
een wandeling- gaan maken, bromt kapitein
Strengler, die niet graag zich verdiept in her
hachelijke probleem d.®1' ''e£de.
En zoo stijgen ze dan weer den weg op naar
hun verwensshfc slot. Maai liet gaat al heel wat
liet er, den paortweg, e» z®lfa de trappen naar
den Ezelstoven. Ja, door dea kloosterhof loopt
hij, bijna weer even fi®1' a's Woeger. De wonde
tusschen ziju ribben is B1' z°o goed als heele-
maai genezen. Boltenkamp heeft hem gisteren
weer geschikt verklaard voor garnizoensdienst.
Maar onmiddellijk daarop beeft kapitein Streng
ler hem als compagniescommandant drie we
ken- verlof gegeven.
Ze zitten hoog en iroos boven op de borst
wering van den Ez©lsfoieB- De zou wordt al
Meeker, d-e wind ruwer. Df milde herfst is heen.
Het zal het beste zijn, als ik maar w-eer
vertrek, zegt Jobelius plotseling-,
Jij bromt hier eerst I® verlof uit, knort
kapitein Strengler.
Maar, kapitein, U ziet toch zelf, hoe vreemd
me dit alles is geworden-
Juist daarom, kaincraaCl- Je moet er niet
met je staart tusschen j° beenen tusschen uit
willen trekken. Laat zo je tanden zien.
Ik heb het nooit go®d niet hem kunnen
vinden niet dien andei® daar beneden, gaat
Jobelius nu rustig verder, als werpt hij geheel
voor zich zelf ecu terugblik op zijn verleden.
Mijn broer denkt maar, dat hij alleen de werk
dag is, en dat ik steeds den Zondag uithang.
Misschien heeft hij we-1 gelijk. Hij ploetert,
rekent en schept. Ik hou meer van droom en
spel- Ja, werkdag en rustdag.
Weemoedig schouwt h« n«v- over het stadje
beneden aan- den voet van den berg, waar de
nevels al neerstrijken.
Den kapitein wordt het nu ook droef te moe
de. Dat vervloekte vrouwvolk ook. t Was maai
het beste, als ze hun zaakjes maar weer to}
elkaar pakten. Ja, het eenige wat hun nu nog
te doen blijft is weer zoo spoedig mogelijk aan
het front zien te komen. Dan is die piekeraar
weer een en al leven. Die vogel moet weer uit
z'n kooitje verlost worden.
Als zij -weer in het hospitaal terugkomen
krijgt Jobelius een boodschap, dat er in de
spreekkamer van moeder overste bezoek voor
liem is.
Ala voor een spook deinst hij even later te
rug. In het deftige zwart, als gold het een offi-
eieel-e visite, met hoogen hoed, wacht „Hor
Staditrat" op zijn broer,
Tijdens de ziekte, hm, hm, had ik meerma
len het plain gemaakt een bezoek te brengea,
begint Will Jobeliusoud en rustig, welover
wogen, als gold het critiek op de gemoentebe-
grooting, maar, hm, hm, de zaken, lieten me
geen oogenblik vrij, Och ja die zaken, die za
ken!
Hij ziet zijn broer hierbij echter geen oogen
blik in het gezicht, maar is een en al aandacht
voor enkele weerbarstige haartjes van zijn hoed.
Till gaat niet zitten. Hij heeft het wel aan
pastoor Bux beloofd, dat hij zich niet tegen een
verzoening zou verzetten, maar nu, van aan
gezicht tot aangezicht tegenover dien broeder
stijgt de walg in hem op. Juist al dat correcte,
het afgemeteno van dit bezoek is haast een
uitdaging. Werkelijk correct dat is hij altijd
geweest, zelfs tóen hij het meisje vau zijn
eigen broer wegstal.
Zeg liever, dat je slechte gewejen, begint
Till nijdig, terwijl hij zich aan een stoelleuning
vast moet klampen, om zijn jeukende -handen
wat te doen te geven.
Maar de andero beheerseht zich volkomen.
Alleen zwelt de blauwe ader op zijn voorhoofd
tot gevaarlijke dikte. Doch hij heeft zich nu
eenmaal voorgenomen, wat er ook gebeuren
mocht kalm en verzoenlfjk te zijn. Ten eerste
omdat dit een houding is die het meest met
zijn positie overeenstemt. En och, ook ter wilt©
van zijn broei'. Nu hij zijn eer weer zoo dapper
heeft teruggewonnen, wil hij hem ook zijn
gunst niet onthouden, zelfs ziju sympathie wel
toonen.
Aan Paula denkt hij op het oogenblik niet.
Ja laten we lret eerlijk bekennen, leidt hij
Till's woedenden aanval glimlachend op een
zijspoor. Wij hebben wat goed te maken, waar
bij hij ónder enkele uitgemeten streken over
zijn hoogen hoed een bijzonderen nadruk legt
op het woordje ,,wij", zoo diplomatisch, dat het
wie Van dat wij in het duister blijft hangen,
Maar de soldaat Till zal dien sluier wel
oplichten.
Ik niet! stuift -hij los, terwijl hij met een
nijdig gebaar den stoel van zich wegschuift.
Neen, jij hebt dat al gedaan, broer, reept
Will terwijl hij zijn broer naar het sehijnt vol
bewondering aanziet. Jij hebt je kranig gedra
gen. IJzeren Kruis. Ik wensch je van harte
geluk!
En jij? stoot Till er weer dreigend uit.
Hier zijn je stukken, antwoordt de an
dere, terwijl liij uit den binnenzak van zijn jas
een aantal papieren voor den dag haalt. Heel
Parijs, 31 Januari,
Het eigenlijke reisscizoen is nog verre, maai;
ook de wintersport en de wintervermakelijk
heden oefenen op velen haar aantrekkingskracht
-vult en vemLakkein -tot een korter of langer uit
stapje over de grenzen.
De kwestie van het toilet voor zulk een reis
ia vaak niet gemakkelijk. Een eenrouddg
makkelijk en vooral practiseh costuum wordt
geëischt, dat een beetje sportief en toch
charmant genoeg kleedt. Aan te bevelen valt
een deux-pièces uit jersey-de-laine, of ook wel
een eenvoudige petite-robe van wol.
De mantel intusschen is een moeilijker punt.
Deze mag niet te ruim en niet te origineel
vaii model zijn en ook niet een te erg fantasie
effect hebben. Hij moet niet alleen om de
buste maar ook van onderen goed sluiten en
gelegenheid geven tot een warm inwikkelen.
Een model dat aan al deze eischen beantwoordt,
geven wij hieronder weer.
De mantel is van een ruime pelerine voorzien,
die het geheele figuur warm omsluiten kan en
is gegarneerd met een col van haas. De col
wordt voortgezet door kleine revers van stof,
waarvoor een soepele Schotsche wol gekozen
kan worden met strepen van vieux-rouge en
goudkevertint op een beige fond. Het model
heeft één zak van ruime afmetingen, die
gelegenheid geeft tot flinke berging.
INTERACADEMIALE MISSIECLUB.
Bij gelegenheid van den R. K. Studentendag
ia Nijmegen zal ook de Interacademiale Missie
club een vergadering honden; deze zal plaats
hebben om 4 uur in het Academiegebonw. Prof.
Dr. Titus Brandsma. O. Carin. zal er een lezing
houden over Bonifacius.
aanmoediging. We verklappen er niets uit:]
men moet het overzicht lezen.
De beschouwing van het geestelijk moeder
schap zal aan ongehuwden en aan vele gehuw
den ook, stof tot overdenking en prikkel tot
arbelj zijn.
Laten vooral propagandisten van onze Vrou
wenbonden dit boek lezen en het onder leden,
en niet-ledeu verspreiden. M. K. B.
je erfdeel is daarin beschreven en tot op van
daag is het met rente op rente bijgehouden.
En dat wat niet meer terug te betalen is?
sist Till.
Hij staat nu vlak bij ziju broer, die onder-,
tusschen ia opgestaan, meenend dat het bere
kend oogenblik der verzoeniDg aangebroken is,
Oogen zien in oogen.
Zij weten, dat het even kort maar vinnig een
strijd op leven en dood zal worden.
Van beide kanten zijn alle goede voornemens
met een slag verbrijzeld.
De verstandige waakt over zijn bezit. De
haat wil haar wraak.
Ik heb ze je niet ontstolen f
Neen je hebt ze gekocht als een stuk veel'
Als een meubel in je buis!
Dan ia liet dus miju rechtmatig eigendom
geworden.
r— Ja, je hebt er van begin af aan slag van
gehad om zaken te doen. Vau mijn postzegel
album af heb je me alles ontfutseld en de
laatste slag was mijn meisje. Maar toch manne
tje, heb je ten slotte een leelijke klap gekregen,
Wat? Wat bedoel je?
Krijtbleek, als had hem werkelijk eeti ver
schrikkelijke slag getroffen wankelt Wil! Jo
belius achteruit. Zijn blauwe ader ligt als een
pees op zijn voorhoofd.
Ook Till is zoo hleek als de kloostermuren.
Maar om ziju saamgeknepen mond speelt een
fijn boosaardig glimlachje. Het lachje van een
die afgerekend heeft met het leven, maar toch
het spel van de anderen nog doorziet. Uit zijn
staalblauwe oogen grijust de koou. Als een
scherpe ponjaard prikken zijn woorden stuk
voor stuk den ander in het hart:
Och, dat weet nu Jan en alleman. Jij hebt
ze opgedirkt, maar mij vervolgt ze tot op mijn
ziekbedtevergeefs. Wees gerust.
Hij keert zich snel om. Werpt de deur achter
zich dicht.
De ander zinkt zwaar zuchtend op zijn stoei
Dat is nu hot einde. Een afgrond, die niet
meer te overbruggen al zijn, door hem zelf
opgeroepen.
Kinder en van een moeder. Een tweeling!
Als schaduwen stijgen allerlei herinneringen
uit hun jeugd voor hem op. Hoe hij bij pastoor
Bus geweigerd; heeft zijn communie te doen
als Till ook niet mee mocht. Hoe hij hem heer
lijk gewroken heeft op den Ramenberg. Hoe
hij hem in Keulen nog heeft nageroepen: als
je er genoeg van hebt, kom je maar terug hoor!
Hoe hij hem naar Norcia getelegrafeerd heeft:
ala ie er genoeg van hebt, kom tevug?
(Wordt vervolgd).