FEUILLETON DiMSDAG 14 FEBRUARI 1928 DERDE BLAD PAGINA 3 SPORT EN SPEL. OLYMPISCHE WINTERSPELEN TE ST. MORITZ GYMNASTIEK. DIOC. HAARL. GYMNASTIEKBÖND li J WILL EN TILL- LAWNTENNIS, tennisterreinen te hillegersberg LUCHTVAART DE NOORDPöOL-TÖCHT VAN NOBILE. SCHAKEN. EERSTE KLASSE-COMPETITIE VAN DE LEESTAFEL I De uitslagen van de wedstrijden op schaat sen over 5000 M. zijn al® volgt: 1. Ballangrud. Noorwegen 8 min. 50.5 sec. 2. Skutnabb,. Finland, 8 min. 59.1 sec. 3. Evensen, Noorwegen, 9 min. 1.1 sec. 4. Jaffee, Amerika, 9 min. 13 sec. 5. Carlson, Noorwegen, 9 min. 1.5 sec. 6. Bialas, Amerika, 9 min. 6.3 sec. 7. Stakerud, Noorwegen, 9 min. 7.3 sec. 8. Polackek, Oostenrijk, 9 min. 8.9 sec. 9. Andersson, Zweden, 9 min. 9-7 sec. 10. Blomqnist, Finland, 9 min. 9.9 sec. 11. Heiden, Nederland, 9 min. 10 sec. 12. Thunberg, Noorwegen, 9 min. 11.8 sec. Ouzo landgenoot Kos was nummer 19 van de 33. Achtste algemeen© jaarvergadering te Haarlem. f BEHANDELING VAN DE REORGANISATIE-VOORSTELLEN. In „St. Bavo" te Haarlem hield de Dioc. Haar- lemsche Gymnastiek Bond Zondag zijn achtste algemeene jaarvergadering. Bij de ingekomen stukken zijn de volgende Voorstellen van de afd. Amsterdam: Statuten: Middelen.: Art. 3 sub c. Te wijzigen In! Het geven van advies bij uitvoeringen en demonstraties en wedstrijden enz. Het geven van uitvoeringen enz. door den bond moet geen statutair voorschrift zijn, im mers zal de Bond daartoe altijd het recht heb ben, ingevolge het bepaalde sub 9 en met in achtneming der verdere bepalingen. (Zie nieuw art. 10). De Bond kan natuurlijk wel uitvoeringen ge- ®t n, mits hij geen financieele verplichtingen op ftich laadt, maar b.v. de feestvierende vereeni- ging of een turnkring de verplichtingen op zicli neemt. Geldmiddelen: Art. 10. Dc geldmiddelen van den Bond enz. na sub c bij te voegen: „welke gelden allereerst dienen ter bestrijding van ie gewone huishoudelijks uitgaven van den Bond. vervolgens voor aflossing van eventueele schul den, terwijl het saldo kan worden aangewend voor al die middelen, welke aan het doel van den Bond bevorderlijk kunnen zijn. Het aangaan van financieel© verplichtingen 'of obligo's is alleen geoorloofd tot hoogstens het bedrag waarover dc Bond ten tijde der overeen komst de beschikking heeft. Deze' aanvulling heeft ten doel te voorkomen, dat de Bond nimmer meer in nieuwe schulden vervalt. Huishoudelijk reglement. Uitvoeringen: Art. 13. Dit artikel gelieel te doen vervallen. Ingevolge de voorgestelde wijzigingen in de statuten is nadere toelichting niet noodig, wat aangaat de feesten te geven van bondswege, terwijl het houden van propaganda-uitvoeringen door de turnkringen moet worden aangemoe- 1 «ligd. doch geen dwingend voorschrift mag zijn. Conclusion: Art. 16. Dit artikel, na wijziging Van de daarin genoemde contributie overeen komstig de nieuwe vaststelling dier bedragen, blijft bestaan tot en met don regel, luidende: „Deze contribution zijn minima." De verdere alinea's in dit artikel, te beginnen met: Verder dragen de aangesloten vereónigingen enz., ge heel te doen vervallen. Het verdient voor alles aanbeveling: do lasten voor de aangesloten groepen zoo^ laag mogelijk te houden, opdat zulks haar groei en ontwikke ling niet zal belemmeren. Het recht tot het uit schrijven van een hoofdelijken omslag is na de voorgestelde wijzigingen nooit meer noodig, doch is bovendien uit den booze. Art. 10. Dit artikel, met inachtneming van het voorgaande, aan te vullen met: De leden, genoemd onder sub a, b, c en d zijn tot geen hoogere financieele bijdragen verplicht, dan tot het bedrag van de in dit artikel vastgestelde contribution. Nadere bepalingen worden voorgesteld: 1. Vaststelling van het juiste bedrag van de schuld van den Bond. 2. Aflossing dier schuld geschiedt uit de daar voor vrijkomende gelden op de oorspronkelijk vastgestelde voorwaarden. 3. De contribution gaan in 1 Jan. 1928, zoodat geen achterstallige contributie meer verschul digd zal zijn. 4. Vaststelling der nieuwe contributieheffing. 5. De bond bestaat uit de plaatselijke krin gen. Indeeling van. de vereenigingen, in die plaatsen, waar geen lu-ipg bestaat, in een na- burigen kring b.v. Voorschriften te maken t. o. v. het aantal vereenigingen, waaruit een kring als minifnum moet bestaan, teneinde te voorkomen, dat een kring gevormd wordt uit twee vereenigingen of in plaatsen, waar slechts een vereeniging be staat, men voor den vorm een kring zou gaan oprichten. Bovendien dus een bepaling, dat b(1 aldicn het aantal vereenigingen, aangesloten bij een kring, tot een zeker minimum zou zijn gedaald, deze kring wordt opgeheven en die vereenigingen alsdan bij een naburigen kring worden ingedeeld. Ten aanzien van de wijziging van art. 3 raadt het bestuur aan deze wijziging niet aan te ne men. De bondsuitvoeringen immers zijn een machtig propaganda-middel, dat de bond niet kan missen. Besloten wordt eerst over te gaan tot punt elf der agentia. De reorganisatie-voorstellen. De volgende reglements-wijzigingen worden voorgesteld-: Art. 4 te laten vervallen de eerste vijf regels en het woordje „voorts" van den zesden regel. Volgens Bisseh. bepaling moet iedere R. K. Gym. Ver. toetreden tot den Bond. Er moet dan in het reglement niet staan, dat een vereeniging het lidmaatschap kan doen eindig-en. Art. 6 bijvoegen: Uit het bestuur van den turnkring- wordt door den jaarl. turnkring-ver gadering een lid gekozen als bestuurslid van het Bondsbestuur. Art. 11 bijvoegen: De voorzitter mag geen lid zijn of worden van een bestuur van een turnkring. Bij het aanvaarden van het voorzit tersambt vervallen dus de eventueele bestuurs functies van een turnkring. De voorzitter licht de voorstellen nader toe. De bedoeling is te krijgen kringen met aan het hoofd een bondsbestuur met een absoluut neu traal voorzitter. Na een korte discussie worden de wijzigingen z. h. st. aangenomen. Thans komen aan de orde de voorstellen Am sterdam. De voorzitter komt weer terug op z'n voor stel aangaande art. 13 huish. reglement. De heer Reyns verklaart zich er tegen. Tenslotte wordt de wijziging aldus aangeno men, dat achter art. 13 van het huish. regle ment worden toegevoegd de woorden „jaarlijks houdt da Bond zoo mogelijk een uitvoering, niet dan nadat is komen vast te staan, dat de ver. zijn financieele verplichtin gen zal nakomen". De voorgestelde wijziging van art. 10, acht de voorzitter zeer logisch. Spr. wil om reeds be kende redenen, deze wijziging overbrengen naar art. 14 van het huish reglement. Aldus wordt besloten. Aan art. 14 na sub c, wordt toegevoegd: „welke gelden allereerst dienen ter bestrijding van de gewone huish uitgaven van den hond- vervolgens voor aflossing van event, schulden, terwijl het saldo kan worden aangewend voor al die middelen welke aan het doel van den Bond bevorderlijk kunnen zijn". Het aangaan van financieele verplichtingen of obligo's is al leen geoorloofd tot hoogstens het bedrag waan- over de Bond ten tijde der overeenkomst de be schikking heeft. "Voortgegaan wordt met de Amsterdamsche voorstellen en wel dat aangaande art. 13, A'dam trekt dit terug. Besloten wordt de aförac-ht van 5 pet. der donaties en entreegelden te laten vervallen. Een verhaal der zonden en deugden tan een tweeling. rn een voorspel en zestien staties door LUDWIG MATHAR. 63.) Ze hebben Sehkudy zonder moeilijkheden ge passeerd. In colonnes, flink in do pas, °P kot barscho bevel van den luitenant. Wie nog een geweer bezat, droeg het op den schouder. Voor aan, stapte Will met het geweer onder den ann. Aan het eind dreigend en somber, Till. De Litauers stonden wel met vijandige blikken ïn de stegen, ook klonk er menig schimpwoord dat als een steen die in do leegte werd gewor pen, zonder effect bleef. Ais ze de laaidstormei s zagen, gromden ze als nijdige honden. Dan bleef de luitenant even staan, rekte zich ïn zijn volle lengte uit, bracht zijn pistool uit de rust, en keek eens uitdagend om zich heen. Achter hen stapte Fringe, met scherp ge weer. Dan glimlachte de luitenant eens minach tend; ja, knort maar, en scheldt maar, wie durft te bijten, krijgt zoo een laag lood tus- schen zijn ribben. Nog den zelfden avond komen ze tot Folukne. De luitenant, in wiens oogen een onrustige haast hrandt, zou wel verder willen gaan. Maar nu beginnen de doodmoede en uitgehongerde landstormors te mopperen. Do soldatenraad komt bij elkaar. Bekijkt alles in de lengte en de breedte onder presidium van Will. De luitenant staat verachtelijk alles toe te zien. Soldatenraad! Belachelijke apenkooi! In- plaats van hun beemen te gebruiken, steken ze de koppen bij elkaar! Frings! Luitenant? Sufferd! Idioot! Jij ontbreekt er nog (Raar aan! Een akelige omgeving. Ben smalle landweg lussehen twee eindelooze wintersche bosechen. Hot dorp voor hen bestaat uit een armzalig hoopjo huisjes. De luitenant staat onder een den zijn kaart te bestudeeren, en Ia niet op zijn gemak. Zo moeten toch minstens tot Lenkiny zien te ko- toen. Al moeten ze er tot den vroegen morgen >oov loopen. Daar heb je tenminste de bosschen, flraarin al da* moordgespuls en die dievenben den zich genesteld hebben, achter je. Dan zijn ze door het dal van de Swenta op de ruime, vrije hoogvlakte. Dan zie je tenminste het Is helders maneschijn of koo'n stiebumerd De lieer Reyns stelt voor het overige van art. 16 te handhaven. De heer Reus verdedigt het voorstel-Anv sterdam. Tenslotte werd besloten, dat dc contributie jaarlijks wordt vastgesteld. De rest wordt ge schrapt. De voorgestelde aanvulling- van art. 16 Wordt aangenomen met de wijziging-, jaarlijks vastgestelde contributie". Er ontspint zich een T-v:.l. ire discussie over het aantal leden, we:.: r -ibutie moet worden- betaald, 't Komt t>: -i ver. voor 19 leden betaalt, en met 40 - uitkamt. Tenslotte wordt besloten het reglement in dezen te handhaven, met de mogelijkheid de contributie in termijnen te betalen. Besloten wordt bij niet op tijd invullen dei- bondsstaten een boete op te leggen. Deze wordt vastgesteld (na waarschuwing) op 1 per week. De datum van inzending wordt vastgesteld op 15 Jan. De heer van Schaick brengt zijn verslag uit. Ontvangen werd f 270.42, uitgegeven 223.18, voordeelig saldo 46.64. De totale schuld van den bond bedraagt 1346, waartegenover nog een bedrag van ƒ432.90 staat, waarvan spr. evenwel meent dat niet veel terecht zal komen. Thans volgt een discussie over veveenigisg#- contributie. Het bestuur stilt ten slotte voor, da.t alia ver. vanaf, 1 Jan. '29 contributie, betalen de verdere schuld wordt geschonken. Na breedvorige discussie wordt aldus be sloten. Het bestuur stelt de volgende contributiere- geling voor: a. voor elk lid van de aangesloten vereeni gingen 6-0 ets. per jaar, b. voor vereenigingen met leden beneden 17 jaar 5 per ver. De heer Reyns stelt voor de contributie te verlagen tot 0.50. De voorzitter wil hiermede nog een jaar wach ten; de heer Reyns kan zich hiermede vereeni gen. i Besloten wordt de adspiranten der damesver. betalen f 2.50 per ver., dames-leden betalen 0.30. Drie bestuursleden van den Rotterdamse htm kring zullen als kascommissie worden aange wezen. 't Jaarverslag van de Technische commissie werd. onder dankzegging vastgesteld. In verband hiermede vraagt de voorzitter of Amsterdam zal toetreden tot den bond. De heer Reus is getroffen door de coulante wijze waarop de A'damsche voorstellen hier zijn ontvangen. Spr. zal niets nalaten om toetreding der vereenigingen te bevorderen en te werken in het algemeen belang vail den bond. De heer Reus zegt toe voor April a.s. uit sluitsel te zullen géven. De voorzitter stelt voor dit jaar geen honds uitvoering te houden. De kringen zullen daar entegen de zaak goed aanpakken. De heer Reyns zal in den kring Rotterdam vooratellen, daar bondswedstrijden te doen houden. De voorzitter neemt dat voorstel over. Het punt bestuursverkiezing vervalt in ver band met de mogelijke toetreding van Am sterdam. De voorzitter herinnert.de vereenigingen aan de verplichting- om 2 abonnementen op het gymnastiekblad te hebben en verzoekt voorts geregeld nieuws in te zenden. Besloten wordt dat cle volgende jaarvergade ring wederom te Haarlem zal worden gehouden. Na rondvraag' sluit de voorzitter de verga dering- met een dankwoord. Rotterdam lieeft sinds jaren een tekort aan goede tennisbanen. Het aantal bespeelbare ba nen is reeds gering voor een stad als Rotterdam, het aantal moderne banen (gemalen baksteen of andere) is bedroevend klein. Vergelijkt men eens met Am sterdam, of Den Haag, om kleinere plaatsen niet eens te noemen, dan is het ver schil teekenend. Een stad als Birmingham heeft meer dan vijfhonderd gemeentelijke banen, waar van meer dan driehonderd zoogenaamd open bare, waar spelers jWr uur tegen een geringe vergoeding kunnen spelen. Al leent men in ons land deze instelling niet, men ia in de Maasstad ook nog niet zoover, da.t een behoorlijk terrein in nieuwe uitbreidingsplannen voor tennisbanen worden gereserveerd. Deze „luxe"-sport moet maar voor zichzelf zorgen. In Hillegersberg is nu een aanvang gemaakt met de uitvoering van een plan. waardoor dit dorp en dns ook Rotterdam de beschikking zal krijgen over een modern tennispark, dut op den duur elf banen zal tellen. Er zijn er nu reeds zes aangelegd en de ligging daarvan, achter een- dijk, maakt dat de hinderlijke wind hier weinig vrij spel heeft. Er is bereids een modern club huis gebouwd met groote veranda's en een- flink terras, terwijl voor het houden van wedstrijd- :i twee centre-courts zijn aangelegd in 't front van dit clubhuis. De banen zijn van het modernste systeem Eilers, dat het mogelijk maakt winter en zomer zonder veel onderhoud door te spelen. Begin Maart worden de banen opengesteld. Aan het park, dat niet verhuurd is aan een groots vereeniging, doch beschikbaar is voor kleine clubs, welke per dag en balven dag kun nen huren, wordt een bekend trainer verbonden, n.t. de Engelschman Henton, die op Wimbledon, Queens Club, Mentone, Hamburg tennislessen gaf. Voor het Rotterdarnsche tennis is deze aan leg een verbetering van groots beteekenis. TORNOOI TE BERLIJN. De resultaten van de zevende ronde luiden: Saemiseh wint van Stoltz, Helling wint van Koch, Bogoljubof wint van Rf-ti, Johner wint van Steiner, Sehlage wint van Leonhardt, Niemzowitseh wint van Brinckman; de partij Tartakowor-Ahnes is afgebroken. De ItaiLiaaneohe Moordpoolvlieger generaal Nubile is Zaterdagmorgen per vliegtuig te Stolp bij Stettin aangekomen. Hij verklaard© dat hij op zijn Noordpoolvlneht in de twee-de of derde week van April in Stettin Zal lande», daar een of twee weken blijven zal en vandaar in eens door Spitsbergen vliegen. De tocht be gint in Milaan en vandaar over Venetië, Fin- me, Weenen, Praag, Rreslau en Schneide-mö-hl naar Stolp. Het pool-luchtscbip van Nobi-Ie heeft, onge veer 190ÖÖ Kub. meter inhoud en is 190 meter lang. De bemanning telt 16 a 18 personen on der persoonlijke leiding van generaal Nobile. NED. WIELR. UNIE. De heer Swaab de Beer gedesavoueerd. In de gisteren te Den Haag gehouden verga dering- van hen, die de „staatsgreep" in den N.W.B. hebben voorbereid en de Ned. Wielr. Unie deden tot stand ltomeB, is volgens de „M. M." besloten niet aecoord te gaan met de benoe ming- van den heer Swaab de Beer als secreta ris-penningmeester van de N.W.U. daar het hun inziens onjuist is, dat een der grootste agitators in de onderhavige kwestie, een. lei dende functie in do N.W.TJ. inneemt, te meer daar dit een stilzwijgende overeenkomst dei- genoemde heeren was. UTRECHT—V. A. S. Amsterdam wint met 7'/z2i/2. Zondag 12 dezer was het eerste tiental van het V.A.S. de gast van de schaakclub Utrecht. Er stond voor de leden van het V.A.S. ditmaal veel op het spel, want er zijn drie clubs, die het kampioenschap ambieeren, n.l. VA.8., A.S.C. en D.D., en feitelijk staan deze fh'ie clubs er alle even gunstig voor. D.D. zal, als zij haar beste mannetjes op de been brengt, wel van de N.R.S. Winnen, terwiil het ook zoo goed als zeker is, dat Utrecht, die op 15 Maart naar de hoofdstad moet, het aldaar tegen de A.9.C. zal 1 afleggen. Het hangt er dus nu maar van af om zooveel mogelijk partijen te winnen, want het eigenaardige is, dat de drie club» ook een even groot aantal gewonnen partijen konden boeken. Er zit dus wel spanning- in en van den uit slag is nog- niets te zeggen. Het V.A.S. had een ploeg op de been gebracht die er mocht zijn, al misten wij enkele bekenden als Speijer en Moldauer, doch dit hindert een club, die zooveel sterke hoofdklasse-spelers telt, niet zoo erg. Utrecht had echter invallers voor Boer, Ro- bijns en Smeekes, hetgeen wèl gewicht in de schaal legde. Reeds bü de pauze zag het er dan oolc voor de gastheeren niet rooskleurig uit. Er stonden toen reeds twee partijen voor Utrecht minder goed. De gedetailleerde uitslag volgt hieronder: 1. Dr. A. G. Olland-J. Davidson y, 2. Jlir. A. E. v. ForeestP. F. v. Hoorn 0-1" 3. W. KersingH. Weellink 01 4. G. de BrieJ. L. Kersten 5 J. v. 't StichtM. Sonnenbevg 3/z 6. S. van VollenhovenMr: Silvain Groen 0—1 7. Ed. SpanjaardPh. Hartz 5. II. C. Oudegeest—J. Plukker 0—l" 9. Dr. A. Schuckink KoolDr. B. Frank ViVz 10. A. II. v. WijngaardenJ. v. d. Kar 01 Totaal 2V2-71/2 „PASSING SHOW". „Kinderen, wat doen jullie toch? Ik dacht dat jullie prettig aan het spelen waren". „We spelen vader en moedertje". „Maar dan is het toch niet noodig, dat jullie zoo'n lawaai maakt?" „Ja, dat moetzij heeft mij juist om een nieuwen hoed ge.vraagd". LEERING EN LEIDING. Het nieuwe nummer van bovengenoemd tijd schrift brengt o.a. twee belangrijke publicaties. Zoo wijst de heer Henri Hermans op de crisis in de S. D. A. P. in verschillend opzicht, om dan aan de hand van het onlangs verschenen werk van De Man, die een ontzettend fel oor. deel over het Marxisme heeft uitgesproken, eveneens een vonnis te vellen. Bijzondere* nadruk legt de heer Hermans op de diepe oor zaak der crisis in de rootle beweging', welke van geestelijken aard is De heer Kuiper schenkt ditmaal zijn aan dacht aan de onderhand reeds befaamd gewor den invitatie van het Verbond der Ned. Werk gevers aan de arbeiders-vakcentrales. Hij con strueert de zieuswijjze van het R. K. Werklie denverbond. toetst de ideeën der andere vak bonden, om tenslotte de vrij pessimistische verwachtingen van Dr. Kortenhovst aan critiek te onderwerpen. De documentaiie-rubriek bevat enkele be- langwekkende berieliten (o.a. Amerikaan sche Iconen, de jeugdbeweging in Duitscfelaml en haar program van actie). je naar je keel wil vliegen, en je verrast hem meteen met een hagel lood. Maar de anderen staan nog maai' steeds met bij elkaar gestoken koppen zwaar te redeneeren. Barstend van ongeduld en nijd gaat de luite nant; telkens van den eenen voet op de ande ren staan. Frings sjouwt een beetje langs den boscll- raad, steeds gereed om af te vuren. Uit het troepje komen vertoornde stemmen. De Galander, de Kramer, kan niet meer. Hier blijven, we, zegt hij met z'n zware stem. A Ia marche! Vooruit! Dat is Herman Seheuer, de edelsmid. Hier blijven! drenst Poppes de ple bejer. Me laote ons nie koejeneere! krakeelt Baptist Boogaards, terwijl hij een sehuwen, maar vijandigen Mik naar den luitenant werpt. Daartusschen snijdt scherp en toornig de kille eommandotoou van. Will, alle gezeur af. Pak je boeltje op, en vooruit zeg- ik jullie! Alleen Kobusjo Cromwell fluit een vroollfk deuntje. Do viezerik" zit gemoedereerd aan den kant van den weg. En ondertusschen kletsen ze maar door, el kander telkens overschreeuwend, met armen en beenen zwaaiend. Eindelijk ontfermt zich Till Jobelius over deze doodmoede, ho-ngerige en raclelooze nienschen. Arm Duitschland! zoo ont zield heb je er ih jp stervensangst uitgezien. Goed, ze zullen hun zin hebben. Hij loopt met Frings vooraan en zoekt in het armzalige dorp voor hen een onderdak. De pistool in je vuist Is beter dan dan betaling'. Telkens ziet hij dui delijker in dat hij deze, groots kinderen to-t Me mel niet in den steek mag laten. Zelf3 Will, hoe koel en rustig hij ook is, staat machteloos tegenover dat jammerlijk troepje stijfkoppen. En, ai ligt de duivel met al zijn spitsboeven op'den loer, hij zal hen naar huis brengen! Dit is zijn laatste dank en groet aan zijn ge boortegrond en jeugd. Dat is de verzoening- met zijn broer. Dan echter naar zijn nieuwe, betere vader land. Hij -weet als oudsoldaat: hier kom je er niet met praten, hier gaat het alleen om handelen. Frings! brult hij zoo hard hij -kan. Present luit! Dan loopen ze alle twee met scherp geladen geweren op liet dorp toe. Als een kudde lammeren slenteren de land stormmannen achter hen aan. Een eind voor het dorp staat een boerderij rieten dak tegen den rand van het woud, door een zware poort van den weg gescheiden, overi gens naar alle kanten open. Een onneembare vesting. Luitenant Jobelius en sergeant Frings weten wel hoe men zich hier toegang moet verschaf fen en eerbied moet afdwingen. Als een paar bandieten klauteren zij over den muur. Terwijl Frtngs op het erf de wachit houdt dringt de luitenant met het pistool in de hand naar bin nen. Geen licht en geen geluid sist hij den op hem toe sloffenden hoer toe. Maak onmid dellijk de schuurdeur open, ouwe, Je krijgt nieta dan brave nrensehen in kwartier, Sidderend opent de gehoorzame grijsaard de beide vleugels van de groote poort. Sergeant Frings, die met een zaklantaarn den weg wijst, laat de landstormmanneu binnen. Rustig! com mandeert de luitenant, zoo zacht maar scherp tegelijkertijd, als vroeger bij zijn beroemde stormaanvallen, en zoowel hier als daar volgt men hem weer in allies. Bevend van angst schuift, de oude den gren del van de schuurdeur weer terug. Je slaapt bij ons, ouwel gromt de luite nant terwijl hij den boer in zijn nek grijpt. Sergeant Frings baricadeert ondertusschen van buiten heit eenvoudig® deurtje van het woonhuis, en sluit dan niet veel behendigheid do buitenpoort af. Zonder eenig geluid verdwijnt ook de laatste landstormman in de schuur. Sergeant Frings houdt' de wacht met het ge weer onder den arm. Na enkele eogenblikken is Till, die eens uit de schuur loert, bij hem. Ik kan niet slapen, en daarbinnen snor ken ze alsof ze in Monschau maffen. Een prachtige mann-nacht, vandaag, lui tenant, glimlacht Frings, nu ziet er één even veel' als anders twee. Klets niet, Frings antwoordt de andere bijna teeder. Ik kom maar eens even kijken of jij het gras niet hoort groeien of hier en daar spoken rond ziet wandelen, D'r mocht ook wel iemand aan den bui tenkant van de poort een oogje in het zeil hou den fluistert Frings. En met een flinkeu zwaai zit hij boven op den muur. Dwaze streken Frings knort de luitenant, maar je hebt toch gelijk. Het pistool in de hand loopt hij op het erf met groote passen heem en weer. Buiten voor de poort leunt Frings onzicht baar in de schaduw van den muur. Achter het huis verdwijnt een vluchteling met groote sprongen over het veld. 's Nachts begint liet te dooien. De nevel is zoo dicht dat men geen hand voor de oogen kan zien. Zelfs het erf is niets meer dan een druipende nevel. Nu houdt de luitenant het niet langer uit. Hij wil weten wat Frings daar buiten uitvoert. De kerel zou in staat zijn om zich voor zijn lui/tenant te laten mollen. Daar ligt mie warempel die lange slungel, die zooveel veldslagen meegemaakt, heeft, in de modder van den landweg. Met z'n waakzaam ooi- tegen den grond, luistert hij als een Indiaan op het oorlogspad naar vreemde geluiden. Luitenant, fluistert hij geheimzinnig, daar boven in het dorp is het een geloop en gedraaf als in een mierenhoop. De luitenant die honderd slagen heeft mee gemaakt, die zich steeds aanbood voor de ge vaarlijkste paitrouilletechten, heefit met één blik op zijn kaart zijn reddingsplan voor elkaar. Frings, kevel, vooruit, vooruit, haal de landslormmannen naar huiten! Sla ze maar om d'r ooren als ze tegenstribbelenof, sol datenraad willen houden. Van hier voert een ftarreweg, zie je, hierzoo, dwars door de bos schen, zonder een dorp aan te doen, regelrecht- naar het zuiden, nanr de Memelsche straat. Hier heb je de kaart! En je laat ze loopen, hoor. Ik bewaak hier ondertusschen. hier met dat geweer! den rand van het bosch. Bek hou den, kerel, geen vin verroeren alsjeblieft! Wie heeft hier wat te zeggen, jij of ik? Binnen een paar minuten heeft sergeant Frings do landstol-mmannen uit het hooi. Den panje, dio om genade vraagt, bindt hij met zijn eigen gordelriem aan een dwarsbalk vast. De Litauers uit het dorp zijn op weg hier heen, roept hij met halfluide stem. Wij moeten ons over de landwegen zien te redden, we heli- ben. nog een paar minuten, anders zijn we ver loren! Voorwaarts commandeert Will, wie ïn handen van die duivels wil vallen kan bier Mijven. Do poort staat reeds wagenwijd open. Ser geant Frings en Will Jobelius stormen als eersten naar de straat, naar dén kant van het bosch, waar de luitenant hen opwacht. Er valt schijnsel van een eleetrisch lantaarntje. Hier Will, voor den eersten keer noemt hij hem sinds jaren bij zijn naam. Hier is de kaart, altijd maar regelrecht vooruit, en neem ook dit compas, voor als je soms verdwalen mocht. Zuid-West-West, dan liet» je altijd de goede richting. Overigens zal Frings je wel helpen, dio kerel speurt als eein jachthond, binnen drie uur kunnen jullie op den grooten landweg zijn. En jij? vraagt Will met bevende stem. Ik houd den kant van het bosch. Zoodra jullie ver genoeg buiten schot zijn, kom ik je wel na. De landstormniainien komen ademloos op hen af. De viezerik" glundert al weer van ge noegen, waarom, weet niemand. Hier, onmiddellijk op den boschweg! snauwt de luitenant hen toe. Vooruit kerels! En als ze als een ateMc-tje ouwe vrouwen voor de donkere geheimzinnigheid terug schrikken, vloekt hij als een bezetene: vooruit ouwe wij ven, i-di-o-ten! Dan tot Frings: weg met hen kevel, of ik sla je beenen kapot! Ik blijf hier, knort Frings weerspannig en hardnekkig. Ik blijf ook hier als jij hier blijft, zegt Will onverstoorbaar. Herm. S ebreu er, die voor geen kleintje vervaard is, zal de leiding wel op zich nemen. Ik weet wel wat jo van plan bent. Je wilt je voor ons laten doodschieten. Luitenant, bedelt Frings, als ik non ook eens wat zeggen mag je bent erg onverstandig. Kevel, vlamt de luitenant op, jou steken de broodkruimels ook, zeg! In het woud ouwo wijven, i-di-o-ten! vloekt de luitenant. Frings jammert als een kind Stommeriken, waarom moeten we hun Ia- ten zien waar we zitten, vooruit zeg ik je, en zoo vlug mogelijk! ze zullen eerst het heele erf afzoeken, en daardoor krijgen wij een flinken voorsprong. Dekking, om 's hemelswil dekking, daar heb ze al! Frings, kerel, je hebt gelijk, lacht Till, en hij verdwijnt met een paar lange spvouge* in het kreupelhout. Rechts springt Frings, links Will naast hem. En zoo drijven zij op den donkeren boschweg de landstorman-nen voor zich uit. Na drie uur bereiken ze zonder ongelukken den straatweg van Libau naar Memel. Enkele maanden later zit Will Jobelius op zij» kantoor van den Schmltzhof. Voor hem op zijn lessenaar ligt de Ost-Zei- tung, die hij uit Berlijn ontvangt sinds TUI voorgoed naar Koerland is terug gegaan. Till zelf heeft niet meer geschreven. Er is nog één keer een kaart gel tomen, toen hij me* Frings na een avontuurlijken terugtocht goed en wel in Liguten aangekomen was. Daarna nog een korte.brief, waarin hij opgewonden uitweidde over de prachtige bruiloftsfeesten. Sindsdien komt er hoogstzelden een enkel weg je. In je wittebroodsweken heb je weinig tijd. Will verscheurt met het zenuwachtig gebaar van een druk zakenman den omslag. Plotseling valt zijn oog op een grooten kop: Oproer, plun dering, brand, moord! Maar hij wil i.e krant alweer weggooien, deu kend; ach wat, Frings is er toch! Groote God, niets dan slechte bericht en: dé Gertruden-hof in brand gestoken, de grondbe zitters verjaagd! Altbnutz tot op den grond af gebrand, baron en baronnes Streckelberg in de Vlammen omgekomen! Menden, afschuwelijke moord op Freiherr von Dengelhardt! Och kom, Liguten, h'et Durhenmeer, liggen heelemaal achter in Koerland weggestopt. Maar koertaachtig leest hij verder, het zweet staat op zijn voorhoofd. Daar! daar! „Lugttten am Duvbensee. Men bericht ons uit Libau: hedennacht werd het landgoed van den gestorven baron van Rannnelenliurg door een sterke bende door het land trekkend© moordenaars en brandstichters ovex vullen. Dé nieuwe landheer, een zekere in Koerland achter gebleven Duitsche officier Jobel-ius, die on langs mot baronesse Ada von Rammelen burg was gehuwd, wieTp zich met enkele getrouwen op de oproerlingen. Zij werden tot dien laatoten man afgeslacht. De onmenschen dreven de vrouwen in de vlammen. Het heele slot werd tolt den grond toe in de ascli gelegd." Will's hoofd is op den lessenaar gezonken. Een wild snikken doorschokt zijn lichaam. God-o-god, wat een verschrikkelijk einde! Wat was deze laatste droom van liefde en geluk vreeselijlc kort! Als. verdwaasd kijkt hij door het venster, be graaf!. dan zijn hoofd weer in zijn handen. Hij tracht in de donkerte licht te vinden. Hij mom pelt. als een- dwaas: Ja, Zondag, weekdag! Feestdag werkdag! EINDE.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 11