m
;s.
Dinsdag 6 Maart 1928
Tweede Blad
Pagina 1
EEN BEETJE RAAR
Het Dagblad van Rotterdam besteedt een
Sroote balvo kolom orn een verslag to ge-
Ven
Zou de redactie het aandurven te fee?
^'Ten, dat het geloof in Christus' sterven
Wrrijzen niet geraakt wordt door het feit,
a' Christus inderdaad gestorven en ver
ben is?
ALS DE WIJZEN
SPREKEN...!
DS. kersten en de stemplicht
HET DRAMA IN DE SCHOENMAKER
STRAAT TE ROERMOND
.j-
DE CARNAVAL-VIERING TE
'S HERTOGENBOSCH
Afschaffing gewensclit
BENOEMINGEN
In liet Bisdom Haarlem
WETTELIJKE REGELING VAN HET
ACCOUNTANTSWEZEN
HET STELSEL VAN LOCALE
KRACHTEN BT.T HET
P.T-T.-BEDRIJF
Een verzoek aan den Directeur-Generaal
J LEISTRA f.
van «en boek, geschreven door een
vveed«ch geneesheer.
Moet wel van belang zijn. Die man komt
f°ogen, dat: Jesus niet ion gestorven, dus
iet verrezen «ou »ijn. Dut «vn Hollandsen
'a'«W8bur»au er als de kippen bij is, zoo'n
®cliokk»nrj nieuws 1 oud te zonden, zegt na-
htiriijk nog niet, dat het even vlug de ge-
Sc'«ede.nis«cn van Mexico meldt.
Typi»eh, dat verslag.
Hie dokter probeert, wal a! boei wat onge-
0ov'gen probeerden. Ilij komt „tot de slo'-
80 rr' dat Jesus niet dood was, toen Hij van
ct kruis werd afgenomen en dat Hij, na
Cöil'gcn tijd in het graf te hebben gelegen,
^'ecr tot bewustzijn is gekomen en hot graf
°1> oen heel natuurlijke wijze beeft verlaten".
H ziet wel, hoe eenvoudig!
*a. de schrijver beseft; dal „zijn boek er
leidt, orn een van de moest ftindameit-
jficlo verhalen en tradities ven het chrlslu-
'ik geloof te schokl.cn".
Doch de vot*>rjdup nietwiar?
"Hij boseert zijn beioog bijna uitsluitend
j>P een onderzoek van de verhaten in tie
®Vangeücn, dus van oogaetu -n". Bijhal
ttDe verwijdering van den grafsteen, waar
mede het graf gesloten was, kan wellicht
gevolg zijn geweest van aardschokken".
'•••Wellicht! Waar blijven hier de v.eten-
Bclraider feiten, de verhalen der oogge-
^igc-n? „Jesus is toen vermoedelijk uit bet
gekomen", kostelijk dat „vermoed e-
Dan volgen er van den schrijver nog
®hlveie belangwekkende theorien, waarhij
de mogelijkheid aantoont etcIn
laad in het rijk der theorien is alles rno-
p'ijk. Maar wat doen we dan mot de fei-
°n> de ooggetuigen?
Hari
het rare ding- lion nawoord van do
rant zelf. „We moeten dit bovenstaande be
lhouwen als een poging om wetenschap
pelijk de wonderen van Jesus' sterven en
Wederopstanding te verklaren". Pardon,
'st andersom: een poging om aan-
"eraelijk te maken, dat Jesus niet. ge-
®|°rven, dus ook niet verrezen is.
at scheelt nog al wat. En dat. ontkennen
racht men mot een wetenschappelijke hou-
Ült>S te dekken.
order: „Men mist, daarin natuurlijk vol-
®dig Oe onaantastbaarheid van het geloof
V1 den Zoon des Vaders. Vandaar dat al
'cZe wetenschappelijke verklaringen volko-
langs de christelijke heengaan en van
Been invloed daarop kunnen zijn".
Nog
al vreemder. Zeker, dat boek trekt
van geloof niets aan; zoekt, alleen langs
^etenschappelijken weg verklaring te geven.
8ar staan die twee daarom los van el-
Mi
«taai-
jjHau staat ze niet aan de zijde van Si-
aHus, die wel durfde beweren: als Cliris-
.as niet verrezen is, dan valt heel ons ge-
in elkaar! Dan is ofwel Christus niet
®sWven, ofwel gestorven en is Zijn voorzeg-
'aS niet uitgekomen: allebei even fataal
•j '°t geloof in die waarheden is onzin, als
M sterven en verrijzen geen waarheden,
feiten zijn!
u'st omdat die verklaringen geen ver-
g ';r'ngen en die wetenschap geen welen-
ttP is: daarom raken ze het geloof niet.
>,N. P.. Crt." heeft eens gepraat met
afessor Treub.
r at kan wat, worden! Het ging over de
a3ioi d0 'fweede Kamer vond hel niet,
jrj 'd'S om dat comité van de Radio naar
Kot/'' Z'^n eang te laten gaan. Daarom be-
^[Trcub met „een hartig woord over den
'°"Omroep in ons land". Gelooven we
'aört^' Treub zal over meer dingen in ops
horJt, nog wel fiells llart'£e woorden laten
't Moet hard vallen, dat de mees-
le'v niat zijn opvatting dö'elen in de grootc
8s(j6ri"VraSen! Daarrta werden we nog eens
tot „de Chineezen van Europa". Na-
ZijD 'ik degenen, die het met Treub niet een3
Chi' '*n we weten in Rotterdam iets over
°ezen te vertellen.
bri1ji^Elr,la de Srief: dat de radio hier „ge
lej 1 of liever misbruikt wordt voor aller-
'0'itieke en godsdienstige propaganda!"
het ®roote grief! De godsdienst weg uit
i^^bare leven. Vroeger uit de school,
ov' r lli' de pers' vr°eger uit de bonden,
ll Wc" daarmee hébben wij het
^Ure'i IftC0Pt: C'UR pas wórden we volbloed
^Oor r'ln°R> tellen we mee. Doch clie tijd is
jV&U t''rU vo°riji.i- Nog zegt Treub „er zeker
dtd het meerendeel onzer luis-
k(,.) s/(aarvan niets moet hebben".
^Oorf^** bewering. Dat hebben we
»oi|tj6! 0ok ai in den schoolstrijd, in -do
*°oft Gn in de bondenwereld. Ieder ge-
afici(,ro. ®raag, dat zijn meerling door alle
6f rrliri'; 0 verstand hebben, gedeeld wordt
We ns moet worden.
J^jgt r'!^ in den modder, zegt hij. En
»keh hM, JClCn met ons' Vooral de katho-
Z611 en r, het benauwd. Hun voorschrif-
L 1-8 no-/' Joden> welke desnoods do „slechte"
"die m„tYel Iu:nnen wpren,, helpen voor de
toci f s^aUflpunt van de luisteraars
ook een onzinnige toestand, dat
men op allerlei wordt getracteerd, waarvan
men in het minst niet gediend is".
Van zoo'n redencéring snappen wij let
terlijk niets. Wat aan ons ligt, naUuu'Jjli.,
Maar waarom kTTTïhcn de voorschriften
en geboden die de katholieken hebben
er. waardoor zo de slechte pers kunnen we,-
ren, ook niet de „.slechte" radio weren? Een
krant houdt ge uit het huts of ge koopt er
doodgewoon geen. En met de radio?Wel
ge sluit heel nuchter niet aan, als ge weet
dat er onzin en gevaarlijke taal wordt ver
kocht!
Dat de radio meer kwaad „kan" stichten
dan het boek of een rede in een zaal: graag
toegegeven. Doch even gemakkelijk ais men
bij een lozing wegblijft, die. niet deugt, of
een boek of een krant om dezelfde redenen
vreest, zeker zoo gemakkelijk houdt men dat
radio-nieuws buiten. De verantwoordelijke
persoon in het gezin heeft hiervoor te zor
gen, dug op de hoogte te zijn van hetgeen
er gegeven wordt.
Dus laat ze over ons geen zórg hebben,
noch on-; bekl.j.gon om die m-eit:. Dat gaal
heel gemakkelijk.
Professor Treub gaat verder: „Om poli
tieke redenen moet er ook tegen kerkelijke
uitzendingen overwegend bezwaar gemaakt
worden". De bekende aap uit don beleenden
mouw. De godsdienst heeft het. gedaan. Moe
ten we, om Indiê niet te verliezen mis-
r.cliien ook de Missie niet. terugroepen? is die
de schuld van de troebelen en woelingen?
Km vlot daarom de vrijheid voor de Missie
zoo slecht? Eeeren gaat langzaam!
AANDRINGEN OP SPOEDIGE
AFSCHAFFING VAN DWANG
Vonnissen moeten ten uitvoer
xxorden gelegd
ran
De lieer Kersten bad den Minister
Justitie de volgende vragen gesteld:
Is liet den Minister bekend, dat te Zwolle
een vrouw, die veroordeeld was tot 0.50 boete
of L dag beclitenis, nadat vergeefs verschillende
pogingen waren aangewend haar de boete te
doen betalen, toen zij via Kampen naar bet
buis van bewaring was overgebracht, werd
onl slagen, omdat bet gerecht zelf de opgelegde
boete voldeed?
Is den Minister bekend, dat te Utrecht een
vrouw, veroordeeld tot tweemaal 1 boete of
tweemaal een dag hechtenis, toen zij overge
bracht was Uiiar het buis van bewaring-, werd
heengezonden onder de bedreiging, dat men de
boete wel zou innen bij executaire verkooping?
Acht de Minister deze en dergelijke hande
lingen overeenkomstig een goede rechtspraak?
Oordeelt de Minister het niet hoogst nood
zakelijk, dat een uitgesproken vonnis volvoerd
wordt en niet' willekeurig" gewijzigd iu een
voor de betrokken misschien nog zwaardere
straf? Of indien de rechtbank terugschrikt
voor volvoering van baar vonnis, de wet
geving worde herzien, c.q. dat de stemdwang
wordt afgeschaft?
Is de Minister bereid maatregelen te nemen,
dat tot executaire verkooping niet wordt over
gegaan?
Wenscht de Minister maatregelen te nemen
om tot spoedige afschaffing van den dwang
te geraken?
Minister Donner heeft thans hierop als volgt
geantwoord:
1 Uit een Ingesteld onderzoek is gebleken,
dat in het in de eerste vraag bedoelde geval
inderdaad de veroordeelde vrouw die niet
naar bet 'buis ven bewaring is overgebracht
geweest, doch op het parket was voorgeleid
niet zelf de boete heeft betaald; de betaling
geschiedde echter niet door het gerecht, doch
ais particulier door een der aan bet gerecht
verbonden justitieele ambtenaren;
2- Het in de tweede vraag gestelde slaat
vermoedelijk'op een geval, in hefwellc aan een
vrouw, na voorgeleiding voor den betrokken
parketambtenaar, is medegedeeld, dat niet de
subsidiaire hechtenisstrnffen zouden worden
tenuitvoergelogd, doch dat reëele executie
zoude plaats vinden. In deze in verband met
gekiende voorschriften gedane merledeeling kan
uiteraard geen bedreiging gezien worden
"voorts is ook deze persoon niet naar het huis
van bewaring overgebracht geworden;
3. Met eigenlijke rechtspraak heeft'bet voor
gevallene in de genoemde gevallen niets te
maken; de handelingen betroffen en die
sub. 1 dan nog slechts voor wat aangaat bet
na de betaling gevolgd onts-lag de ten
uitvoerlegging van recbterjjke vonnissen, door
de parketten. Heden, op het gevoerde beleid
eenige aanmerking te maken, heeft de onder-
geteekendo niet. Volledigheidshalve moge bij
er nog op wijzen, dat, zooals de ambtsvoor
ganger van den ondergeteekende in antwoord
op vragen van den heer Kersten in Februari
1926 (Aanhangsel Handelingen Tweede Kamer
1925—1926, blz. 49, no. 49) destijds heeft mede
gedeeld, de parketten 'zijn geïnstrueerd, dat ia
gevallen, als in vraag 1 en 2 bedoeld, bij
voorkeur dwangmaatregelen op den persoon te
vermijden zullen zijn door in plants daarvan
het bij de wet van 29 Juni 1925 (Staatsblad
no. 814) geregelde verhaal op goederen of
inkomsten toe te passen.
4. Als algemeenen regel oordeelt de onder-
teekende het uiteraard noodzakelijk, dat een
uitgesproken vonnis volvoerd wordt. Van een
willekeurige wijziging in een voor de betrok-
kénen misschien nog zwaardere straf is echter
ook. zooals uit bet bovenstaande blijkt, geen
sprake geweest; evenmin van een terugschrik
ken door het gerecht voor volvoering van
ziin vonnis;
5 De ondergeteekende meent aan de be
trokken parketten te moeten overlaten aan de
hand van de bestaande voorschriften te be
slissen, op welke wijze in de concrete gevallen
vonnissen als bedoeld ten uitvoer gelegd
dienen te worden; het zou naar zijn oordeel
niet juist zijn, executie op goederen en in
komsten uit te sluiten, zoodat steeds dwang
maatregelen op den persoon zouden moeten
worden toegepast;
6. Deze vraag behoort tot den Minister van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw gericht t&
jvorden.
De AdvecaatGenecaai eiseht bevestiging van
bet vonnis van de ïtoerreorulsche rechtbank
BEHANDELING VOOR HET GERECHTS-
HOF TE 's-HERTOGENBOSCH.
Gisteren werd door 't Gerechtshof to 's-Iïer-
togenbosch behandeld de zaak tegen G. J. II. M.
M., geboren te Hoer mond, 7 Mei 1892, coiffeur,
wonende te Roermond, thans gedetineerd.
Verdachte stond voor de Rechtbank te Roer
mond terecht tor zake:
dat hij in den. nacht van 29 op 80 Augustus
1927 te Roermond in zijn slaapvertrek in zijno
woning opzettelijk en met voorbedachten raad
zijne eehtgenoote Maria Elisabeth Versteeg
van het leven heeft beroofd door haar, na voor
af het voornemen te hebben opgevat en het be
sluit daartoe te bobben genomen opzettelijk
met het oogmerk om haar te dooden, met groot
geweld met zijne handen om, in en bij den hals
en dc keel te grijpen ter hoogte van het strot
tenhoofd cn daarop gerulmen tijd. althans min
stens drie minuten, een intensief gewelddadigeu
druk uit te oefenen, waardoor verschillende
bloedingen cn breuken zijn ontstaan, zoodat
tengevolge van een en ander verstikking is
ingetreden, die den dood onmiddellijk, althans
kort daarna tengevolge had.
Subsidiair is ten laste gelegd dat verdachte
op deze wijze zijne echtgenooote opzettelijk
zwaar lichamelijk letsel heeft willen toebren
gen.
Bovendien ter zake, dat hij in den nacht van
29 op 30 Augustus 1927 te Roermond, na het
plegen van een der bovenomschreven feiten op
zettelijk in zijne woning brand heeft gesticht,
door opzettelijk heneden op de trap, die naar do
bovenverdieping leidt den loop-er en in een
werkkamer, gelegen tusschen voorkamer en
keuken en naast den damessalon, opzettelijk
eene hoeveelheid haar en doozen, na die voor
werpen met spiritus, althans met benzine, al
thans brandbare vloeistof te hebben overgoten,
in brand te steken, zoodat die looper, dat haar
en die doozen in brand zijn geraakt en levens
gevaar te duchten was voor zijn personeel, met
name: Maria Baeten, Jeanne Duquesnoy, Chr.
H. A. Aangenent, en J. J. H. van Soest, die zoo
als hij wist in die woning te bed waren, althans
zich in die woning bevonden en gemeen gevaar
voor goederen, vooral voor de omliggende hui
zen, is te duchten geweest.
Verdachte werd te dier zake veroordeeld tot
een gevangenisstraf van 20 jaren.
Het O. M., dat levenslang ha-d geëischt, was
in appèl gegaan.
Er was groote belangstelling.
Op de vraag van den president van verd.
waarom hij iu hooger beroep is gegaan, ver
klaart hij nooit de bedoeling te hebben gehad
zijn vrouw te dooden. Overigens erkent hij zijn
vrouw zoo te hebben geknepen dat zij over
leden is en brand te hebben gesticht.
Volgens getuige M. Baeten, dienstbode te
Düsseldorf was de verhouding tusschen ver
dachte en zijn vrouw goed. M. had geen omgang
met een andere wouw.
De inspecteur van politie te Roermond de
heer Ch. de Kan deed eveneens nrededeelingej)
over den brand. Aan de zandbak was te zien,
dat er pas zand uitgenomen was.
Dr. Hoogerhuis te Roermond verklaarde dat
aan de vrouw geen hulp meer te verleenen
was.
Do gasfitter H. Schoonbeim verklaarde o.m.
een geopende gaskraan in de wóning te hebben
gevonden.
Getuige Duquesnoy, coiffeur te Brussel, heeft
nooit iets gemerkt van een minder goede ver
standhouding tusschen verdachte en zijn vrouw.
De kappersbediende van Soest deed eveneens
mededeelingen over den brand. Eén gaslucht
heeft hij niet geroken.
Mevr. M. Zuure te Roermond verklaarde dat
de vrouw van M. nooit haar nood heeft ge
klaagd; zij zag echter wel, dat zij verdriet had;
zij was dol op haar ntan, die echter niet meer
zoo aardig' voor haar was als vroeger. Getuige
had plan gehad voor haar kind ook een zand
bak te laten ntaken, doch de vrouw van M. had
het haar afgeraden, daar het zand bij haar
zelfs iu de slaapkamer lag.
De president voerde verschillende gronden
aan voor het opzet van verdachte om zijn vrouw
te vermoorden. Alles is met zooveel kalmte ge
schied. dat hier sprake moet zijn van overleg.
Hij wijst er ook op wat de gevolgen van den
brand hadden kunnen geweest zijn.
Verdachte antwoordde daaraan niet gedacht
te hebbenhij ontkent den opzet om zijn vrouw
te vermoorden.
De adv.-generaal constateert, -dat geen nieuwe
feiten zijn ontdekt. De verdachte heeft de brand
stichting erkend. Dat verdachte den opzet had
zijn vrouw te dooden staat voor spr. onomstoo-
telijk vast. Het wettig bewijs van voorbedachten
rade is echter niet geleverd, al zijn er ver
schillende kleine aanwijzingen. De man, die een
brief aan het Hof heeft geschreven over de
oorzaak van de daad van verd., werpt alle
schuld op zijn vrouw, doch verd. is zelf de
schuld van de minder goede verhouding door
de hondsehe wijze, waarop hij zijn vrouw be
jegende.
Spr. kan zich vereenigen met de motiveering
der straf en de strafmaat door de rechtbank
opgelegd en requireert bevestiging van het
vonnis.
Verdachte barstte in snikken uit.
De verdediger, mr. Tripels, wees op dë wroe
ging en het zelfverwijt van verdachte, die door
den hongerdood een openbare behandeling der
zaak heeft willen voorkomen. Verdachte's
levensgedrag was goed, hij was een flink en
hard werker. Zijn verleidster draagt de schuld,
dat de eehtgenoote van M, ontijdig aan het ein
de is gekomen.
De zaak zelf nagaande, betoogde pl dat, wat
verdachte deed, niet getuigt van zijn normaal
den kén.
De straf, die de rechtbank heeft opgelegd,
acht spreker onjuist, omdat de brandstichting
niet ten volle kan worden toegerekend.
Pleiter vroeg met het oog op den vader en
het kind van verdachte een clement vonnis.
De uitspraak werd op 19 Maart vastgesteld.
DE MAASTRICHTSCHE BRUGKWESTIE.
De „B.K." meldt, dat gisteren ten stadhuize
te Maastricht voorbereidende besprèkingen
plaats vonden tusschen gemeentelijke en Wa
terstaats-autoriteiten in verband met de ten
uitvoerlegging van het plan van Konijnenburg
—Klink.
-■
„PASSING SHOW".
Medelijdende oude dame: „Je broertje zal ecu kou
vatten, als hij Zoo laug ln li et water staat".
„Geeft niks! Hij is toch al v erkonden!"
EEN OPENLIJKE AFKEURING DOOR
DE GEESTELIJKHEID.
In de kerken van Den Bosch is Zondag een
verklaring voorgelezen van de Z.Eerw. Hee-
ren Pastoors der stad, waarin zij de wijze,
waarop Carnaval dit jaar is gevierd en de er
gernis die daardoor is gegeven, hooglijk af
keuren.
EEN VOORSTEL VAN
MEVR. BROUNS—VAN BESOUW.
Meer voorschriften
Mevrouw Brounsvan Besouw heeft hij den
gemeenteraad een voorstel ingediend, waarin,
zij, gezien de ieder jaar toenemende uitspattin
gen van het carnaval, voorstelt afschaffing al
thans inperking vaa het carnaval, door het
houden van carnavalsfeesten uitsluitend toe te
staa" op Maandag en Dinsdag, het sluitings
uur van café'a en openbare inrichtingen voor
vermakelijkheden te bepalen op uiterlijk des
nachts half één en Dinsdags 12 uur, den bur
gemeester dringend te verzoeken het aantal
dansvergunningen te verminderen, do voor
waarden voor dansgelegenheid te verscherpen
en strenge controle te doen uitoefenen op so
ciëteiten en tijdens nader vast te stellen aan
tal dagen voor en na Maandag en Dinsdag van
carnaval, geen dansvergunningen te verleenen.
In hei Aartsbisdom
Z. D. H. de Aartsbisschop van Utrecht heeft
benoemd tot pastoor te Oldeinarkt den Woi-
eerw. hoer S. J. Horstinlc.
Z. D. H. de Bisschop van Haarlem heeft he.
noemd tot Rector van het St. Joseph Zieken
huis te Vlissingcn den Weleerw. heer M. van
Willige en lot Rector van het St. Thomas
klooster te 's Hage den Weleerw. heer L. v. d.
Pluym alsmede tot kapelaan de volgende
Weleerw. lieercn: te Rijswijk J. Buijs; to
Amsterdam (O.L.V.O.O.) G. Jongejan: ta
's Hage (II. Willibr.) M. van Rijn; te Middel
burg E. Stolwijk, die kapelaan was te War
mond.
Zooveel mogelijk aansluiting
aan den bestaanden toestand.
GEEN INWILLIGING, MAAR EEN
TOEZEGGING
In de laatstgehouden vergadering van de
Commissie van Overleg van het Staatsbedrijf
P.T.T. werd besloten een deputatie uit haar
midden af te vaardigen naar den Directeur-
Generaal om dezen te verzoeken om alsnog
het advies der Commissie in te winnen over de
uitbreiding van de proefneming met het stelsel
van locale krachten op arbeidsovereenkomst
De deputatie werd op 3 Maart J.l. door den
Directeur-Generaal in gehoor ontvangen. Deze
handhaafde zijn inzicht dat er geen aanleiding
bestond, om 't advies der Commissie van Over
leg in te winnen over de aanschrijving omtrent
uitbreiding van de proef met de aanne
ming van locale krachten, doch was bereid
om met de Commissie in overleg te treden
en dit in teleiden met een uiteenzetting zij
nerzijds over de vraag of uitgebreider toe
passing van het stelsel van locale krachten, bij
wijze van proef, gelijk thans plaats vindt, na
deel voor het in dienst zijnde personeel ople
vert en of het in verband daarmede geweuscht
en gewettigd is in de gedragslijn wijziging
te brengen.
De deputatie aanvaardde met erkentelijkheid
deze toezegging en vereenigde ztcli gaarne
met de door den Directeur-Generaal aange
geven werkwijze.
EEN COMMISSIE VAN ADVIES
INGESTELD.
Overwegende, dat een regeling van het
acoountantswezen wenschelijk is gebleken en
dat er aanleiding bestaat zoodanige regeling
zooveel mogelijk te doen aansluiten aan het in
het maatschappelijk leven tot dusverre ge
groeide, met behoud, voor zoover mogeRik, van
de corporatieve zelfstandigheid der in het maat
schappelijk leven opgekomen organisaties en
kennis genomen hebbende van een hem over
gelegd ontwerp eener wettelijke regeling van
het accountantswezen, samengesteld in onder
linge samenwerking van den Nederlandschen
Bond van Accountants, het Nederlandsch In
stituut van Accountants en de Nederlandsche
Organisatie van Accountants, heeft de Minister
van Arbeid, H. en N:
Een commissie ingébteld, met de opdracht
hem omtrent de navolgende vragen van advies
te dienen:
1. Is een regeling, gelijk die in het over
gelegde ontwerp Is vervat, met de hierboven
aangegeven beginselen in overeenstemming en
is met name de daarin gegeven oplossing eener
organisatie van vereenigingen juist?
2. a. Zoo ja, moeten nevens de 3 hierboven
genoemde vereenigingen, die zich reeds bereid
verklaarden op zoodanige basis mede te wer
ken, nog andere vereenigingen van accountants
in de gelegenheid gesteld worden desgewenscht
tot zoodanige regeling toe te treden?
b. Zoo neen, hoe zou dan de regeling en
organisatie moeten zijn?
3. Moeten nevens de toetredende vereenigin
gen nog leden van niet toetredende vereeni
gingen of niet-georganiseerde accountants in
de gelegenheid gesteld worden onder de te ont
werpen regeling te worden begrepen? Zoo ja,
hoe of welken?
4. Kan in verband met de te ontwerpen
regeling van het accountantswezen eene rege
ling van het belastingconsulentsehap worden
ontworpen? Zoo ja, op welke wijze?
5. Moet als rechtsvorm voor de te ont
werpen corporatieve organisatie de voorkeur
worden gegeven aan een federatie van bestaan
de organisaties, dan wel aan eene nieuw te
vormen vereéniging of organisatie?
Zaterdag j.l. is te 's Hage overleden de heer J.
Leistra. Aan de A. R. V. (Aigemeene Rotter-
damsche Vereeniging voor Genees-, Heel- en
Verloskundige Hulp) heeft hij als haar secreta
ris met ijver en toewijding mede gearbeid in het
belang van het Rotterdamsche Ziekenfonds
wezen in het algemeen en van de A. R. V. in
het bijzonder; 'terwijl hij de laatste jaren ook
als 2e voorzitter in de vereenlging voor Levens
verzekering eeu ijverig medewerker was.
MISSIE-TENTOONSTELLING TE
'S-HERTOGENBOSCH
Omtrent de Bossche Interdiocesane Missie
actie-Tentoonstelling (B.I.M.A.T.), welke van-
wege.de R. K. Missie-vereniging St. Franciscus
Xaverius, van 23 tot 28 Mei in het Casino te
's-Hertogenbosqh gehouden zal worden, verne
men wij dat reeds 22 Missie-Congregaties vol
ledige medewerking hebben toegezegd, zoodat
de tentoonstelling werkelijk een beeld zal geven
van de Missie-actie op het oogenblik over den
geheelen aardbol.
DE BRAND IN DE BEKENDE MEUBELFABRIEK van den heer J. de Jong t* Krommenie
berokkende dan eigenaar groote schade, het geen wel uit bovenstaande foto der ruïne
yalt af te leiden,