TRIPOLI, HET BELOOFDE LAND WÊim DiiMSDAG 10 APRIL 1928 EERSTE BLAD PAGINA 8 EEN WIL EN EEN WEG DE GROEI VAN NITTI'S „HOOPJE ZAND"' gr#. J^ÊjjÊÊÈ liisi mm m&vw* DE LTJDENS-RELIQUTEcN TE ROflfE De vereering tijdens de Goede Week DOLFIJNEN PLAAG OP DE ITALIAANSOHE KUST 17! O C EP RAAT d ES. tt— tt cifcb S (Van onzen H-correspondent). ripolis, 23 Maart 192». Zoo ii óben we dan Tripolitanië gezien op js'n mooist. Het Tripolitanië, dat den Italianen als het beloofde land wordt voorgehouden. Eerst do moderne stad Tripolis, die weinig iheeft van den Orient, maar als woonplaats Toor Westerlingen een veel beteren indruk maakt dan een sinds vijftig en meer jaren geciviliseerd Tunis, waar eens de consul der Vereenigde Staten, J. Howard Payne, hot onsterfelijke Home, sweet home dichtte Het aantrekkelijker aspect, helaas óók iet wat karakterloos, dankt Tripolis waarschijnlijk aan zijn jeugd èn aan graaf Volpi, die het met groote energie heeft gemoderniseerd. :v; TripoliGade Moorsche poort, ingang van uc inorkee van Mohammed Pascia. Dan de piantages, waar krachtig wordt ge. werlct aan nieuwe cultures; verder de land bouwkolonies, waar akkerbouw en veeteelt worden beoefend; de-proefstations; de nieuwe fabrieken, zooals de groote sigaretten-fabriek, waar ons als de nieuwste en beste machine er één werd getoond, die den naam droeg ■van een Rotterdamsche firma. We zagen Leptis Magna en ervoeren, dat Tripolitanië zich er als toeristenland een plaats •mee kan veroveren. Leptis Magna maakt Tripolitanië waard, om te worden opgenomen in de groote toeristenrouten van Noord-Afrika, als een schakel in de reeks Marokko, Algiers, Tunis, Tripolitanië, Egypte. Leptis Magna zal in z'n dood Carthago overschaduwen. We togen door schoone gewesten, vertoefden tusschen een interessante bevolking, die nog 200 goed als vrij is van Westersche smetten. We hoorden van uitgestrekte landen als Fezzan, waar geen. blanke nog den voet kan zetten. Van Gadamès, een typische oase, waar de Touaregs leven in een eeuwenoude traditie. We zagen in Tripolis dé beste hotels, mooie café's, goede theaters, alles, wat den doorsnee- toerist trekken kan. We hoorden van de kolonisatie-plannen der regeering. Grond-credieten werden er aan arbeiders verstrekt, die met hard werken zich een eigen bestaan willen scheppen. Credieten ook, om reeds arbeidende kolonisten hi staat te stellen, hun bezit uit te breiden en te ver beteren, We zagen overal actie, een verbluffende actie in dit indolente land. We hoorden den (polsslag van een écht koloniaal leven. Natuurlijk, we bemerkten óók dingen, die men ons niet liet zien. We hoorden ook van toestanden, die om verbetering vragen. We constateerden de typische vaderlandsche ge breken, waaraan ook de samenleving op de Apennijnen deerlijk lijdt. We oordeelden de 'hooggeroemde Fiera Campionaria, ,,de grootste jaarmarkt van het zwarte continent", een provinciale tentoonstelling met een kermis. Maar desondanks, overal voelden we een nieuwen impuls, ondervonden we de voordeeleu van een jong organisatie-systeem. We spraken Telen, bezield bleken met den waaracbtigen wil om iets tot stand te brengen. Daar. zijn in Tripolitanië menseden, wien een ideaal voor. oogen st»*t on voor dit ideaal alles o.ffe,ren. En we denken aan die dappere ouderwijzers in de scholen van Tripolis, In de scholen van dorpen en vlekken, in gedeelten als Tagilura, waar de bevolking nog mokt in het jarenlang gevoede en uitgeleefde fanatisme, dat op het oogemblik slechts door den sterken arm be teugeld wordt. Deze slecht betaalde onderwijzers staan van 's morgens acht uur af voor heterogene klassen. Ouder de Itallaansche leerlingen bevinden zich Slcilianen, Napolilanen, Calabreezen, Piemon- teezen, Maltezers en Grieken. Elk kind z'n eigen afkomst, z'n eigen dialect. Zonder te letten op een maximum-aantal, brengt de onder wijzer zijn pupillen wat beschaving bij, want zijn onderricht beperkt zich voor deze land verhuizerskinderen niet tot lezen, schrijven en rekenen. Voor de Arabieren is hij de cultuurdrager van het Westen en in z'n klasse zitten leer lingen van zes tottwee en twintig jaar. Mèt beschaving wordt dit jonge Tripolitanië discipline bijgebracht. Telkens als we een klas betraden, rees alles overeind en werd ernstig de Romeinsche groet gebracht. We hebben Siciliaantjes de liederen hooren zingen van hun dierbaar eiland en de Ara bieren, van geel tot bruin en zwart, ze zongen van A tot Z de Giovinezza ende Piave, maar galmden ook hun eigen zangen met den moedigen bravour. In industrie-scholen aanschouwden we, hoe inlandsehe weezen tot ambachtslieden worden •opgeleid: tot smeden, timmerlieden, lederbewer kers, tapijtwevers etc. In het instituut voor de bestudeering der oogziekten 't groote kwaad in Noord-Afrika konden we iets bewonderen van wat in Tripolitanië voor de volksgezondheid wordt gedaan. En de conclusie was: er is hier een wil. En waar een wil is, daar is een weg. Die naar het einddoel voert. Aan dien wil en dien weg denken we bij de herinnering aan ons verwijlen tusschen de zwarte militie op den Garian. Ver van de beschaafde wereld, als eenige buren de troglodieten hebbend, ligt de. tweede cohorte van de fascistische koloniale troepen gelegerd. Officieren en soldaten, ze zijn vrij willigers, die uit toewijding voor den Duce naar Tripolitanië trokken. Er bevinden zich mannen onder, die in Rome universiteits studenten waren, maar uit drang naar den vreemde koloniaal werden. Ze vertegenwoordi gen hier de nieuwe gedachte van het nieuwe Italië. Hun genie heeft er dit jaar een kazerne ge bouwd, hun idealisme doet hen zwoegen, om rond hun groote woning wat groen te doen ge dijen. De kazerne van de tweede cohorte der Mi- lizia Fascists Coloniale getuigt van een geest, dien velen in het oude Italië onbestaanbaar zouden achten. Hier kent men het laisser faire en het dolce far niente niet meer. En wonderlijk, onbegrijpelijk schier voor ons, blijkt de groote leider der fascisten al deze menschen, verloren op den rand van de woestijn, met z'n woorden en z'n daden te be zielen. Het fascisme van deze kei-els, die ver van veel ijdelheid in 't vaderland zitten, is echt. En, wij, vreemde journalisten, de Hongaar, de Duitsehers, die Zwitser, de Oostenrijker, de Roemeen en de Hollander, wij brengen ook ons saluut, als deze mannen bij het afscheid, op de stukken steen, waarmede ze de bloem perken rond hun kazerne zulle:; omzoomen, met de pink op den naad van de broek hun „Viva Mussolini" juichen. Wij zien naar den ruwen Gariiui, naar de molshoopen, waarin menschen wonen, naar den •blauwen hemel en den nevel van den horizon, grens van de woestijn. En elkeen voelt iets in zijn ziel. Is het slechts een zinloos herhalen, een ridi cuul teruggaan tot roemvolle tijden, dat fas cisten, die zich Pretorianen noemen, in sol dateske cohorten, gevormd door landbouwers, zeevaarders en geletterden, trekken langs de we,gen van Tripolitanië, welke gemerkt zijn door de groote kolonisators van het oude Rome? Mag men overwegen, dat de terugblik op een schoon verleden een groo-te moreele steun kan zijn? Misschien zullen velen de schouders ophalen. d fM'M ^nv.n Tripoli: De graftombe van de Karamanli. Maar die hebben dit alles niet gezien. Ze hebben óók niet gezien, dat Katholieke broeders en zusters in scholen en ziekenhuizen een liulpe vormen, die nog meer waard is dan de herinnering aan Romeinsche adelaars. En niet geconcludeerd, hoe hier in Tripoli tanië traditie en geloof tezamen gaan. In Tri politanië hebben we volle kerken gezien en stille zwoegers op dorren grond. Werkers in het beloofde land. Het vloeit waarachtig niet over van melk en honing. Maar het bezit mogelijkheden en het wacht slechts op de velen, die nog immer het vader land verlaten, om in den vreemde een zwaren strijd om het bestaan te voeren. In Tripolitanië blijft de landverhuizer Italiaan en dicht bij huis. Elke vierkante meter, dien hij vruchtbaar maakt, is een stuk nieuw Italië. Dat beseft de Italiaansohe regeering. En daarom noemt ze Tripalitanië het beloofde land, besteedt ze honderden millioenen aan dit gewest. Zendt ze er haar beste krachten heem Laat ze haar menschen in Tunis leeren. In Tunis, waar Italianen een niet gering aandeel hebben in de cultuur. Wij, die Tripolitanië bezochten, zagen iets van de krachtsinspanning, hoorden iéts over de moeilijkheden. Water en phosphaat, dat zijn de twee groote vraagstukken. En menschen, dit is het derde. Men is in Tripolitanië nog pas aan het begin toe. Maar dit vertoont zich aan den bezoeker toch als een tastbaar bewijs van de kortzichtig heid van vroegere regeerders in Rome. Minister-president Nitti noemde Tripolitanië eens verachtelijk een hoopje zand WITTE DONDERDAG EN GOEDE VRIJDAG TE PARIJS. Onze Parijsche correspondent meldt ons: De Goede Vrijdag is te Parijs met groote plechtigheid en waardigen ernst gevierd. De tijd is voorbij, dat het heftig anti-cleri- oalisme van dien dag een aanstootgevend bac chanaal trachtte te maken, om te „protestee ren tegen het obscurantisme",, oftewel de „Paapsche duisterheden". Meer en meer is het 't kerkelijk feest dat zijn stempel drukt op het leven van dien dag, die trouwens meer en meer rustdag wordt. In alle kerken werden de officiën van den dag door een dichte menigte gevolgd, -zooals trouwens ook op Witten Donderdag het geval was. Ook in den namiddag van den Donderdag kwamen talloozen naar de kerk voor de Kruis* vereering. In sommige kerken had de uitvoe ring van geestelijke muziek plaats, waarbij Bach's Matheus' Passion wel het veelvuldigs* wordt gekozen. In tal van kerken was bijzonder veel werk gemaakt van de uitbeelding der graflegging. Saint Roch, de Madeleine, Saint Eustache, St. Sulpice vooral trokken daardoor een onophou delijk bezoek. Men is hier nog wel ver a£ van de Spaansche Pasiio's, doch do H. Ktulsveree- ring heeft weer geheel den traditioneeelen om vang en ernst teruggevonden. De „heüige graven" van Witten Donderdag waren algemeen te midden van pyramiden van bloemen en brandende waskaarsen opgesteld. Sommige kerken gaven transparanten van de Laatste Avondmaal-uitbeeldingen der groot meesters der religieuze kunst, zooals de Ma deleine, die in dat opzicht werkelijk indruk wekkend is en den geheelen dag een onafge broken défilé van geloovigen kent. Saint Etienne de Mont wordt deze beide da gen vooral door de studenten bezocht, die er hij duizenden defileeren om een ©ogenblik te kunnen knielen. Wat hijzonder treft is, dat de kleine kerken tn de volkswijken en in de banlieue wederom druk bezocht worden. Een kwart eeuw geleden zou men zulke aandach tige en algemeene vieringen van de groote da gen der Goede Week niet hebben durven ver onderstellen. En dat er gevast wordt! Ook daar wordt wel aan getwijfeld. Echter op stuk van vasten geeft Frankrijk ook aan menig land een voor beeld. Maar tevens komt daarbij voor den dag hoe de oude tradities blijven voortsluimeren. Menschen, die het met hun plichten nog al luchtig nemen, zullen hier toch den Goeden Vrijdag geen aanstoot durven geven. De na tionale aanwijzingen daarvoor blijven niet uit. Zoo zijn gisteren aan de Hallen niet minder dan een kwart milüoen kilo's versche viach. aangevoerd geweest, terwijl de hoeveelheid ge droogde visoh, die niet over de Hallen pas seert, 45.000 Kg- heeft bedragen. De slagers vieren ook op Goeden Vrijdag niet meer hun feestdag, wat nog al eens een bacchanaal dreigde te worden, toen die dag nog de eenige was waarop hun zaken gesloten waren. Nu de wekelijlrsche sluitingsdag is in gevoerd, is die Goede Vrijdag-,,viering!ver laten, wat niemand betreuren zal. AMNESTIE. BOEDAPEST, 7 April. (B.T.A.) Op grond van het amnestie-decreet heeft het tribunaal van Boedapest gratie verleend aan Nadossy, Haits, Kurtz, Gerge, Raba, Schwetz, die des tijds veroordeeld werden in het proces naar aanleiding van de franken-vervaisching. Een W.B.-telegram uit Boedapest meldt nog, •dat den gevangenen geen gratie is verleend, wat betreft het verlies van hun politieke rechten. Volgens mededeeling van het Hong. corres pondentschap hebben van de in verband met de franken-affaire veroordeelden behalve de thans in vrijheid gestelden alleen prins Win- dischgrütz en dr. Mankowitsj hun straf nog niet uitgezeten. DE A S. VERKIEZINGEN. De ministers-candidaten. Onze Parijsche correspondent schrijft ons: Van de ministers, die candidaat zijn bij de aanstaande algemeene verkiezingen, vinden Tardieu, Marin, Georges Leygues, en Boka- nowsky geen ernstige tegencandidaten tegen over zich om hun herkiezing in gevaar te brengen. Herriot neeft den gemodereerdeu Frangillon tegenover zich, maar zijn herkiezing is vrijwel verzekerd. Beslist gevaar loopt Pain- levé, die zich trouwens in Parijs niet in zijn oudé district candidaat heeft durven stellen en André Fallières, die door zijn eigen geestver want en neeft in gevaar wordt gebracht. Men schrijft ons uit Rome: De aartsbasiliek Moeder van Stad en Wereld" van St Jan van Lateranen, be zit een der heiligste reliquieën der Christen heid, namelijk de tafel van het Laatste Avondmaal, waaraan de Heiland de H. Eucharistie instelde. Verder heeft zij een stuk van het purperen kleed, waarmede de Ver losser ten spot gekleed werd, een stukje van de spons, welke den Heiland in edik gedrenkt aan Bet kruis werd toegereikt en een groot deel van het H. Kruis. In zekeren zin be lmoren ook de H. Trap naast de aartsbasiliek- de trap, waarop de Verlosser bij het verhoor door Pilatus stond en het bij de Scala Sancta behoorende schilderij H. Aanschijn van. den Hei-land aan de St. Jan van Lateranen. De af zonderlijke marmeren treden van de H. Trap werden door keizerin Helena naar Rome ge bracht, te zamen met vele andere groote reli quieën. De aandrang der geloovigen voor een bezoek aan de H. Trap. is vooral tijdens de vasten en de Goede Week zeer groot. Vroeger brachten de Pausen op plechtige wijze een bezoek aan de H. Trap en gingen deze op de knieën tot het altaar aam het boveneinde op. Ook de St. Pieter is rijk aan groote lijdens- reliquieën. Hier worden een stuk van de lans, waarmede J'esus na Zijn dood doorstoken v. ard, en de zweetdoek van de H. Veronica bewaard en tijdens den vastentijd, doch vooral op da laatste dagen der Goede Week getoond. Voor deze reliquieën bestaat een aparte kapel achter de loggia van de H. Veronica, welke in een der kolossale pilaren, waarmede Michelangelo de geweldige koepel der basiliek steunde, is in gebouwd. Bijzonder rijk aan lijdensreliquieën is nog de basiliek van het H. Kruis te Jerusalem. Hier zijn een zeer groot stuk van het H. Kruis, een gedeelte van het opschrift des Kruises, een kruisnagel en twee doornen uit de doornen kroon des Verlossers. Ook voor deze reliquieën is een aparte kapel binnen in de basiliek ge bouw, welke een loggia heeft, van waar den geloovigen de reliquieën worden getoond en hun met doze de zegen wordt gegeven. De Santa Croee bezit echter ook nog een andere half onderaardsclxe kapel, welke aan de H. Helena is toegewijd, en welke gebouwd werd op aarde door deze heilige keizerin van den Cal varieberg naar Rome gebracht. Hier worden ook nog kostbare reliquieën bewaard, zooals een der dertig zilverlingen, waarvoor Judas zijn Meester verried, een stuk van het kruis van den goeden moordenaar, een stuk van het koord, waarmede de Heiland aan de geeselzuil werd gebonden en nog een stukje spons. De basiliek van den H. Praxedes bezit een zeer heilige reliquie in de geeselzuil, welke in 1223 onder Paus Honorius III door kardinaal Colonna naar Rome werd gebracht. Voorts be- zit deze basiliek nog eenige koordstrengen uit de geeselroede en drie doornen uit de doornen kroon. In bijna alle andere kerken worden grootere of kleinere stukken van het H. Kruis bewaard. In de gelieele Middellandsohe Zee lieerscht een dolfijnenplaag en sedert ©enigen tijd zijn de Italianen bezig deze groote voor de visoh- vangst schadelijke visschen uit te roeien. De regeering heeft bijzondere premies uitgeloofd en wel voor de vangst van een mannelijk exem plaar 50 lire en voor een vrouwelijke dolfijn 100 lire. Den af'gëloopen zomer is er ongeveer 20.000 lire aan premies verdeeld. MINISTERPRESIDENT SVEHLA. Zijn toestand ernstiger. PRAAG 7 April. (V.D.) De toestand van den minister-president Svebla, is opnieuw ernstiger geworden- He Weensche hartspecialist, profes sor Wenckebach, en de Parijsche professor dx. Vaques zijn naar Praag ontboden. BLOEMENFEESTEN IN ZWITSERLAND Onze Geneefsche correspondent schrijft ons: Dit jaar zullen de groote Zwitsersche bloemen- feesten in vier plaateen te bewonderen zijn. Zurich is zich 'toch komen voegen bij Locarno, Montreux en Genève, die reeds menig jaar hun bloemenfeest georganiseerd hébben. Evenals steeds zal Locarno met zijn „Kamelia's-feest op 28 en 29 April de reeks der bloemenfeesten openen, Montreux zal dan met zijn „Narcissenfeest" ep 2 en 3 Juni vol-- gen en vóór het bloemencorso zelf de kunst dienen door een opvoering van enkele Rus sische balletten onder leiding van Serghi de Daghileff. Op 23 en 24 Juli volgt dan op den fraaien Quai du Mont-Blanc te Genève het bloemencorso der volkenbondsstad, door een zeer populairen confettislag bekroond. Op de zelfde dagen zal ook Zurich zijn eerste bloemen corso houden. De Zwitsensche bloemenfeesten plegen zich steeds te onderscheiden - door den rijkdom aan bloemenpracht en de smaakvolle fantasieën welke de deelnemers aan de bloemencorso's ten toon spreiden. Wie juist in dien tijd in Zwit serland is, zal zeker van een bezoek aan Locarno, Montreux, Genève of Ziirich geen be rouw hebben! Par ij 9, 2 April. Na alles wat wij dienaangaande reed3 schre ven, behoeft hot waarlijk niet herhaald, dat da „deux pièces", van de eenvoudigste tot de meest elegante modellen, van sobere wol oS luxueus lamé, de „topic" van het mode- seizoen is. Er valt slechts aan te stippen, dat men voor de sportieve „deux pièces", en aan dat spor tief karakter dankt het costuum natuurlijk d« eereplaats, die het inneemt, bij voorkeur ge bruik maakt van dunne wollen stoffen, als jersey en de vele aardige en nieuwe variëtei ten van die stof. Graag wordt jersey ook ge. combineerd met crêpe-de-chine, of ook we] ver vangen door crêpe-de-laine. Uitsluitend crêpe-de-chine neemt men slechts voor de meer elegante modellen. Men mest het dan meest in twee camèe-tinten: de lichtst© nuance- voor de jumper, die dan versierd wordt met incrustaties in de donkerder nuance, wel ke voor den rok gebruikt wordt. Bij de „deux pièces" wordt graag een -ossa sjaal gedragen, of een sjaal aan den hals be vestigd; waarvan de slippen van voren of van achteren neerhangen. Op die sjaal kan men een versiering aanbrengen, die met de versiering op da jumper harmonieert, ot enkele incrusta ties in den vorm bij voorkeur van modern© geometrische figuren, zooals ook op den rolt op een fond in de tint van de jumper. Bij de „deux-piéees" zijn de plooien, dl© overigens weer wat op den achtergrond geraakt waren, weer geheel in eere hersteld. En ook da stiksel-garneering vindt er een opmerkelijk© toepassing bij. Welk een bijzonder effect met beide bereikt kan worden, doet het hierboven- weergegeven model zien: de geheel geplisseerda rok is getailleerd van crêpe-de-chine, terwijl voor de jumper een dunne jersey gekozen, werd, met hetzelfde stiksel versierd. OP DE HOOGTE. Een Amerikaansch blad maakte melding van het doodgewone feit, dat de president van den Ierschen Vrijstaat de H. Mis bijwoond© op een Zondag. De Priester droeg het gewone groen kasuli fel, de kleur van den Zondag doch het Ame- rikaansche blad maakte er met gewicht mel ding van: dat de geestelijke zich voor di© gelegenheid in een groen kleed had gestoken, Natuurlijk de Iersche kleur. Men moet 't maar weten. ZIJ WIST T. De leerares op de huishoudschool heeft haar leerlingen iets verteld over het verzor gen van de wasch en den wekelijkschen waschdag. Om te constateeren dat haar wijze woorden goed begrepen zijn vraagt zij aan een der meisjes. „En nu Greetje, zeg jij eens, waar heeft J© moeder thuis 't meest mee te doen? En zon der aarzelen antwoordt Greetje: „Met vader, juffrouw". TOCH NIF „Is jou grootvader niet wart hardihoorig „Neen, toch mi et, eerder bijziende, want toen hij laatst het avond-gebied voorbad ging hij met z'n knieën op den kat zitten, denkend dat hij het kussen Bad. Jj; PLEZIERIG COMPLIMENT. Gelezen in een Indisch dagblad: „Mevrouw N., die de dansen van alle kim deren heeft ingestudeerd, welk moeilijk en ondankbaar werk niet genoeg kan worden ge waardeerd, vervulde de rol van de oudo heks, die ten slotte levend wordt verbrand. „Door wie zou een dergelijke rol beter kunnen worden gespeeld dan doo,f h a a r NOG MENSCHENETERS. Gelezen in het N. D.: „Vijf kinderlijken in 'n Kaffer". „BERLINGSKE TIDENDE „Waarom huil je, m'a jongen?" „Ik heb een dubbeltje verloren." „Waarom huil je nu nog? „Als ik mijn dubbeltje niet verloren had, dan had Ik nou twee dubbeltjes!'

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 3