I DE BETEEKENIS DER OLYMPISCHE SPELEN I f** WOENSDAG 16 MEI 1928 DERDE BLAD PAGINA 2 HET HOCKEY-TORNOOI HET WEDSTRÏJD-PROGRAMMA HET BELANG VOOR NEDERLAND HE BUITENLANDSCHE DEELNEMERS WïmïM. DE KANSEN VAN NEDERLAND DE NEDERLANDSCHE SPELERS HET VOETBALTORNOOI DE KRACHTSVERHOUDING DE KANSEN VAN NEDERLAND Het Olympisch festijn gaat een aanvang nemen met de hockey-wedstrijden, waarvoor een negental ploegen van 17 tot 27 Mei, dus gedurende een tiental dagen, in actie komen. Met Pinksteren moeten de mannen met den stick letterlijk en figuurlijk 't veld dan weer ruimen voor de voetballers en voor vele duizen den in en buiten Nederland is eigenlijk het wachten op tfüt moment. Hockey is nergens bijzonder populair, doch bovenal in Nederland had de hoekeysport tot dusverre geenerlei vat op de massa. Het ge volg daarvan is dat hockey rein is gebleven van de ten deole verkeerde Invloeden, die zich bij bet voetbal deden gelden en die vooral in het buitenland reeds bij verschillende andere sporten het amateurisme hehben aangevreten. Door het afvallen van Tsjecho-Slowakië is het aantal deelnemers tot negen terug geloo- pen, toch een bevredigend aantal wanneer men bedenkt dat in vele landen de hoekeysport niet beoefend wordt en er in elk geval geen natio nale hockeybonden zijn, die deel uitmaken van de internationale hockey-organisatie, de Fede ration Internationale de Hockey, of kortweg F. I. H. genaamd. De leiders dezer federatie hebben reeds van meet at aan mot een betrekkelijk klein aantal deelnemers gerekend, want zij hebben hun systeem gebaseerd op G1G ploegen. Dit spel-systeam is werkelijk origineel ge vonden. Het bestuur der F.I.H, taxeert de sterkte der deelnemers, maakt daarnaar een ranglijst op en ook de indeeling baseert op deze ranglijst. De sterkte der negen deelnemende ploegen Is al3 volgt geschat: I. Britsch-Indië, 2 Duitsehland, 3. Denemar ken, 4. Nederland, 5. België, G. Frankrijk, 7. Oostenrijk, 8. Spanje, 9. Zwitserland. Derhalve is de groepen-indeeling voor het Olympisch tornooi als volgt: Groep I. Britsch-Indië Denemarken België Oostenrijk Zwitserland. Groep II. Duitsehland Nederland Frankrijk. Spanje. Er worden dus in groep I (een halve com petitie) 10 en in groep II 6 wedstrijden ge speeld; dan volgt de eindstrijd tussehen de nummers 1 der groepen en de strijd om 3e en 4e plaats tussehen de nummers 2 der groepen, zoodat het geheele tornooi uit 18 wedstrijden zal bestaan. Iedere wedstrijd duurt 2 X 35 minuten en overspelen is niet noodlg. daar bij een gelijk aantal punten het doelgemiddelde beslist. In eiken wedstrijd fungeeren twee scheidsrechters, die 't spel langs de lijnen volgen. Van elk der deelnemende landen wordt een referee aan gewezen. De technische leiding van het tornooi be rust bij het uitvoerend comité der F.I.H.die overleg pleegt met het algemeen organiseerend comité, het Comité l^S. Als Hollanders kennen wij thans de Duit- echers, de Belgen en de Britsch-Indiërs. Van de overige deelnemers weten wij, wat de krachtsverhouding betreft, weinig af, doch ook het bestuur der F.I.H. heeft er naar moeten gissen. Op gTond waarvan men de Denen derde plaatst en de Zwitsers negende, zal we! nie mand precies weten, evenmin als dat het krachtsverschil tussehen België en Spanje 3 plaatsen verschil wettigt. Wel stond van meet af aan vast, dat Britsch-Indië en Duitsehland als de beide sterkste deelnemers beschouwd moesten worden en de twee overwinningen van Nederland op België geven Nederland recht op een gunstige plaats. Voordat de Britsch-Indiërs naar Europa kwa men hoorde men al veel goeds over hun spel doch tastbare feiten om te kunnen nagaan hoe sterk zij inderdaad waren, hadden we eigen lijk niot. Men nam aan dat de Britsch-Indiërs wel niet sterker zonden zijn dan hun leer meesters de Eugelschen en daarom gaf men ook Duitsehland wel een kansje tegen hen. Ken heeft zich echteT vergist. De Britsch- Indiërs hebben in de ln Engeland en ten onzent gespeelde wedstrijden een spel ontwik keld waar nöch Engelschen, nöeh Duitschers, om van de andere rflüionaliteiten maar niet te «preken, tegen aan kunnen. Hun spel is als een openbaring. Zij spelen den kleinen witten kogel niet alleen langs den grond, doch ook in de lueht b.v. ter kniehoogte, alsof zij lacrosse spolen. Zij zijn bovenal buitengewoon snel. Tegen over deze bruinhliidige Oosterlingen schijnt 't liililllliilllllUllllhill li.illlllhlllllli.lllllli.lllllli.lllllli,! 11111 lilnlmlIlllliillilHiiIjllmi Mfllllll,lllilll,llllllllil||il,,|[ door Mr. A. BARON SCHIMMELPENNINCK VAN DER OYE, Voorzitter van hel Ned. Olympisch Comité. De data voor de Olympische Hockey-wedstrij- flen, zijn als volgt vastgesteld: Groep I. Donderdag: 17 Mei Britsch IndiëOostenrijk; DenemarkenZwitserland. Vrijdag 18 Mei Britsch IndiëBelgië; De nemarkenOostenrijk. Zondag 20 Mei Britsch IndiëDenemarken; BelgiëZ w itserl and. Dinsdag 22 Mei België—OostenrijkBritsch IndiëZwitserland. Donderdag 24 Mei DenemarkenBelgië; Oosten rij k—Z w itserlan d Groep II. Donderdag 17 Mei: NederlandFrankrijk; Duitsehland—Spanje. Zaterdag 19 Mei: NederlandDuitsehland; Fran krijkSpanje. Dinsdag 22 Mei: DuitsehlandFrankrijk. Woensdag 23 Mei: NederlandSpanje. De eventueele barrage-wedstrijden zullen Vrijdag 25 Mei worden gehouden, Zaterdag 26 Mei hebben de eind wedstrijden plaats: a. om len en 2en prijs on b. om den 3en prijs. Er zal op de terreinen van het oude en 't nieuwe stadion gespeeld worden telkens om half 5 en half 8 uur, behalve op 17 en 20 Mei. Op 26 Mei wordt uitsluitend in het nieuwe Stadion gespeeld. ■y s- i Mr. A. baron Schimmelpenninck van der Oye. De Olympische Spelen staan thans voor de deur; de Spelen waarover zooveel ge sproken en geschreven is in allerlei rich tingen. Wellicht is het van belang om in het kort na te gaan welke de beteekems dier Spelen, in het bijzonder ook ten opzichte van ons land is. De Spelen staan, gelijk bekend mag worden geacht, onder de opperste leiding van het Internationaal Olympisch Comité. Als hoogste doel van dit Comité is te be schouwen de veredeling der sport en de bevordering daarvan onder alle volken. Zijn streven is geenszins gericht op een eenzijdige volmaking van het lichaam, het geen tenslotte zou leiden tot een verheer lijking van den mensch, doch integendeel op de bevordering der harmonie tussehen geest en lichaam, .zoodat de geest, huizende als F het. ware in een goede woning, zich des te f beter zal kunnen ontwikkelen. De Spelen zijn te beschouwen als 'n 4-jaar- lijks terugkeerende demonstratie van datgene wat bereikt werd op het gebied F van oefening en zelftucht en van volharding. Zij worden met groote be- p langstelling gevolgd door bijna alle volken der wereld, wier vertegenwoor- W digcr* met elkander wedijveren. Zij bieden een zeer schoons en schier H ongeëvenaarde gelegenheid tol onderlinge verbroedering, tot een begrijpen P van elkanders natuur en zienswijze. k F Voor ons ,and zullen de Spelen uiteraard van groote beteekenis zijn. F g lal van vreemdelingen, wier voetstappen zicli tot dusver niet naar ons land F richten;, zullen thans in ons midden komen, en het ligt ongetwijfeld op F m den vveS van ieder Nederlander om naar vermogen te bevorderen dat deze F ji bezoekers bij hun vertrek een goeden indruk van ons land meenemen, P Ook uit economisch oogpunt bezien, kan ons land niet anders dan wel p bij de Spelen varen Weliswaar dient gewaakt te worden tegen het wekken van overdreven verwachtingen, hetgeen allicht tot teleurstelling zou kunnen leiden, doch afgescheiden nog van het onmiddellijk voordeel, zal het contact P met het buitenland, op deze groote schaal verkregen, ongetwijfeld ook fc blijvende vruchten kunnen afwerpen. Wat tenslotte de Sportbeoefening betreft, het aanschouwen van het beste, - wat op dit gebied te zien is, zal, naar vertrouwd mag worden, een prikkel F zijn, om systematisch en oordeelkundig te bevorderen de lichaamsvaardigbeid E van het Neder! andsclie volk, heigeen niet anders dan heilzaam werken kan. lHHi|"ii|||l,lti||ti"H|||i"iHlli"i||||i,'iii||t>,i!|i|i,Ii||||i"i||||i,,i!|t|!,'iinii"tl|lfi,|i|H!i' IIH ,HIIIl"iIlHi"H!lIi,,H|||t"ilHU,ll!||ii1,iHiJi"i)jjp,inj}U"!|jj|i'timii'"||j]|),i|j|]||,i||j|j|ii|||||| spel der Hollanders stijf en traag. Voeg daarbij de volmaakte techniek der Britsch-Indiërs dan heeft men de antecedenten voor een supper- ploeg, die het zelfs met de forse he en door tastende Duitschers vermoedelijk gemakkelijk klaar speiien zal. De sterkte van de overige deelnemers, is al zeer moeilijk na te gaan. Men plaatste b.v. Frankrijk 6 en Spanje S, doch kort geleden wonnen de Spanjaarden met 20 van de Fransehen. Het komt er ook betrekkelijk wei nig op aan. Alleen Duitsehland zal vermoede lijk sterker zijn dan de overige Europeesche ploegen en daarom ligt het dan ook in de lijn der verwachtingen, dat de Duitschers over winnaars worden in groep II. Nederland behoeft zich slechts sterker te toonen dan Frankrijk en Spanje om de tweede plaats in groep II te hereiken. Dat beteeken-t dqn dat onze landgenooten met no. 2 van Groep 1 om den 3en prijs van hot tornooi zou den kampen en wie dan ook de tegenpartij wordt, ook din heeft Nederland een redelijke kans. En ten slotte is zelfs een verrassing van Hollandsche® kant tegen onze Oostelijke na buren niet geheel uitgesloten, al achten we die niet waarschijnlijk. Men ziet dus dat er in dit aanvangstornooi van de Olympische Spelen reeds kans bestaat dat de Nederiandsche driekleur aan den Olym- pischen mast geheschen zal worden. Wat zou dat een vreugdevolle inzet zijn! Met feit dat die mogelijkheid bestaat, geeft echter reeds reden tot groote voldoening. Want van alle deelnemende landen is men in onze lage landen 't laatst met de beoefening van deze sport begonnen. Wel is reeds sedert een 35 jaren een spel beoefend dat zeer veel met 't moderne hockey overeen kwam, doch dat toch ook op vele punten daarvan afweek, o.a. een grooter en zachter bal, andere sticks, ten deele andere regels enz. Eerst sedert drie jaren wordt hier uitsluitend het Engelsche, resp. in ternationale hockey beoefend en dientengevolge bestaat er ook eerst sedert drie jaren contact met andere nationaliteiten op hockey-gebied. Dat dit Internationaal contact In dien korten tijd reeds tot bevredigende resultaten geleid heeft, moge blijken uit de balans: Nederland tegen België Duitsehland Engeland T-otaal gesp. gcw. gel. verb doelp. 5 3 11 7—3 3 0 0 3 2—8 1 1 0 0 3—1 9 4 12—12 Men ziet dus dat onze representanten tegen Duitsehland nog steeds verloren, doch zóó groot was het krachtsverschil niet, dat er reden is om aan een succes tegen Duitsehland te wanhopen. Tegen de Beigen hebben onze hockeyers al een mooien voorsprong, doch het fraaiste succes behaalden zij tegen de Britten, die in 't vorig seizoen onze ploeg in grootsehen vorm aan troffen met 't resultaat, dat oranje met 31 zegerierde. De elftalcommissie van den Nederlandschen Hockey- en Bandy Bond heeft de ploegen voor de Olympische Spelen als volgt samengesteld: Elftal A: Katte (M. H. C.)de Waal (A'dam) en Tresling (H. O. C.); Ankerman (H.D.M.), Duson (A'dam) en Brand (M.H.C.); Ivop (Bloemendaal), Jannink (A'dam), Hu- brecht (M.H.C.), v. d. Veen (A'dam), Visser 't Hooft (M.H.C.) Elftal B: Hardebeck (A'dam); Meertens (Lyceum) en Leembruggen (A'dam); Muller v. Czernicky (Bloemendaal), C. v. d. Hagen (Hilversum), van Lierop (Hilversum); jhr. van Citters (M.H.C.), Wonthoit (M.H.C.), v. Voorst v. Beest (H.D.M.), v. d. Rovaert (H.D.M.) en van Tienhoven (Hilversum.) De elftalcommissie van den Hockeybond heeft bij deze samenstelling oen gemakkelijker taak gehad dan de selectie-commissie der voetbal lers. Deze toch heeft blijkbaar een te groot spelersmateriaai om het voldoende te kunnen overzien, doch de elftalcommissie van den Hockeybond kent alle spelers nauwkeurig en de gedane keuze heeft aller instemming. Op deze spelers is dus aller hoop gevestigd. Zij zijn zich daarvan bewust en zelden zal in een kamp van deelnemers aan de Olympische Spelen de stemming zoo voortreffelijk geweest zijn als thans bij de Nederiandsche hockeyers, Al3 vrienden gaan zij met elkaar om en de leiders van den Ned. Hockeybond met name de gemoedelijke president, de heer Tresling, en de energieke en correcte secretaris jhr. Quarles van Ufford, weten in den bond ook den besten amateuristischen geest te bewaren. Zoo zien wij ook met veel vertrouwen de organisatie van het Olympisch hockey-tornool tegemoet. Alles is gTondig voorbereid en orga nisatorisch zal aanstonds een groot succes ge hoekt worden. Sportief verwachten wij mooie en spannende wedstrijden van volkomen correcte en faire tegenstanders, sport die niet ontsierd wordt door onbeschaafde uitingen van fanatici of grofheden van minder beheerschte elementen. Hockey is gentlemen-sport; wij zijn er van overtuigd dat geen wanklank vernomen wordt en dat de Olympische gedachte, die verbroede ring der volkeren voorstaat dóór de spert hier zeker nageleefd wordt. En ten slotte zijn wij hoopvol gestemd ten opzichte van onze landgenooten. Wij vertrou wen dat niet honderden maar duizenden Ne derlanders onze wakkere hockey-ploeg den moreelen steun van hun tegenwoordigheid zul len verleenen, dien ieder sportman in felle kampen noodig heeft om tot volle krachts ontplooiing te komen. Moge ons nationaal hockey-elftal er in slagen de Nederiandsche driekleur aan den Olympl- schen mast te brengen.' Zonder eenigen twijfel is het Olympisch Voetbaltornooi één der hoogte-punten, en nu de Spelen in ons l?fhd worden gehouden mogelijk zelfs wel hêt hoogte-punt van de wedstrijden ter viering van de IXe Olympiade. Voethal is in onze sportwereld wel bij uitstek populair, zoódat er, in de eerste plaats, voor den strijd om het amateur-wereld-kam pioenschap te Amsterdam zeer zeker buitenge wone belangstelling zal bestaan. Verder is het tijdperk, dat voor het spel van Mr. Soccer is gereserveerd zonder eenige concurrentie van een anderen tak van sport, het langst, in ver gelijking met alle andere tornooien, en last not least, vragen de prestaties van niet minder dan een twintigtal landen waaronder ver scheidene met uitnemende reputatie in dezen grootsehen kamp de aandacht: De geschiedenis van de moderne Olympische Spelen toont, dat de voetbalsport zich deze vooraanstaande positie op het algemeene pro gramma geleidelijk heeft weten te veroveren. Toen baron de Coubertin en zijn idealistische volgelingen in 1896 in Athene de oude Spelen deden herleven, en ook in 190-0 in Parijs zoowel als in 1904 in St. Louis, maakte de athletiek het hoofddeel van het programma uit, maar de nadeelige financieele resultaten hierbij be haald, deden de organisatoren van de Londen- sche Spelen in 1908 omzien naar een alge- meen-papulairen tak van sport, die de groote massa naar het Stadion zou trekken. Aldus vermeldde het eerste programma, waarop ook voetbal-spelen voorkwamen, de namen van een achttal landen, waarvan er een half dozijn opkwam. De Engelsche gasthee- ren, die o.m. in de halve beslissing met 40 van Nederland wisten te winnen, zegevierden in dit zuiver-West-Europeesch tornooi be grijpelijkerwijze, in den eindstrijd klopten de Britten Denemarken met 2—0. Nederland won in de eerste ronde van Hongarije dat niet op kwam, verloor vervolgens van Engeland, maar veroverde ten slotte met 2—0 op Zweden den derden prijs. Stockholm bracht in 1912 reeds meer voethal landen, n.l. 11, binnen de lijnen. Er waren Russen en Finnen, Italianen en Nederlanders zoodat er zonder overdrijving van een meeting om het Europeesch kampioenschap kon wor den gesproken. Waarvoor alweer Eu-geiand, na Denemarken opnieuw in de finale te heb- gen geslagen, gegadigde bleek. Nederland won met 43 van Zweden en 31 van Oostenrijk, werd toen met 41 door Denemarken geklopt, maar legde weer door een 90 zege op Finland beslag op de derde plaats. De eerste Spelen na den oorlog vonden, naar men weet in Antwerpen plaats. De gevolgen van den wereld-kamp deden zich ook bij de inschrijving gevoelen, maar toch konden de Belgen een veertiental representatieve elftal len in actie zien. Grieken en Tsjechen, Serven en zelfs sportsmen van buiten het oude Europa, n.l. Egyptenaren, waren van de partij, doch evenals in 1908 bleef de overwinning in han den vau de organisatoren: in een rumoerigen wedstrijd, -waarbij de Tsjecho-Slowaken hij een 2—0 achterstand het veld verlieten, slaagden de Belgen erin, de eerste plaats te bezetten. Holland won met 30 van Luxemburg en 54 van Zweden, doch verloor met 30 vau België en 20 van Spanje en eindigde als derde in den eindstand. Weliswaar was ook in 1924, in Parijs, Cen- traal-Europa nog uitgesloten, maar toch brach ten de Fransohe voetbal-spelen een .schitterend record: niet minder dan 23 landen, waarvan er tenslotte slechts één wegbleef, schreven hier voor m. Behalve Duitsehland en Oostenrijk, ontbraken ook Engeland, Denemarken en Noorwegen (om slechts enkele landen met goede voetbalkwali teiten te vermelden) maar hiertegenover stond het deelnemen van Spanje, Noord-Amerika en Uruguay, het onbekende Zuid-Amerikaansche rijk, wier representanten zich weldra als on overwinnelijke, -superieur.voelbaLspelende deel. nemers deden kennen. Nederland won met 6—0 van Roemenië en 2 1 van Ierland, verloor met 21 van Uru guay en in den strijd om de derde plaats met 31 van Zweden. Noemen wij thans nog eens de landen, die in Amsterdam de kleuren van hun iand zullen trachten hoog te houden: België, Bulgarije, Egypte, Duitsehland, Estland, Frankrijk, Ita lië, Luxemburg, Spanje, Uruguay, Turkije, Ame. rika, Joego-Slavië, Zwitserland, Nederland, Griekenland, Portugal, Argentinië, Mexico en Chilitwintig ploegen dus. Quantitatief heeft men derhalve het record van Parijs—1924 ondanks het wederuitkomen van de Duitschers, niet weten te halen, maar er zijn verschillende factoren die er op wijzen, dat de Nederiandsche Spelen op voetbalgebied, niet alleen uiterst spannend verloop zullen heb ben, maar tegelijkertijd een groot aantal teams, waarvan voetbal van uitstekende kwaliteit ver wacht mag worden, in het perk zullen brengen. In de eerste plaats komen niet alleen de winnaars van Parijs, de Urugueezen naar onze hoofdstad, maar blijkbaar aangelokt door het succes hunner buren zijn ook de ver tegenwoordigers van eenige andere Zuid- Amerikaansche staten naar ons land onder weg, of reeds aangekomen, zoodat wij in de gelegenheid zullen zijn te constateeren, of het techniseh-volmaakte spel van de Urugueezen tot de uitzonderingen behoort, dan wel of het spelpeil in geheel Zuid-Amerika op dezelfde voor Europa ongekende hoogte staat. Afgaande op de •nderlinge verrichtingen dezer overzeesche gasten zullen, naast Uruguay, Ar gentinië en Chili mede tot de ernstigste gega digden voor de finale bebooren Ook verder is evetfwel het gehalte van de deelnemende landbn van dien aard, dat er na de eerste loting slechts in zeer weinige geval len met vrij stellige zekerheid een overwinnaar kan worden aangewezen. Verscheiden ploegen van de Oude Wereld staan vrijwel op hetzelfde niveau, waarbij de Romanen, naar onze mee ning, inmiddels de beste kansen zullen verde digen. Zonder twijfel komen de Spanjaarden en de Portugeezen zoowel als de Italianen met uitstekende combinaties, waaraan bijv oude Olympische tegenstanders als de Zwitsers en de Franschen de handen vol zullen hebben. Afgewacht zal moeten woTden wat de Duit schers bij hun wederop treden zuilen weten ts presteeren. In Ieder geval moet men in het oog houden dat hoe minutieus onze Ooster buren zich ook hebben voorbereid zij er tot nu toe nimmer in zijn geslaagd, de juiste tracht van hun spel door hun vertegenwoor digend elftal te doen afspiegelen; finalisten zien wij in de Germanen voorshands dan ook nog niet. Jammer is, dat de Scandinaviërs straks niet zullen uitkomen; vooral de Zweden, waartegen Nederland in Stockholm, Antwerpen zoowel als te Parijs lootte, hadden wij gaarne ook op eigen grond weer tot tegenstanders gehad, doch ook Noorwegen en Denemarken zouden het tornooi kwalitatief niet hebben geschaad. Ver der mankeeren oude deelnemers als Ierland en Letland, dat in Parijs een goed figuur sloeg, terwijl het aanvankelijke bericht, dat ook Para guay den Atlantischen Oceaan zou oversteken tenslotte onwaar gebleken is. Dat Engeland, de oer.voefcbalstaat, evenmin als ln de Fransche hoofdstad een kans zal wagen, vermelden wij nog even apart. Mag men de Britten gelooven, dan houdt hun wegblijven verband met het besluit van de F. I. F. A., op het congres te Heleiugborg genomen, dat hij uitzondering aan voetballers vergoeding voor loonderving mag worden toegestaan. Na deze korte berinnering aan de voorge schiedenis van het komende tornooi nog eenige opmerkingen over de kansen van ons eigen land in dezen strijd. Zal het Nederland gemakkelijk vallen ten minste zooveel te presteeren als bij vorige gelegenheden? In Londen strandden wij in de halve finale tegen de Engelschen, in Stock holm op dezelfde wijze tegen de Denen, in Antwerpen dienovereenkomstig tegen de Bel gen, terwijl behoeft het nog eens te wor den gezegd? onze Oranje-ploeg in Parijs in den halven eindstrijd, na een glorieuzen kamp tegen de Urugueezen voor de vierde .achtereen volgende maal het onderspit dolf. Vanzelfsprekend hoopt ieder, dat onze repre sentanten, nn de Spelen op eigen bodem zul len worden gehouden, het niet alleen even ver als voorgaande keeren, doch vérder zullen brengen: zon niet, zooals de Belgen het in 1920 nog lieten zien, onze nationale vlag aan den' hoogsten Olympischen mast, op den dag van de voethalfinale,het mooist denkbare resultaat zijn? Niet alleen echter de sterkte der tegenstan ders, maar ook de o.i. sinds 1924 achteruit gegane capaciteiten onzer vertegenwoordi gende elftallen nopen ons in dit verhand tot gematigd optimisme. Zeker, wij beschikken momenteel nog over een buitengewoon goede verdediging, met daarvóór een behoorlijke middenlinie, maar ondanks het intensief doorgevoerde systeem van de T. C. ieder op den voorgrond tre denden clubspeler een of meer „trials" te geven is men er tot op het huidige oogenblik nog niet in geslaagd, de kwaliteit van onzen aan val aan die der andere linies evenredig te doen zijn. Mag men het noemen: opvoeden van onza spelers tot bruikbare internationals, men noe- me het, zoo men wil, experimenteeren, een feit is, dat de Nederiandsche Elftal-Commissia vlak vóór den aanvang van de Spelen nog niet is geraakt tot een tevreden-stellende voorhoede, noch individueel, noch als geheel. En goed deels als gevolg hiervan hebben de Nederlan ders in de reeks van internationale wedstrij den, sinds den vorigen zomer gespeeld, nog nimmer weer den vorm knnnen toonen. die ons tegen de Engelsche prof-kampioenen zulk een schitterende overwinning opleverde. Edoch wij zullen hebben te roeien met de riemen, die wij hehben, i. c. de voorhoede spelers moeten opstellen, die tor beschikking zijn. Het ligt volkomen in de lijn van het Hol landsche spel, op de meest onverwachte mo menten en na de felste critiek door frap pante resultaten alle pessimisme te doen wij ken. Moge het slappe en het futloozè van het in de laatste interland-wedstrijden vertoonde nog tijdig verdwijnen en plaatsmaken voor het heerlijk enthousiasme, waardoor wij in Parijs eerst en hoe! tegen de finalisten verloren Het onmiskenbare voordeel van eigen terrein, ên land. èn het aanmoedigende, eigen publiek, zal onzen spelers bij hun zeker zware taak tot grooten steun blijken. De lieer Denis, aanvoerder van het - Ned. voetbalelftal.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 10