FEUILLETON
GEKNAKT.
DONDERDAG 24 MEI 1928
DERDE BLAD
PAGINA 2
APOSTOLAAT DER HEREENIGING
BOSSCHE MISSIETENTOON
STELLING
VEEL DEELNAME
R. K- ALGEMEENE MIDDENSTANDS-
bedrijfsraad
De positie der Bedrijfsraden bij de
uitvoering van de Ziektewet
WIJZIGING KIESWET
OM SCHOONER OP TE BLOEIEN
g
VERGADERING TE NIJMEGEN.
Het Apostolaat der Hereeniging hield Dias
dagavond in de kleine Concertzaal van „De
Vereeniging" te Nijmegen een belangrijke ver
gadering. De opkomst was uitstekend, de ge.
heele zaal was gevuld. Onder de aanwezigen
waren veile professoren der Kath. Universiteit
en notabelen der stad_
Prof. dr. Titus Brandsma, voorzitter der com
missie, opende de vergadering met blijdschap,
wijl zoovolen waren gekomen.
Spr. dankte de professoren dr Kors, dr.
Franses en dr. TV. Mulder voor hun welwillende
voorlichting van de studieclub en hun nuttige
adviezen bij de verderfe ontplooiing der actie.
Verkeerd begin en gebrek aan inzicht heb
ben aan de actie tot Hereeniging veel nadeel
gedaan. Goede voorlichting, bedachtzame voort
schrijding en groote liefde tot de dwalenden
kunnen deze actie slechts bevorderen.
Spr. uitte zijn vreugde er over, dat het co
mité Nijmegen zich mag verheugen in de be
langstelling van de Katholieke mannen en
vrouwen van Nijmegen, die door lidmaatschap
hot streven steunen.
Het koor van St. Dominlcus onder leiding
van der Zeereerw. pater D. v. d. Geest O.P.
zong na deze inleiding eenige liturgische
hymnen.
Rede prof. dr. J. Kors.
Prof. dr. J. Kors O.P. begon met het betoog
dat het apostolaat der Hereeniging hetzelfde is
als dat der prediking. Dit werk heeft ten doel
de prediking van de waarheid, het terugbren
gen van verdoolden tot het ware leven van
Christus. Alle Katholieken moeten in zich den
levensdrang gevoelen, om allen tot Christus te
brengen. Wij willen zijn ware Christenen, die
het volle leven van Christus in zich tot uiting
willen doen komen; dat voorrecht willen wij
ook andereu ten deel doeh vallen.
Het gevaar voor verdeeldheid blijft steeds be
staan. Ketterijen heeft de Kerk altijd gekend.
Maar de Katholiciteit der Kerk overwon steeds
de afscheuring der eerste eeuwen van het
Christendom. Het groote Grieksehe schisma
bracht de groote scheuring, welker verloop spr.
nader schetste. Millioenen geloovigen werden
door dit schisma uit het Oosten van de Kerk
getrokken. De scheuring in het Westen kwam
door het Lutheranisme en Calvinisme en Angli
canism©; millioenen werden ook hierdoor van
de eenheid der Kerk getrokken.
De Klerk heeft altijd door pogingen gedaan
om de eenheid te herstellen; tweemaal heeft
die Kerk tevergeefs pogingen gedaan oin de
Grieksehe schismatieken weer tot de Katho
lleke eenheid te brengen. Z. H Paus Leo XIII
richtte nog tevergeefs eén zendbrief tot de
Oostelijke volkeren, die Z. H. minzaam aan.
spoorde tot de Katholieke Kerk terug te kee-
ren. Z. H. de Paus richtte ook een zendbrief
tot de Noordelijke volkeren, prees tot ziekere
hoogte de Oxford-beweging; Paus Beuedietus
XV drukte het voetspoor van Leo XIII. Pius XI
zond zijn encycliek „Rerum Omuium" uit en
spoorde de afgescheidenen aan tot terugkeer.
Dat was de drang tot eenheid uit de Kerk
voortgekomen.
De wereldoorlog van 1911 brdciht de volke
ren tot dieper gedachte over de eenheid en tot
de algemeene vredesgedaehte. Lord Halifax
begon een beweging; ook in Amerika ontstón
den verschillende bewegingen tot eenheid ónder
deviezen: „Live and Work" en „Geloof en
Hiërarchie". Hét ware ideaal, het zuivere Ka
tholieke levensdoel ontbrak te veel aan deze
beweging.
Al die bewegingen naar eenheid en leiding,
stuitten telkens af op de moeilijkheid om te
begrenzen het terrein, waarop men één kon
zijn.
H-et apostolaat is ons aller dure, Katholieke
plicht, ook in ons gemengde land, waar zoo-
velen hunkeren naar de eeuwige waarheid. Plet
verlangen van andersdenken naar eenheid, naar
waarheid, legt ons nog zwaarder plicht op
om het apostolaat der Hereeniging te beoefe
nen. Ieder doe in deze actie zijn plicht over.
eenkomstig zijn roeping.
Spr. spoorde alle aanwezigen aan leder naar
vermogen mede te werken aan het apostolaat
der Hereeniging; ut omnes unum sint, dat
het worde één schaapstal onder één herder,
(Daverend applaus).
Het St. Dominicus-koor zong hu het Pange
Lingua.
Rede prof. dr. D. Franses.
Na de pauze sprak Pater prof. dr. D. Fran
ses O.F.M.
We staan voor heit treurig feit, dat in het
Oosten van Europa 'n 150 millioen Christenen
leven, afgescheiden van de eenig ware Kerk,
zonder gemeenschap met Rome, het centrum
der eenheid.
Daar moét verandering in komen. Wij moéten
ijveren voor den terugkeer van zooveel af-
gedwaalden.
Spr. wil hier in vogelvlucht de geschiedenis
nagaan, de voorgeschiedenis en ontwikkeling
van de groote scheuring en het voortbestaan
daarvan door de eeuwen heen.
Men vraagt zich toch af: hoe is het toch
gekomen, hoe is het mogelijk geweest, dat zoo'n
groot deel der Christenheld de door Christus
gewilde en zoo vurig verlangde eenheid heeft
verbroken en zich van Rome- heeft losge
scheurd? Men vraagt zich ook af: hoe is het
te verklaren, dat die scheuring zooveel eeuwen
lang is blijven voortduren: heeft men geen
pogingen gedaan de eenheid te herstellen of
hoe komt het, dat die pogingen zijn mislukt?
De beantwoording van die vragen is van
groot belang, ook practisch, voor het werk
der Hereeniging, Om een goed begrip te krij
gen van de ontzaglijke moeilijkheden, die aan
dit werk in den weg staan, is het zeker 1100-
dig, dat men den teg&nwoordigen toestand van
die kerken, van die volkeren van het Oosten
leert kennen, dat men zich inleeft in de men
taliteit, in de psyche dier volkeren. Maar
daarnaast is evenzeer noodig, dat men de ge.
sohiedenis kent. Eerst dan wanneer men de
geheele geschiedenis ziet herleven, begrijpt men
ten volle, hoe ver die afgescheidenen van ons
verwijderd zijn en hoeveel arbeid en gebed er
dus noodig is, om hen tot den terugkeer tot
de eene ware Kerk te bewegen.
Spr. behandelt dan de verschillende factoren,
die tot de scheuring van Oost en West hebben
samengewerkt. Het cultureel verschil: het
Grieksehe Oosten achtte zich cultureel intel
lectueel, de meerdere van het Latijnsche Wes
ten. Dat maakte het voor het Oosten steeds
moeilijker zich aan beslissingen van Rome te
onderwérpen, vooral sinds den ondergang van
het West Romeinsche Rijlc en de veroveringen
der Barbaren.
Gevaarlijker nog was liet Cacsaropapismo
der Christankeizers, vooral van het Oost-Ro-
meinsclia Rijk. Die keizers, vanaf Constantijn,
den bevrijder der Kerk, bemoeiden zich met,
de iuterne aangelegenheden der Kerk, zelfs
met geloofszaken en vaardigden decreten daar
omtrent uit. Daarnaast was van grooteii in
vloed: het streven naar voorrang van de pa
triarchen van Constantinopel. Die stad was d e
grootstad geworden van geheel het Oosten, en
de bisschop van die keizerstad kreeg als van-
?elf steeds meer macht en invloed, meer dan
Rome kon toestaan. Spr. toont aan, dat dit ze
ker zeer gevaarlijk en verkeerd, maar tevens
heel begrijpelijk was.
In nauw verband met deze factoren werkten
de dogmatische twisten zeer verderfelijk voor
de eenheid. De geestelijkheid verlangde geen
hereeniging en het valsch voorgelichte volk
evenmin en de verwijdering werd in den loop
der eeuwen vanzelf steeds gronter. Wel hebben
verschillende keizers pogingen gedaan, maar
om politieke motieven, en de Europeesche po
litiek was veelal schuld, dat die pogingen mis
lukten.
Prof. dr. Titus Brandsma sprak tenslotte een
dankwoord.
Velen traden als lid toe
Gi3terennamiddag heeft te 's-Hertogenbosch
nadat 's morgens in de St. Pieterskerk een
H. Mis was opgedragen, waaronder algemeene
H. Communie voor de leden der Missievereeni-
glng „St. Franciscus Xaverius' de officieel©
opening van de Bossche Interdekenale Missie-
Actie-Tentoonstelling plaats gehad door Z. D.
H. Mgr. Diepen, Bisschop van Den Bosch.
Deze tentoonstelling wordt in Casino gehou
den ter gelegenheid van het tweede lustrum
van genoemde Missievereeniging, welke in de
10 jaren van haar bestaan éen bedrag van rond
100.000 voor de missiën heeft bijeengebracht.
De tentoonstelling is, door veler medewer
king, tot een hoogst belangrijke geworden.
In totaal zijn er dertig stands.
Voorts is er een aparte afdeeling Missielec-
tuur, een stand der jubileerende vereeniging;
op de galerij een medische afdeeling en op de
tennisbanen in een afzonderlijke tent een afdee
ling verkeerswezen, en last not least een inzen
ding van het Sint Melania-werk, dat onder de
hooge bescherming van Z.Em, Kardinaal van
Rossum staat.
In al die stands is veel merkwaardigs en be
langrijks bijeengebracht in een overbluffende
veelheid.
Dan zijn er nog inzendingen van industrieele
firma's enz.
Paramenten e.d. zijn eveneens in groote hoe
veelheid geëxposeerd.
De opening had plaats in tegenwoordigheid
van vele geestelijke en wereldlijke autoriteiten.
Om 6 uur werd de tentoonstelling voor het
publiek opengesteld.
Mgr. Diepen celebreerde om 7 uur in de
Kathedraal een pontificaal Lof, waaronder
prof. P. van Grins ven van het Seminarie te
Haaren de feestpredikatie hield, 's Avonds gaf
het Kon. Muziekkorps van Goulmy en Baar
in den Casinotuin een concert.
Dezer dagen vergaderde het bestuur van den
R. K. Algemeenen Middenstandsbedrijfisraad.
In aansluiting op de besprekingen, in de
laatste algemeene vergadering gehouden over
de positie, welke de bedrijfsraden zouden kun
nen innemen bij de uitvoering van de Ziektewet,
ging het bestuur den huidigen stiand van zaken
na. Overwogen werd of de bedrijfsraden niet
reeds zooveel mogelijk tot het stichten van be-
drijfsvereenigingen ter uitvoering eener ziek
teverzekering zouden kunnen overgaan, in af
wachting van de totstandkoming eener Ziekte
wet. Dit punt zal in een op 20 Juni te houdend
algemeene vergadering met de bedrijfsraden na
der worden besproken.
Op die algemeene vergadering zullen even.
eens aan de orde komen de bekende praeadvie.
zen van den Partijraad der R. K. Staatspartij
uitgebracht, over „de taak van den Wetgever
in hun tegeawóordigen tijd ten aanzien van de
verhouding' tueschen werkgever en werknemer
in het bedrijfsleven.
Verder ging het bestuur aan de hand van de
ontvangen mededeelingen na, welke stappen de
bedrijfsraden reeds deden om een leerovereen
komst tot stand te brengen, ais in de vorige
algemeene vergadering besproken.
C. CHR. DOMMELSHüIZEN -}•
In 85-jarigen ouderdom is in het Gemeente
lijk Ziekenhuis te 's-Gravenhage overleden de
lieer C. Chr. Dommelshuizen, schilder, voor
namelijk van rivier- eri zeegezichten en sche
pen.
4e NEDERL. KATHOLIEKENDAG
Limburgsclie Bondendag
DE OPTOCHT
In afwijking van den oorspronkelijk vaatge-
stelden tijd zal de opstelling van den op Maan
dag 28 Mei te honden optocht plaats vinden
van half drie tot drie uur.
De volgorde is nader vastgesteld als volgt:
1. Politie, 2. Muziek, 8. Comité, 4. Werklieden-
bond, 5. Middenstandsvereeniging, 6. Werkge-
versvereeniging, 7. Groene Kruis, 8 Vrouwen
hond, 9. Land- en Tuinbouwbond, 10. Voetbal
bond, 11. Gymn. en Athletiekbond, 12. Onder
wijzershond, 13. Werknemende Middenstand, 14
A. R. K. O., 15. A. R. K. A. 16. Kruisverbond,
17. Mariavereeeniging, 18. Vereen, v. Eer en
Deugd, 19, R. K. Kimstenaarsv&reeniging, 20.
Jong Limburg, 21. Limb. Studentenclubs, 22.
Derde Orde, 23. Oanisiuscongregatie, 24. Bereh-
manscompagnie, 25. Bond van Handels- en
Kantoorbedienden, 26. Pilger-verein Waubaeh,
27. Eerewacht Maastricht, St. Aloysiusschool
31. De Nietxwenhof, 32. R. IC. Patronaten, 33.
Diversen, 34. Onderofficierenvereeniging St.
Martinus.
De muziekgezelschappen, die hunne mede
werking toezegden en in den stoet medetrek
ken zijn: de Mastreecliter, Fanfaar St. Joëzep
de Fanfare Kunsit na Arbeid, de Harmonie
St. Caecilia (Par. O. L. Vrouw v. Lourdes,
Wittevrouwenveld), de Harmonlën van St
Piieter, Gronsveld en Gulpen en de Fanfaar
Wilhelmina van Wolder.
De plaats van opstelling is aangegeven op
het plan, waarvan aan alle deelnemende veree-
nigingen een afdruk is of wordt toegezonden.
Om 3 uur precies zet de stoet zich vanaf
Hotel Willems In beweging. De te nemen weg
is: Stationstraat, W. Brugstraat, Maasbrug,
Maastr. Brugstraat, Kleine en Groote Staat,
Vrijthof. Op het Vrijthof, dat voor zoover noo
dig wordt afgezet, nemen op een podium de
aanwezige kerkelijke en wereldlijke autori
teiten met de leden van het Eere-comité en het
Dagelijkseh bestuur van het Uitvoerend Comtié
plaats ten einde het voorbijtrekken van den
stoet gade te slaan.
Op aanwijzing van een commissaris van orde
(met wit-gelen band om den arm) treden de
vaandels achtereenvolgens uit den stoet eai
stellen zich in een daarvoor vrijgehouden
ruimte voor het podium op. De deelnemers
aan den optocht scharen zich hier rondom. Is
de geheele stoet voorbijgetrokken, dan brengen
de vaandeldragers den vaandelgroet.
Ten slótte wordt onder- begeleiding van de
Maastr. Fanfaar St. Joeziep, die zich dan op
het kiosk bevindt, door alle aanwezigen ge
zongen het lied: Aan U, o Koning der Eeuwen.
Hiermede is de huldiging ten einde en kan
tot ontbinding van den stoet worden overge
gaan.
VOOR EER EN DEUGD
Een Congres
Het congres der ver-eeniging Voor Eer en
Deugd over de heiligheid van het huwelijk
zal op 1112 September worden gehouden.
Het onderwerp Vrouwenvraagstuk in
betrekking tot het gezin zal worden be
handeld door mej. Annie Meijer, lid der
Tweede Kamer.
,,'t Loonvraagstuk en gezin" zal worden
ingeleid door den lieer C. J. Kuiper, lid der
Tweede Kamer.
,,'t Woningvraagstuk en 't gezin" wordt
toegelicht door den heer A. Engels, lid der
Tweede Kamer.
Mr. v. d, Ven, kantonrechter te Hulst, be
handelt de „Positieve bestrijding van het
Neo-Malthusiani&me"; pater rnr. Duymstee
zal de zedelijke factoren met betrekking tot
de bestrijding van het Neo-Malthusianisme
bespreken.
Voorloopig verslag der Tweede Kamer.
Blijkens het voorloopig verslag der Tweed8
Kamer over het wetsontwerp tot wijziging va'
de Kieswet, de Provinciale Wet en de Genree»
tewet konden enkele leden zich met het VOO'
stel, om in sommige gevallen het stemmen li-
volmacht mogelijk te maken, niet vereenige11
zij vreesden, dat dit systeem meer nadeel®»
dan voordeelen zou medebrengen en achtte'
het hij het groote aantal kiezers zelfs een ge
vaarlijk stelsel.
Zeer vele leden konden zich echter met I#i
geen ten aanzien van het stemmen hij volmacl»'
wordt voorgesteld, vereenigen.
In het bijzonder wenschten sommige lede'
de voorschriften van het wetsontwerp mind»
streng te maken ten aanzien van de persona1
die van de bevoegdheid tot het aanwijzen vij
een gemachtigde zullen kunnen gebruik make»
Verscheidene andere leden merkten evenxV
op, dat tot de voornaamste beginselen van
bestaande kiesrechtregeling ook behoort H
geheim der stemming. Stemming bij volmadj
levert in ruime mate gevaar op voor sd'-C
ding van dat geheim.
Sommige leden zouden gaarne gezien lia'
ben, dat de Regeèring bij dit ontwerp ook vósj
zieningen had voorgesteld ten aanzien van vro»
wen, die gewetensbezwaren hadden tegen
uitoefening van het stemrecht.
Eenige leden wenschten, dat in de kieswet l'
palingen zouden worden opgenomen, die M
mogelijk zouden maken den invloed van 1'»
vrouwenkiesrecht op den uitslag der verin»
zingen na te gaan.
Verscheidene leden zouden er zich over va»
heugen, indien de Regeering bij de Memo!'1
van Antwoord in het wetsontwerp alsnog af'
bepaling zou wilien opnemen tot opheffing va'
den stemplicht. Andere leden wenschten dal»
entegen deze instelling te zien gehandhaafd-
Eenige leden zouden het in ieder geval 6'
wenscht achten de vrouwen van stemplicht
ontslaan.
Sommige ledeh zouden gaarne hebben gezk?
dat de Regeering vaii de indiening van
ontwerp had gebruik gemaakt oin in de Kie'
wet bepalingen op te nemen ter beperking v®'
de Verkiesbaarheid, tot uitsluiting van onwa®f
digen.
Van verschillende zijden werd de aandak
van de Regeering gevestigd op de verzeker!»»
van het geheim der stemming.
Verscheidene leden zouden gaarne zien,
ook bij de verkiesbaarheid voor de Provincial
Staten en de Gemeenteraden het ingezete»
schap beoordeeld zou worden naar de v/erlf
lijke woonplaats.
Verscheidene leden hadden bezwaar tegen
wijziging van den datum van 15 Mei in 1 Ap»':
in de artt. 2 en 9. Dit zal tengevolge liebW»
dat zij, die tusschen 1 April en 15 Mei den le®'
tijd van 25 jaar bereiken, in dat jaar niet k®f-
nén stemmen.
Verscheidene leden hadden bezwaar tegen
bepaling van art. 100a, omdat zij in de nu vo«;
gestelde wijziging niets anders zagen dan ce'
hopeloos pogen om vast te houden aan M
stelsel der grootste overschotten.
DE STEM VAN HOLLAND.
De Steun van Holland heeft gis term i 'i d®
óm 3 uur Amstèrdamschen -tijd in het Nod®'
landsoh, Fransoh, Duitscih en Engelsoh, 1''
den kortegolf-telefonie-zender van Kootwtf
eenige mededeelingen over de wereld ger®*
pen.
Er werd een overzicht gegeven van de do®'
Minister Beelaer-ts uitgesproken redevoerib
in de Vereeniging voor Volkenbond en (Vre$
op den Volkenbondsdag, ©n van het vretF
werk van Den Haag. Dit was bedoeld als e*
vervolg op de uiteenzetting, die de vorige we(l
door „De Stem" werd gegeven omtrent Ned®»
land als Internationaal Centrum
Voorts werd het een en au der medegedeé'1
omtrent de regeling der cultureele en eco®1'
mische propaganda bij de Olympische Spek?
ter opwekking van het vreemdelingenbezo1
Ean der „Levensblijhfcid"-verlia,.en van
CECIL ADAIR
35.)
Plotseling het jacht, de zee, de wolken, en
niets anders! En Alton die daar in een dakstoel
lag, met zijn honden speelde, en allerlei non
sens uitkraamde tegen zijn moeder en haar
vriendinnen. Het was werkelijk een genot hem
zoo bezig te zien'! En voor wij drie dagen ver
der waren, was hij al op me verliefd.
En jij op hem, Olive?
Misschien. Het is zeker een aantrekkelijk
mensch, zooals jonge Amerikanen dat kunnen
zijn. Je Iet bij hen minder op het uiterlijk dan
op wat er achter ligt, de kracht, de stuwing,
de mogelijkheden, de roem!
Hun manieren tegenover de vrouwen ver
schillen'zoo geheel van de ideeën, die wij nier
in onze oude wereld van ridderlijkheid hebben,
en toch maakten ze op mij een zeer goeden'
indruk. Tenslotte vond ik het wel heerlijk dat
hij verliefd op me was. Ik geloof da.t ik 'wer
kelijk met die bedoeling met hen meegegaan
ben.
Het is werkelijk iets wat nog niet veel men-
schen hebben doorgemaakt, maar ik heb het
volop genoten een man aan je voeten te
hebben die gewend is de heele wereld te regee-
ren ea daarbij nog een groot gedeelte van
de oude wereld. Het was werkelijk een zeer
aangenaam element in de reis; en ik voelde
hoe allen me voortdurend daarop aankeken. Ik
wist dat mis. Relfeer vooral zeer sterk voor voel
de. En natuurlijk zoii een huwelijk met Alton
de Jieele wereld ineens aan mijn voeten gebracht
hebben. Hij was nn eens een man, zie je; voor
hem kon je dat woord met heele groote letters
spellen: MAN.
Zoo denken wij in de nieuwe wereld er over.
In Europa reisden wij als vorsten. Het was zeer
interessant en leerzaam. In Rome werd onze
Verloving eindelijk bekend gemaakt. Ik geloof,
dat Alton eigenlijk de heele zaak in handen
heeft gehouden. Ik weet het zoo zeker niet
meer. Och, je wéét niet precies wat er gebeurt,
als je in het stof van de Campagna rijdt in een
automobiel wat een vreeselijk anachronisme
Fr met een scherpen wind in je gezicht en het
fezoem van den motor in je ooren. Misschien
hebben we elkaar niet erg goed verstaan. Maar
toen hij aan alle kranten enkele regels copie
gaf wij leven echt in een wereld van kran
tennieuwtjes, wij multimillionnairs en ik
van alle kanten gelukwenschen ontving, heb ik
er maar in berust. Ik werd weer meegesleept.
Ik vond het niet meer de moeite waard, dien
grooten stroom tot stilstand te brengen. Het
was een machtige triomf voor me en ik houd
van roem. Het was eigenlijk een soort droom:
alsof alles nu gebeuren ging, zooals ik het in
mijn droom te voren had doorleefd! Toen wij
terug naar New York gingen, werd het weer
een groote triomf de maalstroom had me
sterker dan ooit te pakken.
Het werd een winterseizoen, dat ik nooit ver
geten zal. Je stond zelf naar je eigen roem te
staa-en. Maar tenslotte kwam Alton op een mor
gen even spreken over het „vaststellen" van den
huwelijksdatum, daar hij, zoodra hij maar even
tijd-had, wilde trouwen.
Olive hield potseling op. Oivia zag in haat-
gelaat toen iets, wat ze niet heelemaai thuis
kon brengen. Ze deed geen moeite om te spre
ken. Maar de toppen van haar vingers beroer
den Heel even de hand van het meisje.
En toen ontdekte ik pas, dat ik zelf ook
een en ander fnoest gaan „vaststellen," en een
stem uit mijn binnenste zei, dait het beter voor
me zou zijn, als ik daarvoor naar de wierook-
boornen terugkeerde, om er daar eens rustig
over ha te denken.
Lieveling!
Deze woorden werden meer gefluisterd dan
gesproken.
Dus bepaalde ik, dat ik eerst voor drie
maanden naar mijn vroegere vrienden zou te-
rugkecren. Het kwam Alton, die na zijn vacan-
tie-tochtje weer tot over de ooren in het werk
zat goed te pas. De eerstvolgende weken heeft
hij zulke belangwekkende zaken af te wikkelen,
dat hij daar genoeg aait had! Zoo komt het,
dat je me nu hier ziet. Ik wil hier eens rustig
nadenken in deze vredige omgéving, waar ik
niet gestoord word in mijn gedachten door het
rumoer van de nieuwe wereld.
Zoo, lieve, zoo?
Was er niet éen aceent van voorzichtig uit-
hoorén in Olivia's stem? Haar heele hart ging
nu uit naar het kind van Laurence Ëclgea-ley,
dat zch nu voor de crisis van haar jonge leven
gesteld zag en liet meisje begreep het, of
schoon ze er niet op reageerde.
Vroeger heb ik ook eens een beslissing ge
nomen, toen mij iets aangeboden weird en
ik heb me den laatsten tijd maar al te vaak
afgevraagd, of ik toen een goed besluit genomen
heb. Nu heb ik weer een besluit genomen. Op
nieuw rijst de vraag in me op: ben ik we)' ge
lukkig? Heb ik goed gedaan? Of zal ik vandaag
of morgen ontwalceu met de vreeselijk© weten
schap dat ik een ellendige vergissing begaan
heb? Den eersten keer heb ik ondervonden,
dat mijn vergissing onherroepelijker was dan ik
vermoed had als het tenminste een vergis
sing was. Ik ondervond, dat de vinger van den
tijd nooit terug gaat om een regel uit te vegen.
En ik zou niet graag hebben dat ik tot de ont
dekking kwam, dat al mijn tranen geen woord
van deze nieuwe levensgeschiedenis uit kunnen
wisschen. Daarom ben ik naar jouw gekomen,
Stella Maris, weg van 'let rumoer en het druk
gedoe, van de pracht en den strijd, om alles
kalm te overwegen onder de wieroökboomen.
XXXI,
De komst van Olive Edgerley bracht weer
zonneschijn en een wonderlijk herlevende ba-
langstelling in do wereld daarbuiten. Het meisje
had er in toegestemd, Olivia s gast te zijn. Pau
line had er op aangedrongen, de wat overdre
ven bagage van deze jonge débutante in haar
huis op te nemen, met de bewonderenswaardi
ge Ravijn, zooals ze door allen nu werd betiteld.
Een vreemd persoontje, en klaarblijkelijk een
bewonderenswaardig iemand, wat iedereen, die
met haar in kennis kwant, en haar vertrouwen
wist te winnen, spoedig moest toegeven. Ze
wist zich onmiddellijk aan den toestand aan
te passen, en voelde zich weer spoedig In haar
element. Ze was bijna altijd bezig om 'n kamer
te dóen, of de garderobes, ook van Pauline en
Olivia, eens na te zien.
Ik moet steeds met iets bezig zijn, anders
zou ik ziek worden, zei ze steeds als uitvlucht;
en óndanks haar hoekigen lichaamsbouw, haar
werkelijk middelmatig gewicht, had zij toch een
groote vaardigheid om met de naald om te
gaan, en een nooit falend oog voor kleuren en
combinaties, die aan haar werk iets artistieks
gaven.
En zooals, ze werkte, sprak ze ook, en al
tijd maar over Olive, tegen iedereen, die 't
maar hooren wilde.
Een ander zou er allang zijn hoofd bij ver
loren hebben, maar zij blijft er rustig onder.
Dat meisje heeft toch heel wat energie, en
doorziet tevens de keerzijde der medaille. Ik
zeg altijd maar, dat je je daar voorloopig maar
niet druk om moet maken, als je tenminste ge
lukkig wil leven. Maar Olive kan nooit geluk
kig genoeg zijn. Ik geloof, dat het wel zoo
goed is, om maar niet te beginnen met te
denken, dat de wereld slechts marsepein en
electrisch licht is. Want als dan de donken-te
eri het bittere komen, ben je er een beetje op
voorbereid. Niet dat zij geen buitengewoon
mooi© toekomst tegemoet gaat. De jonge Relfe
is tot over zijn ooren verliefd op haar, en zal
haar alles wel geven wat ze wenscht. Ze heeft
zich gewend aan een tamelijken overvloed
die Olive, en hij zal wel zorgen dat ze het
krijgt. En als ze niet gelukkig is met haar
koopje, en ze vindt dat de bergen goud en de
millioenen dollars haar niet geven wat ze ver
langde, wel, ik geloof dat ze dan toch haar tan
den wel op elkaar zal zetten, en alles zal doen
om er niets van te laten zien. Zoo zie ik dat.
De vrouw sprak altijd over haar meesteres
met haar doopnaam, ofschoon ze in tegenwoor
digheid van Olive altijd zooiets uitstootte, dat
als „Mum" gehoord werd. Wellicht was de tong
van deze afstammelinge van een oude Quakers
familie een beetje weerspannig om titels uit
te spreken; maar ze gaf ze toch aan lady Oli
via en mrs. Verelcer. In zeer korten tijd had
ze veel sympathie voor hen opgevat, en liét ze
zich vol bewondering uit over Olive's keus
voor dit plekje, waar zij eeus „rustig op tplem
kon komen en eens na kon denken over de
groote dingen, die er stonden te gebeuren."
Of Olive dit werkelijk deed, was niet duide
lijk te bemerken. Voor den buitenstaander
scheen zij zich volkomen op haar gemak te voe
len, in het opgewekte leven hij haar vrienden
uit haar jeugd, en was er zelfs een aansteke
lijke meisjesvroolijkheid in haar karakter te
ruggekeerd.
En wederom konden de anderen haar onbe
streden kracht om te eharmeeren niet ontken
nen allen die met. haar in aanraking üwa-
men moesten dit onmiddellijk toegeven. Zij trok
de oogen der omstaanders tot zich als de mag
neet stalen snippers, en blijkbaar zonder dat
zij daar eenige moeite toe deed, zoodat haar
kennissenal spoedig begrepen, dat, als een
man een belofte van haar had weten te ver
krijgen, hij hemel en aarde zou bewegen om
haar aan die belofte te houden.
Hij is tot over de ooren op haar verliefd,
had de bewonderenwaardige Ravijn gezegd, en
het is werkelijk geen man, die er van gediend
is, dat ieder meisje werk van hem maakt. Als
Olive met haar verloving niet tevreden is, zal
ze er toch op geen manier van af kunnen zien.
Tot dit oogenblik toe, heeft hij steeds succes
gehad, en hij weet overal en uit alles geld te
slaan. Terwijl wij nu hier zittep, is hij bezig de
dollars op te stapelen, die zij mag uitgeven, als
hij haar getrouwd heeft. Ilc vind het wel goed
en billijk dat ze nu een tijdje bij haar vrienden
is, voordat ze weer haar sprong in de zee doet.
Maar als het te lang duurt, zal hij wel spoe
dig naar hier komen om haar weg te halen.
Neen, hij is niet een van de gemakkelijkste,
die Alton Relfe, en hij zal dat grapje onmid
dellijk uithalen, zoodra zijn enorme zaken hem
dat toestaan.
Olivia keek de spreekster met een paar be
minnelijke oogen aan. Olive was zeker niet
minder vriendelijk voor haar, maar zij liet niet
meer zoo in haar hart kijken. De eerste half
vertrouwelijke gesprekken, die ze tijdens ha®'
ontmoeting gewisseld hadden, werden nade®
hand niet meer vernieuwd of voortgezet. So»®;
kwam het meisje wel eens na een wandeli®-
in het maanlicht, of nadat ze naar het wonde1'
spel van het dalen der zon had gekeken, na®'
ihaar toe, terwijl haar donkere oogen iets dra®
merigs hadden. Als Olivia dan vriendelijk ha®1
handen uitstak, alsof ze wilde vragen wat
achter die oogen verborgen lag, gaf ze slecl»'!
antwoord met lieflijke en lichte streeling®»1!
Zelden sprak ze nog woorden, waarin die eer®"
vertrouwelijkheid nog naklonk.
Ik denk in den laatsten tijd, Stella Maf®
ik denk ellendig veel soms, zei ze wel eeF
Maar ze hield haar gedachten verborgen, a':
vreesde ze die te uiten, zelfs tegenover ieniau®
die haar zoo innig lief-had als Olivia,
En Olivia, die dat gedeeltelijk begreep, doc)
gedeeltelijk ook vreesde, en die haar zoo V,
komen liefhad, zei wei eens tot zichzelf: A1''
Carlos hier was, zou hij haar dau kunnen h®l
pen? Ilc heb zoo'n gevoel dat zij de waarhei"
nooit zuiver zal leeren inzien als ze hem ui®"
eerst ontmoet heeft.
Maar er gingen weken voorbij zonder dat
een woord van Carlos gehoord werd, en Oii»'|f;
had al haar vroolijke, vertrouwen gevende
moedigheid noodig, om de zorg en de ban®j
voorgevoelens, die dit zwijgen langzamerha®»
in de harten, van di-e angstig wachtenden de®1
ontwaken, op een afstand te houden.
O, laat Carlos toch tot ons ^erugkeere®
Dat ik toch ook hem niet zal verliezen! v®»]
zuchtte Olivia dan.
De zomer was gekomeu met al zijn lid
en zijn weldadige hitte, met zijn steeds zifi
breeder ontvouwende schoonheid, vol droor®1'
rige vergezichten, vol nieuwe en hevige v»f
men van kleur en leven, vol dagen van bevd
de stilte en nachten van ongelooflijke schoft
heid.
Oivia had zich er aan gewend in den zon»e'
zeer vroeg op te staan, en lag meestal enkd
uren onder de wieroolcboomen, voordat de nd®
daghitte haar voor een tijdje naar binnen dre®'
Soms lag zij te kijken naar het optrekken v®'
den dauw onder de mysterieuze zuiverh®',
van het bevende Oosterlieht. Michèle sto®'
steeds tot haar dienst, zoodra het roepende óf:
letja klonk. Reeds na vijf minuten rolde 11
haar in haar stoel naar het plaatsje, dat
voor dien dag had uitgekozen.
(Wordt vervolgd