MAANDAG 2 JULI 1928 DERDE BLAD DIE GEESTELIJKEN KARDINAAL TACCI MGR. MAC. RCF.Y PAGINA 2 MONSEIGNEUR J. D. J. AENGENENT WAARDEERENDE EERS-STEMMEN EEN HULDIGING TE DELFT ONZE BESCHAVING EN ONTWIKKELING Ondergang en verderf EEN C ARMELITESSENKLO OSTER 'TE ARNHEM EERSTE PLECHTIGE II. MIS BENOEMINGEN Wat een vreescijjjke menstóhen moeten dat zijn! Geen wonder dat, de gewone „andersden kende'' een „vreeselijke" opvatting over ken krijgt als de niet gewone leidende an dersdenkende nog altijd lijdt aan die nacht merrie en als de „andersdenkende" pers haar anti eter i'kale kuren nog niet te boven is. Een kwestie, die diep ingrijpt in het katholieke leven moet met alle geweld omgetooverd worden in oen zucht naar macht, die bi; de katholieke geestelijkheid zou bestaan. Een kwestie kalm en eerlijk zien van uit een katholieken gezichtshoek schijnt niest te gaan. Dat geval doed cn doet zich nog voor bij da katholieke verecnigingen: die zouden alleen dienen om dc geestelijken baas te laten. De katholieke schoolkwestie? Dezelfde geschie den:- En natuurlijk ook al wat er los en vast zit nari de vraag: katholieke dokters of niet? Het gaat heel de lijn langs van de liberale „Nieuwe Ilott. Crt." tot de communistische „Tribune". Dat de socialistische vakblad- en dagbladpers over niets anders schrijft, weet iedereen. De kwestie over dc doktorsgeschiodcnis komt veer aan de orde in de „Nieuwe Itott, Crt." Daarin lezen we: Toentertijd was de moraaldausule het struikelblok al werd niet verzuimd te wijzen op de oppositie onder de r.k. artsen in het Zuiden des lands; een oppositie, die niet de moraaldausule gold, maar de al dan niet .gerechtvaardigde vrees voor verlies van vrij heid: vneies voor politieke overheersching van de zijde der georganiseerde arbedders- beweging^ vrees ook voor confessionleele overheersching van de zijde der geestelijk heid. Ja vooral voor het laatste, ihlelt zou grappig zijn als het niet droevig, was. "Want per slot van Tekening is het toch "het top punt vanals (e.g. dat) eT in r.k. artsen- kringen stemmen opgaan, die een beroep doen op de z.g. neutrale Maatschappij voor Geneeskunst om toch vooral door het sluiten, van de overeenkomst in kwestie niet in de kaart te spelen vande r.k. geestelijkheid". Do katholieke geestelijken kunnen het met dit adres doen, en ook de katholieke doktoren in het Zuiden. Vreemd, dat die katholieke geneesheeren in het Noorden van 'die bangheid niet zooveel lieten merken. Is 'dat te kort bij ons als waar te verkondigen? Het. adres vervolgt: „Onze indruk blijft, dat de aandrang niet komt van de katholieke verzekerden, apothekers en artsenAndere dan ge neeskundige overwegingen hébben den doorslag gegeven voor deze aotiie. Wij ge- voelen nog steeds op den achtergrond het j streven! in ieder katholiek gezin een ka- I tholiek artsWij willen echter ook voor i den katholieken zieke gewaarborgd zien dait bij den artsenbeurs in de allereerste plaats geneeskundige oveiwegingen mogen gelden''. Wat een roerende zorg voor katholieke giekenDia geestelijken zouden ze maar liever laten doodgaan dan naar een niet- tatholieke arts zenden! Vreeselijke menseben toch, nietwaar? Als we nu de zaken eens andersom keer- Sfen. V aarom hebben jkatholieke geestelijken Zooveel bezwaar tegen verschillende (met pile) niet-katholieken artsen? Omdat die dok toren geen rekening houden met het ge- Weten van de katholieke patiënten. Daarom fnaken zij zich voor een Katholiek onmoge- Jljkj zij verliezen zoo het vertrouwen. Dan krijgen de geestelijken de schuld, dat j|#n katholiek niet gediend la van praktijken, 31e sommige ridders van de Sonde voor mo- Bern houden. Dat zulke mannen de schuld geven aan de machtslust der katholieke geestelijken, kunnen we begrijpen. Of ze er ook bang voor zijn: „Dagelijks gien wij voor ons, dat nauw contact met ka tholieke instellingen op den duur beteekent afhankelijkheid van de leidende machten ■sarin". Voor het streven: „in ieder katholiek huis ban katholiek arts", vindt de geneeskundige medewerker der „Nieuwe Itott Crt." toch wel Iets te zeggen, hij schijnt de katholieken en Be katholieke geestelijkheid niet zoo bar- Baarsch-lomp te vinden. Feitelijk is de tegenstelling tuisschen bet door de R.K. geestelijkheid toch ook niet i geheel .ten onrechte gekoesterde Ideaal, in ie dar katholiek gezin een katholiek ants" 1 en het door de gpfcaen mat niet minder 1 pecht gepropageerde beginsel „bij de art senkeus In de allereerst» plaats geneeskun dige overwegingen", meer schijn dan wer kelijkheid. Er zijn toch slechts weinig ka tholieke geestelijken zoo onverstandig dat ze aan een slecht katholiek medicus de voorkeur geven, boven een goeden anders denkenden arts. Maar wie zal er hun" een veTwijt van maken, dat ze als geneeskun dige overwegingen geen voorkeur wettigen, den geloofsgenoot verkiezen. Dat is Iets dat met economische en geestelijke (on) afhankelijkheid toch feitelijk niets te ma ken heeft" Er zouden dus toch nog geestelijken zijn, Biö liever een slechten dan een goeden arts «amen? Geven niet-katholieken altijd hun voor- fieur aan ©en slecht niet-katholiek medicus hoven een goed-katholiek. Of bestaat die perste soort met? Een kathollek^moet goed uitkijken met jtfjn dokter, dat leert de ondervinding en Saarop dringen de priesters zeer wijselijk Een particulier telegram uit Rome meldt ons, dat kardinaal Giovanni Tacci Vrijdag nacht overleden ds. Kardinaal Tacci werd den 12den November 1863 te Mogliano in het diocees Fermo geboren. Op 22-jarIgen leeftijd priester gewijd, werd hij* reeds op 32-jarigen leeftijd bisschop van Citta della Pieve. Sinds den 29sten April 1911 was hij tevens Apostolisch internuntius voor Nederland. In 1916 riep Paus Benedictus XV hem naar Rome om hem achtereenvolgens tot majordomus en in 1918 tot prefect der Apostolische paleizen te benoemen. Kardinaal gecreëerd in het Consistorie van 13 Juni 1921, kreeg hij den titel van S. Maria in Trastevere. Kardinaal Tacci behoorde tot de Congregaties voor de Oostersche Kerk, het H. Concilie, de Propaganda Fide, de Ceremonieën en de Bui tengewone Kerkelijke Aangelegenheden. DE NIEUWE AARTSBISSCHOP VAN ARMAGH De correspondent van de „Daily Telegraph" te Belfast seint, dat aldaar 'bericht .ont vangen is van die benoeming van mgr. dr. Mac Rory tot aartsbisschop van Armagh, als opvolger van kardinaal O Donmell z,g. Mgr. Mac Rory is bisschop v*n Down and Connor, van welk diocees Belfast de zetel is. Ofschoon de nieuwe aartsbisschop een niet zoo schitterende reputatie als geleerde heeft als zijn voorganger, heeft hij toch door zijn weiken op theologisch en ander gebied een grooten naam gemaakt. ONS JONGSTE GESLACHT En de ontwikkeling OP ZINKEND PEIL Het s,Utrechtsch Dagblad" schreef een merkwaardig artikel over hat zinkend peil van ontwikkeling, waarop ons jongste geslacht zich bevindt. Het is weer examentijd en de resultaten zijn allerbedroevendst. Er is een ontstellende achteruitgang, allerwegen. Niet bij de leerlingen van een enkele school, noch bij een enkele soort van scholen, maar 't is een algemeen verschijnsel. „Gemis van nauwkeurigheid, gemis van begripmatig denken. Een chaotische verwar ring in de spelling, onkunde van de taal, opper vlakkigheid, het gewetene lijkt meer van bui ten aangewaaid dan van binnen overwogen. De opstellen vertoonen armoede van ideeën, ja drijven soms naar het vulgaire af. Bij vertalin gen blijkt vaak dat men den zin van den vreem den tekst niét heeft gevat, laat staan de sfeer van het vreemde taaleigen benaderd. Bij de weer gave van de geschiedenis ontbreekt al te dik wijls bet stelselmatige en de onnauwkeurig heid, die de taaiprestaties bezoedelt, spreidt zich ook uit over de wiskundige vakken". Maar de inzinking beperkt zich niet alleen tot de intellectueele hoedanigheden. Voor den scherpen speurder met eenig ziel kundig inzicht verschijnt daarnaast een merk waardige moreele inzinking. „W ie de opstellen goed leest, ontdekt soms bij deze jeugdige schrijvers een geestes- en gemoedsgesteldheid, die bedenkelijke trekken vertoont. Een goedpraten van wat niet zuiver is, een verzwakt bewustzijn van gezag", een te voel aan weeke gevoeligheid, een te weinig een karakterkracht". Het „Utrechtsch Dagblad" zegt terecht, hier bezig te zijn met een vraagstuk, dat de gren zen van bet onderwijsgebied overschrijdt, dat heel de natie aanbelangt. En dan moet iedere poging tot verklaring, die de noodzakelijke voorwaarde tot verbetering ïs) beginnen met de oorzaken te zoeken in de algemeene ge steldheid van ons volk. Het kenmerk van onze volksziel in dezen tijd is, dat ze verslapt, omdat ze gemis aan weerstand heeft. Onze geheel© volksziel, die met conferenties gevoed wordt instede van met idealen, zinkt ineen. Vergaderingen nemen de plaats in van het huisgezin en ouders en kinderen vervreemden van elkaar. De techniek vergemakkelijkt het leven ongemeen, en een ethiek, die het eyen- wiebt gaat verbreken tusschen humaniteit en karakter-stevigte, die begint met goed te -pra ten en vrijheid te geven, verweekt de zielen. En dan ook nog een zeer voornaam punt., de sport. „De aandacht is niet op de studie, maar op de sport gericht. De goden van den Amster- damschen Olympus mogen het ons vergeven, maar het is niettemin een feit: wie sportheld is, is populair bij zijne medeleerlingen, wie uitmunt in de klasse wordt minder geteld. En de opdrijving van het uiterlijke, de oudemannetjes-achtige gewichtig doe- nerij in zaken van piefzier is zoover gekomen, dat in een Haagsch gymnasiasten-blaadje voor schriften worden gegeven omtrent het dragen van een „smoking" bij een avondfeest van kin deren, die ds korte broek nog nauwelijks waren ontgroeid." Een kwarteeuw of daaromtrent Is het reeds „professor" Aengenent geweest, en het leek schier of het zoo zon moeten blijven* aldu» het „H n 1 s g e z 1 n", DE „SOCIALE" BISSCHOP Geen andere en hoogere titel kon het „.pro fessor" verdringen, op de wijze als bij dr. Arïëns en dr. Poels de monseigneurstitel het praedicaat „doctor" niet heeft kunnen op zij schuiven. Intussohen, professor Aengenent zal er in moeten berusten en er aan moeten wennen 5 'voortaan Monseigneur te worden genoemd, eooals hij in meer veranderingen zich zal hebben te schikken. De grootste zal wel zijn, dat hij de rustige studeerkamer zal moeten verwisselen voor het bisschoppelijk palels; dat hij in plaats van docent en adviseur als hij tot dusver was, verantwoordelijk gezagsdrager wordt. Gezag en verantwoording, ze zijn beide zwaar.- het eene te oefenen, het andere te dragen, vooral in dezen geweldigen tijd, nu de moeilijkste vraagstukken op de wereld losstormen, en er in onze eigen kringen zooveel geloofsverzwakking en afval, niet het minst in de groote steden, te constateeren en te betreuren valt. _Welk een oefenschool heeft intusschen de nieuwe Bisschop in de kwarteeuw van zijn professoraat en van zijn sociale werkzaam heid doorloopen. Hoe heeft hij gelegenheid gehad, de philo sophic tot praetijk en tot leven te maken. Hoe heeft hij als schrijver en docent, d-oor zijn lidmaatschap ook van sociale lichamen, waar hij den principieelen tegenstander ont moette en zich met hem te meten had, een practise he wereld-kennis kunnen vergaderen, welke heim het nemen van beslissingen en het aangeven van een richting minder zwaar moet maken, nu hij het hoogste gezag uit te oefenen krijgt. Men kan zich na Leo XIII geen bisschop denken, die niet het sociale vraagstuk complex van problemen binnen Jen kring zijner aandacht en zorg trekt. Mgr. Aengenent heeft het voorrecht en het voordeel gehad, van het sociale vraagstuk een levensstudie te maken, zoodat hem thans reeds, nog vóór zijn Wijding, de ridderslag van „sociale" bisschop kon worden gegeven. Van den vorigen bisschop van Haarlem is geschreven, dat hij zich eenzaam voelde, een zaam leefde, eenzaam streed en eenzaam leed. Den nieuwen bisschop zal de eenzaamheid niet omvangen: als tot dusver zal hij midden in het leven staan. En hij zal daarbij omgeven zijn door allen, geestelijken en leeken, die den Opperherder hun oprechte en kloeke medewerking willen verleenen in den zwaren arbeid, die op zoo stevige schoudeTS is gelegd. BREED VAN OPVATTING Het „Centrum" schrijft o.m.: Er zijn weinig priesters in ons land zóó algemeen hekend, zóó algemeen geëerd, zóó algemeen bemind als deze Warmondsché hoogleeraar. Als Bisschop zal hij nog jong zijn, maar reeds heeft hij een rijk gevuld leven achter zich. Een leven van studie, maar een leven van actie tevens. Hoe ontzaglijk veel goeds is er van hem uitgegaan! Hoevelen heeft hij bezield en aangespoord! Voor hoevelen was hij een trouwe en vertrouwd raadsman! Breed van opvatting, hield hij met kracht vast aan de groote beginselen. Zijn helder verstand, zijn scherp redeneervermogen, zijn bezonken ken nis, zijn fijn aanvoelen van toch vaak groo ten invloed hebbende bijkomstigheden, zijn rustige betoogtrant, zij maakten van hem den uitnemend en docent. Zijn meening zei hij precies en klaar in volle oprechtheid van overtuiging. Want dit was wel de groote bekoring, die van hem als spreker en schrijver uitging: men voelde het aan, dat men te doen had met iemand, die -eerlijk en oprecht was, en zich gaf zooaLs hij wa3. Het kan dan ook gezegd worden: deze ka tholieke priester-socioloog, die steeds met zoo groote warmte opkwam voor het goed recht der arbeiders, heeft ook steeds de warme sympathie van de werkgevers en inzonder heid van de middenstanders gehad. Ieder van hen voelde het: hier sprak -geen demagoog, die voor klassebelangen opkwam, hier leeraar- de de man van gedegen wetenschap, die streed voor wat waarheid was en recht. Een juichkreet van dankbare voldoening is uit veler hart opgestegen, toen deze be noeming bekend werd. Het is, vooral voor onzen tijd, een groot voorrecht, dat de Paus ons een Bisschop schonk, die zóó onderlegd zoozeer het volle maatschappelijke leven prac- tisch heeft meegemaakt. Een juichkreet maar toch ook een ge voel van weemoed, om wat wij noodwendig in de toekomst zullen missen. Want missen zullen wij hem in zoovele vergaderingen, bij zoovele besprekingen, waarin zijn kloek, klaar woord steeds helderheid bracht in duis tere moeilijkheden, zijn gemoedelijke vrien delijkheid hen, die dreigden uiteen te gaan, weer tot elkander bracht. Het bisdom Haarlem mag met dezen op volger van Mgr. Gallier geluk worden ge- wensoht. EEN GELUKKIGE BESLISSING De benoeming van Prof- Aengenent tot Bis schop van Haarlem is niet enkel in het desbe treffende diocees, maar in heel katholiek Ne derland met groote voldoening ontvangen, schrijft ook de Gelderlander. Mgr. Aengenent is een figuur, die tot ver over de grenzen van het Bisdom Haarlem zijn zegenrijken arbeid heeft uitgestrekt; de gelukkige beslissing van den H. Stoel heeft op den zetel van Haarlem een man gezet, wiens gezag door de bisschoppelijke waardig heid niet geschapen, maar bevestigd wordt. Prof, Aengenent was een gezag in den lande. Hij heeft dat gevestigd in de dertig jaren van gestadigen arbeid op elk terrein van het openbare levenj door zijn studiën en publicatiesi over alle vraag stukken van actueelen aard) maar vooral door het weloverwogens, het evenwichtige. het zuiver verstandelijke in al zijn oordeel.^ Voeg daarbij de persoonlijke gaven waarmee mgr. Aengenent Is bevoorrecht. Zijn kunst om den tegenstander aangenaam te zijn, zelfs in de bestrijding. Om te sparen, ook al waa hij voluit de meerdere. Zijn aangeboren tact, zijn onverstoorbare opgewektheid, zijn tegemoetkomende vriendelijkheid, zijn onuit puttelijk geduld. Het maakte, dat hij slechts vrienden had in den lande, in wier harten hij den glimliach wekte en nooit eenige verbit tering; het maakt, dat zijn verheffing tot Bis schop van Haarlem, met algemeene instem ming wordt "begroet, 'HET WELKOM DER ARBEIDERS Uit de school van Leo XIII mag de nieuwe bisschop zich noemen, niet uit gehoorzaamheid alleen, maar uit -door noeste studie ruim ver worven kennis, uit breed Inzicht in wat voor de redding der -wereld in dit tijdsgewricht noodzakelijk is schrijft de „V 0 I k s k r a n t". De taak van den herder is het, de men- schen naar den Hemel te leiden. Maar die weg voert over de aarde, en nu is deze weg voor duizenden en tienduizenden met hinderpalen en staketsels bezwaard. Er is zooveel verleiding en verlokking, zoo veel strijd en onvrede, gevolg van gemis aan rechtvaardigheid en liefde. Er is, bij goeden wil, zooveel tekort aan inzicht in wat de nieuwe maatschappij in deze dagen behoeft. Een bisschop als Mgr. Aengenent, die zoo veel gepeild en zooveel overwogen heeft, die buiten den geestelijken werkkring van den priester zooveel heeft ervaren en doordacht, zal den stoot geven tot een frisscher en bree der beschouwing van het maatschappelijk vraagstuk in heel zijn omvang. Moge het episcopaat van den nieuwen bis schop van langen duur en vruchtbaar zijn; -— de R. K. Arbeidersbeweging in Nederland'be groet zijn verheffing met onvermengde vreugde en biedt hem haar medewerking aan, zooals ze zich van zijn genegenheid en steun verzekerd weet. DE PLECHTIGE CONSECRATIE. Naar wij vernemen zal de plechtige conse cratie van Mgr. J. D. J. Aengenent zeer waar schijnlijk plaats hebben op 25 Juli a.s„ het Feest van den Apostel Jacobus. De consecratie zal dan geschieden door Z.Exc. Mgr. L, Schioppa. HULDEBETOOGING TE WARMOND. Vrijdagavond, om circa half negen, d-end door het muziekkorps van Warmond „St. Matthias" een serenade gebracht aan den nieu wen Bisschop. Geheel het dorp was uitgeloopen om geza menlijk een spontane hulde te brengen aan hem, die vele jaren in de gemeente gewoond had en die nu tot zoo'n hoog ambt was uitver koren. Toen het muziekkorps op het voorplein van het Seminarie was aangekomen, kwam uit het professorenhuis Mgr. Aengenent naar voren, vergezeld van Mgr. Dr. Hensen, oud mede-professor van den nieuw benoemden Bis schop. Mede aanwezig waren mgr. Taskin, en de secretarissen van het bisdom Haarlem, ver der de professoren van het Seminarie. Na eenige mooie muzieknummers sprak de voorzitter van het muziekkorps eenige harte lijke woorden van gelukwensch, waarin hij memoreerde, dat het juist Monseigneur was, die, toen de harmonie van dit muziekkorps dreigde te worden verstoord, er voor gezorgd heeft, dat het bleef voortbestaan. In vriendelijke bewoordingen dankte Mon seigneur de Harmonie van Warmond, maar verder ook alle ingezetenen, die in zoo'n groot getal opgekomen waren en die in den loop van den dag op zoo bijzondere wijze hun sympathie hadden betoond. Voorts zeide hij, dat hij War mond, waarin hij ruim 27 jaar gewoond had, niet spoedig zou vergeten. Dan werd door de Schola Cantorum van het Groot-Seminarie gezongen „Haec Dies", als danklied aan God, bij het einde van dezen blij den dag. Toen kon Monseigneur niet nalaten om even mede te deelen, dat hij blij was voor dat dank lied, maar dat hij daarnaast veel meer reken de op een smeekgebed tot God. Hij hoopte, dat men zou bidden en blijven bidden, dat God hem in deze zware taak zou mogen zegenen, opdat hij het werk dat God's Voorzienigheid voor hem had weggelegd, naar behooren zou vervullen. Dan klonk een herhaald vroolijk: „lang zal hij leven". Onder een blijden marsch ging de harmonie heen, begeleid door de enthousiaste studenten van Warmond. Zaterdag begaf de nieuw benoemde bisschop zich naar Haarlem, waar hij het middagmaal gebruikte ten huize van mgr. Möllmann. Gisteren (Zondagmorgen) werd in de vier parochiekerken vsfn Delft van den kansel medegedeeld, dat de zeereerw. Deken van dér Cammen en de Pastoors de medewerking der parochianen Inroepen, om aan Mgr. J. D. J. Aengenent, namens Katholiek Delft, waarmede ZijnHoogeerwaarde met zoo veel relaties van zijn prille jeugd tot op het huidige oogenbük nog verbonden is ge weest, een geschenk aan te bieden. De geloovigen zullen een desbetreffende circulair© ontvangen, welke men Ingevuld met een bedrag naar Ieders vermogen, korten tijd later aan de huizen hoopt op te halen. Het ligt verder in de bedoeling om MgT. Aengenent na zijn Consecratie tot Bisschop, plechtig te Delft te huldigen. PETER NIET TE WETEN DAN VERKEERD TE WETEN De Katholieke Kerk werd en wordt nog altijd aangewreven, dat zij bij voorkeur het volk dom houdt. Zij deed de eeuwen door niets voor de ontwikkeling der menschheid. Maar wie even de geschiedenis der menschheid slechts vluch tig nagaat, moet tot de erkenning komen, dat alle Christelijke beschaving haar oorsprong en bloei vindt in de Katholieke Kerk. Maar het is het liberalisme geweest, dat steeds de Kerk de beschuldiging voorhield, dat zij de menschheid dom hield, doch dat het libe ralisme de menschheid ontwikkeling en voor- uitgang bracht. Men herinnert zich het oude axioma van Prof. Opzomer: „Bouw scholeu en wij kunnen de gevangenissen afbreken". Men behoeft slechts om zich heen te zien om met droefenis te constateeren wat er van deze hoogmoedige voorspelling is terecht ge komen. Men heeft scholen gebouwd, maar 't bleek dat er „"tuchtscholen" naast gebouwd moesten worden, en de gevangenisdeuren zijn tegea- v ooidig meer open dan dicht om den wassen- den stroom van delinquenten toegang te geven. Was de menschheid niet gelukkiger, toen da Kerk nog bij machte was haar zoo niet dom, dan toch eenvoudig te laten. De hoogmoed des levens heeft nu allen aan geraakt en de moderne wereld wordt een chaos, die ontstelling wekt. De beschaving wordt er een van de aller- bedenkélijkste soort, en de ontwikkeling dreigt te ontaarden in eigen ondergang en verderf. 't Is nog niet zoolang geleden dat een vrijzin nige domineesvrouw, Henriette Baart de la Faillë in „de Hervorming" haar bezorgdheid uitsprak over jeugdige leiders van kampemen ten die ook al in conferenties hun eigen levensbeschouwing ten beste gaven. Onze volksziel, zegt het „Utrechtsch Dag blad", kent geen nationaal besef meer, zij Iaat godsdienstige en politieke grenzen verflauwen en staat open voor het eerst verschijnend in zicht. Vandaar dat zij zoo ontvankelijk blijkt voor het bolschewisme, dat de negeering is van alle beginsel. En nu lezen wij in het jongste nummer van ,4e Blijde Wereld", dat toch het orgaan is van de religieus-socialisten, een gedachte van Leo Tolstoi ter overweging gegeven: „Vrees rn i e t het nie t-w eten, vrees ver keerd te weten. Daarvan komt alle kwaad in de werel d". Dit nu moge een gedachte van Tolstoi zijn, t is niet anders dan het oude wijze beginsel van de Katholieke Kerk, dat ook Lacordair© vertolkte, teen hij zeide, dat de filosofie in haar geheel tot God voerde, maar halve filosofie ons van God verwijderde. Het beginsel der wijsheid is losgelaten en vandaar heeft het kwaad voortgewoekerd in onze wereld, krachtig aangewakkerd door da halfkenais van volksuniversiteiten, arbeidsont- wikkeling. Zondagochtendbijeenkomsten en quasi geleerde conferenties, die de menscheu opgeblazen maken van eigendunk en hoog moed. Ook de Kerk heeft het niet-weten, den een voud des geloofs altijd een hooger goed geacht dan het verkeerd weten, dat ongeluk en kwaad brengt over de wereld. En al is 't dan maar in de woorden van Tolstoi, 't is goed dat deze aloude wijsheid ook nog eens ter overweging wordt gegeven aan de lezers van „de Blijde Wereld", die op 'dit gebied ook nog wel wat zelfkennis noodig hebben. Onze correspondent meldt ons uit Arnhemt' Naar men weet zuilen de Eerw. Zuster» ongeschoeide Carmelitessen van Roermond te Arnhem op Schaarsbergen een Carmeli- tessenklooster stichten. Een huis aan de Stroolaan is reeds aangekocht. Naar we vernemen zullen in den loop van de maand Augustus, eenige zusters, belast met de voorbereiding, haar intrek nemen op ■Schaarsbergen. In September vestigen zich een zevental eerw. zusters eu een drietal postulanten in het klooster. Op den feestdag van de H. Tlieresia van Lisieux (30 September) hoopt men geheel gereed te zijn met de installatie. Het ligt in de bedoeling om de bevolking van het klooster geleidelijk met 'Postulanten op te voeren tot hét voorge schreven maximum. Zondagmorgen droeg in de H. Joseplikerk te Delft een oud-stadgenoot de weleerw. pater J. M. A. Boomkens, die eenige weken geleden te Sandoval in de Vereen. Staten van Amerika de H. Priesterwijding ontving, aan het hoofdaltaar zijn eerste plechtige H. Mis op. De weleerw. pater Chris Spaans, eveneens oud-stadgenoot, die gerulmen tijd als professor in Amerika werkzaam was,- en in November van het vorig jaar in dezelfde kerk zijn eerste plechtige H. Mis opdroeg, hield een treffende feestpredikatie. in het Bisdom 's Hertogenbosch, Z. D. H. de Bischop van 's Hertogehboscli heeft benoemd tot pastoor te Wijbosch den Zeereerw. heer H. C. M. Franken en tot pastoor te Roasum den Weleerw. heer J. van de Ven, dié kapelaan was te Kerkdrkd. EERW. MOEDER CATHARINA. f In het St. Canisius-Ziekenhuis te Nijmegen^ waar zij werd verpleegd is Zaterdagmorgen over* leden de Eerw. Moeder Catharlna, gewezen Al* gemeen Overste van de Zustere Dominicanessen te Neerbosch. Er zijn zoovele telegrammen, brieven etc. van gelukwenschen binnengekomen, dat het kleine postkantoor te "Warmond het bijna niet 111 eer aan kan.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 10