11
18
kabouter
m
m
^iÉ
FEUILLETON
m ai
wf*m.
m Wm
DE PIEPER
MAANDAG 2 JULI 1928
DERDE BLAD
SCHAAKRUBRIEK.
HÉf
\wk X "Am wm
DAMRUBRIEK
m 'vm
®L *§1. wé
AAm... Wm wk
PAGINA 4
mÊ. HH
Cmk
#1 I
MARKTBERICHTEN.
Redacteur: P. A. KOETSHEID, Singel 82e.
Schiedam.
Verzoeke alle mededeelingen betreffende deze
Jrubriek aan bovenstaand adres te richten.
PROBLEEM No. 3983.
J. NIETVELT.
lste prijs Kaganstornool 1928.
Mat ln twee zetten.
PROBLEEM No 3984
IANNEMANN, Kopenhagen.
Eerste plaatsing.
Mat in drie zetten.
■lf
PROBLEEM No. 3985.
J. CAUVEREN, Doetinchem.
BiJz. vermelding v/h. 2den internat, pro
bleemtournier „Prager Presser."
Mat in drie zetten.
J Oplossingen over drie weken. Deze worden
bij ons ingewacht tot Dinsdag 17 Juli.
PROBLEEMOPLOSSINGEN.
No. 3972. 1. Lg8e6.
1Tb5:, T anders, fe5:, g3.
2, Lc4! ef6Dc2, Df3 enz. In onze vorige ru
briek werd deze oplossing tamelijk verminkt
geplaatst, vandaar dat we haar hier nog eens
Volledig weergeven.
No. 3974. 1, Lc8a6 enz.
No. 3975. 1. Dal—el.
1Ka6 (Ka8 en Kc6) Ka7, Kc8.
8. c8 (D), Dbl, De4 enz.
No. 8976. 1. Tel—hl, c6—c4; 2. Ph3—gl,
3- Pgl—f3f, Lbl; 4. Pf3—el enz.
GOEDE OPLOSSINGEN.
N. L, Coene, Den Haag alle! Alb. Janssen,
Rotterdam all©! Jos, Claassens en Jos. Wille-
kens, Tilburg no. 8974, no. 8976; H. v. Gaaien,
Rotterdam no. 3974, no. 3975; W. H. Haring-,
Kethei no. 3974; L. de Lange, Evertsen Arcen
idem.
CORRESPONDENTIE.
J. M. te V. Over uw nieuwe bijdrage hopen
we U spoedig onze bevindingen mede te deelen.
L. de E. te A. Het door U gezonden pro
bleem is van een verouderd type en heeft te
genwoordig afgedaan, no. 3982 is goed. De in-
leidingszet is wel minder fraai.
No. 39S4.
De Nederlandsche deelnemers aan het derde
probleemtornooi van do Maasbode zullen evenals
wij met belangstelling kennis nemen van Han-
nemans driezet, dien we onder no. 3984 in deze
rubriek brengen. Het is een compositie die den
stijl van haar meester duidelijk verraadt.
De richting, die in deze opgave tot uitdruk
king komt. vormt wel een sterk contrast met
die, welke de meeste, door ons gepubliceerde
problemen eigen zijn. Zoo 'n afwisseling hou
den we niet allen voor aangenaam, maar ook
zeer nuttig uovendlen verschaft het ons een
groot genoegen een origineele bijdrage van ons
jurylid te mogen plaatsen.
PARTIJ. No. 8G3.
Fransehe partij.
(Gespeeld in het tornooi te Hastings;.
Wit: L. Steiner Zwart: dr. S. Tartakover.
1. e2e4 e7—e6
2. d2d4 d735
3. Pbl—c3 Pg8—f6
4. Lel—g5 LfSb4
5. e4e5 H7h6
6. Lg5d2 PfCa7
De theorie geeft hier aan 6... Lc3: 7. bc3:
Pe4. De tekstzet werd door Bogoljuboff gespeeld
in het tornooi te Gothenburg in 1920.
7. Ddlg4 Lb4—f8
8. f2—f4 c7c5
9. Lfl d3 (.5(,4
Blijkbaar wit's antwoord overziend. 9. Pc6
was veel beter.
10. Ld3g3 Pd7—b6
Op 10... fg6: heeft wit de keus tusschen Dg6:f
Ke7; 12. Pd5:f ed5: 13. Lb4f Pc5; 14. Lc5:t of
11. De6:f De7: 12. Dg6:f Df7; 13. Pd5: enz.
11. f4—f5 Dd8—e7
De looper kan nog niet genomen worden
Dd7 was dwingender daar wit blijkbaar met
fe6: De6: Le6: 14. Lh5 moet voortzetten, maar
zwart speelt vermoedeii.il op wtnst.
12. f5>f6 g7Xf6
13. Lg6h5 fef5
14. Dg4 h3 L<;8—d7
15. Pgl—e2 Pb8a6
16. a2a 4 0—00
Dit stelt wit in staat 'zijn aanval met kracht
voort te zetten 16. Pd4 17, Kdl Lc6 zou wit min
der kansen gelaten hebben.
17; PcS—b5 Ld7Xb5
Pa 6c7
Pc7Xb5
Pb5e7
Th8g8
f7—f6
De7Xf6
Lf8d6
PbGd7
d5Xc4
18. a4Xb5
19. TalXa7
20. Ta7a5
(21. 00
22. b2b3
23. e5Xf6
24 Ta5a2
25 Ldi2a5
26. b3Xc4
27. La6Xc7
Het zwarte paard mag niet naar d4.
2 7Ld6Xc7
28 Lh5 f3 Lc7-b6
29 c2—e3 KcSc7?
Dit leidt tot verlies van den plus-pion 29
Kb? dadelijk is veel beter, of anders e5.
30 Ta2a4 Kc7—b8
31 Ta4Xc4 e6_e5
32 Kgl—hl Df6eC
33 Tc4—b4
33 d6 zou voor het paard het mooie veld
c5 vrijmaken.
33 gg
34 Lf3h5 Tg8-g5
Tdf8 lijkt plausibel maar wit kan voortzetten
met 35 Pf4, Dd6; 36 Ldl gevolgd door Lb8.
35 Pei2f4 De6d6
36 Lh6f7 Td8f8
Indien Tg4 dan 37 Pd4.
37 Lf7e6 Tg5g4
38 Le6X<17 Tg4Xf4
39 Tfl—Jbl ipfgfg
Daar zwart's spel hopeloos is zet ht) een val
open. Indien nu 40 g3 dan Tf2; 41 Tb6; Db6l!
42 TbOt, Tb6t en zwart laat wit voor de moei
lijkheid de matdreigingen en den voortrukken-
den koningspion te pareeren,
40 Dh3g3! Tf4g4
41 Dg3—e5! Kb8—a8
42 De5eSf Dd6b8
43 Tb4Xb6 Tf6Xb6
44 TblXbS Db8Xe8
45 Ld7Xe8 e4e3
46 Tb6~e6 f5f4
47 d4d5 Ka8b8
48 d5d6 Kb8—c8
49 Le8b5 Tg4g8
50 Te6e8t Tg8Xe8
51 d6d7f geeft op
(Aanteekeningen van J. H. Blake
In B. C. M.)
No. 19 (1 Juli 1928.)
Alle correspondentie te richten aan den d&m-
redacteur dezer courant
PROBLEEM No. 37.
H .REGOUW, Rotterdam.
(.Opgedragen aan den redacteur.)
Z war t.
Wit.
Zwart: 0, 11,13, 16/9, 21 en 39.
Wit: 24, 27, 30, 32, 34, 36/7, 40/1 en 4
PROBLEEM No. 38.
ANDRê DECKERS JR., Rotterdam.
Z w art.
Wit
Zwart: 10, 12, 14, 17/20 en 25.
Wit: 21, 28, 82/3, 35, 39, 48 en 60.
PARTIJ. No. 14.
Gespeeld op 4 Maax-t 1925 in het Rotterdamsch
Dam Genootschap tusschen de heeren L. v.
Wittene met wit en Henri J. v. d. Broek met
zwart.
1 34—30 18—23
Meer gebruikelijk is 9025.
2 3025 1218
3 4084 712
4 34—30 17—22
5 32—28 23 32
6 37 17 11 2Ü
7 42—37
N" ^wart veld 26 niet heeft bezet, is hier
41 37 beter, waardoor zijn centrum sterk blijft
en zijn linkerflank in hef spel kan komen.
47—42
37—32
41—37
25 14
33—28
9
10
11
12
13 39 28
14 44—39
15 39—33
Om 3024 te verhinderen.
16
17
18
19
20
21
50—44
44—39
31—27
49—44
44—40
30—25
1—7
19—23
7—11
14—19
9 20
22 33
10—14
4—9
20—24
12—17
8—1:2
2—8
14—20
5—10
10—14
Zwart.
20 29
Wit:
22 46—41
Op 39—34? zwart 24—30, 19 39, 39 28, enz.,
wint een schijf; op 40—34 zwart 24—30, enz.
waarmede wit's rechtervle"?©! zeer verzwakt
zou worden.
22 24—29
De kerkhof?.,:
*23 33 24
24 40—34
De schijf op 29 is niet te winnen; op wit
39—33 kan zwart, behalve 14—20, ook spelen
29—34 en 23 34; zou wit nu spelen 35—30, dan
zwart 34—40, 14—20 en 18 40 met vrij dam
halen; op 36 of 37 naar 31, zwart 19—24. drei
gende 2430, 3440, 1420 en 9 40. De tekst
zet is wel de beste.
24 29 40
25 35 44 i5_20
26 36—31 20—24
27 41—36
Niet 3126, want -dan v -wart met 1721
11 31, 24—30, 23—28 en 18 49.
22 17—22
28 28 17 11 22
Dreigt weder met 24—30, 16—21, 23—28 en
18 49.
29 31—26?
Fout, nu gaat voormelde damslag op: 4440
was noodig.
29 22 31
30 36 27 24—30
Natuurlijk profiteert zwart van deze gelegen
heid, waarop was gespeeld
31 25 34 2328
32 32 23 18 49
Wit staat in en verloren stand. Toch wil hij
nog trachten remise te halen.
33 37—32 12—17
Zwart behoeft niet bang te zijn voor een gelijk
afruilen, waarmede de partij alleen spoediger in
zijn voordeel zou zijn beslist.
34 39—33 1722
Zwart gaat nu het moordende stuk om stuk
afruilen in toepassing brengen.
35 27 18 13 22
36 42—37 22—27
De snelste manier, die tot winst veert.
37 32 21 16 27
38 37—32 49—44
39 32 21 44 11
40 38—32
Op 2116 zwart 112, dreigende 611, enz.
4 011—2
41 43—38 6—11
42 48—43 19—23
43 37—32 11—16
44 21—17
Anders had van zwart 211 gevolgd.
44 8—12
Zwart.
W i t:
45 17 3
Wit geeft op.
2 36
VERBETERING.
In de partij Springer—Fabre (zie de rubiek
no. 17 van 17 Juni) zijn twee fouten geslopen,
welke echter door den lezer zelf wel zullen zijn
ontdekt. De 46e zet van zwart moet zijn 1823
en niet 17 22 en de 60e zet van zwart 19 l5
en met 9 20.
OPLOSSINGEN.
Probleem no. 31. (Renë Ortigë, Tonnay Cha-
rente.)
Zwart: 2. 4, 6, 7, 9, 13, 18/20, 22, 24 27/8 32
en 41.
Wit: 11, 17, 26, 30, 33/5, 37, 39/40 42 45 46
48 en 50.
Wit: 17—12, 26—21', 42—38, 50—44, 33—29
30—24, 34 1, 40 27 ©n 1 26.
Probleem no. 32. (Blijdenstein.)
Zwart: 3, 10, 14, 15, 26, dam op 8.
Wit: 23, 30, 31, 34, 35, 38 en 42.
^Vit: 34—29. 29—24, 35—30 (zwart 25 19) en
Goede oplossingen ontvangen van: Joh Lode-
wykx, C. v. d. S., H. H. D., Borghardt, C. S., J
L., allen Rotterdam
EEN GOEDE HOND STAAt
VOOR GEEN SLOOT, MAAR EE^
"OMT ER OOK WEL OVERHEElrf
Z WIJ ND RECHT, 30 Juni. (Groenten- en
Fruitveiling Zwijndrecht en Omstreken) Aard*
beien z. dop 34—40, m. dop 32—39, ie Tot
2838, vroege 1531, tuinboonen 67.10,
zwarte bessen 50—51 per 100 kg., bloemkool'
le soort 7—18, 2e soort 1—6, 3e soort 0.50
—1.50, groene komkommers le soort ƒ9 10—.
11.70, 2e soort 3.60—6.80, 3e soort 1 90—3 80
per 100 stuks, kropsla le soort 0.40—1 per 100
krop, radijs (roode) 1.20—2.50, wortelen ƒ2.90
9,20 per 100 bos, tomaten A 2 9ct., B 25 ct
C 27 ct. per >/2 kg. 1
ZWIJNDRECHT, 29 Juni. Groenten- en fruit
veiling: aardbeziën Jucunda met dop 2438,
id. zonder dop 35—43, vroege 17—32, le tot
24—37 biauwp. aardappelen 1521, ldi
schoolm. 1521, per 100 kg., andijvie le soort
1.604.10, 2e soort 1.10—1.50, bloemkool le
soort ƒ4—12, 2e soort 1—7 per 100 stuks, boe
renkool 0.50—1.90, per 100 kg., bosuien t.10
—3 per 100 bos, erwten 18—29, frambozen 86
—41, per 100 kg,, witte komkoiumers le soort
8.50 11.30, 2e soort 6.908.80, groene kom
kommers le soort ƒ9—11.70, 2e soort, 5—8,
3e soort 3.906.30 per 100 stuks, krópsla 0.80
1.80 per 100 krop, kroten 2.305 per 100 bos,
perziken le soort 1213, 2e soort 8 per IOO
stuks, peulen 15—36 per 100 kg., pieterselie
0.601.40 per 100 bos, postelein 2.4011.90 per
100 kg., rabarber 3.50—6.30 per 100 bos, sel
derij 824 ct. per dozijn, spinazie 5.9012.50
staaksnijboonen 78482, stamsuikerboonen f 65
82, stamsntjboonen 43ël per 100 kg toma
ten A 28—82 Ct, B 25—29 ct., C 23—27 ct., CC 18
19 ct. per >/t kg., tuiboonen 5.507.20 per 100
kg., wortelen 2.708.40 per 100 bos, wortelen
(afbreekpeen) 1—3 per 100 kg. Aanvoer aard
beien 18.226 kg.
Avonturen - roman van Edgar Wallace
21.)
We zullen er niet voor twaalven mee klaax
zijn, klaagde de man. Als Tillman ook eens een
handje geholpen had, zouden we er om tien
uur al door zjjjn. Die kerel kwam een half uur
geleden binnen en verdween weer even rustig
als u er uitziet.
Ia Tillman nu hier? vroeg Collie vlug.
Ala hij hier was zou hij wel werken, zei
de ander verbitterd. Ik heb het tegen Sutton
gezegd en
Hoe buitengewoon merkwaardig, viel Jos
hua diepzinnig in, dat iemand op den eigensten
dag van zijn huwelijk geplaagd wordt om
vuile werkjes op te knappen.
Mr. Sutton had hoofdpijn, legde de boek
houder uit hij had daar wel meer last van,
In zijn kantoor had hij een kleine, afgesloten
medicijnkast en daar had hij poeders in, die
(een bijzondere sterke uitwerking hadden.
Ik moet u zeggen, dat ik vanavond meer
van den patroon geleerd heb, dan ik ooit van
hem wist, zei de boekhouder. HIJ was zeer
spraakzaam. U bent zeker gekomen, om wat
nieuws over Leslie in te winnen?
Eerlijk gezegd, was Joshua heelemaal niet
met die bedoeling gekomen, maar hij aanvaarde
deze pasklaaT gemaakten uitleg.
Hij zei echter, dat hij zich momenteel erg
pezorgd maakte, omtrent Frank Sutton's hoofd
pijn. Hij kon zich geen vreeselijker begin van
pen huwelijksreis voorstellen.
Ik wist ook niet, dat hij daar zoo'n last van
pad, totdat hij het mij zelf vertelde, zei de
boekhouder, en dit was juist wat mr. Collie
yenschte te weten.
De boekhouder sprak over Sutton zijn on
uitsprekelijke goedheid* zijn vriendelijkheid
pn bezorgdheid voor het personeel.
Leslie was een bruut bij hem vergeleken, zei
lij. De meisjes, die bij ons werken, hebben
en kleine club een soort vereenlglng,
lm bloemen op zijn bureau te koopen. Ze zijn
"tijd bezig, om lijn kamer mooier te maken
inktlappen, btsen enz,
Collie had toog nooit mr. Sutton's privê-
kantoor gezien. Hij wist den hoofdboekhouder
te overtuigen, dat een blik in dit heilige der
heiligen, noodzakelijk was voor een artikel,
dat hij van plan was te schrijven.
In deze dagen van socialisten-onlusten
zei hij, kan de wereld nooit te veel weten van
een werkgever, die zijn personeel als mensehe-
Ujke schepsels behandelt.
Hij waagde zelfs de veronderstelling, dat het
noodzakelijk was, zich te verzekeren van een
fotografie van de kamer, die zoo'n toonbeeld
van volmaaktheid onder de werkgevers her
bergde.
Je brengt me nog in de gevangenis, zei de
hoofdboekhouder, terwijl hij de sleutels uit zijn
zak nam. Hij ging mr. Collie voor in de donkere
gang en opende daar een deur.
't Was een zeer prettig vertrek, met als
voornaamste meubelstuk een groote en prach
tig bewerkte schrijftafel. Een vierkant tapijt in
warme kleuren bedekte voor het grootste ge
deelte den vloer en juist achter Sutton's met leer
bekleed en bureau-stoel, was een klein maho
niehouten kastje, met krammen aan den muur
bevestigd. Joshua nam het heele vertrek op
zijn gemak op, noteerde den prachtigen haard,
de diepe armstoelen, de kwaliteit der fluweelen
gordijnen, die terzijde elk venster hingen. In
gedachten verzonken, probeerde hij terloops het
deurtje van het kastje, maar het was gesloten.
Kom nergens aan, ouwe jongen, smeekte
de boekhouder.
Een zeer zindelijk kantoor, nergens een
stofje te bekennen, mompelde Joshua, een
palels!
De schrijftafel was opgeruimd en uitgeno
men een verfrommeld stuk wit papier, was de
papiermand leeg. Maar de reporter zag een
rood lak op het papier..., hij kon nog maar
net het gekraakte en verbroken zegel zien en
vermoedde, dat mr. Sutton een nieuwe doos
met poeders geopend had en den omslag had
weggeworpen. Joshua brandde nu van verlan
gen, om te weten te komen, wat dat voor
krachtpoeders geweest waren.
Hoe werken die gordijnen wel? vroeg hij
De boekhouder zocht in de plooien van het
fluweel een lang zijden koord. Als je daaraan
trok, hij voerde die beweging uit schoven
de gordijnen vanzelf toe. Voordat hij zijn aan
dacht weer aan den bezoeker schonk, was de
papiermand leeg en het papier gevoegd bij den
warhoop in mr. Collie's regenjas-zak.
Hij liet den boekhouder op zijn kamer achter
en zocht zijn weg weer langs de gang, de trap
pen af, naar beneden. Hij kwam plotseling voor
den Ingang van Leslie's kamer, stopte en pro
beerde de deur. Tot zijn verwondering was die
niet gesloten. Maar zijn verbazing groeide nog,
toen hij het llchit aandraaide. De haard lag vol
verbrande en verschroeide papieren en de deur
van de safe stond niet alleen open, maar de
•leutel «tak nog ln het slot.
Jandorie, zei Joshua.
Hij loerde in de safe: ze was heele
maal leeg. Er viel nog één velletje pa
pier ln te bekennen. De drie boorden lagen
bloot! Met overleg sloot hij de safe, draaide het
slot om en legde den sleutel op Leslie's tafel.
Iemand was van plan geweest, snel te ver
dwijnen en had daarvoor vernietigd
ja, wat?
Hij pookte in de asch, vond niets, totdat hij
heelemaal op het rooster twee halve blaadjes
getikt papier vond, die voor het grootste ge
deelte verbrand waren. Het eerste luidde:
,,John Leslie, een oud-veroordeelde in D. I.
die sinds lang veorda..,.
diamanten halsketting, het eigendom van La....
brandkast in zijn kantoor."
Het tweede velletje was bijna gelijkluidend,
maar in beide waren er enkele tikfouten.
Hij vouwde ze alle twee zorgvuldig op en stak
ze in zijn zak. Dit was dus het hol van den Pie
per; want Elford had hem eens met speciale
^toestemming van Barrabal, een van die typi
sche „Piepen" laten zien, die de Pieper ge
woonlijk naai; Scotland Yard zond en naar den
betrokken inspecteur van het district.
Hij keek naar de klok: hij had nog tijd te
over voor zijn diner Joshua werd duivelsch,
als hij zich bij zijn maaltijden haasten moest,
voordat hij aan de vervelende taak moest
beginnen, om een verslag in elkaar te zetten
van een geschiedenis, die tot dan toe nog geen
eind had. Mr. Joshua Collie bad zeer vurig om
een spoedige afwikkeling, want de Megaphoon
maakte hem zenuwachtig-
Er Is een klein restaurant achter het Empire
Theatre, dat vooral door reporters bezocht werd.
Hier zette hij zich nadat hij zich van zijn over
jas verlost had, op een stoel en genoot van het
prettige vooruitzicht, dat hij zich onverstoord
kon overgeven aan do culinaire genoegens die
hij nooit versmaadde.
Toen schoten hem mr. Sutton's hoofdpijn
poeders te binnen en ging hij naar de micros
copische vestibule, om zijn jaszak te doorzoeken.
Hij vond wat hij zocht en ging er mee terug
naar zijn tafel.
Toen hij het papier glgd streek, ?ag hij, dat
hij zich vergist had de vorm was niet van
een doosje, maar van een kleine flesch. Om liet
papier was hef adres van een apotheker gedrukt
en de naam van het narcotisch middel. Er on
der de waarschuwing; vergif!
Joshua begon zachtjes te fluiten, want deze
samengestelde naam was hem zeer bekend, als
een van de krachtigste verdoovingsmiddelen,
die de medische wetenschap had uitgevonden.
Dit narcoticum was speciaal geliefd bij een
zolrcr soort vcrlocpcn toeven, Cl. '~ct „rt .„Lu
we slag" noemde, want de gevolgen waren veel
drastischer, dan de ouderwetsche manieren om
iemand uit den weg te ruimen.
De kellner bracht de soep, toen Joshua op
stond.
Zet maar neer, zei hij en probeerde een
telefoon te krijgen.
Ei' waren verschillende vooraanstaande me
dici, die zeer veel moeite over hadden, om Jos
hua Collie van dienst te zijn. De eerste dien hij
opbelde, was niet thuis. Maar bij zijn tweede
poging kwam hij in aanraking met een van de
knapste koppen die Harley Street verlichten.
Met Collie Postkoerier, Ik wilde u vra
gen, wat het gevolg zou zijn van dit narcoticum?
Hij herhaalde den naam op het papier en
hoorde den dokter lachen.
Wat is er aan de hand heb je een nieu
we misdaad aan het licht gebracht, Joshua?
Wat het gevolg zou zijn? Het heeft geen geul
en geen smaak. Als je een half theelepeltje zou
innemen, zou je daar absoluut niets van mer
ken, totdat je een plotselinge beweging maakte
je hand oplichtte, of tamelijk vlug je hoofd
omwendde. Dan zou je er tusschenuit gaan,
alsof je met een hamer een slag op je hoofd
kreeg en je zou uren slapen, en je zou je
zelf erg beklagen als je wakker werd! Waarom
wil je dat weten?
Ik ben een artikel aan het schrijven, zei
Joshua valsch. Het heet: „Moeten bruiden ver
giftigd worden?"
XXIII.
Toen Beryl Sutton de woonkamer verlaten
had en de trap opging was haar eerste opwel
ling, om naar haar kamer te gaan, de deur af
te sluiten en te wachten, totdat ze haar ge
dachten weer op orde had gebracht. Haar hoofd
bonsde; een lauw gevoel van zwakte deed haar
knikken in haar knieën. Toen ze haar kamer
binnenkwam, meende ze, dat ze Lew's stem
hoerde, die haar van beneden riep, maar moed
willig gaf ze geen antwoord. De deur zacht slui
tend, wilde ze die juist op slot doen, toen ze
plotseling een idee kreeg. Ze had nog minstens
een uur een uur van alleen zijn; het laat-
sto uur wellicht, dat ze het hare kon noemen.
Naast haar slaapkamer was een kleine kleed
kamer en daarin had ze een heel knus hoekje
ingericht. Heel wat minder gerieflijk da» haar
eigen zitkamer, maar dat het onschatbare voor
deel had der afzondering. Er was een lange,
breede rustbank en nadat ze eerst de deur ge
sloten had en toen de gordijnen-tusschendeur,
liet ze zich in de kussens neer en verzamelde
ze al haar wilskracht, om den toestand hel
der te overzien.
John Leslie was vrij.en zij was getrouwd.
Binnen één uur, twee uren, zou ze op weg zijn
Laar „„,,ói..uiiu met Frank tartten.... Zij was
mrs. Frank Sutton. Dat herhaalde ze wel twin
tig keer, terwijl ze trachtte, den greep der weit,
kelijkheid te vatten. Maar haar gedachten wei
gerden allen tucht. Ze probeerde weer op te
staan, deed een poging om naar het venster té
loopen, naar buiten te kijken. Misschien ont
dekte ze den ander nog. Maar ze was zoo onbe
schrijflijk moedeloos; ze kon er niet in slagen,
in beweging te komen. Een doodelijke vermoeid»
held was over haar gekomen. Ze trachtte een
gevoel van onbewustheid te benaderen en ein
delijk kwam dat leege in den vorm van een
diepen slaap.
Ze hoorde zelfs Lew's stem niet, die haar van
uit haar slaapkamer riep, noch het gesnor van
auto-wielen.
Het getik van den regen tegen het venster
deed haar ontwaken en met een schok zat z«
recht. De kamer was donker, maar het was al
duister geweest toen ze binnenkwam. Ze moest
tastend haar weg zoeken. Hoe lang had ze gó-
slapen? Het scheen liaar zelfs ongelooflijk toe,
dat ze werkelijk geslapen had.
Stijf en kil stond ze op, want ze was door-
huiverd van kou. Langs den muur schuifelen^
vond ze daar eindelijk den knop en toen ze
dien omdraaide, vloeide er een zacht licht door
de kamer. Op haar schrijftafeltje stond eea
klein Fransch klokje en de wijzers wezen op
kwart voor elf.
Kwart voor elf! Haar trein ging om twintig
over tien uit King's Cross. Ze nam het klelnd
klokje op en hield het aan haar oor: het ging,
En toen keek ze naar haar polshorloge: dat
wees denzelfden tijd aan. Wat was er gebeurd?
Ze ging in haar slaapkamer, draaide het
licht op, opende de deur en trad op den over.
loop. Ze hoorde den huisknecht tegen een der
bedienden praten..., ik heb haar niet zien
weggaan. Ze droeg een hoed, toen ik haar voor
het laatst zaghij lijkt wel krankzinnig. Mis
schien denkt hij, dat ze dien anderen kerel
achterna geloopen is.
Ze vond dit het beste oogenblik, om naar be-
neden te roepen en ving een uitroep van ver
bazing op.
Bent u dat, miss? Groote genade, u hebt
ons allemaal den dood op het lijf gejaagd, miss!
Ze ging halverwege de trap af.
Wat is er gebeurd? Waar is mr. Fried
man?
Ik weet het niet, miss. Ik geloof dat hij
u zoekt.
De bediende was erg in de war.
Misschien denkt hij dat ze dien anderen
kerel achternageloopen is, herhaalde ze vooy
zichzelf wie „de kerel" was, waar hij op
zinspeelde, kon ze wel snappen.
Dacht mr. Friedman dat lk uit was? Heeft
hij getelefoneerd?
Nee miss. (Wordt vervolgd))